Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Wijziging van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (XI) voor het jaar 1999 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) (26548).

(Zie vergadering van 23 juni 1999.)

De voorzitter:

Aangezien het amendement-Rietkerk (stuk nr. 5) is ingetrokken, maakt het geen onderwerp van behandeling meer uit.

De artikelen 1 t/m 4, de begrotingsstaat, onderdeel uitgaven en verplichtingen, de artikelen 01.01 t/m 03.18 worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Rietkerk (stuk nr. 4).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, het CDA, het GPV, de RPF en de SGP voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast, dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 4 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

Artikel 03.19 wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen 03.35 t/m 05.19, de begrotingsstaat, onderdeel uitgaven en verplichtingen, de begrotingsstaat, onderdeel ontvangsten, de begrotingsstaat, onderdeel Agentschap Rijksgebouwendienst, en de beweegreden worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:

Ik constateer, dat het wetsvoorstel met algemene stemmen is aangenomen.

Naar boven