Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik deel de leden mee, dat ik afgelopen weekend de Tweede Kamer mocht vertegenwoordigen bij het 25-jarig bestaan van de Republiek Suriname. Vice-premier Borst deed dat namens de regering. Het was een feestelijke gebeurtenis en de regering-Venetiaan heeft, gezien de economische situatie in Suriname, voor een viering gekozen die vooral op de Surinaamse bevolking gericht was. Namens u allen heb ik de Nationale Assemblee in Suriname toegesproken en heb ik later op de dag collega Lachmon een praktisch cadeau aangeboden. In overleg met de Nationale Assemblee is gekozen voor een technische installatie, die het mogelijk maakt videobeelden van de vergadering van de Assemblee langdurig op te slaan. Ik heb in mijn toespraak onder meer gewag gemaakt van hetVoorzitter voornemen van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken van de Tweede Kamer om begin volgend jaar met een delegatie Suriname te bezoeken. Ik heb tevens opgemerkt dat Suriname weliswaar buitenland is, maar voor ons nooit zo buitenland zal worden als al het andere buitenland.

(Applaus)

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Visser-van Doorn.

Mevrouw Visser-van Doorn (CDA):

Voorzitter! Mijn fractie heeft het afgelopen weekend voornamelijk via de media vernomen dat de staatssecretaris van Cultuur onze gewijzigde motie (27432, nr. 8) niet heeft uitgevoerd. Deze motie betreft de Cultuurnota en meer specifiek theatergroep De Appel. Mijn fractie wil graag op zeer korte termijn een brief van de staatssecretaris ontvangen, waarin hij het hoe en waarom van zijn beslissing meedeelt. Afhankelijk van het antwoord wil mijn fractie die brief vervolgens op de agenda geplaatst zien.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Wijn.

De heer Wijn (CDA):

Voorzitter! Recent zijn wij opgeschrikt door een actie van de politie in Amsterdam om daar een wapensyndicaat aan te pakken. Daarbij zijn meerdere mensen opgepakt, voornamelijk mensen uit voormalig Joegoslavië. Wij vragen staatssecretaris Cohen om in een brief in te gaan op de volgende zaken. Bij die acties zijn twee typen mensen aangehouden. Ten eerste betreft dat mensen die illegaal in Nederland waren. In hoeverre verhoudt zich dat tot het actief vreemdelingentoezicht op illegalen, en wat is er vervolgens met deze mensen gedaan? Ten tweede betreft het legaal hier verblijvenden. Hoe gaat de staatssecretaris daarmee verder om, speciaal met betrekking tot de intrekking van hun statussen dan wel ongewenstverklaringen?

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Stellingwerf.

De heer Stellingwerf (RPF/GPV):

Voorzitter! Ik wil u vragen het verslag van het algemeen overleg over de voedselreservering in de Waddenzee liefst volgende week, in verband met de aanwezigheid van een aantal leden, op de plenaire agenda te plaatsen.

De voorzitter:

Ik zal u daarover op een later tijdstip een voorstel doen.

Het woord is aan de heer Verhagen.

De heer Verhagen (CDA):

Mevrouw de voorzitter! Ik wil namens de CDA-fractie een brief vragen over de huidige ontwikkelingen in Kosovo en de spanningen met Servië. De heer Kostunica heeft gedreigd om zelf stappen te zetten, omdat de Servische minderheid in Kosovo wordt bedreigd. Wat doet het kabinet in EU- en VN-verband om ervoor zorg te dragen dat KFOR haar taken op het punt van bescherming van minderheden naar behoren vervult?

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

Naar boven