Aan de orde is het debat naar aanleiding van een algemeen overleg op 4 en 17 december 2008 over de VWA.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Voorzitter. Ik dien drie moties in.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het private kwaliteitssysteem Dierwaardig Vervoer van de veetransportsector nog steeds onvoldoende garanties biedt voor een effectieve controle, handhaving en sanctionering van overtredingen;

verzoekt de regering, het verminderd toezicht voor deelnemers aan het kwaliteitssysteem Dierwaardig Vervoer op te heffen en de 100%-klepcontrole in te voeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Thieme en Dibi. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 234(26991).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de minister al een halfjaar geleden heeft toegezegd met instructies te komen voor een eenduidige beoordeling van het welzijn van dieren in slachthuizen;

verzoekt de regering, deze instructies zo snel mogelijk naar de Kamer toe te sturen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Thieme en Dibi. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 235(26991).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het rapport van Vanthemsche spreekt van een structureel gebrek aan toezicht op het welzijn van dieren in kleine slachthuizen;

constaterende dat de huidige inzet van vliegende brigades voor de controle van kleine slachthuizen onvoldoende is om het welzijn van dieren voorafgaand aan en tijdens de slacht op een adequate wijze te controleren;

verzoekt de regering, over te gaan op permanent toezicht op het welzijn van dieren in kleine slachthuizen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Thieme en Dibi. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 236(26991).

Mevrouw Van Velzen (SP):

De motie gehoord hebbend: ik kan mij voorstellen dat permanent toezicht een beetje veel gevraagd is. Is het ook een optie om de onverwachte controles te intensiveren?

Mevrouw Thieme (PvdD):

Zeker. Als het gaat om verdere controles van hetzij de AID hetzij de VWA, zouden die sowieso onverwacht moeten zijn. Daarnaast blijkt uit het rapport van Vanthemsche dat er structurele problemen zijn met name met de kleine slachthuizen. Aangezien de minister overgaat tot vooral zelfregulering, en niet echt tot extra intensivering, vinden wij het van belang dat er permanente controle is zolang die misstanden niet adequaat worden opgelost en worden aangepakt.

De heer Graus (PVV):

Die controles en dergelijke zijn allemaal heel leuk. De mensen moeten echter ook bestraft worden. Wil mevrouw Thieme dan ook het initiatiefvoorstel voor minimumstraffen, waarmee de PVV-fractie zal komen, ondersteunen? Die mensen moeten daardoor echt de gevangenis in draaien en mogen hun leven lang niet meer met dieren rondrijden.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Wij zijn voor een levenslang houdverbod indien mensen keer op keer dieren mishandelen dan wel verwaarlozen. Alleen zijn wij tegen minimumstraffen, en dat weet de heer Graus.

De heer Atsma (CDA):

Voorzitter. Wij hebben vanmorgen uitvoerig gesproken over een aantal zaken met betrekking tot de Voedsel en Waren Autoriteit. De CDA-fractie heeft twee moties. De eerste motie gaat over het betrekken van de inzet van VWA-dierenartsen bij het kunnen benutten van een optimale bedrijfsvoering. Deze motie luidt als volgt.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de inhaalslag van het vergroten van de capaciteit en kwaliteit van dierenartsen binnen de VWA tijd kost;

overwegende dat slachterijen en andere bedrijven een bijdrage kunnen leveren aan het onderzoek naar de mogelijkheden om tot een meer risicogerichte inzet van dierenartsen op de slachterijen te komen;

van mening dat de bedrijfsvoering van onder meer slachterijen niet onder druk mag komen te staan door een beperkte inzetbaarheid van VWA-medewerkers;

verzoekt de regering, het bedrijfsleven te betrekken bij het onderzoek naar de mogelijkheden om de effectiviteit en efficiency van VWA-dierenartsen te vergroten;

verzoekt de regering tevens, de knelpunten van het planningskader in overleg met het bedrijfsleven op te lossen, zodat de serviceverlening op niveau komt en op niveau blijft,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Atsma, Jacobi en Snijder-Hazelhoff. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 237(26991).

