21 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor, de wetsvoorstellen samenhangende met het Belastingplan 2017 toe te voegen aan de agenda van de Kamer en deze te agenderen in de week van 15 november 2016, inclusief de stemmingen.

Op verzoek van een aantal leden stel ik voor, de volgende door hen ingediende moties opnieuw aan te houden: 34444-12, 34444-9; 33979-112; 33979-88; 34300-XII-43; 34000-A-37; 21501-08-503; 33400-XII-35; 34300-XII-59; 33750-A-40; 33750-A-38; 30872-156; 30872-193; 28286-864; 32336-48; 29683-212; 31936-348; 31936-347; 31936-346; 34300-XIII-37; 34300-XIII-38; 31936-311; 31936-312; 34199-63; 28345-147; 28345-148; 28345-149; 29984-649; 31409-99.

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda:

  • -het VAO Arbeidsmarktbeleid, met als eerste spreker het lid Schouten namens de ChristenUnie;

  • -het VAO Spoor, met als eerste spreker het lid Madlener namens de PVV;

  • -het VAO Participatiewet, met als eerste spreker het lid Voortman namens GroenLinks.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Voortman.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Voorzitter. U hebt net het VAO Participatiewet aangemeld. Wij hebben daar vorige week het algemeen overleg over gehad. Ik wil graag moties indienen over een Algemene Maatregel van Bestuur die al heel snel moet ingaan. Daarom heeft de staatssecretaris mij gevraagd om het verzoek te doen om dit VAO zo snel mogelijk te laten plaatsvinden. Ik vond dat zij daar wel een punt had. Vandaar dat ik hier nu sta met het verzoek om het VAO nog deze week in te plannen.

De voorzitter:

Bedoelt u alleen het VAO of ook de stemmingen?

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Ik bedoel alleen het VAO.

De voorzitter:

We gaan het proberen.

Het woord is aan de heer Smaling namens de SP.

De heer Smaling (SP):

Voorzitter. Vorige week stond in een stuk in de Volkskrant dat uit de rapportage van de Nationaal Coördinator Groningen bleek dat 90% van de schadevergoedingen in Groningen naar experts gaat en niet naar de schadeafhandeling zelf. Nu is dat inmiddels al enigszins ontkracht, maar ik vind het toch zinvol om dit aan te melden voor een plenair debat. Er is vannacht weer een beving geweest, bij Appingedam in de buurt. Ook is net een rapportage van de Ombudsman Groningen verschenen. Er staat volgens mij al een debat op de rol, dus er is genoeg materiaal om eventueel aan dit debat toe te voegen. Dat zou wat mij betreft ook kunnen.

De heer Bosman (VVD):

De heer Smaling nuanceerde het al. Ik denk dat het verstandig is dat we eerst de feiten kennen. Ik stel voor om een brief van de minister te vragen en op basis van die brief te kijken of we die bij een debat kunnen betrekken.

De voorzitter:

Dus geen steun.

De heer Van Dekken (PvdA):

Ik meld even dat het om twee bevingen ging, beide met een kracht van 2.0. Dat zeg ik even voor de feiten. We willen heel graag een brief ter objectivering van de cijfers, maar steunen het verzoek om een debat ook.

Mevrouw Van Veldhoven (D66):

Ik denk dat een brief heel goed zou zijn. We vinden allemaal dat zo veel mogelijk geld naar de bewoners moet. Misschien kan de minister, wanneer hij in zijn brief de feiten beschrijft, ook aangeven hoe hij daarvoor wil zorgen. Laten we die brief betrekken bij het debat dat reeds op de rol staat, zodat we er zo snel mogelijk over kunnen spreken.

De voorzitter:

Voorlopig steunt u het verzoek dus niet.

Mevrouw Van Veldhoven (D66):

Nee, het verzoek om een apart debat steun ik niet, maar het idee om de onderwerpen samen te voegen wel.

