5 VSO Ontwerpbesluit experiment cross-overkwalificaties

Aan de orde is het VSO Ontwerpbesluit experiment cross-overkwalificaties (31524, nr. 273). 

De voorzitter:

Ik geef u dringend in overweging om een ander woord te kiezen voor de term "cross-overkwalificaties". De spreektijd bedraagt twee minuten, inclusief het indienen van eventuele moties. Ik herhaal dit nog maar even. 

Mevrouw Lucas (VVD):

Voorzitter. Ik dien de volgende moties in. 

Motie

De Kamer, 

gehoord de beraadslaging, 

overwegende dat er sneller nieuwe opleidingen in het mbo moeten kunnen komen in verband met de robotisering; 

overwegende dat in het ontwerpbesluit experiment cross-overkwalificaties opleidingen alleen in aanmerking komen wanneer zij bij de start praktijkplaatsen garanderen; 

overwegende dat nieuwe reguliere opleidingen geen garantie voor praktijkplaatsen hoeven te geven voor de start van de opleiding; 

constaterende dat op tal van manieren aangetoond kan worden dat er sprake is van draagvlak onder het afnemend beroepenveld voor een nieuwe opleiding naast het garanderen van praktijkplaatsen; 

van mening dat we bij de oprichting van nieuwe opleidingen geen onnodige barrières moeten opwerpen; 

verzoekt de regering om cross-overopleidingen op dezelfde wijze te behandelen ten aanzien van het aantonen van arbeidsmarktperspectief als reguliere nieuwe opleidingen, 

en gaat over tot de orde van de dag. 

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Lucas. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund. 

Zij krijgt nr. 283 (31524). 

De voorzitter:

Het was overigens een serieus verzoek. Kunt u nog een ander woord bedenken voor de term "cross-over kwalificaties" in uw motie? 

Mevrouw Lucas (VVD):

Nee, voorzitter, ik heb dat geprobeerd, maar ik kon niets vinden. 

De voorzitter:

Nu, dan geef ik het woord aan de heer Van Meenen. 

De heer Van Meenen (D66):

Thank you! De motie is een heel verhaal, maar ik hoorde ergens dat het allemaal kwam omdat er robotisering is. Dat begreep ik niet. Als je die passage weglaat uit de motie, verandert er helemaal niets en beperk je de motie niet tot nieuwe opleidingen die nodig zijn vanwege het feit dat er robotisering plaatsvindt. Zo duid ik althans de motie. Ik begrijp helemaal niet waarom dat in de motie staat. Waarom zouden wij niet in het algemeen dit soort opleidingen veel meer ruimte geven? 

Mevrouw Lucas (VVD):

Eén van de overwegingen in de motie is dat er een snelle verandering plaatsvindt in type banen door onder andere de robotisering. Als de heer Van Menen dat breder wil zien, dan mag dat zeker. Het gaat erom dat wij steeds sneller opleidingen zullen moeten aanpassen aan de veranderende arbeidsmarkt. 

De heer Van Meenen (D66):

Ik wil het graag zo zien, maar ik ben benieuwd hoe de indiener het ziet. 

Mevrouw Lucas (VVD):

De indiener ziet dat er steeds sneller aanpassingen nodig zijn in opleidingen in het mbo, onder andere door de robotisering, maar ook door andere ontwikkelingen in de samenleving. 

De heer Van Meenen (D66):

Dan zien wij hetzelfde. 

Mevrouw Lucas (VVD):

Dan mijn tweede motie. 

Motie

De Kamer, 

gehoord de beraadslaging, 

overwegende dat er sneller nieuwe opleidingen in het mbo moeten kunnen komen in verband met de robotisering en andere ontwikkelingen; 

overwegende dat het experiment cross-overkwalificaties een eerste voorzichtige stap in de goede richting is; 

overwegende dat de regering pas in 2021 een tussentijdse evaluatie heeft gepland; 

constaterende dat de veranderingen op de arbeidsmarkt razendsnel gaan; 

verzoekt de regering, de Kamer jaarlijks te informeren over de stand van zaken met betrekking tot de cross-overkwalificaties en jaarlijks te bezien of het in generiek beleid omgezet kan worden, 

en gaat over tot de orde van de dag. 

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Lucas. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund. 

Zij krijgt nr. 284 (31524). 

Mevrouw Siderius (SP):

Voorzitter. De SP heeft één motie, die ook over cross-overkwalificaties gaat, helaas. 

De voorzitter:

Had u ook niks gevonden? 

Mevrouw Siderius (SP):

Nee, maar dit is ook wat de minister heeft bedacht. Dan is het een beetje raar als wij het anders gaan verwoorden in de motie. Misschien moeten we er met zijn allen eens over nadenken. 

De voorzitter:

Ik zeg het nog één keer: ik duw daarop, omdat ik vind dat het niet goed is als vanuit de Tweede Kamer nieuwe Engelse woorden worden geïntroduceerd. Ik suggereer om het "opleidingsdomein overstijgende kwalificatie" of zoiets te noemen. Maar goed, het is aan u. 

Mevrouw Siderius (SP):

Oké. 

Motie

De Kamer, 

gehoord de beraadslaging, 

constaterende dat het mogelijk is dat verschillende mbo-instellingen een aanvraag kunnen doen voor dezelfde cross-overkwalificatie; 

constaterende dat de minister aangeeft dat mbo-instellingen eventueel samen kunnen werken aan een cross-overkwalificatie; 

overwegende dat het wiel steeds weer opnieuw uitvinden geen efficiënte manier van werken is en dat dit een wildgroei aan cross-overkwalificaties in de hand werkt; 

verzoekt de regering, te voorkomen dat verschillende mbo-instellingen zelfstandig aan dezelfde cross-overkwalificatie gaan werken door ze verplicht samen te laten werken aan eenzelfde cross-overkwalificatie, 

en gaat over tot de orde van de dag. 

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Siderius. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund. 

Zij krijgt nr. 285 (31524). 

De voorzitter:

Er hebben zich geen verdere sprekers gemeld. De minister wil wachten totdat zij alle moties op papier heeft gekregen. 

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst. 

Minister Bussemaker:

Voorzitter. In de motie op stuk nr. 283 wordt de regering verzocht om cross-overopleidingen op dezelfde wijze te behandelen ten aanzien van het aantonen van arbeidsmarktperspectief als reguliere nieuwe opleidingen. Ik ontraad deze motie. Laat ik vooropstellen dat de voorwaarde voor praktijkplaatsen bij cross-overs in principe niet veel anders is dan bij reguliere opleidingen. Voor alle kwalificaties geldt immers dat er voldoende praktijkplaatsen dienen te zijn. We hebben het daar vaak over. We hebben daar in een ander verband gisteren nog met elkaar over gesproken. Volgens mij is er een breed gedeelde wens om de beroepspraktijkvorming, dus het aantal praktijkplaatsen, centraal te stellen. Volgens mij wordt dat ook door iedereen als heel belangrijk gezien. Er is echter wel een verschil tussen nieuwe opleidingen en bestaande opleidingen, want bij reguliere kwalificaties zijn er al meerdere erkende leerbedrijven waaruit een student kan kiezen. Bij het experiment met cross-overs gaat het om nieuwe opleidingen, waarvoor nog geen enkele bestaande praktijkplaats is. Het is dus van belang dat vooraf duidelijk is dat die praktijkplaatsen er wel zullen komen, want als ze er niet zijn, kan een student de opleiding niet afmaken. Juist studenten hebben baat bij een innovatieve opleiding die goed aansluit bij de laatste ontwikkelingen op de arbeidsmarkt. 

Ik wil wel heel graag de betrokkenheid van bedrijven stimuleren. Ik begrijp dat flexibiliteit daarvoor belangrijk is. Het gaat dus om een goede balans tussen al deze belangen, maar de formulering van deze voorwaarde biedt daarvoor ook de ruimte en zou geen barrière moeten zijn. Ik verwacht dus van bedrijven dat ze wel commitment tonen en dat ze aangeven bereid te zijn om praktijkplaatsen te bieden zodat studenten deze opleidingen goed kunnen doorlopen. Daarmee kunnen we een goede balans vinden tussen het stimuleren van de betrokkenheid van bedrijven en het waarborgen van de belangen van studenten. Zoals het echter in deze motie is geformuleerd, vind ik het net een stap te ver gaan, want daarmee houden we geen rekening met de extra uitdagingen voor nieuwe opleidingen en de leerwerkbedrijven die we daarbij moeten vinden. Ik ontraad de motie dus. 

Mevrouw Lucas (VVD):

Het gaat mij er juist om dat ook voor normale opleidingen al geldt dat er zicht moet zijn op voldoende stageplekken. Dat lijkt me voldoende om dit ook bij deze nieuwe cross-overkwalificaties te doen. Je wilt namelijk niet dat het experiment bij voorbaat niet door kan gaan omdat je de voorwaarden te hard hebt gesteld. We hebben dat gezien bij het experiment vraagfinanciering. Daar is het ook heel lastig gebleken doordat er een voorwaarde was dat er cofinanciering moest zijn. Ik wil nieuwe ontwikkelingen niet in de knop breken door onmogelijke voorwaarden te stellen. Ik handhaaf deze motie dus. 

Minister Bussemaker:

De kern van mijn betoog was juist dat we geen onmogelijke voorwaarden stellen, omdat we ook hier aangeven dat we praktijkplaatsen willen hebben, maar dat we ook zeker willen weten dat studenten die aan een opleiding beginnen, die opleiding goed af kunnen maken. Dat luistert nauw, zeker bij nieuwe opleidingen. 

In de motie op stuk nr.284 wordt de regering verzocht om "de Kamer jaarlijks te informeren over de stand van zaken met betrekking tot de cross-overkwalificaties en jaarlijks te bezien of het tot generiek beleid omgezet kan worden". Bij deze motie laat ik het oordeel aan de Kamer. Ik kan ook zeggen, en laat ik dat maar doen, dat ik bereid ben om de motie over te nemen. Ik zie namelijk dat dit echt een veelbelovend experiment is. Ik zie dat het met veel enthousiasme wordt opgepakt. Ik heb er zelf ook hoge verwachtingen van. Ik snap dat een evaluatie in 2021 nog ver weg lijkt, terwijl dat al een tussenevaluatie is. De oorspronkelijke evaluatie kunnen we namelijk pas in 2025 maken, als studenten dat hele traject doorlopen hebben, maar ik wil ook eerder — zo snel mogelijk — inzicht. Via de jaarlijkse monitor, die in de motie wordt genoemd, krijgen we inzicht in de behoefte aan dergelijke kwalificaties op basis van de deelname, het aantal betrokken bedrijven, het aantal deelnemende studenten en wellicht ook de vormgeving van de praktijkplaatsen. Zo kunnen we bekijken of we tussentijds ook stappen voorwaarts kunnen zetten. 

De voorzitter:

De motie op stuk nr. 284 wordt overgenomen en maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. Ik neem aan dat geen van de leden daartegen bezwaar maakt. Dat is het geval. 

Minister Bussemaker:

Met de motie op stuk nr. 285 wordt de regering verzocht om te voorkomen dat verschillende mbo-instellingen zelfstandig aan dezelfde cross-overkwalificaties gaan werken door hen verplicht samen te laten werken aan dezelfde kwalificaties. Die motie ontraad ik, want ik kan dat niet verplichten. Ik kan dit wel stimuleren en ik kan er in de aanmeldingsprocedure actief toe aanmoedigen om tot samenwerking over te gaan. Als mevrouw Siderius het dictum van de motie op die wijze zou willen veranderen, zou ik de motie kunnen overnemen c.q. het oordeel aan de Kamer kunnen laten, maar de formulering "verplichten" gaat echt te ver, want dat kan ik gewoon niet. Dat past niet bij de manier waarop we het bestel hebben ingericht. 

De voorzitter:

Heeft mevrouw Siderius nog behoefte om te reageren op de door de minister "herschreven" motie van haar hand? 

Mevrouw Siderius (SP):

Ik ga het in overweging nemen. 

De voorzitter:

Dan zien we wel hoe dat loopt bij de stemming. 

De beraadslaging wordt gesloten. 

De voorzitter:

De stemming over de moties zal aanstaande dinsdag plaatsvinden. Ik dank de minister. Alle spelers voor de volgende ronde zijn al aanwezig. Ook wat de minister betreft kunnen we meteen doorgaan. 

Naar boven