12 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Mag ik iets meer stilte in de zaal? Dank u zeer.

Ik stel aan de Kamer voor bij de Algemene Politieke Beschouwingen voor de volgende fracties en groepen aangepaste spreektijden te hanteren:

  • -PVV: 27 minuten;

  • -BBB: 15 minuten;

  • -JA21: 12 minuten;

  • -Groep Van Haga: 6,5 minuten;

  • -Lid Ephraim: 6 minuten.

Op verzoek van de aanvrager stel ik voor de volgende debatten van de agenda af te voeren:

  • -het dertigledendebat over de toekomst van de ouderenzorg;

  • -het dertigledendebat over de ouderenzorg.

Ingekomen is een beschikking van de Voorzitters van de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal inzake aanwijzing van de volgende Eerste Kamerleden in de Parlementaire Assemblee van de Raad van Europa:

  • -Vogels tot plaatsvervangend lid in plaats van het lid Van Ballekom;

  • -Van Toorenburg tot lid in de bestaande vacature;

  • -Bovens tot plaatsvervangend lid in de bestaande vacature.

Ik deel aan de Kamer mee dat de commissie voor het onderzoek van de Geloofsbrieven het lid Ellian op 5 september 2023 tot voorzitter heeft gekozen.

Ik deel aan de Kamer mee dat voor de volgende debatten de termijn voor toekenning is verlengd:

  • -het dertigledendebat over de deelrapporten van het onderzoek naar de inkoop van persoonlijke beschermingsmiddelen;

  • -het dertigledendebat over het bericht dat zorgkantoren de toegang tot verpleeghuizen gaan beperken tot zware patiënten.

Op verzoek van een aantal leden stel ik voor de volgende door hen ingediende moties opnieuw aan te houden: 29282-527; 25295-2040.

Ik stel voor toe te voegen aan de agenda het tweeminutendebat Stikstof, NPLG en Natuur (CD d.d. 07/09), met als eerste spreker het lid Van Campen van de VVD.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Als eerste geef ik het woord aan mevrouw Koekkoek voor haar inbreng.

Mevrouw Koekkoek (Volt):

Dank u wel, voorzitter. De spreidingswet is zojuist niet controversieel verklaard. Dat is goed nieuws. Dat betekent namelijk dat we als Kamer daarover kunnen gaan debatteren. Mijn verzoek is dan ook om zo snel mogelijk, bij voorkeur de week na de Algemene Politieke Beschouwingen, het debat over deze wet te voeren. Dat verzoek doe ik mede namens — ik heb een briefje bij me, want het zijn er nogal wat — de partijen GroenLinks, PvdA, D66, ChristenUnie, SP, CDA, DENK, Partij voor de Dieren, BIJ1 en de leden Den Haan en Gündoğan.

De voorzitter:

Dank u wel. Op mijn lijst staat: 26 september. Maar u heeft het over de week na de Algemene Politieke Beschouwingen. Zo snel mogelijk, maar ...

Mevrouw Koekkoek (Volt):

Zo snel als mogelijk, voorzitter. Ja.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Geen steun. Het kabinet is hierop gevallen, dus controversiëler dan dit krijg je het niet.

De heer Eerdmans (JA21):

Voorzitter, geen steun. Ik wil daar nog iets aan toevoegen: het is echt kwalijk dat dit er op deze manier, zo met stoom en kokend water, voor de verkiezingen doorheen gejaagd moet worden. Dit is zeer controversieel; er is maatschappelijk geen draagvlak. Dus JA21 wil dit koste wat kost juist ná de verkiezingen torpederen en niet daarvoor in stemming brengen.

De heer Van Haga (Groep Van Haga):

Geen steun. Dit is uitermate controversieel. Laten we zo snel mogelijk na de verkiezingen dit weer naar de prullenbak verwijzen.

Mevrouw Kerseboom (FVD):

Voorzitter. Ik ga niet herhalen wat iedereen al heeft gezegd. Geen steun.