De heer Atsma (CDA):

De tweede motie heeft betrekking op het verruimen van de mogelijkheid om in te spelen op de nieuwe Regeling preventie.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de gewijzigde Regeling preventie, bestrijding en monitoring van besmettelijke dierziekten per 1 januari 2009 in werking treedt;

overwegende dat daarin nog slechts één verzamelslag voor slachtschapen wordt toegestaan en het verzamelen van weiderunderen wordt verboden;

constaterende dat in de gewijzigde regeling mogelijkheden zijn voor een tweede verzamelslag voor slachtschapen en voor het wel mogen verzamelen van weiderunderen, mits voorzien van een geaudit privaat kwaliteitssysteem "preventie";

overwegende dat het opstellen, inrichten en auditen van private kwaliteitssystemen tijd vergt;

verzoekt de regering, binnen deze gewijzigde Regeling preventie, bestrijding en monitoring van besmettelijke dierziekten, zoönosen en TSE's een tweede verzamelslag voor slachtschapen en het verzamelen van weiderunderen mogelijk te laten zijn tot maximaal 1 juli 2009, zodat de sector de mogelijkheid krijgt het geaudite private kwaliteitssysteem "preventie" te realiseren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Atsma en Jacobi. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 238(26991).

Mevrouw Van Velzen van de Socialistische Partij ziet ervan af om het woord te voeren. Het woord is aan de heer Dibi van de fractie van GroenLinks. De heer Dibi zal meteen na het indienen van de motie de plenaire vergadering verlaten omdat hij bij een ander debat aanwezig moet zijn.

De heer Dibi (GroenLinks):

Voorzitter. Ik dien de volgende motie in.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat volgens het rapport-Hoekstra "niet-regelconform gedrag eerder norm dan uitzondering is";

overwegende dat volgens het Ernst & Young-rapport "toezichtgenietenden calculerend gedrag vertonen";Dibi

overwegende dat er geen eenduidig en streng sanctioneringssysteem bestaat voor bijvoorbeeld misstanden in slachterijen of tijdens diertransporten;

verzoekt de regering om onderzoek te doen naar de mogelijkheden voor het invoeren van een "three strikes, you're out"-systeem voor overtredingen tijdens diertransporten en het invoeren van een systeem waarbij de vergunning van overtreders bij zware overtredingen tijdens diertransporten direct wordt ingetrokken, en de resultaten hiervan vóór 1 maart 2009 voor te leggen aan de Kamer,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Dibi en Thieme. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 239(26991).

De heer Atsma (CDA):

Vanmorgen heeft de minister gezegd dat zowel in de wet dieren als in het beleidskader, die per 1 januari van toepassing zijn, wordt ingegaan op de aspecten waarnaar de heer Dibi nu een onderzoek vraagt. Zet hij de klok niet verder weg door op te roepen tot een rapportage vóór 1 maart? Waarom doet hij dit eigenlijk?

De heer Dibi (GroenLinks):

Ik weet dat de minister met haar eigen handhavingscriteria komt. Ik vind het prima dat deze op 1 januari van kracht zijn. Ik wil de motie ook wel aanpassen om ervoor te zorgen dat de minister ingaat op de gele, oranje en rode kaart en die mogelijk opneemt in haar eigen handhavingscriterium, maar ik vind het handhavingsbeleid tot nu toe te slap. Ik wil het wat strenger: een gele kaart bij de eerste overtreding, een oranje kaart bij de tweede overtreding en verlies van de vergunning bij de derde overtreding. Bij drie overtredingen geef je er blijk van het welzijn van dieren niet te respecteren.

De voorzitter:

Wellicht kan de minister daarop straks bij de beantwoording ingaan, zodat de heer Dibi kan bekijken of hij zijn motie wil wijzigen. Ik geef de heer Graus de gelegenheid voor één interruptie.

De heer Graus (PVV):

Op zich klinkt het allemaal goed, maar vindt de heer Dibi niet dat het "two strikes" moet zijn? Waarom mag iemand drie keer in de fout gaan met levende wezens?

De heer Dibi (GroenLinks):

Het gaat erom dat bij diertransporten of slachterijen regels overtreden worden. Bij sommige overtredingen trek je niet meteen de vergunning in. Maar soms, bijvoorbeeld als de volksgezondheid ernstige schade wordt aangedaan, kun je direct overstappen op een rode kaart en soms op een oranje kaart. Je kunt daarin differentiëren. Ik ben benieuwd of de minister bereid is, daarop in te gaan.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Ik wil aangetekend hebben dat de heer Atsma net doet alsof de wet dieren per 1 januari of iets later ingaat.

