Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda van volgende week:

• Voorzitter- het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaat van het Huis der Koningin (I) voor het jaar 2005 (29800-I);

• - het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaat van de Staten-Generaal (IIA) voor het jaar 2005 (29800-IIA);

• - het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaat van de Raad van State, de Algemene Rekenkamer, de Nationale ombudsman, de Kanselarij der Nederlandse Orden, het kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen en van het kabinet van de Gouverneur van Aruba (IIB) voor het jaar 2005 (29800-IIB);

• - het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Algemene Zaken (III) voor het jaar 2005 (29800-III);

• - het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (XI) voor het jaar 2005, met uitzondering van het deel Milieu (29800-XI);

• - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met schrappen aanvraagprocedure intrasectorale programma's (29715);

• - het wetsvoorstel Wijziging van de Penitentiaire beginselenwet in verband met de tenuitvoerlegging van voorlopige hechtenis na veroordeling in eerste aanleg (29519);

• - Wijziging van een aantal bepalingen in de TNO-wet in verband met deregulering en modernisering en ter doorvoering van een aantal technische wijzigingen alsmede wijziging van de Wet op de Nederlandse organisatie voor wetenschappelijk onderzoek in verband met het tijdstip van vaststelling van het wetenschapsbudget en het herstel van een beroepsmogelijkheid (29753);

• - het wetsvoorstel Wijziging van de Kadasterwet, de Invoeringswet Kadasterwet, de Organisatiewet Kadaster, enige andere wetten en enkele wetboeken in verband met een verdergaande toepassing van informatie en communicatietechnologie bij de aanbieding van stukken ter inschrijving in de openbare registers voor registergoederen, het houden van die registers en de verstrekking van inlichtingen daaruit, alsmede in verband met enkele noodzakelijk gebleken technische aanpassingen en het stellen van aanvullende eisen aan het gebruik van elektronische handtekeningen (Herzieningswet Kadasterwet I) (28443);

• - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (verjaring van en heffing bij planschadevergoedingsaanspraken, alsmede planschadevergoedingsovereenkomsten) (29490);

• - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet op de jeugdzorg (herstel van enige onvolkomenheden) (29822);

• - het wetsvoorstel Aanpassing van de Wet op de rechtsbijstand aan richtlijn 2003/8/EG van de Raad van 27 januari 2003 tot verbetering van de toegang tot de rechter bij grensoverschrijdende geschillen, door middel van gemeenschappelijke minimumvoorschriften betreffende rechtsbijstand bij die geschillen (Implementatie richtlijn rechtsbijstand) (29712).

Op verzoek van de heer Van der Ham stel ik voor, zijn motie 29800-XIV, nr. 49, ingediend bij de behandeling van de begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over de walvisjacht toe te voegen aan de stemmingslijst van heden.

Ik stel voor, toe te voegen aan de stemmingslijst van dinsdag 30 november de moties ingediend tijdens het notaoverleg van 22 november over het media-onderdeel van de begroting Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, alsmede de moties ingediend tijdens het notaoverleg van 22 november over de Personeelsbrief Defensie.

Voorts stel ik voor, de spreektijden bij de behandeling van de begroting Algemene Zaken en de daaraan toegevoegde brief van de minister-president over communicatiestrategie voor alle fracties te verhogen met drie minuten.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Duyvendak.

De heer Duyvendak (GroenLinks):

Voorzitter. Bij de behandeling van de begroting van Verkeer en Waterstaat van gisteren heeft minister Peijs nogal onverwachts meegedeeld dat staatssecretaris Van Geel een nieuw plan heeft voor het regelen van de luchtkwaliteit in Nederland. De bestaande regelgeving zou hij daarvoor willen intrekken. Dit plan zou een ander plan zijn dan het plan waarover staatssecretaris Van Geel de Kamer drie weken geleden een brief heeft geschreven. Ik wil graag weten wat die nieuwe plannen nou precies zijn. De minister zei dat deze in overeenstemming zijn met de EU-regelgeving en dat de huidige plannen dat niet zijn. Daarop wil ik graag een toelichting. Ook wil ik horen via welke procedure deze regelgeving wordt getroffen. Het lijkt erop dat er sprake zal zijn van een soort noodwetgeving, maar daarover kon minister Peijs geen volledige helderheid geven.

