Aan de orde zijn de stemmingen over twee moties, ingediend in het debat over marktwerking en deregulering, te weten:

- de motie-Van Dijke c.s. over de volgende tranches in het kader van het project MDW (24036, nr. 2);

- de motie-Remkes c.s. over een meerjarig programma MDW (24036, nr. 3).

(Zie vergadering van 30 mei 1995.)

De voorzitter:

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van stemverklaringen vooraf.

De heer Ybema (D66):

Mijnheer de voorzitter! Meer marktwerking en minder regels; dit vormt een prioriteit binnen het kabinetsbeleid. Die prioriteit is in de ogen van de fractie van D66 op goede wijze tot uitdrukking gebracht in het behandelde plan van aanpak. Bij de verdere vormgeving van dit beleid en bij de keuze van de projecten die daarbij aan de orde is, zal uiteraard sprake moeten zijn van een evenwichtige benadering. Van eenzijdigheid mag geen sprake zijn; er moet ook worden gekeken naar sociale, financiële en milieutechnische aspecten. In het debat is deze benadering ook bij herhaling door de minister van Economische Zaken onderschreven en expliciet uitgesproken. Op grond daarvan ziet de fractie van D66 de motie op stuk nr. 2 als een ondersteuning van het kabinetsbeleid. Derhalve steunt zij deze motie; zij heeft deze motie zelfs medeondertekend.

In stemming komt de motie-Van Dijke c.s. (24036, nr. 2).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fractie van de VVD tegen deze motie hebben gestemd en die van alle andere fracties ervoor, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Remkes c.s. (24036, nr. 3).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de VVD, D66, het GPV, de PvdA, GroenLinks, het AOV, de Unie 55+, de CD en het lid Hendriks voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

De heer Rosenmöller (GroenLinks):

Voorzitter! Ik heb een fout gemaakt. Wij wensen geacht te worden, tegen deze motie te hebben gestemd.

De voorzitter:

De motie blijft wèl aangenomen, maar u hebt uw aantekening.

Ik stel voor, de stukken 24036 voor kennisgeving aan te nemen.

Daartoe wordt besloten.

Naar boven