Mevrouw Agema (PVV):

Ik denk dat we websites die uitleg geven aan de bevolking over wat "controversieel verklaren" is, toch maar moeten oproepen om daar iets anders op te schrijven, want er is een gekwantificeerde minderheid — we zagen het net nog: 63 Kamerleden — die het controversieel wil verklaren. En het dan toch erdoorheen drammen ... Dat is echt onbegrijpelijk.

De voorzitter:

Dus u steunt het niet.

De heer Brekelmans (VVD):

Wij zouden deze wet ook graag als controversieel zien. Dus geen steun.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan gaan we even snel rekenen of u een meerderheid hebt, mevrouw Koekkoek. Kunt u nog een keer alle fracties noemen die voor zijn?

Mevrouw Koekkoek (Volt):

Ik deed dit verzoek ... Misschien heel even, voorzitter, want we hebben het net als meerderheid niet-controversieel verklaard; dus ik begrijp dat er moeite is met de wet, maar hij is nu niet controversieel verklaard. De partijen van wie dit verzoek mede komt, zijn: GroenLinks, PvdA, D66, ChristenUnie, SP, CDA, DENK, Partij voor de Dieren, BIJ1 en de leden Den Haan en Gündoğan.

De voorzitter:

Er is een meerderheid. Dan gaan wij ons best doen om dit debat te plannen.

Dan geef ik het woord aan mevrouw Agema. Zij zal spreken namens de PVV.

Mevrouw Agema (PVV):

Voorzitter. Als gevolg van golven van oversterfte en coronagolven is er nu een ongekende dip gaande op de intensive cares. Aangezien de intensive cares nog steeds in de marktwerking zitten, worden ze dus ook bij bosjes wegbezuinigd. We hebben op dit moment 900 operationele ic-plekken, de mensen plus bedden, in plaats van de 1.150 die minister Kuipers aangeeft als het minimum dat hij nodig heeft om crisissituaties het hoofd te kunnen bieden. Dat lijkt mij dus een zeer zorgelijke situatie. Ik stel dan ook voor om hier een debat over te plannen voordat het verkiezingsreces ingaat, want het najaar komt en er kunnen dan allerlei ziekteverwekkers de kop opsteken.

Mevrouw Pouw-Verweij (BBB):

Voorzitter. Er zijn een hoop dingen die kunnen wachten tot na de verkiezingen. Dit is er niet een van, dus van harte steun.

De heer Kuzu (DENK):

Steun, voorzitter.

Mevrouw Tielen (VVD):

Geen steun.

De heer Van Haga (Groep Van Haga):

Voorzitter. Je weet nooit wat dit kabinet in de herfst gaat doen, dus van harte steun.

Mevrouw Van den Berg (CDA):

Voorzitter. Belangrijk onderwerp. Dit kunnen we bespreken tijdens het debat over het Integraal Zorgakkoord op 11 oktober. Ik zou graag voor die tijd een brief ontvangen over de stand van zaken.

De voorzitter:

Dus geen steun.

Mevrouw Van Esch (PvdD):

Steun.

Mevrouw Kerseboom (FVD):

Steun.

Mevrouw Paulusma (D66):

Voorzitter, geen steun. Ik sluit me aan bij het verzoek van mevrouw Van den Berg.

De heer Jasper van Dijk (SP):

Steun.

De heer Drost (ChristenUnie):

Wij zouden ook graag een brief hebben van het kabinet, voorzitter, en dan pas besluiten of we willen debatteren daarover.

Mevrouw Koekkoek (Volt):

Steun.

De heer Stoffer (SGP):

Steun.

De voorzitter:

Er is geen meerderheid voor uw verzoek, mevrouw Agema. Er is wel een brief gevraagd. Dat verzoek zullen wij doorgeleiden richting kabinet.

Mevrouw Agema (PVV):

Zet het ook maar op de lijst met dertigledendebatten, voorzitter. Gewoon voor de vorm.

De voorzitter:

Ja, gaan we doen.

