11 NAVO Defensie Ministeriële

Aan de orde is het VAO NAVO Defensie Ministeriële (AO 07/02).

De voorzitter:

Aan de orde is het VAO NAVO Defensie ministeriële. Ik heet de minister van Defensie van harte welkom en geef mevrouw Leijten namens de SP-fractie het woord.

Mevrouw Leijten (SP):

Ik vervang mijn collega Karabulut, die het debat met deze minister heeft gevoerd. Wat ons betreft was het debat teleurstellend, omdat de regering, ten aanzien van het opzeggen van het kernwapenverdrag door Donald Trump, de VS, en uiteindelijk ook door Rusland, niet de positie inneemt om te zeggen: die kernwapens komen in ieder geval niet op het Europees grondgebied. Ook neemt de regering niet de positie in om, in het halfjaar waarin het verdrag nog geldt, te proberen om op de een of andere manier een nieuw kernwapenverdrag tot stand te laten komen.

Daarom ben ik genoodzaakt deze twee moties in te dienen. Dat doe ik dus namens mijn collega Karabulut, maar zeker ook namens de heer Van Ojik van GroenLinks.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de VS en Rusland het INF-verdrag (Intermediate-Range Nuclear Forces-verdrag) hebben opgezegd;

overwegende dat dit kan leiden tot een nieuwe kernwapenwedloop;

constaterende dat dit ons grote onveiligheid brengt;

overwegende dat dit volstrekt onwenselijk is;

spreekt uit dat in Europa geen plaats is voor INF-kernwapens,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Leijten, Karabulut en Van Ojik. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 311 (28676).

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de VS en Rusland het INF-verdrag (Intermediate-Range Nuclear Forces-verdrag) hebben opgezegd;

overwegende dat dit kan leiden tot een nieuwe kernwapenwedloop;

constaterende dat dit ons grote onveiligheid brengt;

overwegende dat dit volstrekt onwenselijk is;

verzoekt de regering in de NAVO-Defensieraad uit te spreken het INF-verdrag, al dan niet in aangepaste vorm, te willen behouden, en dit bij voorkeur samen met gelijkgezinde landen aanhangig te maken bij de VS en Rusland,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Leijten, Karabulut en Van Ojik. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 312 (28676).

Dank u wel, mevrouw Leijten. Dan geef ik nu het woord aan de heer Van Ojik namens GroenLinks.

De heer Van Ojik (GroenLinks):

Mevrouw de voorzitter. Het is volgende week een spannende vergadering van de NAVO-Raad, omdat de spanningen inderdaad oplopen. We hebben daar uitgebreid over gesproken. Ik geloof dat wij in de Kamer wel zo'n beetje allemaal de risico's delen die meekomen of gepaard gaan met het dreigende einde van het INF-verdrag. Ik heb de minister gevraagd om volgende week ook te spreken over concrete stappen die kunnen bijdragen aan de-escalatie. Om dat verzoek kracht bij te zetten, dien ik graag de volgende motie in.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat met het opzeggen van het INF-kernwapenverdrag de mondiale spanningen toenemen en het risico op een nucleaire wapenwedloop wordt vergroot;

verzoekt de regering in NAVO-verband concrete stappen te zetten ten behoeve van de-escalatie van de nucleaire wapenwedloop, en de Kamer hierover binnen twee maanden te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Van Ojik en Karabulut. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 313 (28676).

Dank u wel.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

De voorzitter:

Ik geef de minister het woord.

Minister Bijleveld-Schouten:

Dank u wel, voorzitter, en dank voor de schorsing. Mevrouw Leijten en de heer van Ojik hebben het debat voor een belangrijk deel samengevat en aangegeven wat eigenlijk bij ons allemaal leeft. Dat geldt zowel voor de leden van de Kamer als voor mij. Dat is dat wij een wapenwedloop en zeker een kernwapenwedloop ten koste van alles moeten zien te voorkomen en dat het daarom ook heel treurig en rampzalig is dat het INF-verdrag is opgezegd. Overigens gaat uw Kamer daar ook nog uitgebreider over debatteren, maar dat is in een latere fase. We staan nu aan de vooravond van de NAVO-ministeriële van volgende week. Ik deel dus eigenlijk datgene wat er is gezegd. Dat wil ik hier plenair ook nog wel zeggen.

Ik ga meteen over tot de beoordeling van de moties. De motie op stuk nr. 311 van mevrouw Leijten en de heer Van Ojik spreekt na een aantal overwegingen uit dat in Europa geen plaats is voor INF-kernwapens. U weet hoe belangrijk wij het INF-verdrag hebben gevonden en hoe verschrikkelijk wij het ook vinden dat het is opgezegd. Als je kijkt naar wat wij vanuit het NAVO-bondgenootschap willen, dan zijn die INF-kernwapens in Europese zin op dit moment in principe niet aan de orde, maar de Russen hebben het verdrag overtreden. Dus in de praktijk zijn ze aanwezig. Ik leg deze motie zo uit dat we als we dit doen, we de Russen aanspreken op het overtreden van het INF-verdrag. Wij vinden het ook onwenselijk dat er INF-kernwapens in onze regio aanwezig zijn. Als ik de motie zo mag uitleggen, dan laat ik het oordeel over de motie op stuk nr. 311 aan de Kamer.

Het dictum van de motie op stuk nr. 312, ook van mevrouw Leijten, luidt: "verzoekt de regering in de NAVO-Defensieraad uit te spreken het INF-verdrag, al dan niet in aangepaste vorm te willen behouden". Dat wil ik zeker doen. Maar ik heb moeite met het vervolg van het dictum, dat luidt: "en dit bij voorkeur samen met gelijkgezinde landen aanhangig te maken bij de VS en Rusland". Rusland zit natuurlijk niet in de NAVO-Defensieraad. De Amerikanen kan ik daar aanspreken op het eerste deel van het dictum. Als u dat laatste stuk van het dictum weglaat, dan laat ik het oordeel over de motie aan de Kamer. Anders zou ik haar willen ontraden. Het gaat er hier volgens mij om dat wij in dat NAVO-debat uitspreken dat wij het INF-verdrag willen behouden, al dan niet in aangepaste vorm. Ik kan in die vergadering de Russen niet aanspreken. Dus als mevrouw Leijten dat laatste stuk weghaalt en een punt wil zetten achter "behouden", kan ik het oordeel aan de Kamer laten.

Mevrouw Leijten (SP):

Dan wil ik bij dezen de motie op die manier aanpassen. Dat betekent dat er een punt komt te staan achter "behouden".

Minister Bijleveld-Schouten:

Dat de komma een punt wordt.

De voorzitter:

Het staat in de Handelingen. Ik begrijp dat het dan "oordeel Kamer" is?

Minister Bijleveld-Schouten:

Dan is het "oordeel Kamer".

De voorzitter:

De motie-Leijten c.s. (28676, nr. 312) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de VS en Rusland het INF-verdrag (Intermediate-Range Nuclear Forces-verdrag) hebben opgezegd;

overwegende dat dit kan leiden tot een nieuwe kernwapenwedloop;

constaterende dat dit ons grote onveiligheid brengt;

overwegende dat dit volstrekt onwenselijk is;

verzoekt de regering in de NAVO-Defensieraad uit te spreken het INF-verdrag, al dan niet in aangepaste vorm, te willen behouden,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 314, was nr. 312 (28676).

Minister Bijleveld-Schouten:

Dan de motie op stuk nr. 311 van de heer Van Ojik. Ik deel heel erg de overwegingen dat het enorme spanningen oproept. Dat heb ik net ook al gezegd, aan het begin van mijn antwoord. Dat wij in NAVO-verband concrete stappen zetten om tot de-escalatie te komen, daar heb ik ook in het debat wat over gezegd. In die zin was ik het niet eens met het begin van de bijdrage van mevrouw Leijten, maar zij kon niet weten dat ik dat ook in het debat heb gezegd, zullen we dan maar even zeggen. De minister van BZ heeft al een nuclear risk reduction initiative aangekondigd. Ik weet natuurlijk niet hoe snel dat tot iets kan leiden, maar ik ben het er heel erg mee eens dat we moeten doen aan geloofwaardige afschrikking en aan dialoog, uiteindelijk, om af te komen van die nucleaire wapenwedloop. Ik kan het oordeel over de motie aan de Kamer laten als u "binnen twee maanden" niet per se als een resultaatverplichting ziet in de zin dat er dan van alles bereikt moet zijn. Ik stel u gewoon op de hoogte van wat wij dan hebben gedaan. Dan kan ik ermee leven en laat ik het oordeel aan de Kamer. Wij zullen dit punt vanaf volgende week natuurlijk meteen actief oppakken.

De voorzitter:

Dank u wel. Daarmee zijn we aan het einde gekomen van dit VAO.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Over de ingediende moties zullen we volgende week dinsdag stemmen.

Ik dank de minister en de Kamerleden en ik schors de vergadering voor enkele ogenblikken.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven