6 Reactie op nadere adviezen Wet gegevensverwerking door samenwerkingsverbanden

Reactie op nadere adviezen Wet gegevensverwerking door samenwerkingsverbanden

Aan de orde is het tweeminutendebat Reactie op nadere adviezen wetsvoorstel Wet gegevensverwerking door samenwerkingsverbanden (35447, nr. 22).

De voorzitter:

Aan de orde is het tweeminutendebat Reactie op nadere adviezen wetsvoorstel Wet gegevensverwerking door samenwerkingsverbanden, Kamerstuk 35447, nr. 22. De eerste spreker, mevrouw Dekker, heeft zich gemeld. Als ze op adem is gekomen, geef ik het woord graag aan haar.

Mevrouw Dekker-Abdulaziz (D66):

Dank, voorzitter. Ik heb even gerend.

Voorzitter. De WGS is de zogenaamde super-SyRI. De wet legitimeert het verbinden en geautomatiseerd analyseren van databestanden onder het mom van het bestrijden van zware criminaliteit. Mijn fractie was altijd al tegen deze wet en heeft ook tegengestemd. De nieuw ingewonnen adviezen van de AP en de Raad van State door de Eerste Kamer zijn ook zeer kritisch. De controversiële artikelen 3.1 tot en met 3.3 geven wat ons betreft overheidsinstanties een carte blanche om data onderling te verbinden, met alle gevolgen van dien. D66 staat voor het bestrijden van criminaliteit, maar niet ten koste van het onnodig verdacht maken van onschuldige mensen of het verloochenen van artikel 10 van de Grondwet, het recht op een persoonlijke levenssfeer.

Voorzitter. Daarom heb ik vandaag een aantal vragen en een motie. Het is wat D66 betreft goed om ervoor te kiezen om de artikelen 3.1 tot en met 3.3 niet in werking te laten treden, maar er lijkt nu te worden gekozen voor een rechtsstatelijk geitenpaadje. Waarom schrapt de minister deze artikelen niet uit de wet, zodat het geborgd blijft naar de toekomst toe? Is zij bereid om dit alsnog te doen? Zo nee, wil ze dan nogmaals haar toezegging herhalen dat deze artikelen niet van kracht worden als de wet wordt aangenomen in de Eerste Kamer?

Voorzitter. Ten tweede: kan de minister toezeggen dat het aangekondigde nieuwe wetsvoorstel voor spoedgevallen op korte termijn bij de Kamer ligt, zodat er straks niet een half manke wet in werking treedt?

Voorzitter. Tot slot mijn motie. Die vraagt om een voorhangprocedure van de aangekondigde AMvB in gevallen van spoed. Op deze manier kan de Kamer controleren welke samenwerkingsverbanden in het leven worden geroepen. Waarom? Om misstanden te voorkomen.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat het wetsvoorstel Wet gegevensverwerking door samenwerkingsverbanden verregaande implicaties heeft op het gebied van gegevensuitwisseling in het kader van criminaliteitsbestrijding;

overwegende dat in het coalitieakkoord Omzien naar elkaar staat: "We zorgen ervoor dat de grondslagen voor die gegevensuitwisseling met de juiste waarborgen, zoals doelbinding en proportionaliteit, zijn verankerd in de wet en dat in adequaat toezicht is voorzien";

concluderende dat er op basis van adviezen die de Eerste Kamer heeft ingewonnen in een later stadium een wetswijziging wordt ingediend;

verzoekt de regering om een voorhangprocedure op te nemen voor de AMvB die de nieuwe (spoed)samenwerkingsverbanden aanwijst,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Dekker-Abdulaziz, Van Baarle, Dassen en Leijten.

Zij krijgt nr. 23 (35447).

Heel goed.

Mevrouw Dekker-Abdulaziz (D66):

Dank u wel.

