Aan de orde is de beëdiging van de Nationale ombudsman.

De voorzitter:

De zittende ombudsman, de heer Fernhout, heeft mij laten weten dat hij tot zijn zeer grote spijt niet in de gelegenheid is om deze beëdiging bij te wonen wegens dringende bezigheden elders. De te beëdigen Nationale ombudsman, de heer Brenninkmeijer, is in het gebouw der Kamer aanwezig teneinde de voorgeschreven verklaringen en beloften af te leggen. Ik verzoek de Griffier hem binnen te leiden.

Nadat de heer Brenninkmeijer door de Griffier is binnengeleid, legt hij in handen van de voorzitter de bij wet voorgeschreven verklaringen en beloften af.

De voorzitter:

Ik feliciteer u heel hartelijk en wens u heel veel succes.

Ingekomen is een brief van de heer Bruls, gedateerd 25 september 2005 en geschreven in Nijmegen, met de volgende inhoud.

"Waarde en geachte heer Weisglas, beste Frans,

Per 1 oktober 2005 ben ik benoemd tot burgemeester van de gemeente Venlo. Dientengevolge neem ik ontslag als Tweede-Kamerlid per 11 oktober aanstaande, rekening houdende met de beoogde installatie van mijn opvolger op die datum.

De afgelopen ruim drie jaar heb ik met plezier en inzet deelgenomen aan de werkzaamheden van de Tweede Kamer. Het gegeven dat de overstap naar het gemeentelijk bestuur mij een nog grotere uitdaging biedt, doet daar niets aan af. Het is dan ook met alle soorten van gemengde gevoelens dat ik afscheid neem.

Er zullen zaken zijn die ik zal missen en zaken die ik niet zal missen. Een korte bloemlezing wil ik graag geven. Wat zal ik niet missen:

  • - De plenaire behandeling van het wetsvoorstel Wijziging van de Warenwet teneinde een mogelijkheid op te nemen tot het stellen van hygiënevoorschriften bij het tatoeëren en het piercen en tot het houden van toezicht daarop, de werking van die wet uit te breiden tot eet- en drinkwaren die worden verhandeld op het continentaal plat, alsmede tot strafbaarstelling van artikel 27, derde lid, van die wet op grond van de Wet op de economische delicten.

  • - De langdurige treinreizen naar Den Haag, die met behulp van de NS vaak nog extra verlengd werden.

  • - Het gezeur over de lengte van de recessen en de gemiddelde werkweek. Denk met name aan de collega's uit het noorden, oosten en zuiden van het land en vooral aan hen met een gezin met kinderen.

  • Wat zal ik wel missen:

  • - De collegialiteit zowel binnen als buiten mijn eigen fractie. Ook kijk ik met veel plezier terug op de samenwerking met vele externe organisaties en personen.

  • - De ondersteuning door en samenwerking met de fractiemedewerkers, de Griffie, de restauratieve diensten en alle andere medewerkers. Vanaf de eerste dag hebben hun professionaliteit en vriendelijkheid mij getroffen.

  • - De ideologisch scherpe debatten met andere gezindten. Er is niets zo heerlijk in een debat als om de socialistische, liberale of groene nastrevingen ter discussie te stellen en daar een christen-democratisch vergezicht tegenover te plaatsen! In het bijzonder denk ik aan de vele debatten op het terrein van sociale zaken met mijn 'vriendinnen' ter linkerzijde. Overigens bewaar ik ook goede herinneringen aan de heren ter linker- én rechterzijde.

  • - De uitvoering van de motie-Bruls/Van Beek met betrekking tot de cultuurverandering in de Tweede Kamer. Graag ben ik bereid tot het geven van nadere adviezen.

Ten slotte vraag ik graag blijvende aandacht voor de positie van de steden in ons land. Zij vormen in veel opzichten de motoren van Nederland, die zichzelf doorgaans goed kunnen besturen. Haagse brandstof is echter onontbeerlijk. Graag werk ik mee aan een adequate brandstofleiding tussen Den Haag en Venlo.

