9 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor toe te voegen aan de agenda van de Kamer:

  • -het wetsvoorstel Wijziging van de Kaderwet subsidies Ministerie van Buitenlandse Zaken met het oog op het toepassen van niet-doelgebonden subsidiecriteria (35009);

  • -het wetsvoorstel Wijziging van de Wet op het kindgebonden budget in verband met het verhogen van de inkomensgrens van het kindgebonden budget voor paren (35010).

Op verzoek van de aanvrager stel ik voor de volgende dertigledendebatten van de agenda af te voeren:

  • -over een verdere versoepeling van het ontslagrecht;

  • -over mogelijke ruimte om de AOW-leeftijd te verlagen.

Ik stel voor dinsdag 11 december aanstaande ook te stemmen over een brief van de vaste commissie voor Europese Zaken (35066, nr. 2).

Ik deel aan de Kamer mee dat de fractie van 50PLUS bij de stemmingen op 4 december jongstleden over de motie-Moorlag (35000-A, nr. 51) geacht wenst te worden tegen deze motie te hebben gestemd.

Op verzoek van de fractie van het CDA benoem ik in de vaste commissie voor Koninkrijksrelaties het lid Van Dam tot plaatsvervangend lid in plaats van het lid Bruins Slot.

Aangezien voor de volgende stukken de termijnen zijn verstreken, stel ik voor deze stukken voor kennisgeving aan te nemen: 35051-(R2109)-1; 35023-(R2107)-1; 24493-(R1557)-83.

Ik stel voor de volgende stukken van de stand van werkzaamheden af te voeren: 2018Z22516; 35000-A-26; 31305-267; 35000-A-24; 35000-A-25; 35000-A-19; 34775-A-74; 29296-34; 31305-265; 31305-264; 27625-454; 30821-48; 34775-A-77; 34775-A-76; 34775-A-78; 21501-02-1932; 21501-02-1928; 2018Z21208; 22112-2731; 28750-73; 32429-10; 35000-V-45; 30950-157; 35000-V-46; 29628-822; 28684-540; 29628-820; 29628-817; 29628-803; 29628-799; 29628-788; 28676-302; 28676-306; 24587-739; 2018Z20105; 29279-461; 29452-229; 33628-36; 33628-32; 35000-VIII-13; 29628-813; 34775-VI-117; 25422-238; 25422-229; 25422-228; 22112-2683; 22112-2671; 25422-226; 25422-225; 22112-2628; 22112-2626; 22112-2627; 21501-08-745; 24202-36; 21501-08-730; 35000-XIII-72; 21501-07-1552; 21501-03-124; 29383-309; 2018Z21652; 35008-2; 23987-288; 23987-289; 23987-286; 21501-20-1383; 29248-311; 29248-309; 2018Z21207; 21501-04-218; 32279-124; 22718-41; 32813-249; 32813-248; 31239-292; 31793-182; 32757-149; 34723-32; 32813-218; 25268-168; 33561-44; 31239-291; 32813-197; 30196-603; 30196-604; 32813-195; 31434-8; 35000-VIII-29; 35000-VIII-15; 32827-146; 35000-VIII-91; 2018Z22444; 32716-35; 2018Z21493; 33652-63; 29893-217; 22112-2709.

Ik stel voor toe te voegen aan de agenda:

  • -het VAO Spoorveiligheid, met als eerste spreker het lid Laçin namens de SP;

  • -het VSO Tijdelijk besluit zelfstandige bevoegdheid geregistreerd mondhygiënist (32620, nr. 217), met als eerste spreker mevrouw Van den Berg namens het CDA.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Dan geef ik nu het woord aan de heer Azarkan.

De heer Azarkan (DENK):

Dank, voorzitter. De ultieme juridische nachtmerrie: ten onrechte straf krijgen en dat zonder tussenkomst van een rechter. Sinds 2008 mag dat, maar wat blijkt uit onderzoek van NRC Handelsblad? Duizenden mensen zijn de afgelopen jaren ten onrechte bestraft door het Openbaar Ministerie, soms zonder bewijs en soms met incomplete dossiers. Ik wil hier een debat over met de minister voor Rechtsbescherming, eigenlijk al op korte termijn.

De heer Van Nispen (SP):

Voorzitter. Een heel terechte zorg, want het is een heel belangrijk onderwerp. Maar ik was eigenlijk op weg naar een procedurevergadering die net begon om daar een debat aan te vragen. Dat kan ik nou niet doen omdat ik hier sta om het onderwerp wel te steunen, maar ik heb het liever op hele korte termijn in een algemeen overleg. Ik heb ook schriftelijke vragen ingediend. Die zou ik ook graag beantwoord willen zien.

