Handeling
| Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
|---|---|---|---|---|
| Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2024-2025 | nr. 111, item 5 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
|---|---|---|---|---|
| Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2024-2025 | nr. 111, item 5 |
Voorzitter: Van Campen
Petitie Mondzorg terug in het basispakket
Aan de orde is het tweeminutendebat Petitie Mondzorg terug in het basispakket (32620, nr. 301).
De voorzitter:
Aan de orde is het tweeminutendebat Petitie Mondzorg terug in het basispakket. Ik heet de staatssecretaris van VWS van harte welkom. Ik geef als eerste het woord aan de heer Dijk namens de fractie van de SP, voor zijn inbreng van de zijde van de Kamer. Meneer Dijk, u heeft het woord.
De heer Dijk (SP):
Dank u wel, voorzitter. Met een dubbel demissionair kabinet ontstaat er ook best veel ruimte voor wensen die mensen uit de samenleving en maatschappelijke organisaties hebben en voor het grote probleem van mensen die de tandarts mijden. Daarvoor heb ik drie moties.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat een op de drie mensen met een bescheiden inkomen de tandarts mijdt vanwege de kosten;
overwegende dat dit leidt tot ernstige mond- en gezondheidsproblemen;
verzoekt de regering om bij de aankomende Miljoenennota met een voorstel te komen om mondzorg in het basispakket op te nemen, en hiervoor als dekking te gebruiken: versobering van de expatregeling, verhoging van de bankenbelasting, het in loondienst nemen van medisch specialisten en fraudebestrijding in de zorg,
en gaat over tot de orde van de dag.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat juist mensen met bescheiden inkomens de tandarts mijden vanwege de kosten;
overwegende dat preventieve mondzorg cruciaal is om gezondheidsproblemen te voorkomen;
verzoekt de regering om één periodieke controle per jaar vanuit het basispakket te vergoeden, en de kosten te dekken door actieve fraudebestrijding in de zorg en door zo spoedig mogelijk nieuwe medisch specialisten alleen nog in loondienst te nemen,
en gaat over tot de orde van de dag.
De heer Dijk (SP):
Tot slot.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat mondzorg nu tot 18 jaar wordt vergoed;
overwegende dat jongvolwassenen tot 25 jaar vaak een bescheiden inkomen hebben en goede mondzorg juist in deze fase belangrijk is;
verzoekt de regering de leeftijdsgrens voor mondzorg in het basispakket te verhogen naar 25 jaar, en dit te dekken door het versoberen van de expatregeling,
en gaat over tot de orde van de dag.
Er is een interruptie van de heer Claassen van de PVV.
De heer Claassen (PVV):
Dit is een heel goed onderwerp. Ik denk dat we de uitkomst, namelijk dat de mondzorg in het basispakket moet, delen. Maar ik heb wat zorgen over de dekking. Stel je voor dat het ons lukt om binnen een jaar de fraudebestrijding aan te pakken, dan is het daarna niet meer nodig, dan komt u elk jaar 10 miljard te kort. Hoe gaat u het dan dekken als het ons lukt om de zorgfraude tegen te gaan? Dan komt u daarna geld tekort.
De heer Dijk (SP):
Ik heb nadrukkelijk naar dekking gezocht, ook bijvoorbeeld bij de PVV. Wat zou de PVV nou een fijne dekking vinden? Ik heb gekeken bij de Partij van de Arbeid en ik weet dat die hier ongeveer achter staat. En ik heb met Nieuw Sociaal Contract hierover contact opgenomen. Daarom staan ze ook onder de motie. Ik heb het allemaal uitgezocht. Ik dacht dat uw minister er prat op ging om de fraude in de zorg, dus ook deze, hard aan te pakken. Maar als ik naar de cijfers kijk, dan is dat in 2024 slechts 16 miljoen euro geweest op een bedrag dat wordt geschat op 10 miljard euro aan fraude in de zorg. Daar valt dus een heleboel te halen. Als ik zie wat voor bedrag er gedekt moet worden om die eerste controle in het basispakket op te nemen, dan is dat 150 miljoen euro. Dat is eigenlijk peanuts. Dat bedrag is al binnen als we een klein beetje fraudebestrijding voor elkaar kunnen krijgen. Maar als u het wil omvormen tot een expatregeling of een bankenbelasting, tot uw dienst. Ik heb juist allemaal dekkingen gezocht die bij u passen, omdat ik zie dat u hierin beslissend kan zijn. Samen met NSC, Partij van de Arbeid en SP zouden we een meerderheid hebben en kunnen we het gewoon regelen. We kunnen er dan eindelijk voor zorgen dat de eerste stap in die diepe wens van heel veel mensen wordt gezet en dat delen van mondzorg in het basispakket worden opgenomen, iets wat heel veel andere landen ook hebben. Dat zou een grote vooruitgang betekenen.