De voorzitter:

Nee mevrouw Thieme, wij hanteren het kerstregime. U stelde geen vraag aan de heer Dibi. Ik sta de interruptie verder niet toe.

De heer Dibi (GroenLinks):

Maar het staat in ieder geval in de Handelingen.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Minister Verburg:

Voorzitter. Ik bedank de Kamerleden voor hun inbreng, naar aanleiding van het algemeen overleg dat wij hedenochtend hebben gevoerd. Kortheidshalve loop ik meteen de moties langs. Ik zal deze van mijn reactie en advies voorzien.

De motie-Thieme/Dibi op stuk nr. 234 "verzoekt de regering, het verminderd toezicht voor deelnemers aan het kwaliteitssysteem Dierwaardig Vervoer op te heffen en 100%-klepcontrole in te voeren". Wij zijn al een tijd bezig om de private kwaliteitssystemen op peil te brengen. Via Dierwaardig Vervoer zijn grote stappen gezet. Ernst & Young hebben eerder geconstateerd dat er nog wat zwakke plekken in het systeem zaten. Daarover heb ik met de sector gesproken, die vervolgens verbeteringen heeft aangebracht. Deze heb ik ook weer door Ernst & Young laten beoordelen. Daarom heb ik gisteren nog een brief aan de Kamer over dit onderwerp gestuurd; mevrouw Thieme klaagde er vanochtend een beetje over. Ik wilde het scherp houden en de Kamer heet van de naald informeren. Vervolgens vraagt uitgerekend mevrouw Thieme om de klepcontrole weer in te voeren. Ik vind dat echter geen goede inzet. Het is een verkeerde impuls – misschien moet je wel spreken over een verkeerde prikkel – voor een positieve ontwikkeling. Daarom ontraad ik aanvaarding van deze motie.

De motie-Thieme/Dibi op stuk nr. 235 heeft betrekking op de instructies voor een eenduidige beoordeling van het welzijn van dieren in slachthuizen. De motie "verzoekt de regering, de instructies zo snel mogelijk naar de Kamer te zenden". Ik heb de Kamer bericht dat de werkinstructies zijn geactualiseerd. Er moet scherpte, helderheid en eenduidigheid komen. In deze instructies is ook werkoverleg en bijscholing geregeld. Ik vind het niet zinvol om werkinstructies aan de Kamer te sturen. Derhalve ontraad ik aanvaarding van deze motie.

De voorzitter:

Mevrouw Thieme, ik sta u alleen toe een verhelderende vraag te stellen.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Voorzitter. Wij vragen de minister om de instructies voor het eenduidig interpreteren van dierenwelzijnsnormen aan de Kamer te sturen. Dat lijkt mij niet te veel gevraagd.

Minister Verburg:

Het betreft interne werkprocessen. Nog even en dan moet ik iedere conceptnotitie van welke ambtenaar dan ook aan de Kamer sturen. De Kamer kan zelf constateren – ik zal haar daarvan op de hoogte houden – dat de eenduidigheid tot stand komt. Wij werken daar hard aan. Ik ben het bijzonder met u eens dat die eenduidigheid er moet zijn, zowel voor de mensen die het moeten uitvoeren als voor hen die ermee te maken hebben. Er mogen geen grijze gebieden zijn. Daar wordt hard aan gewerkt. Het lijkt mij echter een beetje te veel gevraagd om nou iedere werkinstructie en ieder verslag van een werkoverleg naar de Kamer te sturen.

De motie-Thieme/Dibi op stuk nr. 236 "verzoekt de regering, over te gaan op permanent toezicht op het welzijn van dieren in kleine slachthuizen". Ik vond eigenlijk dat mevrouw Van Velzen in één zin zorgvuldig op die kwestie inging. Zij vroeg zich af of permanente controle bij elk klein slachthuis niet te veel gevergd is. Ik denk dat het nodig is om goed naar de kleine en middelgrote slachthuizen te kijken, conform het advies-Vanthemsche. Wij doen dat onder andere door intensivering van de controles van de vliegende brigades op de routes naar die slachterijen. Daarnaast worden databestanden geraadpleegd om illegale slacht op te sporen. Ik acht de combinatie van deze maatregelen voldoende. Daarom ontraad ik aanvaarding van deze motie.

De motie-Atsma c.s. op stuk nr. 237 "verzoekt de regering, het bedrijfsleven te betrekken bij het onderzoek naar de mogelijkheden om de effecten en de efficiency van VWA-dierenartsen te vergroten" en "verzoekt tevens de knelpunten van het planningskader in overleg met het bedrijfsleven op te lossen, zodat de serviceverlening op niveau komt en op niveau blijft". Deze motie bestaat uit twee delen, namelijk ten eerste het betrekken van het bedrijfsleven bij het onderzoek. Ik doe dat reeds. Ten tweede gaat de motie over de knelpunten in het planningskader. Daar zijn wij ook mee bezig. Ik heb vanmorgen in het overleg al gezegd dat er op dit moment nog een tekort aan dierenartsen is. Wij moeten roeien met de riemen die wij hebben. Alles overziende, moet er een werkbaar, effectief en efficiënt planningskader voor de Voedsel en Waren Autoriteit komen. De dienstverlening voor het bedrijfsleven moet op niveau zijn. Dat kan niet van vandaag op morgen. Ik beschouw de motie als een ondersteuning van mijn beleid.

De voorzitter:

Is dat reden om de motie in trekken?

De heer Atsma (CDA):

Nee.

Minister Verburg:

In zijn tweede motie verzoekt de heer Atsma de regering, binnen deze gewijzigde regeling preventie, bestrijding en monitoring van besmettelijke dierziekten, zoönosen en TSE's een tweede verzamelslag voor slachtschapen en het verzamelen van weiderunderen mogelijk te laten zijn tot maximaal 1 juli 2009, zodat de sector de mogelijkheid krijgt, het geaudit private kwaliteitssysteem "preventie" te realiseren. Ik heb dit vanmorgen in het AO al toegezegd. De motie is dus een ondersteuning van mijn beleid. Je zou kunnen zeggen dat de motie overbodig is. Ik heb dit al toegezegd en ik ben gewend om te doen wat ik zeg.

De voorzitter:

Wellicht is dit aanleiding voor de indiener om de motie in trekken?

De heer Atsma (CDA):

Daar moet ik nog even over nadenken.

Minister Verburg:

De heer Dibi en mevrouw Thieme verzoeken de regering bij motie om onderzoek te doen naar de mogelijkheden voor het invoeren van een "three strikes, you're out"-systeem voor overtredingen tijdens diertransporten en het invoeren van een systeem waarbij de vergunning van overtreders bij zware overtredingen tijdens diertransporten direct wordt ingetrokken, en de resultaten hiervan vóór 1 maart 2009 voor te leggen aan de Kamer. Deze motie is overbodig. Mijn nieuwe beleidsregels voldoen hier al aan. Deze regels zijn gedifferentieerd, proportioneel en effectief. Bij zeer ernstige overtredingen treed ik onmiddellijk op. Ik wacht niet tot een derde waarschuwing. De heer Dibi en mevrouw Thieme zouden zich hiermee direct bediend moeten voelen. Ik heb vanmorgen duidelijk gemaakt dat ik het handhavingssysteem buitengewoon serieus oppak, inclusief proportionele sancties. Dit zal gebeuren vanaf 1 januari aanstaande.

Mevrouw Van Velzen (SP):

Wij kennen het nieuwe sanctioneringskader van de minister niet. Mag ik uit haar woorden opmaken dat het niet eens nodig is om een systeem van "three strikes, you're out" in te voeren, omdat je onder de nieuwe regels bij twee serieuze overtredingen je vergunning al kwijt bent?

Minister Verburg:

Bij een ernstige overtreding kun je de vergunning de eerste keer al kwijtraken. Ik heb vanmorgen toegezegd dat ik de nieuwe beleidsregels naar de Kamer zal sturen. Dat zal ik dan ook zeker doen.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Morgen wordt over de ingediende moties gestemd.

Naar boven