Mevrouw Kuik (CDA):

Ik ben benieuwd hoe de woordvoerder van D66 aankijkt tegen de steeds zwaarder wordende georganiseerde misdaad en het gebrek aan instrumenten van de overheid om daar een vuist tegen te maken.

Mevrouw Dekker-Abdulaziz (D66):

Mijn fractie is tegen zware criminaliteit. Wij willen die ook bestrijden en wij willen ook dat de overheid daar instrumenten voor heeft, maar dat legitimeert niet dat de databestanden van alle mensen op deze manier met elkaar verbonden worden, zonder waarborgen.

De voorzitter:

Prima. Kort, kort, kort, kort.

Mevrouw Kuik (CDA):

Maar het punt is natuurlijk dat de diensten dit nodig hebben om de georganiseerde misdaad aan te pakken, want misdadigers hebben geen regels. De overheid heeft heel veel regels, waardoor ze erin beperkt wordt om de misdaad daadwerkelijk aan te pakken.

Mevrouw Dekker-Abdulaziz (D66):

Dit is een herhaling van de vraag. Waarborgen zoals proportionaliteit en doelverbinding ontbreken. Daarom willen wij een voorhangprocedure om dat straks te kunnen blijven controleren.

Mevrouw Michon-Derkzen (VVD):

Er is in deze wet volstrekt geen sprake van databestanden, waar mevrouw Dekker op doelt. Maar nog even los van de inhoud: ik vraag me af waarom mevrouw Dekker deze motie indient op het moment dat de wet in de Eerste Kamer ligt. Is mevrouw Dekker het met mij eens dat de Eerste Kamer aan zet is om deze wet te beoordelen? Het standpunt van D66 is helder. Dat horen we hier nu nog een keer. Maar de Tweede Kamer is nu niet aan zet, dus waarom deze vreemde bocht?

Mevrouw Dekker-Abdulaziz (D66):

Het is geen vreemde bocht. Laat mij het even corrigeren: gegevensuitwisseling betekent in feite databestanden. De Eerste Kamer is aan zet. Ik heb het liefst dat de Eerste Kamer deze wet met een novelle terugstuurt, maar er wordt nu, na bevraging van de Raad van State en de AP, voor gekozen om een aantal artikelen niet in werking te laten treden. Dus straks hebben we eigenlijk een halve wet die in werking treedt. Ik wil de minister er gewoon heel graag toe aanzetten om die voorhangprocedure al gelijk mee te nemen in de nieuwe wet.

De voorzitter:

Heel goed. Afrondend.

Mevrouw Michon-Derkzen (VVD):

Ik krijg geen antwoord op mijn vraag. Waarom staat mevrouw Dekker hier commentaar, een reactie of een inzet te geven op een wet die in de senaat ligt? Dat vind ik een staatsrechtelijk ingewikkelde procedure. Ik ken die ook niet. Zij kiest ervoor om dat te doen. Waarom doet zij dat?

Mevrouw Dekker-Abdulaziz (D66):

Ik ga niet over de huidige wet die in de senaat ligt. Mijn motie ziet op een voorhangprocedure bij de nieuw aangekondigde wet. De minister kondigt een nieuwe wet aan om de artikelen 3.1 tot en met 3.3 te corrigeren. Het is juist niet een hele goede route om artikelen in huidige wetten achteraf te corrigeren. Die voorhangprocedure duidt op de nieuwe wet die nog naar de Tweede Kamer komt en niet op de wet die in de Eerste Kamer ligt.

De voorzitter:

Prima. Dank u wel.

Mevrouw Dekker-Abdulaziz (D66):

Dank.

De voorzitter:

De laatste spreker van de zijde van de Kamer was ook mevrouw Dekker. Ik schors vijf minuten.

De vergadering wordt van 11.03 uur tot 11.06 uur geschorst.

De voorzitter:

Het woord is aan de minister.