Mevrouw Agnes Mulder (CDA):

In die brief zouden wij ook graag een overzicht krijgen van alle schades. Dat vinden wij heel belangrijk. Wij willen graag weten hoe het procentueel precies zit, want op de website van de NAM staat weer iets anders.

De voorzitter:

Steunt u het verzoek of niet?

Mevrouw Agnes Mulder (CDA):

Ja, ik steun het verzoek, maar wil in die brief dus wel een uitgebreid overzicht. Graag wil ik die brief binnen een week ontvangen, want ik denk dat die gegevens zo boven tafel zijn te halen.

Mevrouw Klever (PVV):

Er is een heel circus opgetuigd rondom de schadeafhandeling. Daar gaat veel te veel geld heen. Ik steun het verzoek om een debat. Als dat samengevoegd kan worden met een ander debat, is dat mooi. Ik steun ook het verzoek om een brief.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Dat Groningen aardbevingen meemaakt omdat wij al dat gas daar wegpompen is al erg genoeg, dus de schadeafhandeling moet minstens op orde zijn. Ik steun het verzoek om een brief en een debat.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Steun van de ChristenUnie voor een brief en een debat. Daarbij spreek ik wel de voorkeur uit om het debat samen te voegen met een ander debat hierover.

De voorzitter:

Mijnheer Smaling, er is een meerderheid voor het houden van een debat. De voorkeur gaat ernaar uit om dit debat samen te voegen met een ander debat dat op de lijst staat.

De heer Smaling (SP):

Dat lijkt mij prima, voorzitter. Dan parkeer ik mezelf achter mevrouw Van Veldhoven, die dat eerdere debat heeft aangevraagd. Qua planning hoop ik wel dat het nog voor de kerst een keer kan, want er moet toch een soort regelmaat zitten in de Groningendebatten. Het is nog steeds urgent.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Het woord is aan de heer Ulenbelt namens de SP.

De heer Ulenbelt (SP):

Voorzitter. De minister van Sociale Zaken was ineens in het nieuws omdat hij de bijstandsuitkering van arbeidsmigranten eerder wilde stopzetten. Ik had hem daar nooit eerder over gehoord, dus het leek me wel een debatje waard.

De heer Pieter Heerma (CDA):

Ik zou in ieder geval graag een brief van de minister krijgen over dit onderwerp, waarin hij uiteenzet hoe hij hier precies in staat en welke maatregelen hij wil nemen. Naar aanleiding van de brief kunnen we bepalen op welke plek we een debat voeren.

De voorzitter:

Voorlopig dus geen steun.

De heer Van Weyenberg (D66):

Steun van D66. Ik ga er overigens van uit dat als de minister van Sociale Zaken uitlatingen doet, hij dat altijd als minister doet.

De heer Kerstens (PvdA):

Het toeval wil dat wij morgen met de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid om de tafel zitten om te praten over arbeidsmigratie in het kader van handhaving en wat daarbij komt kijken. Wat mij betreft — ik was dat zelf van plan — stellen we het daar aan de orde.

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):

We krijgen steeds vaker allerlei uitspraken in de media, dus ik denk dat we nog heel veel debatten gaan voeren als het daarvan afhangt. In dezen steun ik toch wel de heer Ulenbelt, want uitspraken kun je niet zomaar in het wilde weg doen. Dit is wel een debat waard, lijkt mij, dus steun.

Mevrouw Schut-Welkzijn (VVD):

Morgen spreken we inderdaad met de minister van Sociale Zaken. Het lijkt me goed dat we het daar aan de orde stellen. Dat is ook het snelst.

De voorzitter:

U hebt geen meerderheid, mijnheer Ulenbelt.

De heer Ulenbelt (SP):

Nee, voorzitter, maar iedereen wil wel wat meer weten. Morgen kunnen we inderdaad met de minister spreken. Mijn voorstel zou dus zijn dat de brief die iedereen wel zo'n beetje wil, er voor dat overleg is.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Het volgende verzoek, mijnheer Ulenbelt.

De heer Ulenbelt (SP):

Voorzitter. Gisteren maakte het ministerie van Sociale Zaken bekend dat de AOW-leeftijd nog verder wordt verhoogd. Heel veel mensen in Nederland realiseerden zich niet dat dit al in een wet uit 2012 was opgenomen. Dat was schrikken. Er worden ook vragen gesteld over het automatisme en of dat er wel moet zijn. Daarom verzoek ik om daarover een debat te houden met de minister van Sociale Zaken.

De heer Krol (50PLUS):

Er is erg veel onrust over dit punt. Wat ons betreft houden we hier zelfs een nationaal debat over, maar laten we zeker ook in de Kamer hierover spreken.

De heer De Graaf (PVV):

Van harte steun.

De voorzitter:

Wie nog?

Mevrouw Schut-Welkzijn (VVD):

We hebben hierover in het verleden uitgebreid gesproken en we zullen dat vast in de toekomst ook nog doen. Het lijkt mij een uitgelezen mogelijkheid om dat bij de begroting te doen. Ik verleen dus geen steun aan een apart debat.

Mevrouw Vermeij (PvdA):

Er is ook uitgebreid gesproken over de manier waarop we dat doen. Daar kun je nu kritiek op hebben, maar het is toen wel besloten. Ik zou zeggen dat dit een mooi onderwerp is om te bespreken bij de begroting van Sociale Zaken. Ik verleen geen steun aan dit debat.

De heer Van Weyenberg (D66):

Ook van D66 geen steun. We hebben een afspraak gemaakt over die wet. Bij de begroting is er alle gelegenheid om daarover te spreken.

De heer Pieter Heerma (CDA):

Daarbij sluit ik me aan: geen steun voor dit debat. Het kan bij de begroting uitgebreid worden besproken.

De voorzitter:

U hebt geen steun, mijnheer Ulenbelt.

De heer Ulenbelt (SP):

Heb ik er wel 30 bij elkaar?

De voorzitter:

Nee.

De heer Ulenbelt (SP):

Ook niet! Dat is wel schrikken, voorzitter.

De voorzitter:

Ik zeg niet hoeveel u nog nodig hebt, want dan gaat u iedereen uitnodigen om weer te reageren. Ik zie mevrouw Ouwehand naar de interruptiemicrofoon lopen.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Ik schiet de heer Ulenbelt graag te hulp. Als dit meetelt voor de 30, dan heeft hij onze steun.

De voorzitter:

Dat klopt. U hebt nu 30 leden achter uw verzoek staan, mijnheer Ulenbelt.

De heer Ulenbelt (SP):

Dan maak ik er in ieder geval een dertigledendebat van, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel.

Ik geef het woord aan mevrouw Leijten namens de SP.

Mevrouw Leijten (SP):

Voorzitter. We hebben er in het mondelinge vragenuur ook al over gesproken. Er zijn veel problemen met de jeugdzorg, de thuiszorg, de dagbesteding en de mantelzorgondersteuning. Maar tegelijkertijd is er ook heel veel geld over. De staatssecretaris zei in zijn beantwoording dat dat voor hem reden is om op volle kracht vooruit te gaan. Volgens mij is het juist reden om met elkaar een goed debat te voeren over de vraag of we hier wel een goed systeem hebben gemaakt. Om die reden vraag ik hierover een debat aan.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Ik hoop dat de berichtgeving in de media vooral aanleiding is voor heel veel raadsleden in ons land om hun eigen wethouders ter verantwoording te roepen, want er gaat echt iets mis. Ik steun wel een verzoek om een brief. Ik wil die brief betrekken bij een van de algemeen overleggen die wij nog gaan houden. Ik vind echter vooral dat deze zaak, die veel vraagtekens oproept, onderwerp moet zijn van debat in de lokale democratie.

De heer Krol (50PLUS):

Ik ben het eens met mevrouw Dik-Faber. Ik hoop ook dat veel raadsleden dat zullen doen, maar wij hebben het veroorzaakt, dus ik vind dat wij er ook over moeten praten. Ik steun daarom het verzoek om een debat.

Mevrouw Agema (PVV):

Het probleem is inderdaad hier veroorzaakt met de nieuwe wet en met allerlei nieuwe mogelijkheden die gemeenteraden hebben gekregen om mensen hun zorg af te pakken.

De voorzitter:

Dus?

Mevrouw Agema (PVV):

Dus de oplossing zal ook hiervandaan moeten komen. Ik zou het debat ook graag op korte termijn willen voeren, dus niet pas volgende week tijdens de begrotingsbehandeling. Het zou immers zonde zijn als dit punt dan helemaal verzandt.

De voorzitter:

U steunt dus het verzoek om een debat?

Mevrouw Agema (PVV):

Ja, maar ik voeg aan het verzoek van mevrouw Leijten toe dat we dat debat op zeer korte termijn moeten voeren. Volgende week behandelen we immers de begroting van VWS en dan staat het voor 2017 vast. Dat is het laatste jaar voor 2018, waarin de begrotingsmiddelen onder de algemene middelen van de gemeenteraden zullen vallen. Ik voer het debat hierover dus graag nog dit jaar.

De voorzitter:

We moeten eerst bekijken of er überhaupt een meerderheid is voor het houden van een debat.

Mevrouw Volp (PvdA):

Ik vind dat mevrouw Dik-Faber wijze woorden spreekt. De Partij van de Arbeid wacht eerst de brief af. Er is een mogelijkheid om het volgende week te betrekken bij de begrotingsbehandeling, maar ik kan mij voorstellen dat we ook de brief nodig hebben om te bepalen of er dan nog een debat nodig is. Ik steun dus vooralsnog alleen het verzoek om een brief.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Ik vond de antwoorden die net tijdens het vragenuur werden gegeven, onbevredigend, dus ik heb er zeker behoefte aan om dit debat voort te zetten. Ik vind dat we het niet zomaar mogen afschuiven op de gemeenten, dus daarom steunt ook GroenLinks het verzoek van mevrouw Leijten om een debat.

Mevrouw Keijzer (CDA):

Er zijn gemeenten die het goed doen, maar er zijn ook heel veel gemeenten die bijvoorbeeld geen huishoudelijke zorg als maatwerkvoorziening bieden, die veel te lang wachten met het verstrekken van jeugdhulp en die korten op de dagopvang.

De voorzitter:

Dus u steunt het verzoek?

Mevrouw Keijzer (CDA):

De staatssecretaris wil het verband niet zien tussen gemeenten die geld overhouden en gemeenten die geen zorg bieden.

De voorzitter:

Dus u steunt het verzoek om een debat?

Mevrouw Keijzer (CDA):

Dat is voor mij de reden om mijn steun uit te spreken voor dit verzoek. De staatssecretaris ziet het immers nog niet.

De heer Potters (VVD):

De staatssecretaris heeft tijdens zijn antwoord op de mondelinge vragen duidelijk aangegeven dat hij ook nogal wat vragen heeft naar aanleiding van dit bericht. Ik denk dat het goed is als we die brief krijgen. Het zou misschien helpen als we die brief al voor de begrotingsbehandeling van volgende week ontvangen, want wij zullen het wel degelijk bij de begrotingsbehandeling betrekken. Ik wil die brief eerst even afwachten, alvorens ik het verzoek om een debat steun.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Steun voor het debat.

Mevrouw Bergkamp (D66):

Ik steun het verzoek van de VVD om de brief voor de begrotingsbehandeling te ontvangen. Ik steun ook het verzoek om een debat. Er is veel onduidelijkheid en daarom lijkt het mij echt goed als we hierover van gedachten wisselen met de staatssecretaris.

De voorzitter:

Mevrouw Leijten, u hebt desalniettemin geen meerderheid voor het houden van een debat.

Mevrouw Leijten (SP):

Nee, ik stel inderdaad vast dat de coalitiepartijen eerder een brief willen …

De voorzitter:

Niet alleen de coalitiepartijen willen dat. Er zijn meerdere die dat willen.

Mevrouw Leijten (SP):

.. en ook de ChristenUnie eerder een brief willen en geen debat. Ik stel vast dat wij gisteren gewoon een brief hebben gehad over de realisatiecijfers sociaal domein. Die brief is er dus al en daar staat het gewoon in. Ik zet mijn verzoek om een meerderheidsdebat om in een verzoek om een dertigledendebat. Ik steun zeker ook het pleidooi van mevrouw Agema, maar ik weet hoe u met de agenda zit. Ik vind het spijtig dat we het hier niet over kunnen hebben.

De voorzitter:

Dat begrijp ik.

Mevrouw Leijten (SP):

De noden zijn groot in het land, maar blijkbaar niet bij de regeringsfracties.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Ik geef het woord aan de heer Graus, die spreekt namens de PVV.

De heer Graus (PVV):

Voorzitter. Het gaat weer over KLM. Er is hedenochtend een bericht gepubliceerd door De Telegraaf en daarin stond dat onze minister van Financiën, in tegenstelling tot hetgeen hier toch een beetje is toegezegd, wel een bezuinigingsplan steunt, waarbij mogelijk ook duizenden mensen worden overgeheveld. Hoeveel dat er zullen zijn, is nog niet duidelijk, dus dat zullen we moeten afwachten.

De voorzitter:

Wat is uw verzoek?

De heer Graus (PVV):

Er wordt aanstaande donderdag een plan gepresenteerd door Janaillac, de nieuwe bestuursvoorzitter van Air France-KLM. Wat ik uit alle bronnen heb begrepen, is dat daarin gegarandeerd komt te staan dat in ieder geval een groot onderdeel van KLM wordt overgeheveld naar Frankrijk. Het is wel belangrijk dat de Kamerleden dit weten. Het gaat mogelijk om duizenden banen, terwijl is toegezegd dat er geen verdere centralisatie zou plaatsvinden.

De voorzitter:

Maar wat is uw verzoek?

De heer Graus (PVV):

Mijn verzoek betreft het volgende. Donderdagmiddag komt het plan naar buiten. Daarom zou ik het liefst op donderdagavond tijd willen reserveren voor een mogelijk te houden spoeddebat. Zoals de heer Elias al zei, betreft het een ouderwets spoeddebat. Ik ben al een beetje rondgegaan en niet iedereen is het ermee eens dat het debat op donderdagavond dient te worden gehouden. Anders kunnen we het ook dinsdagavond houden; dat zal mij om het even zijn. De bedoeling is dat we er in ieder geval meteen over kunnen debatteren met de minister van Financiën en de staatssecretaris …

De voorzitter:

Het is helder.

De heer Graus (PVV):

… van Infrastructuur en Milieu, die verantwoordelijk is voor luchtvaart.

De voorzitter:

Het zijn dus twee verzoeken, namelijk het verzoek om een debat en het verzoek om te bekijken of er een meerderheid is voor het zo snel mogelijk plannen van zo'n debat.

De heer Van Helvert (CDA):

Vorige week hebben we de minister tien keer of misschien wel twintig keer gevraagd om ons te vertellen hoe hij erin staat. Hij kon daar niets over zeggen, maar hij zei wel: gaat u rustig slapen, want er is niets aan de hand; wij waken over KLM. Nu zien wij in de krant iets totaal anders staan. Er is dus echt reden om het hierover met de minister te hebben.

De voorzitter:

U steunt dus het verzoek?

De heer Van Helvert (CDA):

Ik dacht dat wij duidelijk waren geweest, maar blijkbaar heeft de minister het niet begrepen. Wij steunen het verzoek.

De voorzitter:

Volgens mij hebben jullie alles al gezegd.

De heer Monasch (PvdA):

We hebben hier vorige week met elkaar over gedebatteerd. Toen hebben we ook afgesproken dat we eerst het plan afwachten. Dat plan wordt voorzien voor komende donderdagmiddag. Mocht het nodig zijn en mocht er ruimte voor zijn, dan kan er wat mij betreft op donderdagavond over worden gedebatteerd. Is dat niet het geval, dan verzoek ik u, voorzitter, om er volgende week ruimte voor in te plannen.

De voorzitter:

U steunt dus het verzoek?

De heer Monasch (PvdA):

Ik steun het verzoek, maar ik wil wel dat het kabinet voorafgaand aan dat debat een brief stuurt.

De heer Smaling (SP):

De SP is er ook niet gerust op. Ik wil de lijn van de heer Monasch volgen. Ik steun het verzoek van de heer Graus volmondig.

Mevrouw Bergkamp (D66):

We snappen de ongerustheid, maar we willen eerst een brief. Laten we op basis daarvan bekijken of er snel een debat nodig is. Nogmaals: we snappen de ongerustheid, maar we willen eerst weten wat er precies aan de hand is.

De heer Elias (VVD):

Ook wij zijn zeer ongerust, maar we moeten er als Kamer geen gewoonte van maken om een reservering in de agenda van de Kamer te maken voor iets wat misschien komt. We zijn flexibel genoeg. Als het echt nodig is of als er wat loos is, organiseren we, zoals ik het inderdaad al eerder heb genoemd, een ouderwets spoeddebat.

De voorzitter:

Dat hebben wij niet meer.

De heer Elias (VVD):

Wij moeten niet vooraf reserveringen in de agenda maken.

De voorzitter:

Steunt u het verzoek om een debat te houden?

De heer Elias (VVD):

Nee, maar wel als er een brief komt en daar aanleiding voor is. Die aanleiding is er nu niet, hoe ongerust wij ook zijn over de KLM, met de heer Graus en vele anderen hier.

De voorzitter:

U hebt het voor elkaar, mijnheer Graus. Een meerderheid steunt uw verzoek, met de aantekening dat het misschien volgende week zou kunnen, afhankelijk van wat er straks naar buiten komt.

De heer Graus (PVV):

Ik dank de Kamerleden voor de steun, ook omdat het om een nationaal belang gaat.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Het woord is aan de heer Roemer namens de SP.

De heer Roemer (SP):

Voorzitter. Als de politiek niet naar de mensen wil luisteren, waarom houdt zij dan een referendum? Dat gevoel is bij heel veel mensen blijven hangen. Een duidelijke meerderheid heeft zich bij het referendum uitgesproken tegen het associatieverdrag met Oekraïne. Het was aan het kabinet om zo snel mogelijk met een besluit te komen over het al dan niet intrekken van steun aan dat verdrag. Wij zijn nu ruim een halfjaar verder en het kabinet schuift een besluit weer voor zich uit. Een verdrag dat volgens voorstanders eerst een eenvoudig handelsverdrag was, zou nu opeens onmisbaar zijn voor wereldvrede.

De uitslag van het referendum opzijschuiven, net als bij het referendum over de Europese grondwet, ondermijnt naar ons idee de democratie. Daarom wil de SP zo snel mogelijk een debat met de minister-president over de vraag waarom het kabinet weigert de uitslag van het referendum te respecteren.

De heer Bontes (Groep Bontes/Van Klaveren):

Premier Rutte blijft de nee-stemmers schofferen, dus een debat is zeer op zijn plaats. Volledige steun.

De voorzitter:

Ik dacht dat u iets ging zeggen over een debat dat op nummer 80 van de lijst staat, aangevraagd door de heer Van Klaveren.

De heer Bontes (Groep Bontes/Van Klaveren):

Dat zou dan naar voren gehaald kunnen worden.

De heer Krol (50PLUS):

Ik las er vanochtend een prachtige column over in Metro. Ik steun het verzoek van harte.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

De nasleep van het referendum is een vertoning van niks. Als er al een debat op de lijst staat — dat weet ik even niet uit mijn hoofd — dan zou dat misschien naar voren kunnen worden gehaald. En anders steun voor dit debat.

De heer Omtzigt (CDA):

Het lijkt mij, gezien de deadline van de motie-Pechtold, logisch om er deze of volgende week een plenair debat over te voeren met de minister-president en, indien hij dan terug is van het bezoek aan Australië, de minister van Buitenlandse Zaken. Nu de premier zulke woorden gekozen heeft, is het misschien goed dat hij in een aan het debat voorafgaande brief eens op een rijtje zet welke precieze zaken en voorstellen hij de afgelopen zeven maanden aan de Unie heeft voorgelegd. Daar zijn wij eigenlijk wel benieuwd naar als input voor het debat.

De heer Beertema (PVV):

Dat is een goed idee van mijnheer Omtzigt. Ook steun voor het verzoek van mijnheer Roemer.

De heer Segers (ChristenUnie):

Steun voor het verzoek van collega Roemer.

De heer Grashoff (GroenLinks):

Steun voor het verzoek. Als het niet deze week lukt, dan in elk geval volgende week.

De heer Dijkgraaf (SGP):

Steun voor het verzoek. Volgende week is wat ons betreft prima. Als nummertje 80 daar ook over gaat, dan lijkt mij dat een goede samenvoeging.

De heer Ten Broeke (VVD):

Steun voor het verzoek. Volgende week lijkt mij prima. Dan kunnen wij het debat houden.

De heer Verhoeven (D66):

Uiteraard van harte steun voor het voeren van dit debat. Ik begreep dat er twee debatten over dit onderwerp zijn aangevraagd. Het lijkt mij goed om ze samen te voegen, maar niet later dan volgende week. Dus snel een debat over het onderwerp dat de heer Roemer net uiteenzette. Dat lijkt mij niet meer dan logisch. Van harte steun van D66.

Mevrouw Maij (PvdA):

Ook van de Partij van de Arbeid steun voor het verzoek en voor het idee om het debat zo snel mogelijk in te plannen.

De voorzitter:

De hele Kamer steunt uw verzoek, mijnheer Roemer.

De heer Roemer (SP):

Dat lijkt mij ook heel logisch.

De voorzitter:

Wij gaan bekijken hoe wij het zo snel mogelijk kunnen inplannen.

De heer Roemer (SP):

Ik heb er uiteraard geen bezwaar tegen om de debatten in elkaar te schuiven.

De voorzitter:

Dat is ook voor mij belangrijk in verband met de planning. Verder stel ik voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Het woord is aan de heer Bosman namens de VVD.

De heer Bosman (VVD):

Voorzitter. In het kader van de efficiency wil ik samen met collega Van Tongeren van GroenLinks vragen om het debat over het sluiten van de kolencentrales dat is aangevraagd door mevrouw Van Tongeren, en het debat over de evaluatie van het energieakkoord dat is aangevraagd door mij, samen te voegen tot een debat over ons toekomstige energiebeleid, te houden voor het kerstreces of zo snel mogelijk na het kerstreces. Als eerste spreker zal mevrouw Van Tongeren het woord voeren. Ik wil ook graag verzoeken om wat extra spreektijd. Ik dacht aan zes minuten.

Mevrouw Klever (PVV):

Steun om de debatten samen te voegen en voor het kerstreces te houden. Extra spreektijd is wat mij betreft niet nodig.

De heer Smaling (SP):

Steun voor het verzoek.

Mevrouw Agnes Mulder (CDA):

Ook van harte steun voor het verzoek. Goed om het samen te voegen.

Mevrouw Van Veldhoven (D66):

Van harte steun. Mocht het met de sprekerslijst nog niet geregeld zijn, dan zou ik het de heer Bosman van harte gunnen om de tweede spreker te zijn in dat debat.

De voorzitter:

Dat moeten jullie echt onderling afspreken.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Steun voor het verzoek.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Prima.

De voorzitter:

Dan zullen die twee debatten worden samengevoegd.

De vergadering wordt van 15.55 uur tot 16.00 uur geschorst.

Naar boven