Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik heb vandaag geen voorstellen. Het woord is aan mevrouw Kant.

Mevrouw Kant (SP):

Voorzitter. Wij beginnen vanmiddag met de behandeling van de begroting Volksgezondheid, terwijl de Kamer geen inzicht heeft in de tegemoetkomingsregeling voor chronisch zieken en gehandicapten. Wij hebben er uitgebreid over gesproken bij het belastingplan. Staatssecretaris Wijn heeft toen gezegd dat er een aparte regeling komt, een soort verzilveringsregeling, voor chronisch zieken en gehandicapten. Wij beginnen nu aan de begroting, maar de Kamer weet van niets. Ik vind dat dit niet kan en wil graag dat de minister van VWS voor aanvang van het debat de Kamer nog duidelijk maakt wat de chronisch zieken en gehandicapten kunnen verwachten.

Gisteren is er in het debat over de subsidiebezuinigingen voor allerlei instellingen een toezegging gedaan. De minister heeft toen een voorstel gedaan over instellingen die niet of minder worden gekort op hun subsidie. Hij zou de Kamer daarover informeren voor aanvang van het debat, maar ook dat hebben wij nog niet gezien. Het is een beetje moeilijk debatteren met de minister van VWS als wij die informatie niet hebben.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet, in het bijzonder naar de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, en wel met het verzoek om per ommegaande te reageren met het oog op de begrotingsbehandeling die voor vanmiddag kwart voor vijf geagendeerd staat.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Crone.

De heer Crone (PvdA):

Voorzitter. Mede namens mevrouw Kant vraag ik u om ten aanzien van het Stabiliteitspact, waarover vannacht en vanochtend in Brussel geen goede beslissingen zijn genomen, het kabinet te kunnen ondervragen. Ik zou eerst een schriftelijk verslag willen hebben en vervolgens een debat met minister Zalm en de premier. De premier willen wij ook zien, omdat wij wekenlang hebben gevraagd of hij zich actief wil opstellen in dit dossier. Wij hebben daar weinig van kunnen waarnemen. Daar wilden wij hem, als het kan donderdag, graag over ondervragen.

De voorzitter:

U vraagt een brief en meteen een debat.

De heer Crone (PvdA):

Het is dienstig als wij een feitelijk verslag krijgen van hoe het overleg is verlopen, maar een debat zal nodig zijn, omdat het duidelijk is dat de uitkomst consequenties kan hebben voor Nederland en de EU.

De voorzitter:

Uw verzoek is duidelijk. Ik zal dadelijk een voorstel doen.

Mevrouw Vos (GroenLinks):

Voorzitter. Mijn fractie heeft vorige week een brief gevraagd die raakt aan de kwestie die de heer Crone aan de orde stelt. Juist omdat er problemen met het Stabiliteitspact zijn, heeft minister Zalm vorige week gezegd dat hij het vetorecht coûte que coûte wil behouden. Het vervallen daarvan zou wel eens tot een "nee" tegen het voorstel voor de Europese grondwet kunnen leiden. Wij hebben vorige week gevraagd wat dat betekent zowel voor de onderhandelingsinzet van de regering als voor de regierol van premier Balkenende, waar ook wij niets van hebben gezien. Op basis van de nieuwste gegevens dat het mislukt is, hadden wij de regering deze week willen vragen wat de consequenties zijn voor de verdere inzet ten aanzien van de Europese grondwet. Ook wat ons betreft is een debat deze week noodzakelijk. Het lijkt ons niet beslist nodig om daarvoor een nieuwe brief te vragen, maar uiteraard steunen wij het verzoek.

De heer Van As (LPF):

Voorzitter. Gelet op het grote belang van het Stabiliteitspact voor onze economie kunnen wij het verzoek van de heer Crone om te komen tot een spoeddebat met de premier en de minister van Financiën van harte ondersteunen.

De heer De Grave (VVD):

Voorzitter. Gelet op het belang van het onderwerp lijkt het ons terecht dat wij deze week daarover een debat hebben.

De voorzitter:

Wij hebben de oude regel dat alleen aansluiten bij het verzoek niet strikt noodzakelijk is. Mijnheer De Nerée, u moet dus iets nieuws verzinnen.

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Voorzitter. Het zou aardig zijn geweest als wij eerst de brief hadden gekregen, maar wij kunnen instemmen met een debat, gezien de waarde die de overige partijen daaraan hechten.

De heer Crone (PvdA):

Voorzitter. Ik hoor warme ondersteuning voor mijn verzoek. De hoofdzaak is het Stabiliteitspact, de rol van de premier en de minister van Financiën en de consequenties voor het vervolg.

De voorzitter:

Ik stel voor, aan het verzoek van de heer Crone te voldoen om een brief te vragen en daartoe het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet, in het bijzonder naar de minister-president en de minister van Financiën.

Voorts stel ik voor om over die brief en over de brief die is binnengekomen naar aanleiding van het verzoek van mevrouw Vos van vorige week een debat te houden. De agenda met een slag om de arm overziend, zou dat kunnen zijn donderdagmiddag met spreektijden van 3 minuten per fractie.

De heer De Grave (VVD):

Zou het 5 minuten kunnen zijn?

De voorzitter:

Laten wij doen alsof wij in een onderhandelingssituatie zitten: 4 minuten.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

VoorzitterHet woord is aan mevrouw Van der Laan.

Mevrouw Van der Laan (D66):

Voorzitter. Ik wil een debat aanvragen in verband met het algemeen overleg over RAZEB van twee weken terug en dan niet over het RAZEB-gedeelte, maar over het eerste uur daarvan dat ging over de IGC. Ik heb begrepen dat collega Timmermans er ook één wil aanvragen in verband met het AO over de IGC van vorige week. Omdat het hetzelfde onderwerp is, kunnen we dat misschien combineren tot één VAO.

De voorzitter:

Ik kijk even naar de heer Timmermans.

De heer Timmermans (PvdA):

Voorzitter. Inderdaad liggen de onderwerpen enigszins in elkaars verlengde. Ik had de voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken donderdagavond gevraagd, het verslag van dat algemeen overleg op de plenaire agenda te zetten. Omdat dat niet gebeurd is, kom ik er nu op terug. Maar ik kan leven met één VAO. Ik kan mij trouwens ook voorstellen dat deze onderwerpen worden meegenomen in het debat met de minister-president, omdat hij hoofdverantwoordelijk is in de IGC. Aan de andere kant is er dan wel erg weinig tijd. Ik sluit mij dus aan bij het verzoek van mevrouw Van der Laan.

De voorzitter:

Dan kijk ik toch even naar mevrouw Van der Laan om te horen of dat wat zij vraagt kan worden meegenomen in het debat. Dan maken we er vijf minuten van.

Mevrouw Van der Laan (D66):

Ik denk dat het wel handig is om het via een VAO te doen. Er komen namelijk waarschijnlijk nog wel een paar moties en ik geloof niet dat die duidelijkheid zo uit het debat kan komen.

De voorzitter:

Ik stel voor, het VAO onder het zogenaamde kerstregime te brengen, waarbij alleen moties kunnen worden ingediend, en deze of volgende week aan de agenda toe te voegen. De Kamer krijgt een nader voorstel.

De heer Timmermans (PvdA):

Als het alleen maar om het indienen van een motie gaat, kan dat in de tweede termijn van het debat met de minister-president. Dan is dat meteen meegenomen.

De voorzitter:

Dat kan, maar wij praten nu al bijna langer over de procedure dan over het indienen van die ene motie. Laten we het maar zo doen.

Overeenkomstig het voorstel van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw De Pater-van der Meer.

Mevrouw De Pater-van der Meer (CDA):

Voorzitter. De vaste commissie voor Justitie heeft gisteren een wetgevingsoverleg gehad met de minister van Justitie over de Overleveringswet, stuk nr. 29042. Het verzoek is om ruimte in de agenda te zoeken voor een plenaire afronding in verband met de toegezegde nota van wijziging.

De voorzitter:

Ik stel voor, deze korte plenaire afronding toe te voegen aan de agenda van deze week. Naar verwachting zal dat aan het eind van donderdagmiddag gebeuren. Ik leg mij niet vast op een tijdstip, want zoals bekend is dat onmogelijk.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Tonkens.

Mevrouw Tonkens (GroenLinks):

Voorzitter. Ik wil vragen of bij de stemmingen over de moties, ingediend tijdens het algemeen overleg over de ambulancezorg en kleine ziekenhuizen, de stemming over de motie op stuk nr. 30 (29200-XVI) kan worden uitgesteld tot na de behandeling van de begroting van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

De voorzitter:

Die motie is ingediend door de leden Schippers en Arib. Ik moet naar één van hen kijken om te vragen, wat zíj ervan vinden.

Mevrouw Tonkens (GroenLinks):

Ik heb het met één van de leden daarover overigens al wel gehad, en die vond het goed.

De voorzitter:

Nee, dit is geen goede procedure.

Mevrouw Schippers (VVD):

Ik heb geen argumentatie gehoord om de stemming uit te stellen.

Mevrouw Tonkens (GroenLinks):

Ik wil die argumentatie wel geven: het onderwerp van de motie is marginaal aan de orde gekomen in het algemeen overleg, zodat voor verschillende leden niet precies duidelijk is wat met de motie wordt beoogd. Vandaar het verzoek om de stemming uit te stellen, omdat het onderwerp bij de VWS-begroting nog aan de orde kan komen.

Mevrouw Schippers (VVD):

Dat kan, ja. Als GroenLinks dat graag wil, vind ik dat prima.

Mevrouw Arib (PvdA):

Ik steun dit verzoek.

Mevrouw Kant (SP):

Mag ik het verzoek verbreden door de stemmingen over het hele agendapunt uit te stellen tot na de behandeling van de begroting van Volksgezondheid, Welzijn en Sport?

De voorzitter:

Akkoord. Ik stel voor, overeenkomstig dit verzoek te besluiten.

Aldus wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Karimi.

Mevrouw Karimi (GroenLinks):

Voorzitter. Ik zou graag het verslag van het algemeen overleg over de wapenexport op de plenaire agenda willen zetten.

De voorzitter:

Ik stel voor, aan het verzoek te voldoen en het op een nader te bepalen moment, niet later dan volgende week, op de agenda te plaatsen.

Aldus wordt besloten.

Naar boven