Aan de orde is het debat naar aanleiding van een algemeen overleg op 4 december 2002 over sociale veiligheid openbaar vervoer.

De voorzitter:

Ik deel aan de woordvoerders van dit VAO mee dat het kerstregime van toepassing is. De woordvoerders hebben maximaal twee minuten spreektijd en onderlinge interrupties zijn niet toegestaan, tenzij men verduidelijking wil vragen over de tekst van moties.

Mevrouw Gerkens (SP):

Voorzitter. Ik heb dit VAO aangevraagd omdat ik een aantal toezeggingen die de minister tijdens het AO heeft gedaan, onvoldoende vond. Daartoe wil ik een drietal moties indienen.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

van mening dat de veiligheid in de trein beter gewaarborgd wordt door de aanwezigheid van één of meer conducteurs;

overwegende dat de ontwikkeling is dat steeds meer treinen zonder conducteur gaan rijden;

voorts overwegende dat de regering uitbreiding wil van het aantal trams waarop een conducteur aanwezig is, maar dergelijke maatregelen niet treft voor het treinvervoer;

constaterende dat de regering menselijk toezicht ziet als de beste maatregel voor de verbetering van de sociale veiligheid in het openbaar vervoer;

verzoekt de regering, bij nationale en decentrale treinlijnen verplicht te stellen, eventueel bij wet, dat er minimaal één conducteur op de trein aanwezig is,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Gerkens en Duyvendak. Naar mij blijkt, wordt zij voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 2(28642).

De heer Van Haersma Buma (CDA):

Ik heb één vraag aan mevrouw Gerkens. Het kost natuurlijk geld als je meer conducteurs moet inzetten dan nu de bedoeling is. Ik neem aan dat dit ten koste gaat van het treinkaartje, of moet het op een andere manier gefinancierd worden?

Mevrouw Gerkens (SP):

Ik vraag om de aanwezigheid van in ieder geval één conducteur op iedere trein. Het gaat mij er met name om dat deGerkens conducteur van de trein verdwijnt bij aanbestedingen, zoals bij NoordNed en Syntus. Deze maatregel heeft volgens mij weinig financiële consequenties. U doelt op het vergroten van het aantal conducteurs, terwijl ik minimaal één conducteur op de trein wil.

Ik dien nu mijn tweede motie in.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

van mening dat er op dit moment een schrijnend tekort is aan spoorwegpolitie;

overwegende dat de minister van Verkeer en Waterstaat in mei jongstleden 200 fte's extra spoorwegpolitie heeft aangekondigd;

constaterende dat er volgens het Aanvalsplan sociale veiligheid openbaar vervoer slechts 51 fte's extra spoorwegpolitie komen;

verzoekt de regering, de in mei gedane toezeggingen na te komen en ervoor te zorgen dat er 200 extra fte's spoorwegpolitie komen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Gerkens, Kant en Marijnissen. Naar mij blijkt, wordt zij voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 3(28642).

De heer Van Haersma Buma (CDA):

Ik stel mevrouw Gerkens een vergelijkbare vraag als over de vorige motie. Ik vind de motie buitengewoon sympathiek, maar wat mevrouw Gerkens vraagt kost veel geld. In het debat heeft de minister volgens mij duidelijk aangegeven dat hij doet wat hij kan om meer controleurs en bewaking op de trein te krijgen. Hoe denkt mevrouw Gerkens dit te financieren? Haar antwoord is belangrijk voor onze afweging.

Mevrouw Gerkens (SP):

De minister heeft niet gezegd dat de financiën het probleem zijn. Het probleem is dat er op dit moment onvoldoende mensen beschikbaar zijn. Ik vind dat de minister onvoldoende heeft toegezegd dat hij zich in zal zetten voor realisatie van die 51 fte's en uitbreiding in de toekomst naar de 200 fte's die voor dit jaar zijn beloofd door het vorige kabinet. Ik wil graag per motie vastleggen dat er hard wordt ingezet om de beloofde 200 fte's te realiseren.

Ik dien nu mijn derde motie in.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

van mening dat de overheid verantwoordelijk is voor de veiligheid, ook op de treinstations, en deze verantwoordelijkheid indien nodig ook dient te nemen;

overwegende dat op steeds meer treinstations het loket sluit, waardoor naast de service ook de veiligheid afneemt;

voorts overwegende dat bij eventuele sluiting van loketten, bemensen van het station op een andere manier wenselijk is voor het veiligheidsgevoel;

constaterende dat de veiligheidsmaatregelen die getroffen worden bij het sluiten van loketten, vaak onvoldoende zijn;

verzoekt de regering, ervoor te zorgen dat elk station op de een of andere manier bemand is,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Gerkens, Kant en Marijnissen. Naar mij blijkt, wordt zij voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 4(28642).

De heer Van Haersma Buma (CDA):

Voorzitter. Mevrouw Gerkens heeft een aantal buitengewoon sympathieke moties ingediend. De minister heeft tijdens het overleg van vorige week, volgens mij naar genoegen van een groot deel van de Kamer, de duidelijke toezegging gedaan dat hij het maximaal haalbare binnen de budgettaire mogelijkheden doet. Sociale veiligheid in het openbaar vervoer is van groot belang en mijn fractie hecht daar sterk aan.

Na twee interrupties naar aanleiding van de moties van mevrouw Gerkens, ben ik van mening dat zij de gevolgen van haar moties onvoldoende kan aangeven. De minister heeft wel degelijk gezegd dat 200 fte's extra spoorwegpolitie veel geld kosten. Dat geld moet dus ergens vandaan komen en datzelfde geldt voor de conducteur op de tram en voor de bemanning van treinstations. Dat zouden wij allemaal heel graag willen en dat vind ik ook heel nuttig, maar ik realiseer mij drommels goed dat dit ten koste gaat van iets anders, bijvoorbeeld de frequentie van treinen. Ik vind dat mevrouw Gerkens die keuze eerlijk moet maken en dat doet zij niet. Daarom zal ik de drie moties niet steunen.

De heer Alblas (LPF):

Voorzitter. Ook mijn fractie vindt de moties in principe buitengewoon sympathiek, want de veiligheid in het openbaar vervoer gaat ons zeer aan het hart. Wij hebben echter hetzelfde bezwaar als net door de heer Van Haersma Buma naar voren is gebracht: de financiële dekking van de moties is niet helder. Wat ons betreft is de verzekering van de minister dat hij zich hiervoor tot het uiterste zal inspannen voldoende, want wij hebben geen alternatieve dekking. Misschien mag ik in herinnering brengen dat wij een amendement hebben ingediend voor extra conducteurs in het openbaar vervoer. Daarbij wil ik het graag laten.

Minister De Boer:

Voorzitter. Ik heb met belangstelling kennisgenomen van de moties die zojuist zijn ingediend door mevrouw Gerkens en ik zal deze één voor één behandelen.

De eerste motie had tot strekking om vervoerders te verplichten op elke trein een conducteur te plaatsen. Een algemene verplichting voor alle treinvervoerders is mijns inziens ineffectief, onhaalbaar en ook onnodig. Het grijpt te ver in op de integrale verantwoordelijkheid voor de totale bedrijfsvoering van een vervoerder en doorkruist daarmee de zelfstandigheidsgedachte en de daarbij behorende decentralisatie. De inzet van personeel binnen de totale bedrijfsvoering is primair de verantwoordelijkheid van de vervoerder zelf. De effectiviteit van de toepassing van de maatregelen die nu zijn voorgesteld, moet worden bezien in relatie tot de kosten, de algemene dienstverlening en mogelijke alternatieven op basis van innovatieve oplossingen. Ik denk dat maatwerk daarbij van het grootste belang is.

Op de Zoetermeerlijn en bij NoordNed is ervaring opgedaan met een alternatieve aanpak. Er zitten op de betreffende lijnen geen vaste conducteurs op de trein, maar er worden mobiele controleteams ingezet en cameratoezicht toegepast. De ervaringen hiermee zijn over het algemeen positief. Per saldo is sprake van een effectieve dienstverlening met oog voor de veiligheid.

Mevrouw Gerkens (SP):

Is de minister zich ook bewust van de enorme problemen op de Zoetermeerlijn: agressie, dronkenschap, vandalisme, enzovoort. Wij moeten op deze lijn extra politie inzetten om die problemen terug te dringen.

Minister De Boer:

Voorzitter. Met uw goedvinden ga ik door met mijn antwoord, want mijn volgende zin is gewijd aan het onderwerp dat mevrouw Gerkens aansnijdt.

Incidenten als op de Zoetermeerlijn kunnen nooit geheel voorkomen worden. Eén conducteur zal daar weinig aan kunnen doen. Probleemlijnen vragen naar mijn inschatting om maatwerk, zoals het opereren in teamverband en extra inzet van politie. Zoals wij in het AO hebben besproken, komen er mobiele teams, want dat is een veel beter alternatief. Dit is ook het maatwerk waarover ik het in verband met de Zoetermeerlijn heb.

Mevrouw Gerkens (SP):

Pleit de minister er hier nu voor, op den duur alle conducteurs van de trein te halen en met mobiele teams te werken? Het lijkt erop dat de minister slechts maatwerk wil leveren waar het uit de hand loopt.

Minister De Boer:

Mevrouw Gerkens heeft mij verkeerd begrepen of ik heb het verkeerd uitgelegd. Alleen op de Zoetermeerlijn van de NS en in het rayon van NoordNed is ervoor gekozen geen conducteur op de trein te plaatsen en op alle andere treinen zit wel een conducteur. Ik heb geen enkele aanleiding om te veronderstellen dat dit binnenkort anders wordt.

Ook innovaties als de ontwikkeling van de chipkaart en de beheerste toegang tot stations met poortjes zullen een instrument bieden voor de sociale veiligheid. Zij kunnen een meer flexibele inzet van personeel tot effect hebben omdat de kaartcontrole verandert. Daarop moet kunnen worden ingespeeld. Derhalve ontraad ik aanvaarding van de motie.

De tweede motie van mevrouw Gerkens heeft betrekking op de spoorwegpolitie. Aanvankelijk werden inderdaad in de plannen 200 man genoemd. Wij hebben hierover het nodige gezegd tijdens het algemeen overleg. Uiteindelijk zijn er 51 uitgekomen: drie mobiele teams van 17 man. Als u nog 200 man erbij wilt, vraagt u meer dan gepland was. Er zouden dan 149 man bij moeten om op 200 uit te komen.

De heer Van Haersma Buma zei al dat er geen financiële dekking is. Mevrouw Gerkens heeft echter gelijk als zij opmerkt dat het ook een kwestie is van het niet beschikbaar zijn van deze politiemensen. Dit heeft alles te maken met de prioritering in het kader van de totale veiligheidsgedachte hetgeen minister Remkes met u in deze Kamer besprak. Ik zeg u overigens toe, zoals ik al deed tijdens het algemeen overleg, dat ik mij zeer zal inzetten en de vinger aan de pols zal houden. Het is mij een lief ding waard als wij op termijn de sterkte omhoog kunnen brengen. Dit betekent echter dat ik aanvaarding van deze motie moet ontraden.

De derde motie van mevrouw Gerkens heeft betrekking op de loketsluiting. Zij vraagt erop toe te zien dat alle stations in Nederland weer over een loket kunnen beschikken.

Mevrouw Gerkens (SP):

De minister begrijpt mij verkeerd. Ik heb gevraagd om bemensing op ieder station. Dit hoeft geen lokettist te zijn. Er kunnen creatieve vormen gevonden worden. Het gaat mij erom dat er sociale controle op die stations is.

Minister De Boer:

Ik geef toe dat ik mevrouw Gerkens verkeerd begrepen heb, maar dat komt omdat de motie nog niet bij mij op tafel ligt. Het gaat dus om bemensing van alle stations in Nederland. Ook hierover heb ik gesproken tijdens het algemeen overleg. Ik wees op de enorme kosten die dit met zich brengt. Ik heb mevrouw Gerkens in dat algemeen overleg aangegeven dat het niet noodzakelijk is dat alle stations bemenst zijn, omdat daar niets mis is met de veiligheid. Ik vind het dan onzinnig om daar mensen neer te zetten. Wij zoeken het juist in alternatieven, zoals extra cameratoezicht, meldpalen, enz. In het voorstel van mevrouw Gerkens ontbreekt de financiële dekking. Derhalve moet ik aanvaarding van de motie ontraden.

Mevrouw Gerkens (SP):

Deze motie heeft bij uitstek geen financiering nodig. De afgelopen maanden heb ik negen stations bezocht met loketten die gaan sluiten. In Beilen is een fietsenhandelaar die heel graag die ruimte in het station wil overnemen. Hij probeert daartoe contact op te nemen met de NS maar dat lukt niet. Er is dus een gegadigde die daar de hele dag toezicht kan houden, maar de NS houdt zich stil. Ik hoor van anderen dat de huren huizenhoog zijn. Ik begrijp dat op dit moment het contact tussen de NS en de minister niet optimaal is, maar ik vraag de minister of hij bij de NS erop wil aandringen om daar beleid voor te ontwikkelen door daar bijvoorbeeld ondernemers bij in te schakelen. Dat kost niemand extra geld, sterker nog, het levert geld op en het maakt vele mensen blij.

Minister De Boer:

Ik wil mevrouw Gerkens bijna vragen waarom de relatie met de NS op dit moment zo slecht zou zijn. Dit is echter niet aan de orde, het gaat nu om de loketten en de bemensing. Ik zal de suggestie van mevrouw Gerkens naar de NS doorgeleiden in de hoop dat daaraan invulling kan worden gegeven. Misschien is dit een mogelijkheid, maar ik kan niet vanaf deze plaats de toezegging doen dat dit inderdaad het geval is.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Ik stel voor, op een nader te bepalen tijdstip over de moties te stemmen.

Daartoe wordt besloten.

Naar boven