Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda van de volgende week:

de gezamenlijke behandeling van:

  • - het verslag van een op 27 oktober gehouden algemeen overleg over het asielbeleid;

  • - het verslag van een op 3 november gehouden algemeen overleg over het asielbeleid.

Aangezien het hier twee aparte overleggen betreft, stel ik voor, de maximumspreektijden in dit geval vast te stellen op 2 x 2 = 4 minuten. Ik zeg er uitdrukkelijk bij: dit zal geen precedent zijn. Hiervoor is gekozen, omdat in deze week het eerste verzoek niet gehonoreerd kon worden. We bespreken namelijk de begroting van Justitie. Daarom heb ik besloten voor te stellen de spreektijden op 4 minuten te stellen. Er is nu namelijk sprake van twee onderwerpen. Ik hoop dat de Kamer voor deze keer met dit voorstel kan instemmen.

Overeenkomstig het voorstel van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda voor 17, 18 en 19 november:

  • - het voorstel van wet van het lid Van Ardenne-van der Hoeven tot wijziging van de bepalingen betreffende pensioen in de Uitkeringswet tegemoetkoming twee tot vijfjarige diensttijd veteranen (26019);

  • - de wijziging van enkele onderwijswetten in verband met onder meer de bestrijding van seksueel misbruik en seksuele intimidatie in het onderwijs (25979).

Ik stel voor, te behandelen in de vergaderingen van 24, 25 en 26 november:

  • - het wetsvoorstel Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 1999 (26200-XVI);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet conflictenrecht namen in verband met de totstandkoming van de wet van 10 april 1997 tot wijziging van de artikelen 5 en 9 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en in verband daarmede van enige andere artikelen van dit Wetboek (Stb. 161) (25971).

Tot slot stel ik voor, aanstaande dinsdag te stemmen over:

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet militair tuchtrecht, het Wetboek van Militair Strafrecht en de Wet militaire strafrechtspraak naar aanleiding van het gehouden evaluatieonderzoek (25454, R1595).

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Herrebrugh.

De heer Herrebrugh (PvdA):

Mevrouw de voorzitter! Naar deze week werd aangekondigd en vanmorgen werd bevestigd, zullen de Franse veeboeren morgen weer acties ondernemen, gericht op de beperking van de import van vee- en vleesproducten uit met name de Europese Unie. Gelet op de ervaringen van de afgelopen jaren, valt te verwachten dat deze acties zich vooral zullen richten op de Nederlandse transporteurs van vee en vlees en dat zij zich niet zullen beperken tot alleen maar het blokkeren van het doorgaande verkeer. Waarschijnlijk zullen zij ook rechtstreekse aanvallen op vervoerders, hun materieel en de daarin aanwezige lading inhouden.

Graag zou ik op de kortst mogelijk termijn en zo goed als mogelijk van de minister van Verkeer en Waterstaat respectievelijk de minister van Buitenlandse Zaken door middel van een brief aan de Kamer horen welke acties zij richting de Franse autoriteiten denken te ondernemen om hun te wijzen op de verplichting inzake het vrije verkeer van goederen. Hierbij geldt tevens de overweging dat in dezen de in de Europese Unie geldende principes van rechtshandhaving ook ten opzichte van hun actievoerende landgenoten dienen te worden gegarandeerd.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Bos.

De heer Bos (PvdA):

Mevrouw de voorzitter! Wij zouden graag het verslag van het algemeen overleg van afgelopen dinsdag over publiek-private samenwerking op de agenda van de plenaire vergadering zetten, liefst later in de volgende week.

De voorzitter:

Ik zal de Kamer later een voorstel hierover doen, misschien nog wel vandaag.

Naar boven