3 Vragenuur: Vragen Van Tongeren

Vragen van het lid Van Tongeren aan de minister van Veiligheid en Justitie over oplopende schadevergoedingen voor onterechte detentie. 

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

Voorzitter. Onterecht beschuldigd zijn is erg genoeg, maar onterecht beschuldigd zijn, opgepakt worden en vastgezet worden is nog veel erger. In 2004 overkwam dat circa 4.000 mensen. Tien jaar later, in 2014, waren het al ruim 14.000 mensen. In 2015 gaat de lijn nog steeds omhoog en zitten we op 17.000 mensen. Het gaat voor de Staat in totaal om een bedrag van 28 miljoen, uitsluitend uit te keren aan mensen die onterecht opgepakt en vastgezet zijn. Nederland staat bovenaan het verkeerde lijstje wat betreft onterechte vrijheidsbeneming. In andere landen worden mensen gewoon uitgenodigd op het politiebureau om hun verhaal te doen. In Nederland word je kennelijk eerst in de boeien geslagen. Om met Buruma te spreken: hier zijn we iets normaal gaan vinden wat niet normaal is. Het gaat niet alleen om het vertrouwen in de rechtsstaat van deze 17.000 mensen. Deze mensen hebben collega's, buren, vrienden en familie, die allemaal dit verhaal horen. Ook hierdoor zorgt de regering ervoor dat het vertrouwen in de rechtsstaat verder afbrokkelt. Dat moeten we niet hebben. 

Ik heb de volgende vragen. Is de minister het met mij en de Nederlandse Vereniging van Strafrechtadvocaten eens dat die 28 miljoen aan schadevergoeding zonde van het geld en overbodig is? Het is niet de eerste keer dat ik hier sta om met de minister van Justitie te spreken over onterecht opgepakte mensen. Met voormalig minister Opstelten ging het er nog gekscherend over dat het budget voor bosjes bloemen omhoog moest. Nu gaat het om 28 miljoen aan mensen die onterecht opgepakt zijn. Hoe staat het met het uitvoeren van mijn in 2013 aangenomen motie over mensen vrijlaten op borgtocht? Dat gebeurt in een heleboel landen om ons heen. Mensen kunnen dan blijven werken, hun kinderen naar school blijven brengen, gewoon thuis eten en slapen en hun advocaat spreken. Er zou veel frequenter van gebruikgemaakt kunnen worden. Dat kan ervoor zorgen dat deze mensen, als ze beschuldigd zijn, in elk geval nog enigszins normaal door kunnen leven. 

Minister Van der Steur:

Voorzitter. Ik dank mevrouw Van Tongeren voor het op de agenda zetten van dit onderwerp. Mevrouw Van Tongeren heeft gelijk dat het aantal toegekende verzoeken tot schadevergoeding het afgelopen jaar is gestegen. Daar staat tegenover dat uit dezelfde cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek ook blijkt dat het totaalbedrag dat aan vergoedingen werd uitgekeerd met bijna 1 miljoen is gedaald ten opzicht van 2014. Het totaalbedrag, dat mevrouw Van Tongeren ook noemde, is dus lager dan het was in 2014. Ook is de gemiddelde hoogte van de vergoeding ten opzichte van 2014 gedaald met ongeveer 20%. In de afgelopen tien jaar is het gemiddeld toegekende bedrag zelfs bijna gehalveerd. Dat betekent dat er op een aantal terreinen duidelijk verbetering is in het, zoals mevrouw Van Tongeren zegt, ten onrechte vastzetten van mensen. Ook ik ben het ermee eens dat we dat moeten proberen te voorkomen. Het betekent echter wel dat er op dit moment met name schadevergoedingen worden toegekend voor zogenaamde korte hechtenissen. Dat is de inverzekeringstelling die plaatsvindt bij het politieonderzoek. Ik ben voornemens om één ding te doen. Wanneer we spreken over de evaluatie van de raadsman bij het politieverhoor, waarmee we op dit moment bezig zijn en waarvoor een voorstel bij de Kamer ligt, zal ik de vraag meenemen hoe het kan dat het aantal inverzekeringstellingen in de afgelopen jaren is toegenomen. 

Mevrouw Van Tongeren stelde ook een vraag over de borgtocht. Zoals ik de Kamer heb laten weten, nemen we de borgtocht mee bij de modernisering van het Wetboek van Strafvordering. De borgtocht is een actueel punt daarin, want daar is best wat voor te zeggen. Overigens bestaat de mogelijkheid hiertoe in de wet, maar we maken er heel weinig gebruik van. Het is een kwestie van hoe we dat gaan organiseren. Het punt is wel dat de borgtocht alleen ziet op voorlopige hechtenis en daarvoor een alternatief is, maar niet voor de inverzekeringstelling door de politie. Borgtocht moeten we inderdaad doen, maar ziet op een ander element dan waarover ik nu het debat voer met mevrouw Van Tongeren, namelijk over de gestegen vergoedingen voor de inverzekeringstelling bij de politie. 

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

Het gaat mij ook om het geld, maar het gaat mij in eerste instantie om de mensen, in beide gevallen. De betreffende motie stamt uit 2013. Ik ben blij dat de minister in 2016 daarnaar gaat kijken, maar ik had gehoopt op wat snellere actie. In de motie staat namelijk niks over een nieuwe wet, maar wordt wel gevraagd om samen met het College van procureurs-generaal te komen tot een frequentere toepassing. De minister heeft daar nu tweeënhalf jaar de tijd voor gehad. Ik zou graag inzicht willen hebben in de vraag hoe frequent het instrument de laatste jaren is toegepast en wat het doel van de minister is om het toe te gaan passen. Ik vind het eigenlijk een schande dat we nog meer mensen vastzetten. Het is fijn dat het blijkbaar iets korter is en daardoor iets minder geld kost, maar de hoeveelheid mensen neemt over de jaren gewoon in een rechte lijn omhoog toe. Ik hoor de minister niets zeggen waardoor ik denk: o, die stijgende lijn is aan het keren. 

Op de volgende vragen wil ik graag een helder antwoord. De eerste vraag is hoeveel overleg er is geweest met de procureurs-generaal. De tweede vraag is wat de frequentie in 2004 was, wat die nu is en waarnaar de minister streeft. De derde vraag is hoe we ervoor zorgen dat het budget van 28 miljoen teruggaat naar nul. In mijn fractie zeiden we gekscherend dat we die 28 miljoen eigenlijk maar moeten gaan korten op het kerndepartement. We denken dat dat misschien de financiële prikkel geeft om dit snel voor elkaar te krijgen. 

Minister Van der Steur:

Die lucide gedachte kunnen we bespreken bij de behandeling van de begroting voor 2017; de laatste van dit kabinet. 

Ten aanzien van borgtocht heeft mijn voorganger naar aanleiding van de motie van mevrouw Van Tongeren met het Openbaar Ministerie en met de zittende magistratuur gesproken over de motie en die ook onder de aandacht gebracht. Binnen de rechtspraak wordt nagedacht over mogelijkheden om de toepassing van dit instrument te bevorderen, maar voor zover ik weet, heeft dat nog niet tot concrete initiatieven geleid. Voor mijzelf geldt dat we het vraagstuk hebben meegenomen bij de modernisering van het Wetboek van Strafvordering. Ik nodig mevrouw Van Tongeren graag uit om daar ook een actieve rol in te vervullen. Daar zal het alternatief van de borgtocht, maar ook andere alternatieven voor voorlopige hechtenis expliciet worden overwogen, omdat we in de afgelopen jaren niet op alle terreinen even blij zijn geweest met de ontwikkeling van voorlopige hechtenis. Laat ik nog even de feiten samenvatten: de voorlopige hechtenis en de vergoedingen die daarvoor worden uitgekeerd, dalen — dat is dus een goed teken — maar de vergoeding die verkregen wordt bij de inverzekeringstelling, daalt niet. Dat neem ik mee in de evaluatie Raadsman bij politieverhoor. 

De voorzitter:

Mevrouw Van Tongeren, tot slot. 

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

Het is dus geruststellen en vooruitschuiven. Sinds 2013 is er dus klaarblijkelijk niks gebeurd, hoewel een heleboel advocatenkantoren dit middel graag willen toepassen. Het verlaagt ook het beroep op de rechtsbijstand, omdat de verdachte dan zelf naar de advocaat kan reizen in plaats van dat de advocaat naar het politiebureau moet waar de verdachte vastzit. Ik begrijp niet waarom de minister rustig zegt dat hij het meeneemt in een evaluatie in plaats van dat hij hier nu werk van gaat maken met de procureurs-generaal en met de advocaten die dit graag willen. Wij zijn dol op pilots bij de overheid. Ik nodig deze minister uit om nu toe te zeggen dat er een pilot komt voor het frequente gebruik van borgtocht met de advocatenkantoren en verdachten die daarvoor geschikt zijn. 

Minister Van der Steur:

De ambitie die mevrouw Van Tongeren uitspreekt, bevalt mij. Tegelijkertijd zie je natuurlijk ook grote problemen met borgtocht in landen waar die veelvuldig wordt toegepast, bijvoorbeeld de "bounty hunters" die in Amerika actief zijn. Die zijn er omdat mensen die op borgtocht zijn vrijgelaten, zich niet in alle gevallen netjes aan de afspraken houden. De gedachtegang om dit morgen even te gaan doen, gaat mij dus te ver, maar ik ben zeker bereid — dat heb ik ook al gedaan — om het gesprek met het Openbaar Ministerie nog eens voort te zetten. Ik vind het echter vooral van belang dat we alle administratieve maatregelen die we nodig hebben om borgtocht met succes te kunnen toepassen, meenemen in het debat met de Kamer over de herziening van het Wetboek van Strafvordering. Ik nodig mevrouw Van Tongeren heel graag uit om in dat debat ook een actieve bijdrage te leveren. 

Naar boven