Met een zalige groet,

Hubert Bruls"

Geachte heer Bruls, beste Hubert. Van huis uit kwam u in aanraking met de politiek. Dat is niet zonder gevolgen gebleven. U bent op 6 februari 1966 in Nuth, Limburg geboren. Na uw middelbare school ging u naar Nijmegen om politicologie te studeren. In 1986 werd u lid van het CDA. Twaalf jaar later werd u wethouder van Onderwijs en Economische Zaken in Nijmegen. Aan uw carrière in de Nijmeegse politiek kwam abrupt een einde toen u in 2002 tot Kamerlid werd gekozen. Sinds 23 mei 2002 bent u lid van de Kamer. U was ondervoorzitter van de algemene commissie Integratiebeleid en lid van de vaste commissies voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid en Verkeer en Waterstaat. Vooral op het terrein van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft u zich gemanifesteerd. U was een zwaargewicht in die commissie. U was woordvoerder Wet werk en bijstand, arbeidsmarktbeleid, sociale werkvoorziening en reïntegratiebeleid, om maar enkele onderwerpen te noemen. Op al deze terreinen stond u uw mannetje. Al op 10 september 2002 hield u uw maidenspeech. Het onderwerp was het terugbrengen van het aantal gesubsidieerde banen. Opmerkelijk was uw uitnodiging aan uw collega's om gepast om te gaan met het gebruik dat tijdens een maidenspeech niet wordt geïnterrumpeerd. U bedoelde te zeggen dat u voor interrupties open stond. Als hoeder van de mores in de Kamer heb ik dat echter tegengehouden.

In de Kamer wordt met enige regelmaat gesproken over de noodzaak om meer op hoofdlijnen te debatteren, zo ook tijdens de recente discussie over de werkwijze van de Kamer. U bent een voorbeeld van een Kamerlid dat dit daadwerkelijk in de praktijk heeft gebracht. Ook de waan van de dag heeft weinig vat op u. Het was dan ook niet verwonderlijk dat u samen met onze collega Van Beek tijdens het debat over de werkwijze van de Kamer een motie hebt ingediend over de cultuur van de Kamer. U schrijft daar zelf over in uw brief. Mede dankzij die motie is dit onderdeel van onze werkwijze dat niet te vatten is in reglementsartikelen, een blijvend punt van onze aandacht geworden.

Uw manier van debatteren is duidelijk, stevig, prikkelend en no-nonsense. U bent gericht op het vinden van oplossingen en u zult niet nalaten om uw medestanders in de oppositie daarbij te betrekken. Uw optreden is aimabel maar ook heel direct en u hebt gevoel voor humor. In de commissies waarin u zitting had, droeg u daardoor bij aan een goede sfeer, hoewel u ook wel eens uit uw slof kon schieten.

Ook op sportgebied hebt u uw sporen verdiend. U maakte deel uit van het voetbalteam van de Kamer, waarin u de rijzende ster was. Uw vertrek is dan ook een groot verlies voor dit voetbalteam, maar een aanwinst voor het team van de burgemeesters.

U bent een van de Kamerleden die in olieverf is geportretteerd ten behoeve van de expositie De Macht, een levensgroot aandenken aan uw Kamerlidmaatschap.

Naar uw eigen zeggen moest u op 15 mei 2002 van de schrik bekomen toen u als 41ste CDA-Kamerlid werd gekozen. U was bewust laag op de lijst geplaatst, vanwege uw wens het wethouderschap in Nijmegen te continueren. Wat dat betreft, bevreemdt het dan ook niet dat u hebt gesolliciteerd naar de functie van burgemeester van Venlo. Dat bevreemdt wel in het licht van het feit dat u nog in uw eerste termijn als Kamerlid zit. De uitvoering en de uitvoerbaarheid van beleid op gemeentelijk niveau hebben altijd uw bijzondere aandacht genoten. Dat zal nu meer dan ooit het geval zijn. Ik vermoed dan ook dat wij nog veel van u zullen horen. Ik wens u namens de gehele Kamer heel veel geluk en succes in uw nieuwe functie.

(Applaus)

De voorzitter:

Van het ontslag van de heer Bruls per 11 oktober is mededeling gedaan aan de voorzitter van het Centraal Stembureau en aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Naar boven