Aan de orde zijn de stemmingen over zeven moties, ingediend bij het debat over de electriciteitsproductiesector, te weten:

- de motie-Crone c.s. over uitgangspunten voor de afscheiding van netwerken (27250, nr. 38);

- de motie-De Wit over het niet privatiseren van regionale energiebedrijven (27250, nr. 39);

- de motie-Voûte-Droste c.s. over versterking van de dienst uitvoering en toezicht energie (27250, nr. 40);

- de motie-Van den Akker over voorwaarden voor privatiseren van energiebedrijven (27250, nr. 41);

- de motie-Van den Akker c.s. over waarborging van leveringszekerheid door TenneT (27250, nr. 42);

- de motie-Van den Akker over goedkeuring door de minister van financieringsconstructies (27250, nr. 43);

- de motie-Van den Akker over controle van afgesloten leasecontracten (27250, nr. 44).

(Zie vergadering van 3 april 2001.)

De voorzitter:

De motie-De Wit (27250, nr. 39) is in die zin gewijzigd, dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat privatisering van de stroomvoorziening het gevaar met zich meebrengt dat er onvoldoende onderhoud zal worden gepleegd aan de netwerken;

overwegende dat de scheiding tussen netbeheer en neteigenaar onvoldoende is om te verzekeren dat geen misbruik wordt gemaakt van het monopolie op het net;

overwegende dat privatisering van de productiebedrijven leidt tot een kleinere overcapaciteit en daarmee tot een groter gevaar van stroomtekorten;

overwegende dat privatisering zal leiden tot een hogere import van bruinkool- en kernenergiestroom en het sluiten van milieuvriendelijke energiecentrales in Nederland;

ten slotte overwegende dat de energievoorziening een publieke voorziening is die te belangrijk is om aan de markt over te laten;

verzoekt de regering, niet over te gaan tot de privatisering van regionale energiebedrijven,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 45 (27250, was nr. 39).

De heer De Wit heeft mij verzocht om zijn gewijzigde motie in stemming te brengen voor de motie-Crone c.s. (27250, nr. 38). Ik constateer dat daartegen geen bezwaar bestaat.

In stemming komt de gewijzigde motie-De Wit (27250, nr. 45, was nr. 39).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de SP en GroenLinks voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Crone c.s. (27250, nr. 38).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA, D66, de VVD, de ChristenUnie en de SGP voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Voûte-Droste c.s. (27250, nr. 40).

De voorzitter:

Ik constateer, dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van den Akker (27250, nr. 41).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fractie van het CDA voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van den Akker c.s. (27250, nr. 42).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fractie van de VVD tegen deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van den Akker (27250, nr. 43).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, het CDA en de SGP voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van den Akker (27250, nr. 44).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, het CDA, de ChristenUnie en de SGP voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

Naar boven