Mevrouw Agema (PVV):

Het Integraal Zorgakkoord, waar mevrouw Van den Berg naar wijst, is een hoofdlijnenakkoord op basis waarvan heel veel bezuinigingen doorgevoerd gaan worden. Dat is nog niet eens doorgerekend. Wat de crisissterkte van onze intensive cares daar nou mee te maken heeft, is mij echt een raadsel.

De voorzitter:

Dan geef ik het woord aan de heer Van Baarle, DENK.

De heer Van Baarle (DENK):

Voorzitter, dank u wel. Marokkaanse Nederlanders worden volop gediscrimineerd, ook op de woningmarkt. Als mensen reageren onder de naam Karim Azzouzi of Mohammed Abdulaziz, dan blijken ze gewoon 18% minder kans te hebben op het verkrijgen van een huurwoning. We weten dat dit al jarenlang gebeurt. Dit is onacceptabel. Daarom wil ik hier graag zo snel mogelijk een debat over met de minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening.

De heer Boulakjar (D66):

Voorzitter. Eerst moet je knokken op zoek naar een schaarse betaalbare huurwoning, en vervolgens moet je ook knokken tegen discriminerende verhuurders. Normaal gesproken zou ik zeggen: doe het in een commissiedebat. Maar ik wil steun uitspreken voor dit debat.

De voorzitter:

U steunt het.

De heer Peter de Groot (VVD):

Dit is een belangrijk onderwerp om te bespreken. Ik denk dat de snelste route een commissiedebat is, dus geen steun voor een plenair debat.

De heer Kops (PVV):

Geen steun.

De heer Van der Lee (GroenLinks):

GroenLinks en PvdA steunen het.

Mevrouw Van Esch (PvdD):

Steun.

De heer Van Haga (Groep Van Haga):

Nou, met het thema ben ik het op zich natuurlijk niet eens, maar het zou wel goed zijn om dat woondebat eens een keer hier in de plenaire zaal te voeren in plaats van in een commissiezaaltje.

De voorzitter:

Dus u steunt het?

De heer Van Haga (Groep Van Haga):

Ik steun het wel, want dan kunnen we de feiten op tafel krijgen. Ik denk dat het goed is om dit debat wel te voeren.

De voorzitter:

U steunt het dus.

De heer Van Haga (Groep Van Haga):

Ja, dank.

De voorzitter:

Helder.

Mevrouw Koekkoek (Volt):

Steun.

De heer Drost (ChristenUnie):

Wij kiezen voor een commissiedebat, voorzitter.

De heer Eerdmans (JA21):

Voorzitter, geen steun van ons.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Wij kiezen ook voor een commissiedebat.

De heer Stoffer (SGP):

Ik sluit me aan bij de voorgaande sprekers: laten we het doen in een commissiedebat.

De voorzitter:

Er is geen meerderheid voor uw verzoek, meneer Van Baarle, maar u heeft nog een tweede verzoek. Gaat uw gang.

De heer Van Baarle (DENK):

Voorzitter. Marokko is getroffen door een verschrikkelijke aardbeving van 6.8 op de schaal van Richter. Het leed is ondraaglijk: bijna 3.000 doden, mensen die geen huis meer hebben of hun dierbaren zijn verloren, en velen die nog steeds in onzekerheid verkeren of hun dierbaren nog leven. Het is vreselijk. We zijn in gedachten bij de slachtoffers en de nabestaanden. Wij moeten als land doen wat we kunnen doen om te helpen. Ik wil graag deze week nog een debat voeren met de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking om hierover te spreken.

De heer Hammelburg (D66):

Voorzitter, steun. Dit is ontzettend urgent. Het is een verschrikkelijke ramp. Ook gezien het nieuws in Libië zou ik op z'n minst de minister voor Ontwikkelingssamenwerking daarbij willen hebben. Mocht de agenda dat niet toestaan, dan graag een plaatsvervangend minister. Dat is dan aan het kabinet. Maar ik zou dit debat heel graag deze week plenair voeren.

De heer De Roon (PVV):

Voorzitter. Het is een vreselijke ramp wat die mensen daar is overkomen. Dat raakt ook veel mensen in Nederland. Het is goed dat de Kamer daar aandacht aan wil besteden in een debat. Dat hoeft wat mij betreft niet deze week.

De voorzitter:

Mevrouw Piri, u stond er net, maar ...

Mevrouw Piri (PvdA):

Ik ging even checken of GroenLinks hetzelfde vond.

De voorzitter:

Het is wel heel eerlijk om dat zo te zeggen.

De heer Brekelmans (VVD):

Ik denk dat wij het allemaal vreselijk vinden wat er in Marokko is gebeurd of nu gebeurt, en ook wat er in Libië gebeurt op dit moment. Alleen, volgens mij heeft de Nederlandse regering heel duidelijk aangegeven dat ze bereid is om alle steun te geven. Ik zou dus zeggen: het is nu niet nodig om hier een plenair debat over te voeren. Volgens mij trekken we aan dezelfde kant van de kar. Laten we het hier in de commissiedebatten die gepland zijn, bijvoorbeeld later vandaag al, met de regering over hebben. Maar geen steun voor een apart plenair debat.

Mevrouw Van Esch (PvdD):

Steun.

De heer Boswijk (CDA):

Ik sluit me aan bij de woorden van collega Brekelmans.

De heer Jasper van Dijk (SP):

Ja, ik steun het ook zeker dat er een debat over gevoerd kan worden, maar dat kan ook in een commissiedebat als dat praktischer is.

De voorzitter:

Maar u steunt het debat wel? Ja.

Mevrouw Piri (PvdA):

Mede namens GroenLinks steun ik allereerst van harte de woorden die de heer Van Baarle sprak. Volgens mij zien we allemaal hoe verschrikkelijk het is en hoe heel veel Nederlanders ook meeleven met familie en vrienden daar. Maar we hebben in dit parlement ook altijd gezegd dat een plenair debat niet belangrijker is dan een commissiedebat. Volgens mij zijn er een aantal commissiedebatten gepland, dus geen steun voor een apart plenair debat.

Mevrouw Pouw-Verweij (BBB):

Wel steun voor een apart plenair debat.

Mevrouw Koekkoek (Volt):

Ook steun.

De heer Drost (ChristenUnie):

Voorzitter. Ik wil me namens de ChristenUnie-fractie aansluiten bij de woorden die u aan het begin van deze vergadering uitsprak. Ik wil graag mijn medeleven uitspreken richting de nabestaanden en de slachtoffers, en ook juist richting de mensen in Nederland die dit van een afstand moeten meemaken. Dat moet erg zijn. Wij zien niet echt de noodzaak voor een plenair debat; daar kiezen we niet voor. Dat steun ik niet.

De voorzitter:

Er is geen meerderheid voor een plenair debat, maar de collega's verwijzen wel naar een commissiedebat. Dank u zeer.

De heer Van Baarle (DENK):

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Van Baarle.

Dan geef ik het woord aan de heer Drost, ChristenUnie.

De heer Drost (ChristenUnie):

Dank u wel, voorzitter. Ik stond hier ook in mei. Toen vroeg ik een plenair debat aan over de maatschappelijke impact van het postcovidsyndroom, long covid. De aanvraag van dat debat is vorige week verlopen. Ik sta hier dus opnieuw. Ik wil daar graag een plenair debat over voeren. Het probleem groeit. Patiënten wachten op dat debat. Ik had gehoopt dat we het al gevoerd zouden hebben. Helaas is het verlopen. Mijn tweede verzoek is om dat zo snel mogelijk in te plannen, als het even kan voor het verkiezingsreces. Dit verzoek doe ik mede namens mijn collega van het CDA, Van den Berg, de heer Bushoff van GroenLinks-PvdA, en ook namens collega Dijk van de SP.

De voorzitter:

De heer Van Dijk wist het nog niet, maar bij dezen.

Mevrouw Paulusma (D66):

Van harte steun, voorzitter.

Mevrouw Van Esch (PvdD):

Uiteraard van harte steun.

Mevrouw Tielen (VVD):

Steun, evenals de eerste keer dat de heer Drost dit vroeg.