De voorzitter:
De heer Claassen leek bijna overtuigd, maar hij heeft toch nog een tweede interruptie. Tot slot.
De heer Claassen (PVV):
Nogmaals, ik begrijp de noodzaak en die delen we met elkaar. Maar zou het niet beter zijn om in plaats van dit soort moties met dekkingen — een beetje hier graaien en een beetje daar graaien — hiernaar te kijken bij de Algemene Politieke Beschouwingen of bij de begroting van VWS? Daar zouden we meer constructief, met een amendement op de begroting, tot een meer gedegen plan kunnen komen dan dit soort — ik bedoel het niet denigrerend — losse schoten voor de boeg.
De heer Dijk (SP):
Meneer Claassen, u kent mij volgens mij hartstikke goed. Ik grijp iedere mogelijkheid aan om dit voor elkaar te krijgen. Ik denk dat ik mij zelden zo ongelofelijk constructief heb opgesteld als in dit debat. Ik heb contact gehad met allerlei partijen omdat ik een dubbel demissionair kabinet zie en een vurige wens van een meerderheid van deze Kamer. Eerst was het onmogelijk om dit voor elkaar te krijgen. Als we het nu doen en we zetten dit kabinet aan de slag om richting Prinsjesdag al met een oplossingsrichting te komen, dan kunnen we het ook fixen vanaf 1 januari in plaats van dat er ergens in december weer wordt gezegd: het is nu wel heel kort dag. Nu kunnen we het nog regelen.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Dijk. Ik nodig mevrouw Joseph van de BoerBurgerBeweging uit voor het leveren van haar inbreng in eerste termijn.
Mevrouw Joseph (BBB):
Dank, voorzitter. Ik heb ook drie moties. Ik denk dat dit iets voorzichtigere moties zijn.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat in de huidige werkwijze van beleidsevaluatie en -modellering de opbrengsten van beleidsmaatregelen pas worden meegenomen wanneer die in het verleden bewezen zijn;
overwegende dat deze benadering innovatie en preventieve beleidsmaatregelen belemmert;
verzoekt de regering om de Kamer na afloop van het adviestraject van het Zorginstituut Nederland over de potentiële baten van mondzorg in het basispakket te informeren over de daarin geleerde lessen, zodat in de toekomst de potentiële baten van beleidsmaatregelen beter kunnen worden betrokken bij besluitvorming,
en gaat over tot de orde van de dag.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat mondzorg in het Aanvullend Zorg- en Welzijnsakkoord (AZWA) op de ontwikkelagenda staat;
overwegende dat het project "Vermindering mijding mondzorg vanwege de kosten" inzet op samenwerking tussen Rijk, gemeenten en het sociaal vangnet, maar dat de dekking via gemeentepolissen of tandartsverzekeringen vaak tekortschiet voor mensen met achterstallige mondzorg;
verzoekt de regering om in de toegezegde Kamerbrief over gerichte maatregelen inzichtelijk te maken of en hoe een noodfonds voor mondzorg ondersteund kan worden en spoedig aan de slag te gaan met het punt mondzorg van de ontwikkelagenda van het AZWA,
en gaat over tot de orde van de dag.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat een groeiende groep mensen met een laag inkomen mondzorg mijdt vanwege de kosten, wat leidt tot verergering van gezondheidsproblemen;
overwegende dat preventieve mondzorg essentieel is om duurdere en acute zorg te voorkomen, en dat gemeenten via hun sociaal domein en lokale netwerken een belangrijke rol kunnen spelen in het signaleren en ondersteunen van mensen met mondzorgproblemen;
verzoekt de regering om te verkennen hoe preventieve mondzorg lokaal versterkt kan worden, onder meer via betere samenwerking tussen gemeenten, overheid en zorgverzekeraars,
en gaat over tot de orde van de dag.