Met het oog op de begrotingsbehandeling van aanstaande maandag vraag ik staatssecretaris Van Geel de Kamer in een brief op deze vragen te antwoorden. Ik ontvang die brief graag voor morgen aan het einde van de middag, opdat wij ons goed kunnen voorbereiden op de begrotingsbehandeling.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, de staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en ter informatie naar de minister van Verkeer en Waterstaat.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Om precedenten te voorkomen, stel ik niet voor om het aan de commissie door te geleiden. Het gaat immers echt over iets wat voortkomt uit de plenaire begrotingsbehandeling en terugkomt in een andere plenaire begrotingsbehandeling. Anders had de heer Duyvendak het natuurlijk nooit gevraagd.

De heer Duyvendak (GroenLinks):

Precies!

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Karimi.

Mevrouw Karimi (GroenLinks):

Voorzitter. Na herhaaldelijk repelleren is vanochtend antwoord gegeven op de schriftelijke vragen van collega Van Velzen en mij over de Indonesische mensenrechtenactivist. Deze antwoorden geven echter meer aanleiding tot het stellen van nog meer vragen dan dat zij de zaak verhelderen.

Ik verzoek u, de antwoorden op de schriftelijke vragen te agenderen voor een spoeddebat met de ministers van Buitenlandse Zaken en van Justitie. Ik doe dit verzoek ook namens mevrouw Van Velzen van de SP-fractie.

De heer Van Baalen (VVD):

Voor de VVD-fractie staat voorop dat de Kamer deugdelijk en tijdig moet worden geïnformeerd. Los van de zaak zelf ondersteun ik het verzoek van mevrouw Karimi. Of dit leidt tot ondersteuning van haar positie moet blijken.

De heer Koenders (PvdA):

Ik sluit mij aan bij het eerste deel van de opmerking van de heer Van Baalen. Wij worden herhaaldelijk geconfronteerd met late beantwoording van vragen door de minister van Buitenlandse Zaken. Ik heb begrip voor zijn grote verantwoordelijkheden nu, maar niettemin is dit te vaak voorgekomen.

Ik verzoek mevrouw Karimi nader aan te geven wat het spoedeisende karakter van haar verzoek is en of het niet kan via een andere weg.

Mevrouw Karimi (GroenLinks):

Zoals u weet is de heer Munir overleden op 7 september jl. Volgens mij heeft het rapport te lang op zich laten wachten, namelijk twee maanden. Dat zal waarschijnlijk consequenties hebben voor strafrechterlijke vervolging en het strafrechterlijk onderzoek dat zal plaatsvinden. Dit zeg ik terzijde.

Op dit moment bevinden zich in Nederland een vertegenwoordiger van de familie en een missie van de Indonesische politie. Gezien de onderwerpen die ik aan de orde stel, is het belangrijk dat wij dit debat met de ministers van Buitenlandse Zaken en Justitie voeren terwijl deze mensen in Nederland zijn.

De heer Haverkamp (CDA):

Ik deel de analyse van de heer Van Baalen dat wij tijdig en correct moeten worden geïnformeerd. Wij hebben echter de antwoorden van de minister van Buitenlandse Zaken ontvangen. Daarnaast bereikte ons informatie via de Indonesische pers dat een belangrijk punt van de familie is ingewilligd, namelijk dat er een onafhankelijk onderzoek komt. Wat is nut en noodzaak van het debat op dit moment? Wij moeten elkaar niet aan het werk houden.

De voorzitter:

Ik stel voor, aan het verzoek van mevrouw Karimi te voldoen, met de kanttekening van de heer Haverkamp. De vraag naar de wenselijkheid van een spoeddebat heeft zij beantwoord. Het kan niet zo'n spoeddebat zijn dat het vandaag aan de agenda wordt toegevoegd, gezien onze agenda en de agenda van de minister. Als het echt moet, moet het wel kunnen. Ik stel voor om het debat toe te voegen aan de agenda van de volgende week. Naar mijn inschatting kan dit op dinsdagmiddag, maar ik houd een voorbehoud. Ik stel voor, dit te doen met spreektijden van twee minuten per fractie.

Daartoe wordt besloten.