Handeling
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2004-2005 | nr. 47, pagina 2999-3000 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2004-2005 | nr. 47, pagina 2999-3000 |
Vragen van het lid Arib aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het ontbreken van toezicht op het laten verwijderen van tatoeages en de mogelijke gezondheidsschade hiervan.
Mevrouw Arib (PvdA):
Voorzitter. Op maandag 24 januari van dit jaar heeft het tv-programma Tros Radar aandacht besteed aan het verwijderen van tatoeages. Er blijken namelijk bedrijfjes te bestaan die beweren tatoeages te kunnen verwijderen zonder littekens achter te laten. De praktijk blijkt echter anders te zijn: mensen worden blootgesteld aan beunhazen die zogenaamd deskundig zijn. Die bedrijven brengen een enorme schade aan de gezondheid van burgers toe.
Gisteren waren er weer mensen op de televisie in het Trosprogramma Radar. Zij vertelden daar hun ervaringen. Ik weet niet of de minister die uitzending heeft gezien; ik kan zeggen dat de beelden afschuwelijk waren: derdegraads brandwonden en infecties. Bij een mevrouw was er sprake van dat haar been geamputeerd had moeten worden; dat was ook bijna gebeurd. Dat was heel erg.
Nog erger vond ik de reactie van het departement op dit soort praktijken. Die reactie was namelijk: daar gaan wij niet over. Ik neem aan dat de minister ook van mening is dat de overheid een taak heeft in de bescherming van burgers. Stelt u zich eens voor dat iemand bij een ander slagaderlijke bloedingen en/of derdegraads brandwonden veroorzaakt; die persoon is geen arts, maar gebruikt wel medische apparatuur waarmee hij de samenhang in de lichaamsweefsels verstoort. Is dit wettelijk toegestaan?
Klopt het dat er op het ogenblik geen enkel wettelijk toezicht bestaat op dit soort praktijken? Wat vindt de minister, na enige bezinning, van de reactie van zijn woordvoerder, dat er "ook mensen rond rijden zonder rijbewijs"? Die woordvoerder zei ook dat VWS niet verantwoordelijk is voor dit soort praktijken. Waarom mogen bedrijven die gisteren in beeld waren, de wet ongestraft overtreden? Vindt de minister het niet nodig, daartegen op te treden?
Gisteren is nog verwezen naar de Wet BIG. Ik denk dat een aanpassing van die wet helemaal niet nodig is. De minister hoeft alleen maar te doen waarvoor hij is aangesteld. Hij moet zijn verantwoordelijkheid nemen en er mede op toezien dat de wet wordt nageleefd. Kortom, is de minister van plan om de inspectie op haar verantwoordelijkheid aan te spreken? Kunnen mensen die door dit soort bedrijven zijn gedupeerd, bij de inspectie een klacht indienen? Zo ja, hoe wordt daar vervolgens mee omgegaan? Welke sancties zijn er op overtreding van de wet? Is de minister van plan om die sancties toe te laten passen?
Voorts wil ik graag weten hoe het staat met de richtlijnen die zouden worden opgesteld voor de hygiëne bij tatoo shops. Dit geldt ook voor de infecties die door medewerkers van die shops bij anderen worden veroorzaakt.
Minister Hoogervorst:
Voorzitter. Als minister van Volksgezondheid ben ik verantwoordelijk voor de manier waarop de geneeskunde in Nederland wordt uitgeoefend. Ik laat toezien op de kwaliteit en de veiligheid van de uitoefening van de geneeskunde. Daarvoor hebben wij bijvoorbeeld ook de Wet BIG, die beschrijft wat artsen wel en niet kunnen doen en welke handelingen alleen artsen kunnen doen.
Het gaat in dit geval om het verwijderen van tatoeages. Dat is geen op geneeskunde gerichte handeling; dat is een cosmetische handeling die dus helemaal niets met de geneeskunde te maken heeft. Daarom heeft dat ook helemaal niets te maken met mijn domein van de volksgezondheid. Het kan natuurlijk wel zo zijn dat daarbij sprake is van praktijken die niet in de haak zijn.
Voorzitter. Ik kan mijzelf nog amper verstaan.
De voorzitter:
Ik vraag om stilte in de zaal, gezien de opmerking van de minister.
Minister Hoogervorst:
Het kan ook zijn dat bij iemand die zijn of haar tatoeages op een heel slechte manier verwijderd worden en dat daarbij gezondheidsschade wordt aangebracht. De overheid houdt zich dan niet afzijdig. De desbetreffende persoon moet naar de politie gaan en daar aangifte doen van mishandeling of misleiding. Er kan ook een schadeprocedure gestart worden op grond van een wanprestatie of een onrechtmatige daad. De persoon die een dergelijke behandeling heeft ondergaan, staat dus niet machteloos. Die moet alleen niet naar mij komen, die moet naar de politie gaan. Er is hoogstwaarschijnlijk sprake van een onrechtmatige daad en misschien zelfs van mishandeling als iemand een ernstige brandwond overhoudt aan het laten verwijderen van een tatoeage. Daar moet handelend tegen worden opgetreden. De persoon in kwestie moet daarvoor alleen wel aangifte doen.
Mevrouw Arib (PvdA):
In de antwoorden van de minister herken ik zijn gedachtegang over kwakzalvers en alternatieve geneeswijzen. Zij verrichten geen medische handelingen en zijn dus niet controleerbaar. Deze vlieger ging op totdat er een dode viel, Sylvia Millecam. Toen heeft de inspectie wel degelijk aan de bel getrokken en gezegd dat bepaalde praktijken aan banden moesten worden gelegd. Hetzelfde principe hanteert de minister in dezen. Het verwijderen van de wond, dus niet het aanbrengen – daar hebben wij het niet over – is een verregaande ingreep. Er wordt medische apparatuur bij gebruikt en er ontstaan wonden door. Mensen moeten worden opgenomen en geopereerd. De kosten daarvan moeten allemaal worden opgebracht door de premiebetaler. De minister mag zich er dus niet op deze manier vanaf maken. Er moet wel degelijk op worden toegezien dat de wet wordt nageleefd. In mijn ogen is dit een medische behandeling die neerkomt op cosmetische chirurgie. Degenen die de wet overtreden, moeten worden gestraft, lijkt mij.
Minister Hoogervorst:
Dat bestrijd ik niet. Ik acht het zeer kansrijk dat de politie een zogenoemde "onttatoeageshop" die dit soort praktijken hanteert, aan kan pakken. Ik heb het programma niet gezien, maar ik heb wel begrepen dat er vreselijke dingen als brandwonden, infecties en dergelijke werden getoond. Ik acht de mensen die de desbetreffende "onttatoeëerder" aanklagen kansrijk. Er gebeuren in dit land een heleboel rare dingen waaraan ik betrekkelijk weinig kan doen. Het is op dit ogenblik bijvoorbeeld ook een rage om voor cosmetische doeleinden vrijwillig littekens te laten aanbrengen met behulp van medische apparatuur, een scalpel. Dat heet"scarircation". AI gebeurt dit met medische apparatuur, ik ga hier mijn inspectie toch niet op zetten. Deze dingen laten mensen zich namelijk vrijwillig aandoen. Burgers die worden getroffen door mishandeling en misleiding kunnen wel rechtswegen bewandelen. Zij kunnen zich tot de overheid en de politie wenden. Ik nodig die mensen daar ook van harte toe uit.
Mevrouw Arib (PvdA):
Er is een verschil tussen aanbrengen en verwijderen. Wat de minister over aanbrengen zegt, klopt. Verwijderen gaat veel verder. Ik vind dat de overheid de taak heeft om mensen te beschermen tegen dit soort praktijken. Zij brengen namelijk gezondheidsrisico's en schade mee.
Aangezien wij beperkt de tijd hebben tijdens het vragenuur, vraag ik de minister of hij voor het debat over infectiebestrijding en -preventie dat wij, als het goed is, op 30 maart aanstaande voeren, de Kamer hier meer informatie over wil sturen en of hij terug wil komen op de richtlijnen die zouden worden opgesteld om tatoeëring en piercing aan banden te leggen.
Minister Hoogervorst:
Ik ben bereid om de gevraagde informatie aan de Kamer te verstrekken voor het algemeen overleg dat wij klaarblijkelijk nog zullen voeren.
De heer Nawijn (LPF):
Wat de minister heeft gezegd, kan ik helemaal volgen. Natuurlijk kunnen er wel consequenties aan worden verbonden. Kan de minister de mensen die tatoeages laten aanbrengen en later met brandwonden in ziekenhuizen terechtkomen, niet van tevoren duidelijk maken dat dit soort zaken niet wordt vergoed door het ziekenfonds of particuliere verzekeringen? Ik denk dat dit heel belangrijk is. Geef het van tevoren maar aan. Wat vindt u daarvan, minister?
Minisier Hoogervorst:
Laat ik daar nog eens even over nadenken. Ik vind dat mensen überhaupt heel goed moeten nadenken alvorens zij een tatoeage aan laten brengen, vooral als het een tatoeage van een geliefde betreft, want daarvan wisselt men nog al eens in het leven.
Mevrouw Van Gent (GroenLinks):
Ik zou bijna denken dat de minister uit ervaring sprak, maar dat zal wel niet het geval zijn.
De minister zegt dat hij hierop terugkomt. Dat klinkt mooi, al is het natuurlijk te gek voor woorden dat er een soort wild west ontstaat als tatoeages moeten worden weggehaald. Ik heb gisteren die beelden ook gezien en moet zeggen dat zij echt heel smerig waren. Er waren derdegraads brandwonden. Ik vind het iets te gemakkelijk om dan te zeggen: ga maar naar de politie. Men moet voor die tijd paal en perk stellen aan dit soort toestanden. Het kan niet zo zijn dat elke willekeurige persoon zo'n apparaat kan kopen en maar kan knoeien. Het verwijderen van die tatoeages betalen mensen voor mijn part zelf, maar dit moet wel veilig en verantwoord gebeuren. Dat hoort ook bij richtlijnen die de minister zou opstellen. Op deze manier gaat het niet goed. Ik vraag de minister om in zijn reactie regels te stellen waaraan het verwijderen van tatoeages moet voldoen. Wij hebben er net zo min als de minister van Volksgezondheid iets aan dat mensen ziek worden omdat zij in handen van kwakzalvers vallen.
Minister Hoogervorst:
Ik zal de vraagstelling in de beloofde brief aan de Kamer meenemen. Als de politie eraan te pas komt, kan dat overigens ook tot sluiting van de zaak leiden. Dat geldt ook voor het optreden van de inspectie. Ik ben ervan overtuigd dat mensen tenminste even bang zijn voor de politie als voor mijn Inspectie voor de Volksgezondheid.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/h-tk-20042005-2999-3000.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.