Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het debat over het onderdeel Natuur van de begroting van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) voor het jaar 2010, te weten:

- de motie-Koopmans over natuurcompensatie alleen toestaan in de ehs (32123 XIV, nr. 33);

- de motie-Koopmans c.s. over het budget bestemd voor het inrichten van OostvaardersWold (32123 XIV, nr. 34);

- de motie-Koopmans over decentralisatie van DLG-taken (32123 XIV, nr. 35);

- de motie-Jacobi over boskap ten gunste van biodiversiteit op de Waddeneilanden (32123 XIV, nr. 36);

- de motie-Jacobi over het gratis verstrekken van een certificaat voor het exporteren van een paar bijenvolkeren (32123 XIV, nr. 37);

- de motie-Jacobi/Van der Ham over een landelijke inventarisatie van ontbrekende schakels bij de realisatie van natuurgebieden (32123 XIV, nr. 38);

- de motie-Jacobi/Van der Ham over een versnelling van de ehs (32123 XIV, nr. 39);

- de motie-Jacobi over de aanpak van verdroging in TOP-gebieden (32123 XIV, nr. 40);

- de motie-Dibi over vertragingen bij de realisatie van de ehs (32123 XIV, nr. 41);

- de motie-Van der Ham/Dibi over de ecologische effecten van bij Crisis- en herstelwet gewijzigde onderdelen van de Natuurbeschermingswet (32123 XIV, nr. 43);

- de motie-Ouwehand over tijdelijke natuur (32123 XIV, nr. 44);

- de motie-Ouwehand over het niet meer kunstmatig reguleren van de ganzen- en smientenpopulatie (32123 XIV, nr. 45);

- de motie-Ouwehand over onorthodoxe methoden voor het verwijderen van vossen van Vlieland (32123 XIV, nr. 46);

- de motie-Snijder-Hazelhoff c.s. over het behouden van het cultuurlandschap in zijn huidige vorm (32123 XIV, nr. 47).

(Zie wetgevingsoverleg van 16 november 2009.)

De voorzitter:

De motie-Jacobi (32123-XIV, nr. 40) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat:

  • - verdroging een van de belangrijkste knelpunten is voor de instandhouding en het herstel van de biodiversiteit in Nederland, hetgeen onder meer blijkt uit de Natuurbalans 2008 en 2009 en diverse analyses in opdracht van de minister van LNV ten behoeve van de conceptbeheerplannen Natura 2000;

  • - de Taskforce Verdroging in opdracht van LNV en IPO in 2006 een advies heeft gegeven voor nagenoeg een volledige aanpak van de verdroging in een beperkt aantal zogenaamde TOP-gebieden uiterlijk in het jaar 2015;

  • - de Tweede Kamer met deze TOP-gebiedenaanpak heeft ingestemd, provincies, waterschappen, landbouworganisaties, natuurbeheerders en drinkwaterbedrijfsleven dit beleid hebben omarmd en dat de uitvoering is vastgelegd in de ILG-contracten tussen Rijk en provincies, waarbij die partijen ook de benodigde middelen ter beschikking hebben gesteld;

constaterende:

  • - dat de voor de verdrogingsaanpak essentieel veronderstelde vaststelling van het gewenste grond- en oppervlaktewaterregime (GGOR) blijkens de recente provinciale waterplannen 2010-2015 in veel gevallen nog niet afgerond is, ondanks de afspraak tussen waterschappen, Rijk en provincies dat dit voor TOP-gebieden eind 2007 al het geval had moeten zijn (Nationaal Bestuursakkoord Water Actueel, 2008);

  • - dat de voortgangsrapportage ILG 2009 twijfel oproept of de voortgang in de aanpak van de TOP-gebieden volgens plan verloopt en daarmee de indruk ontstaat dat nu forse achterstand in de uitvoering is opgelopen;

  • - dat onnodig tijdverlies optreedt om de doelen in 2015 te halen als conclusies en maatregelen pas medio 2010 in de ILG-midterm review worden vastgesteld;

  • - dat de uitvoering van het TOP-gebiedenbeleid weliswaar door de provincies wordt gecoördineerd, maar dat het Rijk eindverantwoordelijk is voor het natuur- en waterbeleid, onder meer in het licht van de Vogel- en Habitatrichtlijn en de Kaderrichtlijn Water;

roept de regering op om op de kortst mogelijke termijn in overleg te treden met de provincies om de voortgang in de TOP-gebieden nader te analyseren, knelpunten te benoemen, nadere actie te ondernemen en hierover voor 1 mei de Kamer te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening van deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 123 (32123-XIV).