Minister Yeşilgöz-Zegerius:

Dank u wel, voorzitter. Om te beginnen wil ik wel echt mijn verbazing uitspreken over het feit dat D66 vandaag met mij over dit onderwerp in debat wil. De Wet gegevensverwerking door samenwerkingsverbanden is in 2020 met een ruime meerderheid aangenomen in uw Kamer. Het is nu aan de Eerste Kamer om dit wetsvoorstel te behandelen. In januari 2021 heeft de Tweede Kamer een motie verworpen waarin de regering werd gevraagd om dit wetsvoorstel in te trekken. Uw Kamer heeft zich in feite dus al tweemaal achter het wetsvoorstel geschaard. En juist uw Kamer vraagt regelmatig om wetgeving voor betere gegevensdeling in de aanpak van georganiseerde ondermijnende criminaliteit. Ik moet dus zeggen: ik snap er oprecht heel weinig van dat juist een wetsvoorstel dat zorgt voor een goede grondslag voor gegevensdeling — ik dacht tot vandaag dat dat ook een grote wens was van D66 — zou moeten worden ingetrokken. Ook in het coalitieakkoord is afgesproken dat wij zorgen voor grondslagen voor gegevensuitwisseling om beter te kunnen samenwerken in de aanpak van georganiseerde criminaliteit en dat daarbij wordt voorzien in de juiste waarborgen. Ook het lid Dekker-Abdulaziz heeft zich natuurlijk hieraan gebonden. Het lijkt mij goed om ermee te beginnen dat in herinnering te brengen.

Mevrouw Dekker-Abdulaziz (D66):

Sorry dat ik de minister onderbreek, maar ik vraag niet om de wet in te trekken. Dat wil ik eventjes rechtzetten.

Minister Yeşilgöz-Zegerius:

Er worden hier zaken geproblematiseerd die in de lijn van de wetgeving en de manier waarop wij dit altijd met elkaar doen ontzettend logische stappen zijn. Mevrouw Dekker-Abdulaziz gaf aan: je hoeft het niet in te trekken, maar de minister corrigeert nu het een en ander, en daar ga ik voor liggen — dat zijn nu even mijn woorden. Ik corrigeer niks. Als D66 dat wenst, kan ik de wet in de Eerste Kamer precies zo laten. Ik heb nu zelf gezegd dat ik die artikelen niet in werking laat treden omdat ik zelf voor een extra waarborg wil zorgen. Dat betekent dat ik deze terugbreng naar de Kamer op het moment dat ze actueel worden. Als dat voor verwarring zorgt — dat is op zich een heel gangbare praktijk bij wetgeving — dan kan ik de wet ook laten zoals die is. Dan doen we het niet met die artikelen, zoals het hier al gepasseerd is in de Tweede Kamer. Ik voeg een extra waarborg toe waardoor de Tweede Kamer straks ook weer extra aan zet is, of het nou gaat om intrekken of een novelle. Er ligt ook een motie die vraagt om een voorhangprocedure. Misschien is het handig om er meteen bij te geven dat die het oordeel ontraden krijgt. Het wetsvoorstel waar het over gaat, komt namelijk nog hier. Dat is dan de plek waar we het erover gaan hebben. Dat is het debat, en daar zal ik mijn advies neerleggen en neemt de Kamer een inhoudelijk besluit. Maar het is heel gek om daarop vooruit te lopen. Elk scenario dat hier wordt gebracht, past dus niet in de reguliere wetstrajecten. Ik ben dus een beetje in de war over wat het doel nou is.

De voorzitter:

Is de motie daarmee ontraden?

Minister Yeşilgöz-Zegerius:

Zeker.

Mevrouw Mutluer (PvdA):

Een verduidelijking, ook naar aanleiding van de vraag die net aan de minister is gesteld, zodat ik weet wat ik met deze motie moet doen. Volgens mij is er ook gevraagd of het niet beter is om de kritiekpunten van de Raad van State en de AP niet in een AMvB te regelen, maar in die aanpassingswet die onze kant op komt. Wil de minister daar nog op reageren?