Mevrouw Agema (PVV):

Steun. Ik heb nog een toezegging gekregen, volgens mij. Omdat het ziekteverzuim in de zorg nu zo hoog is, veel hoger dan voor corona, zou minister Helder uitzoeken of het een en ander misschien verband zou houden met elkaar. Ik zou dat graag nog ontvangen.

De voorzitter:

Dit gaan we doorgeleiden.

Mevrouw Pouw-Verweij (BBB):

Steun, net als de eerste keer. Ook net als de eerste keer met de kanttekening dat we het dan ook echt met elkaar over een sluitende medische definitie moeten gaan hebben, zodat duidelijk is welke groepen welke steun nodig hebben.

De heer Stoffer (SGP):

Steun.

Mevrouw Koekkoek (Volt):

Steun.

De heer Van Haga (Groep Van Haga):

Steun, als ook het thema vaccinatieschade erbij kan worden betrokken. Er is namelijk toch een beetje verwarring over de vraag of zaken onder postcovid vallen of onder vaccinatieschade.

De voorzitter:

U gaat over uw eigen inbreng. Er is een meerderheid voor uw verzoek. U heeft aangegeven: bij voorkeur voor het verkiezingsreces. Dat geeft ons wel enige ruimte om te kijken wat er gaat lukken.

De heer Drost (ChristenUnie):

Als ik voor de patiënten spreek, moet het morgen. Maar ik snap dat u moet kiezen. Ik steun het verzoek van mevrouw Agema. Ik wil er nog bij zeggen: inmiddels hebben we het rapport van het MIT gekregen over de maatschappelijke impact van het postcovidsyndroom. Dat kunnen we eventueel ook aan de agenda toevoegen.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel. Ik zal de verzoeken doorgeleiden. Dank u zeer.

Mevrouw Helder, BBB.

Mevrouw Helder (BBB):

Dank u wel, voorzitter. In 2022 waren er maar liefst 12.000 meldingen van incidenten met verwarde personen per maand, oftewel 387 per dag. Er zijn 50 incidenten onderzocht waarbij mensen na politiecontact om het leven zijn gekomen. Bij maar liefst 42 van die incidenten ging het om verwarde personen. Dat leidde natuurlijk tot de noodoproep die burgemeester Halsema en politiechef Frank Paauw afgelopen weekend hebben gedaan in een artikel in Het Parool. Dat had de titel We staan met een taser voor de verkeerde. Dat ben ik helemaal met ze eens. Dat zijn namelijk patiënten. De ggz hoort dan het eerste aanknopingspunt te zijn. Ik wil daar heel graag een debat over met de minister van Justitie en Veiligheid.

De voorzitter:

Dank u wel. Mevrouw Michon-Derkzen, VVD.

Mevrouw Michon-Derkzen (VVD):

Mevrouw Helder snijdt hier een pijnlijk onderwerp aan waar we het vaker over hebben tijdens commissiedebatten over politie. Ik kan me voorstellen dat ze dat ook in het volgende commissiedebat Politie doet. Dat zal gevoerd worden in een nieuwe samenstelling vanuit de Kamer, omdat er echt structurele oplossingen moeten komen. Daar zal ik me altijd voor in blijven zetten. Dus geen steun voor dit verzoek.

Mevrouw Mutluer (PvdA):

Dit is een te groot probleem om in een commissiedebat te bespreken, dus van harte steun, mede namens GroenLinks.

Mevrouw Van der Werf (D66):

Zeker een ernstig probleem, maar het is niet nieuw. Wat ons betreft zou dit dus in een commissiedebat kunnen.

Mevrouw Kuik (CDA):

Daar sluit ik me bij aan.

De heer Léon de Jong (PVV):

Het kan wat ons betreft bij een commissiedebat worden betrokken.

Mevrouw Koekkoek (Volt):

Steun voor het verzoek.

Mevrouw Van Esch (PvdD):

Steun.

Mevrouw Kerseboom (FVD):

Steun.

De heer Drost (ChristenUnie):

Voorzitter. Mijn fractie zou graag een brief ontvangen van de minister. Daarna zouden we het bij een commissiedebat willen betrekken.

De heer Van Haga (Groep Van Haga):

Steun.

De voorzitter:

Er is geen meerderheid voor uw verzoek. Er is wel een informatieverzoek. Dat zullen we doorgeleiden richting kabinet. Er is wel genoeg steun voor een dertigledendebat. We zetten het op de lijst. Dank u wel, mevrouw Helder.

Dan geef ik het woord aan de heer Van Kent. Hij wordt vervangen door de heer Jasper van Dijk, SP.

De heer Jasper van Dijk (SP):

Dank, voorzitter. Er is een buitengewoon omstreden pensioenakkoord gesloten. Een van de afspraken daarin was om gesprekken te voeren over de belofte om op tijd te kunnen stoppen met werken, maar uit berichten blijkt dat daar helemaal niets of zeer weinig van terechtkomt en dat er zeker geen constructieve opstelling is vanuit het ministerie en vanuit de werkgevers. Daar wil mijn collega Van Kent graag een debat over voeren met de minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen.

De heer Stoffer (SGP):

Dat steunen wij.

De heer Léon de Jong (PVV):

De partijen die voor het pensioenakkoord waren en voor deze pensioenwet, met als voorwaarde dat er zo'n regeling zou komen, zijn keihard in de maling genomen; ik kijk vooral naar de Partij van de Arbeid. Dus van harte steun voor dit verzoek.

Mevrouw Dekker-Abdulaziz (D66):

Steun, maar als het in een commissiedebat zou kunnen, als dat praktisch is, is dat ook prima.

Mevrouw Pouw-Verweij (BBB):

Steun.

Mevrouw Van Esch (PvdD):

Steun.

De heer Nijboer (PvdA):

Voorzitter. Als ik het goed heb begrepen, heeft de Eerste Kamer een motie aangenomen om hier bij de Miljoenennota op terug te komen om hier voorstellen voor te doen. Ook een motie van mijzelf en GroenLinks is aangenomen. Dus mede namens GroenLinks steun voor het debat, maar pas nadat we de voorstellen van de regering hebben gezien.

De heer Smals (VVD):

Geen steun. Ik denk dat een commissiedebat sneller is.

Mevrouw Kerseboom (FVD):

Steun voor het debat.

Mevrouw Palland (CDA):

Voorzitter. Volgens mij lopen de gesprekken nog. Hoewel de FNV daar een ander signaal over afgeeft, zijn er ook nog andere geluiden hieromtrent. Ik zie niet direct aanleiding om hier een plenair debat over te hebben. Vroegpensioen vind ik een heel belangrijk onderwerp, maar dat kan ook in een commissiedebat. Als er specifiek vragen zijn rondom partijen en acties daaromtrent, kunnen er ook schriftelijke vragen worden gesteld of kan er gevraagd worden om een brief van het kabinet. Dus geen steun voor een plenair debat.

De voorzitter:

Geen steun.

De heer Van Haga (Groep Van Haga):

Steun.

De heer Drost (ChristenUnie):

Ik sluit me namens mijn fractie aan bij de collega van het CDA.

De voorzitter:

Er is steun van een meerderheid, maar wel na ommekomst van de informatie, zoals ook is gezegd, naar aanleiding van de motie die is ingediend.

De heer Jasper van Dijk (SP):

Dus het staat op de agenda.

De voorzitter:

Het staat op de agenda.

Dan mevrouw Marijnissen, SP.