De motie-Van der Ham/Dibi (32123-XIV, nr. 43) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de Crisis- en herstelwet in eerste instantie bedoeld is als tijdelijke maatregel;

overwegende dat in de Crisis- en herstelwet ook de Natuurbeschermingswet op onderdelen is gewijzigd;

overwegende dat het kabinet stelt dat de kwaliteit van de natuur door de wet niet wordt bedreigd;

verzoekt de regering, bij het opstellen van de integrale natuurwet de ervaringen met de bij de Crisis- en herstelwet gewijzigde onderdelen van de Natuurbeschermingswet hierbij te betrekken en het Planbureau voor de Leefomgeving over de ecologische effecten te laten adviseren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Deze gewijzigde motie is ondertekend door de leden Van der Ham, Dibi en Jacobi. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 124 (32123-XIV).

Ik stel vast dat wij nu over de gewijzigde moties kunnen stemmen.

Op verzoek van mevrouw Jacobi stel ik voor, haar moties (32123-XIV, nrs. 38 en 39) en haar gewijzigde motie (32123-XIV, nr. 123) van de agenda af te voeren.

Op verzoek van de heer Koopmans stel ik voor, zijn moties (32123-XIV, nrs. 33 en 35) van de agenda af te voeren.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van een stemverklaring vooraf.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Voorzitter. Ik heb namens de fractie van de Partij voor de Dieren een nadere duiding bij drie moties.

In de motie-Polderman (32123-XIV, nr. 48) wordt gevraagd om een verduurzaming van de visserij via het MSC-keurmerk. Zolang de rücksichtslose plundering van de zee niet is gestopt, is duurzame vis een fabeltje. Het MSC-etiket geeft een groene goedkeuring aan het eten van vis, ook als de getroffen maatregelen nog lang niet genoeg zijn om de vis als "verantwoord" te bestempelen. Wat wij nodig hebben, is een radicale herziening van het beleid en niet het in slaap sussen van bezorgde consumenten. Om die reden zal mijn fractie die motie niet steunen.

In de motie-Graus (32123-XIV, nr. 103) wordt de regering verzocht, de invoering van luchtwassers te heroverwegen. Luchtwassers zijn een duur, energieslurpend lapmiddel die de immense problemen van de bio-industrie niet zullen oplossen. Hoewel de PVV-fractie andere overwegingen heeft voor het indienen van deze motie, zal de Partij voor de Dieren de motie om de zojuist genoemde redenen wel steunen.

Tot slot de motie-Dibi/Van der Ham (32123-XIV, nr. 111). Daarin wordt gevraagd om aanvullend beleid voor het terugdringen van broeikasgassen in de landbouwsector. De Partij voor de Dieren staat uiteraard positief tegenover dat verzoek, ware het niet dat de innovaties waarover de motie gaat, te vaak nog op gespannen voet staan met dierenwelzijn. Onder voorwaarde dat dierenwelzijn volop zal worden gerespecteerd – ik zie de heer Van der Ham zijn duim al opsteken – zullen wij die motie steunen.

De voorzitter:

Dank u wel. U hebt uw stemverklaring voor de volgende punten alvast bij dit punt gedaan.

In stemming komt de motie-Koopmans c.s. (32123-XIV, nr. 34).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de VVD, de SGP, het CDA en het lid Verdonk voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Jacobi (32123-XIV, nr. 36).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, D66, de PvdD, de VVD, de ChristenUnie, de SGP, het CDA en het lid Verdonk voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de fractie van de PVV ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Jacobi (32123-XIV, nr. 37).

De voorzitter:

Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Dibi (32123-XIV, nr. 41).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, D66 en de PvdD voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Van der Ham c.s. (32123-XIV, nr. 124).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, D66, de PvdD en de ChristenUnie voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Ouwehand (32123-XIV, nr. 44).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, D66 en de PvdD voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Ouwehand (32123-XIV, nr. 45).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, D66 en de PvdD voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Ouwehand (32123-XIV, nr. 46).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, D66, de PvdD en de PVV voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Snijder-Hazelhoff c.s. (32123-XIV, nr. 47).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de VVD, de SGP, het CDA, de PVV en het lid Verdonk voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

Naar boven