Minister Yeşilgöz-Zegerius:

Wat we nu doen, is volledig in lijn met de Raad van State. De Raad van State heeft ook geadviseerd wat ik net aangeef. Daarbij heb ik ervoor gekozen om die artikelen niet in werking te laten treden en om te zeggen dat dit als een apart wetstraject terugkomt in de Kamer op het moment dat het gaat spelen. Dat is dus in lijn daarmee. Een ander aspect is ook net langsgekomen: in geval van spoed gaat het natuurlijk sneller. Dan kan er ook geen sprake zijn van een voorhang, want dan is de spoed weg en dan is die niet meer aan de orde. Het zou best kunnen dat we daar bijvoorbeeld een nahang gaan doen. Dan kan de Kamer, zoals we dat ook vaker doen, op dat moment in stelling worden gebracht. Dat zijn dus allemaal de reguliere trajecten en dit past volledig in het advies van de Raad van State; laat ik het zo samenvatten voor mevrouw Mutluer.

De voorzitter:

Duidelijk.

Minister Yeşilgöz-Zegerius:

Ja?

De voorzitter:

Heel goed.

Minister Yeşilgöz-Zegerius:

Top!

De voorzitter:

Nog een vraag van mevrouw Dekker.

Mevrouw Dekker-Abdulaziz (D66):

Dank aan de minister in ieder geval voor de beantwoording. Ik vind het jammer dat de motie ontraden wordt, want de minister sloot haar betoog af met: liever nahang dan voorhang. Daar ging mijn motie over. Wellicht is het voorbarig, maar het is wel heel goed om deze opdracht mee te geven als de minister straks toch bezig is met het schrijven van een nieuw wetsvoorstel, wat een heel goed idee is. Ik dank haar ook voor het herhalen van de opmerking dat die artikelen niet in werking treden, maar ik heb ook gevraagd wanneer het nieuwe wetsvoorstel naar de Kamer komt.

Minister Yeşilgöz-Zegerius:

In de motie staan twee elementen: een nieuw samenwerkingsverband en, tussen aanhalingstekens, spoed. Met een voorhang is het geen spoed meer. Dus het is een optie dat we met elkaar vinden dat je ook als overheid snel en flexibel moet kunnen optreden in de strijd tegen bijvoorbeeld ondermijning. Als de Kamer vervolgens zegt dat de spoed eruit wordt gehaald en niet meer bestaat — dat is het geval met de voorhang — vervalt die optie. Met betrekking tot de nieuwe wet zal ik kijken of ik nu nog een reactie kan krijgen. In de eerste helft van dit jaar zal het nog naar de Raad van State gaan. Dat is ons streven. Dat gaat over het reguliere traject. Daarbij moeten we dan met elkaar bespreken wat voor- of nahang wordt, maar met voorhang slaat de Kamer de optie van spoed wel uit mijn handen.

Mevrouw Dekker-Abdulaziz (D66):

Tot slot, voorzitter. Dank, want de eerste helft van dit jaar is bijna voorbij. Dan komen we verder te spreken over de vraag of voorhang spoedig genoeg is, want ik kan me herinneren dat we de Wbni binnen een week hebben kunnen behandelen. Dat was een ander traject, maar wij als Kamer weten wel wat spoed is en we kunnen de minister daar wel mee helpen.

Minister Yeşilgöz-Zegerius:

Het zal in ieder geval in de eerste helft van dit jaar naar de Raad van State gaan. Dus daarna begint dat traject. Dat zeg ik om alle misverstanden voor te zijn.

De voorzitter:

Ja, dat is dan bij dezen vastgelegd. Heel goed. Tot zover dit debat.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Dinsdag stemmen wij over de ene motie. Ik schors even totdat de sprekers voor de volgende sessie arriveren.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven