Aan de orde zijn de stemmingen over drie moties, ingediend bij de behandeling van de wetsvoorstellen Bepalingen inzake de financiering van de loopbaanonderbreking (Wet financiering loopbaanonderbreking) (25477) en Wijziging van de Ziektewet, de WAO, de WW en enkele andere wetten in verband met het wegnemen van belemmeringen in sociale verzekeringswetten bij het opnemen van onbetaald verlof (25618), te weten:

- de motie-Van Vliet c.s. over een mogelijke wet op het verlof (25477,25618 , nr. 24);

- de motie-Van Vliet c.s. over een evaluatie van de wet binnen twee jaar (25477,25618 , nr. 25);

- de motie-M.B. Vos c.s. over de aanwending van de eventuele meeropbrengst van de wet (25477,25618 , nr. 26).

(Zie vergadering van heden.)

De voorzitter:

De motie-Van Vliet c.s. (25477, 25618, nr. 24) is in die zin gewijzigd, dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat verlof voor zorgtaken en educatie van belang is om de combinatie van arbeid en zorgtaken enerzijds en permanente educatie anderzijds beter mogelijk te maken;

voorts overwegende, dat op termijn mogelijk behoefte zal komen te bestaan aan een wettelijk recht op verlof;

verzoekt de regering gekoppeld aan de eerste tussentijdse rapportage over de Wet financiering loopbaanonderbreking, die binnen twee jaar na inwerkingtreding van die wet verschijnt, te komen tot een verkenning van een wet op het verlof, waarin onderzocht wordt hoe verschillende verlofvormen en daarmee samenhangende vergoedingen kunnen worden gebundeld,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 30 (25477, 25618).

De motie-Van Vliet c.s. (25477, 25618, nr. 25) is in die zin gewijzigd, dat het dictum thans luidt:

"verzoekt de regering binnen twee jaar na inwerkingtreding van de Wet financiering loopbaanonderbreking en de wijziging van enkele socialezekerheidswetten in verband met het wegnemen van belemmeringen voor het opnemen van onbetaald verlof, een evaluatie aan de Tweede Kamer te doen toekomen, waarin in ieder geval gegevens zijn opgenomen over sindsdien gemaakte verlofafspraken met daarin onderscheid tussen zorg- en educatieverlof, onbetaald en betaald verlof, evenals onderscheid naar sekse, inkomen en leefsituaties en waarin tevens wordt aangegeven welke drempels werkgever en werknemer tegenkomen die het maken van een verlofafspraak belemmeren, waaronder de hoogte van de financiële tegemoetkoming,".

Naar mij blijkt, wordt deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 31 (25477, 25618).

Deze gewijzigde moties zijn tijdig rondgedeeld. Ik neem aan dat er onmiddellijk over kan worden gestemd.

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van stemverklaringen vooraf.

Mevrouw Visser-van Doorn (CDA):

Voorzitter! De leden van de CDA-fractie hebben zorgvuldig overwogen wat zij moesten besluiten over de gewijzigde motie van mevrouw Van Vliet c.s. op stuk nr. 30 over een verkenning van een wet op het verlof. Conform onze inbreng van gisteravond vinden wij het gerechtvaardigd om de sociale partners de kans te geven om de uitvoering van de loopbaanonderbrekingsregeling ter hand te nemen.

De in de andere gewijzigde motie (stuk nr. 31) voorgestelde tussenrapportage geeft een mogelijkheid om de uitvoering nauwlettend te volgen. Deze gewijzigde motie heeft onze steun. Het lijkt ons overbodig om, voorafgaand aan deze tussenrapportage, een verkenning te doen naar een wet op het verlof en een mogelijke bundeling van verschillende verlofvormen. De CDA-fractie zal daarom tegen de desbetreffende gewijzigde motie stemmen.

Mevrouw Vos (GroenLinks):

Voorzitter! Ik wil mijn motie op stuk nr. 26 over de heroverweging van de financiële tegemoetkoming intrekken. Dit punt zal worden betrokken bij de tussenrapportage, waarom in een andere motie wordt gevraagd.

De voorzitter:

Aangezien de motie-M.B. Vos c.s. (25477, 26618, nr. 26) is ingetrokken, maakt zij geen onderwerp van stemming meer uit.

In stemming komt de gewijzigde motie-Van Vliet c.s. (25477, 25618, nr. 30).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van GroenLinks, de SP, de PvdA, D66, het GPV, de SGP, de RPF, de groep-Nijpels, het AOV en het lid Hendriks voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Van Vliet c.s. (25477, 25618, nr. 31).

De voorzitter:

Ik constateer, dat deze gewijzigde motie met algemene stemmen is aangenomen.