Lijst van ingekomen stukken, met de door de voorzitter terzake gedane
voorstellen:
1. drie brieven van de voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal,
met de mededeling, dat zij in haar vergadering van 15 oktober 1996 de haar
door de Tweede Kamer toegezonden voorstellen van wet, gedrukt onder de nummers
24454, 24553 en 24552, heeft aangenomen.
De voorzitter stelt
voor, deze brieven voor kennisgeving aan te nemen;
2. de volgende brieven:
een, van de minister van Binnenlandse Zaken, over decentralisatie (22236,
nr. 39);
een, van de ministers van Verkeer en Waterstaat en van Volkshuisvesting,
Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, ten geleide van de delen 2 en 3 van
de partiële herziening van de Planologische kernbeslissing Betuweroute
(25055);
een, van de minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, ten geleide
van de agenda voor de vergadering van de Raad van visserijministers te Luxemburg
op 14 oktober 1996 (21501-17, nr. 49);
een, van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, ten geleide
van het verslag van de vergadering van de Sociale Raad van 24 september 1996
(21501-18, nr. 57);
een, van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, ten geleide
van de dossiers met betrekking tot de geneesmiddelen Cozaar, Zocor en de Prijzenwet
geneesmiddelen (25038, nr. 6);
een, van de Algemene Rekenkamer, ten geleide van het rapport "Gemeentelijke
Basis Administratie" (25040).
Deze brieven zijn al gedrukt en
rondgedeeld;
3. de volgende brieven:
een, van de minister van Binnenlandse Zaken, over subsidiëring politiek-wetenschappelijke
instituten en instituten voor politieke vorming- en scholingsactiviteiten;
twee, van de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, te weten:
een, ten geleide van de rapportage van het bureau Berenschot naar de financiële
positie van de BVE-sector;
een, ten geleide van het advies van de
commissie-Kruse "Naar een nieuw stelsel van inkomensvoorziening in het secundair
beroepsonderwijs";
een, van de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, ten
geleide van een afschrift van de adviesaanvrage aan de SER over de nota Werken
aan zekerheid.
De voorzitter stelt voor, deze brieven door te
zenden aan de betrokken commissies ter afdoening en niet te drukken.