5 Beperken emissies van kooldioxide door werkgebonden personenmobiliteit

Beperken emissies van kooldioxide door werkgebonden personenmobiliteit

Aan de orde is het tweeminutendebat Besluit activiteiten leefomgeving en het Omgevingsbesluit in verband met het beperken van emissies van kooldioxide door werkgebonden personenmobiliteit (33118, nr. 234).

De voorzitter:

Aan de orde is een tweeminutendebat met een lange titel: het tweeminutendebat Besluit activiteiten leefomgeving en het Omgevingsbesluit in verband met het beperken van emissies van kooldioxide door werkgebonden personenmobiliteit. Wederom welkom aan de staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat.

Als eerste gaat de heer Koerhuis namens de VVD het woord voeren. Gaat uw gang.

De heer Koerhuis (VVD):

Dank u wel, voorzitter. Dit besluit gaat over het stimuleren van elektrisch rijden. Er is een aantal dingen nodig om elektrisch rijden te stimuleren. Ik heb samen met mevrouw Van Ginneken de volgende motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de elektriciteitstarieven op laadpalen en langs snelwegen niet transparant genoeg zijn, terwijl de prijzen van laadbeurten fors kunnen verschillen;

constaterende dat de lpg-, benzine- en dieseltarieven op tankstations en langs snelwegen wel zichtbaar zijn;

van mening dat de elektriciteitstarieven op laadpalen en langs snelwegen ook zichtbaar moeten zijn;

verzoekt de regering om samen met de sector een plan te maken en de elektriciteitstarieven op laadpalen en langs snelwegen ook zichtbaar te laten zijn,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Koerhuis en Van Ginneken.

Zij krijgt nr. 251 (33118).

De heer Koerhuis (VVD):

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank voor uw inbreng. Dan mevrouw Van Ginneken, die zal spreken namens D66. Gaat uw gang.

Mevrouw Van Ginneken (D66):

Dank, voorzitter. Zojuist heb ik samen met de heer Koerhuis een motie ingediend. Het is belangrijk dat door het besluit dat nu voorligt, meer mensen ervoor zullen kiezen om met een elektrische auto naar het werk te gaan. Ook zij verdienen de keuzemogelijkheid om hun auto op te laden op een manier die past bij hun beurs. Die transparantie is ontzettend belangrijk. Ik ben dus blij met de gezamenlijke actie met de VVD.

Ik heb nog een vraag aan de staatssecretaris. Ik heb in een eerdere motie over dit onderwerp erop aangedrongen dat de staatssecretaris tempo maakt met de implementatie. Kan de staatssecretaris nog even kort toelichten hoe het proces er vanaf vandaag uit gaat zien en wanneer dit besluit effectief gaat zijn?

Dank, voorzitter.

De voorzitter:

Dank. Tot slot aan de zijde van de Kamer is het woord aan mevrouw Kröger namens GroenLinks.

Mevrouw Kröger (GroenLinks):

Voorzitter. Ik heb twee vragen en twee moties.

We discussiëren al decennia over minder en schoner woon-werkverkeer. Er zijn talloze campagnes geweest en nu liggen er afspraken die optellen tot 1 megaton. Dat zou in theorie kunnen lukken als iedereen net zo veel blijft thuiswerken als tijdens corona, maar de files laten zien dat dat niet het geval is. Ik wil de staatssecretaris vragen hoe zij deze tegenvaller concreet gaat compenseren met extra maatregelen.

Twee weken geleden kregen we het ibo-rapport, met daarin een stevig pleidooi om alle leaseauto's per 2025 elektrisch te maken. Daarover is een motie van mijn hand en van het lid Van Ginneken aangenomen. Wat zijn de stappen die nu gaan volgen? Wanneer wordt het verplicht?

Ik heb twee moties.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat zakelijk vliegen nu niet is meegenomen in de plannen om de klimaatimpact van woon-werkverkeer te beperken;

overwegende dat vliegreizen onevenredig veel bijdragen aan de klimaatverandering en dat voor veel zakelijke vliegreizen prima alternatieven beschikbaar zijn;

overwegende dat veel grote bedrijven zich al gecommitteerd hebben aan afspraken om minder te gaan vliegen;

verzoekt de regering om zakelijk vliegen mee te nemen in de rapportageverplichting, met zowel CO2 als kilometers, zodat de omvang en ontwikkeling van zakelijk vliegen beter in beeld komen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Kröger.

Zij krijgt nr. 252 (33118).

Mevrouw Kröger (GroenLinks):

Dan mijn volgende motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat het Besluit CO2-reductie werkgebonden personenmobiliteit nog geen emissiegrenswaarde voor woon-werkverkeer bevat;

overwegende dat de gemiddelde woon-werkafstand toeneemt;

verzoekt de regering ook voor woon-werkverkeer een emissiegrenswaarde te bepalen en de middelen om deze te handhaven,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Kröger.

Zij krijgt nr. 253 (33118).

Mevrouw Kröger (GroenLinks):

Dank, voorzitter.

De voorzitter:

Hartelijk dank voor uw inbreng. Daarmee zijn we aan het einde gekomen van de termijn van de zijde van de Kamer. We gaan even een paar minuten schorsen, tot uiterlijk 12.50 uur.

De vergadering wordt van 12.44 uur tot 12.51 uur geschorst.

De voorzitter:

We gaan door met de behandeling van het tweeminutendebat over een besluit dat een hele lange titel heeft. Het gaat over elektrisch vervoer. Ik geef het woord aan de staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat.

Staatssecretaris Heijnen:

Dank u wel, voorzitter. Er zijn een aantal moties ingediend. Daarna zal ik nog een aantal vragen behandelen.

Ik wil de motie-Koerhuis/Van Ginneken op stuk nr. 251, over de elektriciteitstarieven, graag oordeel Kamer geven.

De motie van mevrouw Kröger op stuk nr. 252, over zakelijk vliegen, wil ik ontraden. Ik vind het an sich een goed idee om de boel in kaart te brengen, maar niet in het kader van dit ontwerpbesluit. Vliegreizen zijn namelijk conform het Klimaatakkoord uitgezonderd van het ontwerpbesluit. Ik wil samen met de sector verkennen hoe het zakelijk vliegen beter in beeld kan worden gebracht. Ik zal dat afstemmen met de verantwoordelijk portefeuillehouder vliegen, minister Harbers.

Mevrouw Kröger (GroenLinks):

Ik hoor de toezegging om toch te kijken hoe we het zakelijk vliegen op de radar kunnen krijgen en hoe we het in kaart kunnen brengen. Wanneer kan de Kamer daarover horen?

Staatssecretaris Heijnen:

Ik moet eerst uitzoeken hoelang het duurt voordat dat in beeld kan worden gebracht. Ik kan mevrouw Kröger toezeggen dat ik schriftelijk zal laten weten hoe die tijdslijn eruit zal zien.

Mevrouw Kröger (GroenLinks):

Lukt die tijdslijn voor de stemmingen van aanstaande dinsdag?

Staatssecretaris Heijnen:

Ja, dat kan ik voor die tijd zeker in beeld hebben. Dat is geen probleem.

Mevrouw Kröger (GroenLinks):

Oké. Wat ik moet doen met de motie laat ik even afhangen van die tijdslijn.

De voorzitter:

Goed. Maar het oordeel blijft ontraden. Hier komt nog voor de stemmingen een brief over.

Staatssecretaris Heijnen:

Ja. Dan de motie op stuk nr. 253 van mevrouw Kröger over de grenswaarde voor woon-werkverkeer. Die wordt vastgesteld tijdens de evaluatie in 2026. De werkgevers zijn hier natuurlijk in principe ook al volop mee bezig. Dan is ook de evaluatie van het ontwerpbesluit om te zien of het tussentijdse reductiedoel wordt behaald. Als dat niet zo is, zullen we natuurlijk moeten kijken of we aanvullende maatregelen moeten nemen.

De voorzitter:

Dus het oordeel is?

Staatssecretaris Heijnen:

Ontraden.

Dan had ik nog drie vragen. Mevrouw Van Ginneken vroeg of ik kan aangeven hoe de motie wordt uitgevoerd waarmee is verzocht het ontwerpbesluit te voorzien van meer ambitie. Ik ben daarover op dit moment in gesprek met de stakeholders. Meer ambitie moet namelijk ook uitvoerbaar zijn. Besluitvorming over de hogere ambitie vindt plaats in het kader van de Voorjaarsnota.

Mevrouw Kröger vroeg ook nog hoe ik het uitstel van lagere klimaatdoelstellingen ga compenseren. Daarover vindt ook besluitvorming plaats in het kader van de Voorjaarsnota.

Dan was er nog een vraag van mevrouw Kröger over de verplichting voor zakelijke auto's. Dat is afhankelijk van de besluitvorming over het ibo-pakket bij de Voorjaarsnota. Daarin moet besloten worden. Daar zullen we ook op koersen. Het kan vervolgens op z'n vroegst pas in 2025 worden ingediend, maar dat is dus wel waar we op koersen.

De voorzitter:

Mevrouw Kröger wil wel of niet. Ja, toch wel. Gaat uw gang.

Mevrouw Kröger (GroenLinks):

Toch even. Eigenlijk hoor ik de staatssecretaris zeggen: we gaan bij de Voorjaarsnota een besluit nemen over die verplichting rond leaseauto's en dan kan het per 2025 ingevoerd worden.

Staatssecretaris Heijnen:

Ja. Er moet natuurlijk nog een ibo-pakket worden vastgesteld. Dat valt samen met de behandeling van de Voorjaarsnota. Daar moet natuurlijk wel een besluit worden genomen over de vraag of daar gelden voor worden toegekend. Wij koersen daarop, want in de commissie is natuurlijk vaker besproken dat dit een plan is waar de Kamer enthousiast van wordt. Maar als dat allemaal goed gaat, kan dat vervolgens op z'n vroegst pas in 2025 worden geïmplementeerd, omdat je daarvoor ook nog een aantal stappen moet doorlopen.

Mevrouw Kröger (GroenLinks):

Maar dit is toch een normerende maatregel waar voor de rest geen budget voor hoeft te worden gereserveerd?

Staatssecretaris Heijnen:

Nou, het is natuurlijk zo dat we samen met de sector wel aan het kijken zijn wat er allemaal mogelijk is en waar eventueel nog aanvullende behoefte aan is. Als er aanvullende maatregelen moeten worden genomen om onze doelen te halen, zullen wij daarnaar moeten kijken. Het idee is wel om ervoor te zorgen dat we in 2025 komen tot een totaalpakket. Daar zal dit hopelijk ook een onderdeel van zijn.

De voorzitter:

Dank. Dat was ook het einde van het betoog van de staatssecretaris.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Wederom gaan we aanstaande dinsdag 11 april stemmen over de ingediende moties. Ik stel voor dat we gelijk doorgaan met het volgende onderwerp, omdat ik inmiddels alle woordvoerders in de zaal zie zitten.

Naar boven