Dank u wel. Mevrouw De Korte heeft zich gemeld voor de sprekerslijst, maar zij heeft niet deelgenomen aan het schriftelijk overleg. Ik geef haar toch even kort het woord.
Mevrouw De Korte (NSC):
Voorzitter, er is inderdaad wat misgegaan. Ik heb me opgegeven, dus hierbij het verzoek om toch mee te doen met dit debat.
De voorzitter:
Ik kijk of daar bezwaar tegen is. Volgens mij is dat niet het geval, dus dan heeft u het woord. Gaat uw gang, namens de fractie van Nieuw Sociaal Contract.
Mevrouw De Korte (NSC):
Voorzitter. Mondzorg is geen luxe, maar cruciaal voor je gezondheid. Een reguliere tandartscontrole helpt om problemen en risico's tijdig op te sporen en in een vroeg stadium te kunnen aanpakken, zodat ze niet verder ontwikkelen tot een groter probleem. Dit levert niet alleen gezondheidswinst op, maar kan ook dure behandelingen die anders later nodig zijn overbodig maken.
Voorzitter. We hebben de motie van de SP van harte medeondertekend. Daarnaast hebben wij geen moties, maar we willen wel aangeven hoe belangrijk wij het vinden dat mondzorg weer in het basispakket komt.
De heer Bushoff (GroenLinks-PvdA):
Ik heb het nog eens teruggekeken. Op 25 januari 2024 stemde NSC tegen een motie die ongeveer net zo luidde als de motie die net mede-ingediend is door mevrouw De Korte. Op 24 oktober 2024 stemde NSC tegen. Op 2 juli 2025 stemde NSC ook tegen het opnemen van mondzorg in het basispakket. Mijn vraag is: waarom regelde u het niet toen u de kans had, toen u in een kabinet zat? Waarom dient u nu deze motie mede in, terwijl u eigenlijk ook weet dat het waarschijnlijk aan de partijen in de nieuwe Kamer, die na de verkiezingen in de Kamer terugkomen, en aan een nieuw kabinet zal zijn om dit echt te gaan regelen?
Mevrouw De Korte (NSC):
Wij hadden in ons verkiezingsprogramma "mondzorg in het pakket" staan. Dat is niet in het hoofdlijnenakkoord gekomen. Zo gaat dat inderdaad als je in een samenwerking komt. We staan nu los van de samenwerking. We blijven het dus, net als bij de vorige verkiezingen, belangrijk vinden. Hiermee geven we het signaal af dat het nu maar moet gaan gebeuren.
De voorzitter:
Tot slot, meneer Bushoff.
De heer Bushoff (GroenLinks-PvdA):
Tot slot, voorzitter. Het is heel goed als een Kamer een signaal afgeeft iets te willen. Maar is mevrouw De Korte het niet met mij eens dat het waarschijnlijk toch aan een nieuwe Kamer is, met de partijen die daarin zitting nemen, en aan een nieuw kabinet om dit te regelen? Is zij het met mij eens dat het belangrijk is dat we als Kamer signalen afgeven, maar dat dit signaal van NSC ook een beetje mosterd na de maaltijd is?
Mevrouw De Korte (NSC):
Nee, het is altijd mogelijk om toch deze stap te zetten. We vinden het belangrijk om deze stap te zetten. Zeker naar de verkiezingen toe en daarna weet iedereen dat wij als NSC voor deze mondzorg staan.
De voorzitter:
Dank u wel. Het woord is aan de heer Bevers van de fractie van de VVD.
De heer Bevers (VVD):
Voorzitter. Geen moties vanuit de VVD; wat ons betreft had dit tweeminutendebat ook niet ingepland hoeven worden. We hebben afgelopen november namelijk nog een tweeminutendebat gevoerd over het eindverslag van het Project vermindering mijding van mondzorg om financiële redenen, waarin dit onderwerp ook is besproken. Bovendien loopt er momenteel nog een onderzoek naar de gezondheidswaarden van pakketmaatregelen bij het opnemen van mondzorg in het basispakket. Hierbij wordt er ook gekeken naar de bredere maatschappelijke baten. De uitkomsten worden verwacht in 2028. De VVD is tegen de uitbreiding van het basispakket. De uitbreiding leidt tot een stijging van de nominale premie en dat willen we niet. Moties om het basispakket wel uit te breiden, zullen we dan ook niet steunen.
Dank u wel, voorzitter.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Bevers. Het woord is aan de heer Bushoff, die zijn inbreng levert namens GroenLinks-Partij van de Arbeid.
De heer Bushoff (GroenLinks-PvdA):
Dank u wel, voorzitter. Gisteren was ik in Den Haag bij de bus van Dokters van de Wereld, de zogenoemde Mondzorgkaravaan. Die trekt door het land om mensen die weinig geld hebben toch te voorzien van een tandartsbehandeling. Het is heel mooi dat zij dat doen, maar tegelijkertijd is het ook heel schrijnend dat dit nodig is. Daar zie je namelijk hoeveel mensen in Nederland geen toegang hebben tot goede mondzorg: honderdduizenden mensen. Dat leidt tot enorm schrijnende verhalen. Daarom is het heel erg belangrijk dat we iets gaan doen voor de groep mensen voor wie de toegang tot mondzorg er nu niet is en dat we er dus voor gaan zorgen dat mondzorg voor deze groep wél toegankelijk wordt.
Ik denk dat het belangrijk is dat de Kamer dat signaal vandaag ook afgeeft. Maar laten we ook nuchter en realistisch zijn: het zal waarschijnlijk aan een nieuwe Kamer en aan een nieuw kabinet zijn om dat daadwerkelijk te gaan regelen. De beste garantie om ervoor te zorgen dat mondzorg onderdeel wordt van het basispakket en dat al die mensen geholpen worden, is om op 29 oktober op partijen te stemmen die daar consequent voorstellen voor hebben gedaan en dat ook blijven doen na de verkiezingen. Dan is het aan de kiezer om daar zelf een oordeel over te vellen.
Voorzitter. Met die oproep heb ik toch nog één motie. Ik denk dat die nu wel al iets kan veranderen. Wellicht kan het kabinet hier nu wel al iets mee, ondanks het feit dat het demissionair is. Dat is de volgende motie.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat honderdduizenden kinderen, vooral uit kwetsbare wijken, niet jaarlijks op bezoek gaan bij de tandarts, ondanks dat mondzorg voor kinderen grotendeels vanuit het basispakket wordt vergoed;
overwegende dat DSW in Schiedam en CZ in Heerlen een succesvolle pilot hebben gedraaid met een brief met een oproep voor ouders van kinderen die niet naar de tandarts zijn geweest om ze te informeren over de halfjaarlijkse gratis tandartscontroles voor kinderen;
verzoekt de regering in samenspraak met zorgverzekeraars te komen tot het breder inzetten van deze brief voor ouders van kinderen die niet naar de tandarts zijn geweest,
en gaat over tot de orde van de dag.
De heer Bushoff (GroenLinks-PvdA):
Tot zover.
De voorzitter:
Dank u wel. Het woord is aan de heer Claassen. Hij ziet af van zijn termijn. Dan is ten slotte het woord aan mevrouw Paulusma voor haar inbreng namens de fractie van D66.
Mevrouw Paulusma (D66):
Voorzitter, dank u wel. D66 wil dat iedereen recht krijgt op een jaarlijkse tandartscontrole, die wordt vergoed vanuit het basispakket. Want een gezonde mond is essentieel voor een gezond leven en mag niet afhankelijk zijn van je portemonnee. Daarom de volgende motie.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat preventieve zorg, zoals een jaarlijkse tandartscontrole, problemen vroegtijdig opspoort en hogere kosten kan voorkomen;
overwegende dat het vergroten van de toegankelijkheid van preventieve zorg aansluit bij de ambitie om gezondheidsverschillen te verkleinen en zorgkosten te beheersen;
verzoekt de regering om een jaarlijkse tandartscontrole voor iedereen op te nemen in het basispakket,
en gaat over tot de orde van de dag.
Dank u wel. Ik schors … O, er is toch nog een interruptie van mevrouw De Korte. Gaat uw gang.
Mevrouw De Korte (NSC):
Wij hebben ontzettend hard gezocht naar een dekking voor mondzorg. Ik hoor geen dekking hiervan. Het wordt dan een beetje lastig. Je kunt van alles beloven. Dit is ook het lastige geweest: waar haal je de dekking vandaan? Wij hebben daar een heel creatieve dekking voor gevonden. Maar hoe ziet u de dekking van mondzorg voor u?
Mevrouw Paulusma (D66):
Dat is een hele terechte vraag. D66 is ook altijd de partij die moties met dekkingen inlevert. Ik zie nu alleen een kabinet dat twee keer gevallen is. Volgens mij zei de heer Dijk ook al dat dit kansen biedt. Laten we met elkaar een signaal afgeven over datgene wat belangrijk is voor de gezondheid van Nederlanders. Ik ben wel op zoek, samen met alle partijen die dit ook willen, naar een dekking die bij iedereen past, zodat we dit gewoon met elkaar kunnen gaan doen.
De voorzitter:
Dank u wel. Daarmee zijn we aan het einde gekomen van de inbreng van de Kamer. Ik schors voor vijf minuten en dan gaan we luisteren naar de appreciatie van de moties van de zijde van het kabinet.
De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.
De voorzitter:
Ik heropen voor de appreciatie van de moties van de zijde van het kabinet. We lopen een beetje uit de tijd, dus ik zou de leden willen voorstellen om één interruptie per motie toe te staan. Het woord is aan de staatssecretaris.
Staatssecretaris Tielen:
Voorzitter, dank u wel. In Nederland hebben we internationaal gezien een hele goede mondgezondheid en goede mondzorg. Maar we zien dat bepaalde groepen mensen onnodig mondziekten hebben. Daar ging die petitie ook over. Het aloude advies, waarmee ook ik ben opgegroeid, namelijk twee keer per dag poetsen met een fluoridehoudende tandpasta en twee keer per jaar naar de tandarts, is niet meer voor iedereen vanzelfsprekend. Daar is deze petitie en ook dit tweeminutendebat op gebaseerd. Ik neem nu waar voor de waarnemend minister van VWS. Vanaf morgen is er een nieuwe minister van VWS, maar ik denk dat ik namens hem spreek als ik zeg dat het goed is dat we in deze Kamer regelmatig spreken over hoe het beter kan, ook omdat mondzorg een goede manier van preventie is.
Maar de roep om mondzorg zomaar in het basispakket te zetten is misschien niet meteen de beste maatregel, ook omdat dit een enorm grote impact heeft en het ervoor kan zorgen dat de mondzorg juist weer duurder wordt, waardoor het zijn doel voorbijschiet. Bovendien zijn wij dubbel demissionair — dat is al een paar keer gezegd — dus laat ik mij bescheiden opstellen in dit debat.
Dat brengt mij bij de moties. Ik begin met de motie op stuk nr. 303 van de heer Dijk. Ik vind het in ieder geval heel sympathiek van meneer Dijk dat hij met dekkingsvoorstellen komt. Tegelijkertijd zijn dit nogal grote dekkingsvoorstellen, die je niet even op een A4'tje neerzet en aanneemt. Ik zou graag willen verwijzen naar de begrotingsbehandeling. Bovendien zijn de kostenimplicaties gigantisch, maar goed, die probeert meneer Dijk te adresseren met deze dekkingsvoorstellen. Dit is niet de plek om dit zomaar even per motie te regelen. Ik ontraad de motie, ook omdat dit te duur is.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 303 is ontraden. Dan de motie op stuk nr. 304.
Staatssecretaris Tielen:
De motie op stuk nr. 304 is ietsje minder duur. Dat klopt. Ongeveer 300 miljoen zou het beslag daarvan zijn. Ik zie dat meneer Bushoff hieronder staat. Ook die van mevrouw Paulusma is eigenlijk een beetje dezelfde soort motie, alleen hier is er nog dekking bij gezocht. Ook daarvoor geldt: ik vind het sympathiek dat het erbij staat, maar ik verwijs graag naar de begrotingsbehandelingen. De implicaties zijn echt enorm, en die doen we niet zomaar met een A4'tje af. Mijn oordeel is dus "ontraden".
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 304: ontraden. Eén interruptie van mevrouw De Korte.
Mevrouw De Korte (NSC):
Mijn naam staat eronder, en niet die van mevrouw Paulusma. Dat even ter correctie. Fraudebestrijding was ook al belangrijk voor de VVD, dus je zou er twee vliegen in één klap mee kunnen slaan. Enerzijds mondzorg in het basispakket ...
De voorzitter:
Uw vraag?
Mevrouw De Korte (NSC):
... en anderzijds fraudebestrijding. Dus waarom ziet u dat dan niet zitten? Want het zijn echt twee goede dingen.
De voorzitter:
De staatssecretaris.
Staatssecretaris Tielen:
Ik ga even de correctie corrigeren, want ik verwees naar de motie op stuk nr. 310 van mevrouw Paulusma, waar meneer Bushoff ook onder stond. Vandaar. Fraudeaanpak is sowieso belangrijk. Daar kan potentieel 10 miljard euro mee worden bespaard in de zorg. Waar je dat dan vervolgens aan besteedt, is een ander vraagstuk. Daarom zeg ik ook dat je niet zomaar met één A4'tje alle dingen bij elkaar kunt leggen en grote veranderingen moet willen afdoen, zeker niet op dit moment in de tijd, wetende dat over twee weken de Miljoenennota aan u gepresenteerd zal worden.
De voorzitter:
We gaan naar de motie op stuk nr. 305.
Staatssecretaris Tielen:
De motie op stuk nr. 305 is weer ietsje goedkoper, geloof ik, maar ook daarvoor geldt dat ik die zal moeten ontraden.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 305: ontraden. De motie op stuk nr. 306.
Staatssecretaris Tielen:
Ik vind vooral de constatering van mevrouw Joseph een goeie. We zijn ook bezig met het ontwikkelen van het preventiemodel, juist om te kijken hoe je opbrengsten beter kan meenemen in beleidsevaluatie- en modellering. Het Zorginstituut is inderdaad bezig met het adviestraject rondom mondzorg in het basispakket. Dus ik zou deze motie van mevrouw Joseph eigenlijk willen overnemen.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 306 is overgenomen. Zijn de leden daarmee akkoord? Ik stel vast dat dat het geval is.
Dan de motie op stuk nr. 307.
Staatssecretaris Tielen:
De motie op stuk nr. 307 van mevrouw Joseph gaat over het Aanvullend Zorg- en Welzijnsakkoord, waarvan ik hoop dat we dat volgende week kunnen tekenen. Daarin staan inderdaad middelen voor de ontwikkelagenda, waar mevrouw Joseph naar verwijst. Het lijkt mij een goed idee om deze motie oordeel Kamer te geven, met de kanttekening dat als we het zo opschrijven, er nog wel van alles gedaan moet worden om daadwerkelijk ook die middelen beschikbaar te krijgen. Daar zijn allerlei criteria voor vastgesteld in het akkoord.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 307 krijgt oordeel Kamer. De motie op stuk nr. 308.
Staatssecretaris Tielen:
Met de motie op stuk nr. 308 zijn we eigenlijk al bezig. Met een aantal ideeën zijn we aan de slag: de mondzorgcoach, voorlichting, lokale netwerken rondom mondzorg. Er staat ook meer over in de brief die u in november gaat krijgen van de minister van VWS. Dus ook deze motie zou ik kunnen overnemen.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 308 is overgenomen. Ik kijk of mevrouw Joseph en de andere leden daarmee akkoord zijn. Dat is het geval.
Dan de motie op stuk nr. 309.
Staatssecretaris Tielen:
De motie op stuk nr. 309 raakt aan iets wat heel veel Nederlanders, zeker die in geldzorgen zitten, vaak niet beseffen, namelijk dat mondzorg voor kinderen tot 18 jaar gratis is. Dus ik vind het een hele aansprekende motie. Ik wil even checken of het niet al gebeurt, dus of zorgverzekeraars daar niet al mee bezig zijn. Maar laat me daarmee aan de slag gaan en hen, als het niet al gebeurt, daarop wijzen. Dus ik geef de motie op stuk nr. 309 oordeel Kamer.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 309: oordeel Kamer. Tot slot, de motie op stuk nr. 310.
Staatssecretaris Tielen:
Deze motie lijkt een beetje op de tweede motie, die op stuk nr. 304, maar dan zonder dekking, dus deze motie is ontraden.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 310 is ontraden. Heeft u nog vragen te beantwoorden?
Staatssecretaris Tielen:
Volgens mij niet, maar ik zie wel meneer Dijk staan.
De voorzitter:
Eén interruptie van meneer Dijk. Gaat uw gang.
De heer Dijk (SP):
Ik heb een beetje moeite met de beantwoording van de staatssecretaris. Ik begrijp het als het een vorig kabinet zou betreffen, maar we hebben vorige week een heel debat gehad over hoe we moeten omgaan met een kabinet dat nog rust op 32 zetels. Er worden hier meerdere voorstellen gedaan om delen van de mondzorg weer in het basispakket te krijgen, met overgrote steun van de Kamer, namelijk met, als u goed kunt tellen, meer dan 100 zetels. U zegt steeds: dan past mij bescheidenheid. Het is ook een vorm van bescheidenheid om te zeggen: ik luister naar de Kamer en ga proberen om deze voorstellen uit te voeren. Want linksom of rechtsom zult u ermee geconfronteerd worden dat er, als ik kan tellen, moties worden aangenomen om bijvoorbeeld de eerste controle wel weer in het basispakket te krijgen — en daar zal het kabinet mee aan de slag moeten, in al zijn bescheidenheid, omdat de Kamer daarom vraagt.
Staatssecretaris Tielen:
Zo zijn de verhoudingen altijd, onafhankelijk van op hoeveel zetels een kabinet rust. De Kamer gaat over haar eigen besluitvorming, maar vraagt de regering om er een appreciatie op te geven. Soms heeft dat te maken met uitvoerbaarheid. Soms heeft het te maken met het combineren van verschillende begrotingen, waar meneer Dijk naar verwijst. Soms heeft het te maken met een moment in de tijd. Zoals ik al zei, is de Miljoenennota er over twee weken. U kunt niet van mij verwachten dat ik binnen twee weken de hele boel op zijn kop ga zetten met steun. Ik geloof dus dat meneer Dijk en ik het met elkaar eens zijn. Uiteindelijk is het aan de Kamer om haar besluitvorming te doen. Ik geef daar een advies op. We noemen dat een "appreciatie". Het is aan de Kamerleden om te wegen of ze daar wat mee kunnen of niet. Als de Kamer haar uitspraak gedaan heeft, moet ik zien wat we daarmee moeten. Zo werkt onze democratie. Daar ben ik trots op.
De voorzitter:
Daarmee zijn we nu echt aan het einde gekomen van dit tweeminutendebat.
De beraadslaging wordt gesloten.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/h-tk-20242025-111-5.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.