De voorzitter:

Eigenlijk zegt u dat het in een algemeen overleg aan de orde komt.

De heer Van Nispen (SP):

Ja. Normaal ben ik nooit te beroerd om een debat te steunen, zeker over belangrijke onderwerpen, maar hier komt nog een beleidsreactie over. Die komt voor het einde van het jaar, dus ik wil graag dat die dan wordt meegenomen. Dan kunnen we het, denk ik, het snelste goed en helemaal bespreken.

De heer Groothuizen (D66):

Voorzitter. Het is inderdaad een belangrijk onderwerp. Ik heb ook schriftelijke vragen gesteld. Er komt inderdaad nog een evaluatie. Het lijkt mij verstandig om die af te wachten. Wel krijg ik graag een brief. Als we dan alle informatie hebben, kunnen we kijken wat de verstandigste weg is.

De heer Van Dam (CDA):

Geen steun. We hebben op 8 november in het AO Strafrechtelijke onderwerpen de evaluatie van dit ding al behandeld. We wachten op de beleidsreactie van de minister.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Voorzitter, een brief en dan het debat.

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):

Het is inderdaad aan de orde geweest in het AO, maar niet voldoende. Ik ben er inderdaad voor dat er een brief komt zodat er meer duidelijkheid is over de zaak en dan ook een debat.

De heer Markuszower (PVV):

Geen steun.

Mevrouw Laan-Geselschap (VVD):

Geen steun voor het debat. Een brief is prima, maar daar hoeft u mijn steun niet voor.

Mevrouw Kuiken (PvdA):

Ik ga mee met de lijn van de heer Van Nispen.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Steun voor een brief, maar niet voor het debat.

De voorzitter:

Meneer Azarkan, dank u wel. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Mevrouw Leijten namens de SP.

Mevrouw Leijten (SP):

Voorzitter. Ik vertelde u gisteren al over onze boksende minister van Financiën, die gebokst maar verloren heeft in de eurogroep. Daar wil ik graag met hem over spreken. Dat werd niet gesteund met het argument: we hebben een debat over de Europese top. Daar wil ik hem nu graag bij uitnodigen. Ik weet dat er altijd gefixte spreektijden voor zijn. Maar omdat we dan én terugkijken én ook naar de Europese top kijken, zou ik u willen verzoeken of het misschien mogelijk is — maar dat leg ik in uw handen — om iets ruimere spreektijden te hanteren, als de Kamer akkoord is dat de minister van Financiën bij dat debat aanwezig is.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Voorzitter, ik steun het: meer tijd om samen in de boksring erover te praten.

De voorzitter:

En het verzoek om de minister van Financiën ook te vragen steunt u ook? Oké.

De heer Snels (GroenLinks):

Steun, voorzitter.

De heer Omtzigt (CDA):

Steun voor het eerste verzoek, namelijk het uitnodigen van de minister van Financiën. Dat is volstrekt logisch, gezien het akkoord dat er bereikt is. Iets minder steun — dat laat ik aan uw discretie over — omdat wij als partijen, de SP en het CDA, al zeven minuten spreektijd hebben. Dat is voor mijn inbreng voldoende. Ik zou liever iets meer kunnen interrumperen dan dat ik een verhaal van tien, vijftien minuten houd, omdat ik weet dat de minister-president …

Mevrouw Leijten (SP):

Ik had niet om een verdubbeling gevraagd, hoor.

De heer Omtzigt (CDA):

Nee, maar we weten dat de minister-president, omdat het nu ingepland staat in de ochtend, daarna weg moet. Dus als wij langere spreektijden hebben …

Mevrouw Leijten (SP):

Ik weet nog helemaal niet wanneer het gepland staat, maar goed, meneer Omtzigt weet blijkbaar meer.

De heer Omtzigt (CDA):

Ik zou liever geen uitbreiding van de spreektijden hebben.

De voorzitter:

Het zijn gewoon vaste spreektijden.

De heer Sneller (D66):

Steun voor het verzoek om de minister van Financiën erbij te vragen.

De heer Tony van Dijck (PVV):

Van mij ook steun.

De heer Van der Linde (VVD):

Steun voor het eerste verzoek.

De heer Nijboer (PvdA):

Steun van de PvdA.

De voorzitter:

Mevrouw Leijten, de meerderheid steunt wel het verzoek om de minister van Financiën ook te vragen bij dit debat aanwezig te zijn.

Mevrouw Leijten (SP):

Dat is heel mooi, voorzitter. En ik hoorde dat het debat op woensdag is, of op donderdag? Op woensdagochtend?

De voorzitter:

Op woensdag 19 december. Dank u wel.

Mevrouw Leijten (SP):

Nou, dan hou ik daar rekening mee.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Karabulut.

Mevrouw Karabulut (SP):

Dank u wel, voorzitter. Gisteren was er heel verontrustend nieuws, namelijk dat de NAVO, met onze minister van Buitenlandse Zaken, Rusland een ultimatum heeft gesteld van 60 dagen om te voldoen aan het INF-verdrag. Rusland wordt ervan beschuldigd dat het zich daar niet aan houdt. En gebeurt dat niet, dan gaat de VS zich terugtrekken uit dat verdrag. Dat zou verscheuring van het verdrag betekenen, en carte blanche voor zowel Rusland als de VS om kernwapens op ons continent te plaatsen. Dat is heel verontrustend. Ik zou hierover graag willen debatteren met de minister van Buitenlandse Zaken. En omdat er op 20 december als ik het goed heb al een debat gepland staat over spionage door Rusland, zouden we dit onderwerp daaraan kunnen toevoegen.

De voorzitter:

De heer De Roon.

De heer De Roon (PVV):

Voorzitter, ik vind dit verzoek prematuur. Dus ik steun het verzoek om een debat nu niet. Ik wil wel graag een brief van de regering over deze materie. Maar die brief hoef ik pas te zien nadat dat ultimatum van de VS is verlopen. Dank u wel.

De voorzitter:

Meneer Verhoeven! Ik zie dat u druk in gesprek bent met anderen. Meneer Koopmans van de VVD.

De heer Koopmans (VVD):

Voorzitter, ik begrijp dat we een beetje afgeleid worden, maar ik ga even in op het verzoek van mevrouw Karabulut. Dat vond ik ook wat afleidend, want het debat dat we gepland hebben staan over spionage door Rusland op eigen bodem, gaat toch echt over iets heel anders dan een debat over een wapenwedloop. Ik steun dat voorstel dus niet. Een brief over de kwestie van het verdrag lijkt mij veel beter. Dank u wel.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Voorzitter, steun voor een brief. En dan is de RBZ denk ik het snelste.

De heer Bouali (D66):

Geen steun. Wel steun voor een brief. Die kunnen we dan meteen voegen bij het plenaire debat dat mijn collega Sjoerdsma heeft aangevraagd over de uitspraken van president Poetin over nucleaire wapens.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Steun voor een brief, voorzitter.

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):

Steun, mede namens mijn collega Bram van Ojik.

Mevrouw Kuiken (PvdA):

Steun, voorzitter.

De heer Ronnes (CDA):

Geen steun voor een debat, wel voor een brief.

Mevrouw Karabulut (SP):

Voorzitter, dank u wel. Ik zou heel graag via die brief de inzet van de minister willen weten. Het verzoek om een brief wordt wel gesteund door een meerderheid. Ook wil ik daarin de feiten lezen zoals die op tafel liggen. Dank.

De voorzitter:

Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Het woord is aan de heer Alkaya namens de SP.

De heer Alkaya (SP):

Voorzitter. Vandaag is duidelijk geworden dat Nederlandse banken bij nóg een witwasaffaire zijn betrokken. Het is, zoals u weet, niet de eerste keer dat dit speelt. In dit geval zijn er miljoenen uit Rusland witgewassen. Ik heb daarom twee verzoeken.

De voorzitter:

Ja.

De heer Alkaya (SP):

Allereerst wordt het echt hoog tijd dat we met het kabinet hierover van gedachten wisselen. Ik zou dus het debat over ING dat al staat, zo snel mogelijk willen inplannen, en uiterlijk in de eerste weken na de kerst willen houden. En ten tweede zou ik willen verzoeken om dat debat uit te breiden met wat er vandaag naar buiten is gekomen. Daarom vraag ik ook om meer spreektijd.

De heer Van der Linde (VVD):

Voorzitter, steun voor beide verzoeken. Ik zou het prettig vinden als we dan ook een brief krijgen van de regering.

De heer Tony van Dijck (PVV):

Daar sluit ik me bij aan.

De heer Snels (GroenLinks):

En ik ook.

De heer Azarkan (DENK):

Ik ook.

De heer Ronnes (CDA):

Ik ook.

De heer Sneller (D66):

Bij de procedurele voorstellen sluit ik me aan.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Voorzitter, ik ook.

De heer Nijboer (PvdA):

Ik ook, voorzitter.

De voorzitter:

Nou, er is een meerderheid.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Steun, ook nog namens de ChristenUnie, voorzitter. Ik denk: ik help u even.

De voorzitter:

O ja, meneer Voordewind.

De heer Alkaya (SP):

Dit is belangrijk voor de geschiedschrijving, voorzitter.

De voorzitter:

Ja, meneer Alkaya. U heeft een meerderheid. Er stond een spreektijd van vier minuten. Ik zal er een spreektijd van vijf minuten van maken. Dank u wel.

Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Het woord is aan de heer Klaver, namens GroenLinks.

De heer Klaver (GroenLinks):

Voorzitter, dank. Gisteren hebben de milieuorganisaties laten weten dat een klimaatakkoord verder weg lijkt dan ooit. Dat is zorgelijk nieuws. De aanpak van klimaatverandering kan niet wachten. Ik zou daarom graag een hoofdlijnendebat willen met de minister-president over de vraag hoe we ervoor kunnen zorgen dat er toch voor de kerst nog een klimaatakkoord komt te liggen, met het verzoek om dat zo snel mogelijk in te plannen, het liefst volgende week.

De heer Moorlag (PvdA):

Voorzitter, het schip dreigt in het zicht van de haven te stranden. Dat is zorgelijk, dus daarom steun. En ik stel het ook op prijs om een brief van de minister te krijgen waarin hij rapporteert wat de voortgang is van het overleg over het klimaatakkoord.

Mevrouw Beckerman (SP):

Voorzitter, nu dring ik voor. De SP heeft zich al vaker uitgesproken. De politiek moet nu leiderschap tonen. Dit werkt niet. De industrie gaat …

De voorzitter:

U steunt het.

Mevrouw Beckerman (SP):

… er niet uit komen. Daarom zal ik het steunen.

De heer Sienot (D66):

Mevrouw de voorzitter, geen steun. Een brief is goed. Morgen is het VAO Klimaat en energie en is er een debat over de Klimaatwet: talrijke kansen om het erover te hebben. En er wordt nog druk onderhandeld.

De heer Kops (PVV):

Geen steun.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Voorzitter, steun. Er moet ook hier onderhandeld worden.

De heer Azarkan (DENK):

Steun, voorzitter.

Mevrouw Agnes Mulder (CDA):

Geen steun, voorzitter. We hebben inderdaad morgen gelukkig de Klimaatwet, maar daar zal dit waarschijnlijk niet over gaan. We hebben in ieder geval het VAO morgenochtend. Een brief steun ik zonder meer, maar de term "dreigt", zoals collega Moorlag zei, gaat er al van uit dat het zo is. Nou, dat valt nog te bezien. Ze zitten nog aan tafel; laat ze maar mooi dooronderhandelen.

De heer Van der Linde (VVD):

Geen steun, wel een brief.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

"Dat valt nog te bezien"? Dat valt helemaal niet te bezien. Het is vijf óver twaalf voor het klimaat. Het kabinet heeft al zijn geld ingezet op het klimaatakkoord. Als dat …

De voorzitter:

U steunt het.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

… dreigt te mislukken, dan moet de minister-president hier in debat durven met de fracties.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Voorzitter, zolang mensen praten is er hoop.

De voorzitter:

Dat klinkt heel mooi.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Dus wij wachten nog maar even af.

De voorzitter:

Dank u wel.

De heer Klaver (GroenLinks):

Voorzitter, ik zie dat er geen meerderheid is. Ik sluit niet uit dat ik hier dan nog een keer zal staan. Ik vind echt dat het te makkelijk is om te zeggen …

De voorzitter:

Nee, meneer Klaver.

De heer Klaver (GroenLinks):

… dat ze nog steeds onderhandelen. De milieuorganisaties geven aan: op deze manier komt er geen akkoord. Ik denk dat het kabinet zich niet kan permitteren dat er geen klimaatakkoord komt.

De voorzitter:

Dank u wel.

De heer Klaver (GroenLinks):

De premier moet zich ermee bemoeien. Dat betekent ook dat hij zich hier in de Kamer moet verantwoorden.

De voorzitter:

Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daarmee zijn we aan het eind gekomen van de regeling van werkzaamheden.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven