Aan de orde is de stemming in verband met het voorstel van orde van het lid Wilders om de tweede termijn van het debat over de EG- en EU-overeenkomsten met Algerije en Libanon tot nader order te schorsen, en wel tot het moment waarop de Kamer de door het lid Wilders aan de regering gevraagde informatie heeft ontvangen.

(Zie vergadering van 20 april 2004.)

De voorzitter:

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van een stemverklaring.

De heer Koenders (PvdA):

Voorzitter. Deze stemverklaring leg ik af mede namens de fractie van GroenLinks. In dit huis is een- en andermaal gesproken over de noodzaak om geen tijd te verliezen in de strijd tegen het terrorisme. Een van de beste methoden om dat te doen is het afsluiten van de associatieakkoorden met Algerije en Libanon. In Algerije gaat het om het achterland en in Libanon om Hezbollah. In die associatieakkoorden gaat het onder andere om politieke en economische hervormingen, maar zij hebben ook tot doel om eindelijk de discussie over het terrorisme met deze landen op gang te brengen. Er is dus geen tijd te verliezen. Gisteren is opeens uit de hemel komen vallen dat eerst gewacht moet worden op een terugnameovereenkomst met deze landen voor derdelanders. In de schriftelijke voorbereiding van het debat stond daar niets over. Ook wij vinden die terugnameovereenkomsten uiteraard van groot belang. De minister van Buitenlandse Zaken heeft gisteren duidelijk aangegeven dat juist deze overeenkomst de juridische basis schept voor zo'n bilateraal verdrag. Zonder juridische basis wordt zo'n bilateraal verdrag moeilijk en dat zal leiden tot een vertraging in de totstandkoming van de terugnameovereenkomsten. De minister van Buitenlandse Zaken heeft duidelijk aangegeven dat hij diplomatiek in een zeer moeilijke positie terechtkomt. Het woord gezichtsverlies is gevallen en op dat punt zal een en ander averechts werken. Verder zal er sprake zijn van een aanzienlijke vertraging in de strijd tegen het terrorisme. Ik zeg dat tegen de fracties die het hier telkens over laksheid spreken...

De voorzitter:

Neen, neen...

De heer Koenders (PvdA):

Jazeker!

De voorzitter:

Ter vermijding van misverstand: mijn "neen, neen", waar u jazeker op zegt, heeft geen betrekking op de inhoud van wat u zegt, want daar heb ik geen enkel oordeel over, maar over het feit dat u in uw stemverklaring in discussie treedt met andere fracties. Dat is niet de bedoeling.

De heer Koenders (PvdA):

Dat wil ik niet doen, mijn excuses, voorzitter.

Deze Kamer heeft gezorgd voor veel uitstel van de totstandkoming van de associatieovereenkomsten. Politiek is dat onwijs en diplomatiek contraproductief, en het houdt een verlenging in van de termijn waarop eindelijk de terugnameovereenkomsten tot stand kunnen komen in plaats van een verkorting. In het kader van de terrorismebestrijding is dit laks te noemen.

In stemming komt het voorstel van orde van het lid Wilders.

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de VVD, het CDA, de ChristenUnie, de SGP en de LPF voor dit voorstel hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

Ik stel vast dat door de aanneming van dit voorstel het debat over de twee associatieovereenkomsten tot nader order wordt geschorst.