Mevrouw Marijnissen (SP):

Dank, voorzitter. Ik sta hier met het verzoek om in oktober het debat in te plannen waar hier al een aantal keren een meerderheid voor was, namelijk het debat over de democratische zeggenschap over onze publieke voorzieningen. We hebben de afgelopen periode veel partijleiders, ook in de media, geheel terecht horen oproepen tot meer fundamentele debatten. Ik zag het initiatief van Volt met de ChristenUnie voor meer visiedebatten. Ik heb Klaver en Bontenbal vorige week die oproep horen doen: meer ideologische debatten in de Kamer. Omtzigt heeft dat vorige week ook gedaan. Er staat er al eentje van mij op de lijst; die staat daar inmiddels een jaar. Het lijkt mij dus heel goed en ook heel mooi om dat nu als Tweede Kamer ook daadwerkelijk te gaan doen, natuurlijk voor de verkiezingen. Dat zou dan in oktober ingepland moeten worden. Eigenlijk is het verzoek dus of we dat nu na een jaar ook kunnen inplannen in oktober.

De voorzitter:

Een helder verzoek.

Mevrouw Marijnissen (SP):

Excuus, voorzitter. Ik vergeet helemaal te zeggen dat ik dit verzoek ook doe namens mevrouw Van der Plas, namens Pieter Omtzigt, namens de ChristenUnie en ook namens het CDA.

De voorzitter:

Kijk. Wie steunt het verzoek nog meer? Of niet; dat mag natuurlijk ook.

Mevrouw Van Esch (PvdD):

Steun.

Mevrouw Koekkoek (Volt):

Steun.

De heer Eerdmans (JA21):

Ook steun.

De heer Chris Simons (VVD):

Ja, maar wij wachten nog steeds op de kabinetsreactie.

Mevrouw Marijnissen (SP):

Ja, al een jaar.

De heer Chris Simons (VVD):

Dus steun. We wachten al een jaar, maar laten we dat ook even afwachten.

De voorzitter:

U steunt het wel.

De heer Chris Simons (VVD):

Ik steun het wel.

De voorzitter:

Maar na de kabinetsreactie? Even voor de duidelijkheid, want dat is het verzoek.

De heer Chris Simons (VVD):

Wij vragen nog steeds om de kabinetsreactie. Dat is dus wel belangrijk.

De voorzitter:

Het is belangrijk, maar is het ook een voorwaarde om daarna dan het debat te hebben?

De heer Chris Simons (VVD):

Dat is een voorwaarde voor het debat.

De voorzitter:

Oké.

De heer Sneller (D66):

Ik kijk uit naar het debat, maar geen steun voor dit verzoek.

De heer Van Haga (Groep Van Haga):

Steun namens Belang van Nederland en Forum voor Democratie.

De heer Van der Lee (GroenLinks):

Ik denk dat zeggenschap over publieke voorzieningen een belangrijk onderwerp is in de verkiezingen. Op 22 november kunnen mensen kiezen. Ik denk dat een Kamerdebat echt pas zin als er ook een kabinetsstandpunt ligt. Daar zouden wij dus graag op willen wachten.

De voorzitter:

Dank u wel, er is een meerderheid voor dit debat, maar dan wel na ommekomst van de reactie van het kabinet. Wij gaan in ieder geval wel even vragen wanneer die er aankomt. Daarna is er een meerderheid voor het debat.

Mevrouw Marijnissen (SP):

Ja, want daar wachten we inmiddels een jaar op en die staat in principe gepland voor het commissiedebat van 4 oktober. Als het kabinet zich aan de eigen beloftes houdt, dan zouden we die reactie per ommegaande tegemoet moeten zien. Dit duurt nu al een jaar. Maar ik zou echt wel willen zeggen: we kunnen allemaal wel dit soort oproepen doen in de media, maar dit voelt toch ook wel een beetje leeg, als ik dat hier zo mag zeggen, voorzitter. Dit is een fundamenteel hoofdlijnendebat. Het gaat over nogal wat. Het staat nu al een jaar op de lijst. Laten we er dan ook voor zorgen dat we hier in de Tweede Kamer laten zien hoe dat moet.

De voorzitter:

We gaan in ieder geval ook vragen wanneer die reactie er aankomt. Dat laten we de Kamer dan ook weten. Dank u wel, mevrouw Marijnissen.

Daarmee zijn we aan het einde gekomen van deze regeling van werkzaamheden. Ik schors de vergadering voor een enkel moment en daarna wordt er gestart met het tweeminutendebat Mestbeleid.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven