14 Openbaar vervoer, ov-chipkaart en taxi

Aan de orde is het VAO Openbaar vervoer, ov-chipkaart en taxi (AO d.d. 16/10).

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

Voorzitter.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

van mening dat initiatieven zoals Uber en Uberpop niet op voorhand afgewezen moeten worden;

verzoekt de regering om te onderzoeken hoe de legale toetreding van initiatieven zoals Uber en Uberpop tot de taximarkt gerealiseerd zou kunnen worden en de Kamer hierover te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van Tongeren. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 582 (23645).

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de NS eenzijdig per 1 mei 2015 de contracten met alle alternatieve aanbieders van mobiliteitskaarten heeft opgezegd;

overwegende dat deze aanbieders van mobiliteitskaarten duurzame, multimodale initiatieven aanbieden;

overwegende dat door deze eenzijdige opzegging een monopolie van de NS op mobiliteitskaarten dreigt en de prikkel wegvalt om in duurzame initiatieven te voorzien;

verzoekt de regering, de NS te vragen om de opzegging van de lopende contracten op te schorten in afwachting van de uitkomsten van het onderzoek van de Autoriteit Consument & Markt,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van Tongeren. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 583 (23645).

Mevrouw Van Veldhoven (D66):

Voorzitter. Ik heb twee moties en een vraag. D66 vindt dat nieuwe taxi-initiatieven een kans moeten krijgen, zonder in de knel te komen met verouderde wetgeving, maar met bescherming van consumentenbelangen, veiligheid en een level playing field. Ik ben blij met de toezegging van de staatssecretaris om innovatieve taxi-initiatieven een plek te geven in de evaluatie van de taxiwet. De huidige wetgeving knelt echter nu al met de initiatieven, met alle discussie van dien. Nieuwe taxiwetgeving is dus snel nodig om duidelijkheid te geven en de nieuwe initiatieven niet te laten stranden. Kan de staatssecretaris toezeggen dat ze haast gaat maken met de taxiwetgeving en wanneer zouden we die tegemoet kunnen zien?

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de reisgegevens op een chipkaart achttien maanden worden bewaard en de reiziger geen mogelijkheid heeft om deze gegevens te wissen;

overwegende dat de reiziger degene is die moet kunnen beschikken over de opslag van zijn of haar gegevens, inclusief de mogelijkheid om deze te kunnen wissen;

verzoekt de regering, in overleg met Trans Link System en vervoerders de mogelijkheid te creëren voor reizigers om zijn of haar reisgegevens te wissen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Van Veldhoven en Van Tongeren. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 584 (23645).

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat voor toeristen vaak niet duidelijk is hoe en waar ze een ov-chipkaart kunnen kopen, en hoe ze deze moeten gebruiken;

verzoekt de regering, de service aan buitenlandse toeristen te verbeteren, bijvoorbeeld door meertalige servicemedewerkers op stations waar veel toeristen komen en de mogelijkheid om een ov-chipkaart aan te schaffen in internationale treinen zoals de Thalys,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van Veldhoven. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 585 (23645).

Mevrouw Van Veldhoven (D66):

Ik moet natuurlijk zeggen: "verzoekt de regering in overleg te treden met de NS om ervoor te zorgen ...", want ik zou niet aan de staatssecretaris zelf willen vragen om deze mensen aan te sturen. Dat zal ik in de motie nog aanpassen.

Ik had nog een derde motie, maar ik ben heel blij om te kunnen zeggen dat deze niet meer nodig is. Ze gaat over het e-ticket. Tot voor kort was het namelijk zo dat je een elektronisch ticket dat je had kocht en dat op je telefoon stond, moest uitprinten om het in de trein te kunnen gebruiken als vervoersbewijs. Ik heb begrepen dat dit aangepakt wordt. Ik dank de staatssecretaris en de NS hier hartelijk voor.

Mevrouw De Boer (VVD):

Voorzitter.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de ov-chipkaart voor mensen die incidenteel of nooit met het openbaar vervoer reizen onvoldoende gebruiksvriendelijk is;

overwegende dat de techniek wordt ingehaald door nieuwe technieken en gebruiksmogelijkheden;

verzoekt de regering, het Nationaal Openbaar Vervoer Beraad de volgende concepten voor 1 juli 2015 uit te laten werken:

  • -verdere uitrol van de bestaande systematiek van betalen op rekening van de huidige 350.000 gebruikers naar een grotere groep gebruikers;

  • -een oplossing zoeken voor de problematiek ten aanzien van het tegen betaling afhalen of overboeken van je saldo van de ov-chipkaart naar je rekening of andere kaart, wat nu erg complex is;

  • -uitrol van single-check-in-check-out op basis van de pilot op de Valeilijn;

  • -onderzoek naar uitrolmogelijkheden die de Oystercard in Londen biedt, zoals automatisch het goedkoopste product geven;

meer en betere arrangementen voor toeristen en mensen die incidenteel met het openbaar vervoer reizen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden De Boer en Dik-Faber. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 586 (23645).

Mevrouw De Boer (VVD):

Ik bedoel dat we voor 1 juli graag een uitwerking willen hoe het Nationaal Openbaar Vervoer Beraad dit voor elkaar zal krijgen.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de NS vanaf 1 mei 2015 haar diensten niet meer onder consumentenprijs wil aanbieden aan mobiliteitskaartaanbieders, waardoor het businessmodel voor deze aanbieders verdwijnt;

verzoekt de regering, met de NS af te stemmen dat partijen eruit komen voordat het contract afloopt waarbij de uitkomst getoetst kan worden door de ACM en kan dienen als leidraad voor vergelijkbare overeenkomsten in de toekomst,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden De Boer, Van Veldhoven, Dik-Faber en Van Tongeren. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 587 (23645).

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de verplichte BCT voor taxichauffeurs dient om fraude tegen te gaan;

constaterende dat de gegevens die uit de BCT worden verzameld nog niet betrouwbaar zijn en er daarmee onduidelijkheid is op welke wijze de gegevens uit de BCT worden beoordeeld door de overheid;

overwegende dat de BCT op deze manier voor ondernemers een extra administratieve en financiële lastendruk met zich meebrengt;

verzoekt de regering, voor 1 februari 2015 duidelijkheid te verschaffen over op welke wijze er met de verplichtingen behorende bij de BCT door ILT en andere partijen zoals de Belastingdienst wordt omgesprongen, welke gevolgen dit uitstel heeft voor de handhaving, welke kosten gemoeid zijn met de nieuwe publicatie en door wie deze gedragen zullen worden,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid De Boer. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 588 (23645).

De heer De Rouwe (CDA):

Voorzitter. Ik heb drie vragen en één motie. Volgens mij komt er op 8 december een uitspraak rond de Uberkwestie. Ik vraag het kabinet of dit consequenties zou kunnen hebben en zo ja, welke. Ook vraag ik het kabinet om een brief te sturen aan de Kamer als het consequenties heeft voor de verdere handhaving. Ik dien dan verder geen motie in. Dat vind ik wat overdreven.

Er is al meerdere malen door het CDA verzocht om steden als Den Bosch en Maastricht ook de mogelijkheid te geven voor de toegelaten taxi-organisatie. Ik heb even niet scherp of dat nu al mogelijk is. Kan de staatssecretaris dat nog aangeven?

Ten slotte hebben wij vernomen uit de brief van de staatssecretaris, waarvoor dank overigens, die is gestuurd naar aanleiding van het AO over de mobiliteitskaart — waarover inderdaad al twee moties zijn ingediend — dat de ACM op dit moment een onderzoek overweegt naar concurrentievervalsing van de monopolist NS. In die brief meldt de staatssecretaris dat de ACM begin december besluit of zij een onderzoek gaat instellen. Is dat antwoord van de ACM al binnen? Zo nee, wil de staatssecretaris dat zodra het binnenkomt direct aan de Kamer sturen?

Dan nu de beloofde motie.

De voorzitter:

Ik kan niet wachten!

De heer De Rouwe (CDA):

Ik zag het aan uw gezicht! Ik houd u niet langer in spanning, in zo'n spannende week, met morgen erbij.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de reiziger niet vertegenwoordigd is in de nieuwe coöperatieorganisatie van Trans Link System (TLS);

verzoekt de regering, te bewerkstelligen dat reizigersorganisaties een volwaardige en eigenstandige plek krijgen in de nieuwe TLS-organisatie,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid De Rouwe. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 589 (23645).

De voorzitter:

Tot zover de bijdrage van de zijde van de Kamer. Wij hebben inmiddels acht moties ontvangen. Zullen wij daar even vijf minuten voor schorsen, mevrouw de staatssecretaris? Bij dezen.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Staatssecretaris Mansveld:

Voorzitter. Ik ga eerst in op de moties en dan op de vragen. De motie op stuk nr. 582 was van mevrouw Van Tongeren van GroenLinks. Daarin wordt de regering gevraagd om te onderzoeken hoe de legale toetreding van initiatieven zoals Uber en Uberpop tot de TaxiMaxX gerealiseerd zou kunnen worden. Met deze formulering moet ik de motie ontraden. Als het om Uberpop gaat, wil ik eerst weten of het kan en dan pas hoe. Als er dus zou staan "of en hoe" zie ik de motie als ondersteuning van beleid, maar met deze tekst ontraad ik de motie.

De voorzitter:

Een stukje exegese van mevrouw Van Tongeren.

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

Ik pas graag de tekst aan zoals de staatssecretaris voorstelt. Mijn intentie is eigenlijk ook dat wordt gekeken of het wel of niet moet.

Staatssecretaris Mansveld:

Dan laat ik het oordeel aan de Kamer. Dit is ondersteuning van beleid.

De voorzitter:

De motie-Van Tongeren (23645, nr. 582) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

van mening dat initiatieven zoals Uber en Uberpop niet op voorhand afgewezen moeten worden;

verzoekt de regering om te onderzoeken of en hoe de legale toetreding van initiatieven zoals Uber en Uberpop tot de taximarkt gerealiseerd zou kunnen worden en de Kamer hierover te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 590, was nr. 582 (23645).

Staatssecretaris Mansveld:

Wat betreft de motie op stuk nr. 583 van mevrouw Van Tongeren heb ik toegezegd om uit te zoeken wat er speelt bij het contract tussen de mobiliteitskaartenaanbieders en de NS, en om dit onderwerp bij de ACM onder de aandacht te brengen. Mijn ministerie heeft met de ACM en verschillende partijen gesproken. De ACM en de NS hebben mij laten weten dat de gesprekken tussen de partijen op dit moment nog lopen of binnenkort gaan lopen. Alle partijen voelen in die zin de positieve druk om tot een oplossing te komen. De ACM constateert dat er beweging in lijkt te komen en wacht het marktinitiatief voorlopig af. Mijn ministerie en de ACM houden contact. Als er nieuwe ontwikkelingen zijn, informeer ik de Kamer daarover. Daarnaast heb ik de NS nadrukkelijk te kennen gegeven dat men hieruit moet komen. Ik ben blij dat de partijen met elkaar in gesprek zijn. Ik kan de ACM echter geen dingen opleggen. Als de Kamer mij vraagt om de ACM dingen op te leggen of dwingend te vragen, moet ik de motie ontraden. Wel heb ik deze uitgebreide toelichting op de stand van zaken gegeven.

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

Hier staat gewoon dat rustig gewacht kan worden op de uitkomsten van het onderzoek. Er wordt dus helemaal niet gevraagd om richting ACM ook maar iets op te leggen. De bedoeling is juist om de NS te vragen de opzegging van die contracten op te schorten en daar nog even mee te wachten totdat er uitkomsten zijn.

Staatssecretaris Mansveld:

Ik heb zojuist toegelicht wat de stand van zaken is. Ook dit ga ik niet doen. Ik ga dit niet opleggen aan een organisatie die zelf contracten kan opzeggen. Dat is ook de reden waarom ik de motie ontraad. Dat komt meer door de tekst en de dingen die mevrouw Van Tongeren vraagt dan door de intentie van de motie. Als ik de intentie van de motie lees, denk ik dat deze helemaal op het goede spoor zit. Daarom geef ik ook zo uitgebreid antwoord. Om te voorkomen dat we in de toekomst teksten gebruiken die we niet moeten gebruiken, ontraad ik de motie. Ik ga de NS noch de ACM dwingend dingen vragen.

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

Ik begrijp niet hoe de NS per telepathie moet ontdekken wat de staatssecretaris wil als er niks gevraagd mag worden. Ik zou dus niet weten wat er aan de tekst veranderd moet worden om ervoor te zorgen dat deze wel past bij wat de staatssecretaris zegt.

De voorzitter:

De staatssecretaris heeft een oordeel gegeven.

Staatssecretaris Mansveld:

Ja, voorzitter. Dat ging over deze tekst. Ik geef zo uitgebreid antwoord omdat ik denk dat de Kamer blij is met de stand van zaken op dit moment en de ontwikkelingen die plaatsvinden. Daarbij blijft staan dat het contract is opgezegd door de NS.

De motie op stuk nr. 584 verzoekt de regering om met Trans Link Systems en de vervoerders de mogelijkheid te creëren voor de reiziger om zijn of haar reisgegevens te wissen. In 2011 is in de Kamer een motie ingediend over het terugbrengen van de bewaartermijn naar drie maanden. In de afgelopen jaren is de maximale bewaartermijn teruggebracht van zeven jaar naar twee jaar. Vanaf 2018 is dat achttien maanden. De maximale termijn van achttien maanden is vastgelegd in breed overleg met consumentenorganisaties, Financiën en het College bescherming persoonsgegevens. Conform de Wet bescherming persoonsgegevens mogen de vervoerders en TLS transactiegegevens alleen bewaren voor zover dat noodzakelijk is voor hun bedrijfsvoering. Het CBP ziet daarop toe. Het CBP ziet op basis van onderzoeken naar bewaartermijnen van ov-bedrijven geen aanleiding om kortere bewaartermijnen af te dwingen. Ik beschik dus niet over de wettelijke bevoegdheden om die motie te realiseren en ik ontraad dan ook de motie.

Dan de motie op stuk nr. 585. Ik vind dit een sympathiek voorstel. In het NOVB is afgesproken om het aanbod voor toeristen aantrekkelijker te maken. Ik heb eerder aangegeven dat er al slagen gemaakt zijn, bijvoorbeeld op Schiphol, waar natuurlijk veel toeristen letterlijk en figuurlijk landen. Ik zal het idee ook bij de uitwerking meegeven. Ik zie de motie als ondersteuning van beleid en laat het oordeel aan de Kamer.

De motie-De Boer/Dik-Faber op stuk nr. 586 gaat over de uitwerking van een aantal zaken in het Nationaal Openbaar Vervoerberaad (NOVB). De ontwikkelingen in het ov te betalen juich ik toe. De ov-chipkaart moet geen eindstation zijn. Zoals ik ook in het algemeen overleg heb aangegeven, wordt er door alle partijen in het NOVB aan gewerkt. Daarbij wordt ook gekeken naar de concepten zoals ze in deze motie worden genoemd. De vervoerders in TLS zijn met andere marktpartijen inmiddels aan het onderzoeken welke innovaties van het ov-betaalsysteem kunnen worden doorgevoerd. Alternatieve manieren van betalen zijn niet in een half jaar geregeld. Ik heb al eerder gezegd dat het goed moet gebeuren. In het belang van de reiziger moet een pilot zo uitgewerkt zijn en zo getest zijn, dat een en ander ook daadwerkelijk werkt als het wordt geïmplementeerd. Ik heb aangegeven dat ik de lessen die zijn geleerd van het parlementair onderzoek naar ICT-projecten ter harte wil nemen en daarvan wil leren. Ik wil niet overhaast een stap zetten. Als ik de motie zo mag lezen dat mij daarin wordt verzocht om de doorontwikkeling van het betalen voor ov actief te stimuleren, zonder harde deadline, beschouw ik de motie als ondersteuning van beleid en laat ik het oordeel over aan de Kamer. Anders ontraad ik de motie.

In de motie-De Boer op stuk nr. 587 wordt de regering verzocht, met de NS af te stemmen dat partijen eruit komen voordat het contract afloopt, waarbij de uitkomst getoetst kan worden door de ACM. Ik heb bij de bespreking van de motie van mevrouw Van Tongeren eigenlijk al een heel verhaal gehouden. Ik ga ervan uit dat de partijen die hieronder staan dit ook hebben gehoord. Ik ga geen zaken opleggen en wil dat ook niet doen. Er zit voortgang in de gesprekken en alle partijen zijn zeer goed aangesloten. Ik zie de motie als ondersteuning van beleid als mij niet wordt gevraagd om zaken op te leggen aan de organisaties. Anders ontraad ik de motie.

Mevrouw De Boer (VVD):

Er staat niet "opleggen", maar het is best wel goed als de staatssecretaris de ACM zou verzoeken om de uitkomst toch op enigerlei wijze te toetsen. Dat verzoek zou ook vanuit de Kamer of vanuit de partijen zelf kunnen komen. Dan ligt er ook een kader voor de toekomst, waarbinnen dit soort overeenkomsten kan worden voorgelegd. Het is wel heel belangrijk dat de ACM hiernaar kijkt, zodat wij ook een voorbeeld hebben voor de toekomst van hoe het zou moeten.

Staatssecretaris Mansveld:

Ik denk dat ik zojuist niet helemaal duidelijk ben gewest, maar ik herhaal het graag. De ACM constateert dat er beweging in lijkt te komen. De ACM is in gesprek. Er is ook door mijn ministerie en de NS met de ACM gesproken. Ik kan de ACM bijna niet nadrukkelijker erbij betrekken dan op dit moment gebeurt.

De voorzitter:

U laat het oordeel over de motie dus aan de Kamer over?

Staatssecretaris Mansveld:

Ja, oordeel Kamer, tenzij er zaken opgelegd worden of die conclusie eruit getrokken wordt.

De motie-De Boer op stuk nr. 588 gaat over de BCT en de ILT. Ik onderschrijf dat de BCT-ondernemers geen problemen mogen ondervinden door technische onvolkomenheden die de BCT nu kent. De Belastingdienst heeft besloten om wel te starten met een pilot voor de fiscale module van de BCT, om zeker te weten dat de aanpak straks ook technisch werkt. Uiterlijk in het eerste kwartaal komt hierover duidelijkheid. Alles is erop gericht, de invoering van de aangepaste specificatieregels straks zo snel en soepel mogelijk te laten verlopen, zodat deze gereed zijn voordat de regeling in werking treedt. Met de nieuwe specificaties wordt een aantal onvolkomenheden in de BCT opgelost. Met de fabrikanten worden afspraken gemaakt over de voorbereiding van de nieuwe update, zodat deze zo snel mogelijk en met minimale kosten kan worden geïmplementeerd. Ik zal voor 1 februari terugkomen op de wijze waarop met de verplichting wordt omgegaan, op de vraag wat het effect is van het uitstellen van de pilot door de ILT voor de handhaving en op de vraag hoe wordt omgegaan met de kosten. Dat onderzoek doe ik en daar kom ik op terug. Die duidelijkheid komt er en als ik de motie zo mag lezen, beschouw ik haar als ondersteuning van beleid en laat ik het oordeel over aan de Kamer.

Dan kom ik nu op de motie van de heer De Rouwe op stuk nr. 589, waarin de regering wordt verzocht, te bewerkstelligen dat reizigersorganisaties een volwaardige en eigenstandige plek krijgen in de nieuwe TLS-organisatie. Partijen in TLS hebben afspraken gemaakt. Ik heb de Kamer daarover geïnformeerd. Het is in de eerste plaats aan de aandeelhouders van TLS. Daarnaast wordt gekeken naar een klantenraad. Ik zal aangeven dat hierbij aan de rol van de reiziger moet worden gedacht. Ik kan dit niet opleggen, maar ik zal de boodschap meenemen. De motie in de vorm zoals zij nu voor mij ligt, ontraad ik dus, maar ik doe in ieder geval de toezegging dat ik het verzoek zal doorgeleiden naar TLS. Daar kan men dan bekijken hoe hieraan invulling kan worden gegeven door de aandeelhouders zelf.

Mevrouw Van Veldhoven heeft gesproken over duidelijkheid over de initiatieven en ruimte in de taxiwet. Ik zei al dat we de taxiwet gaan evalueren. Ik vind ook dat dat in een breed perspectief gezien moet worden. Ik heb al eerder gezegd dat ik kijk naar initiatieven als de varianten van Uber. De Kamer kan mijn reactie en de weg naar de nieuwe wet aan het einde van het eerste kwartaal van 2015 verwachten. Dat heb ik al gezegd. Ik wil dit zorgvuldig doen, want ik wil zeker weten dat ik nieuwe initiatieven en de manier waarop ik ruimte geef aan nieuwe initiatieven, goed borg in de wet, zodat er daarna geen onduidelijkheden over ontstaan.

De heer De Rouwe heeft nog een aantal vragen gesteld. Er komt inderdaad een uitspraak. Ik zal die bestuderen. De heer De Rouwe vraagt van mij een reactie. Ik ga ervan uit dat hij mij de ruimte geeft om die uitspraak te bestuderen. Wij komen vaak met een reactie naar de Kamer. Ik zal een en ander na bestudering met een reactie doorgeleiden naar de Kamer.

De heer De Rouwe had het verder over Den Bosch en Maastricht. De gemeenten Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Utrecht, Enschede, Haarlemmermeer et cetera hebben de bevoegdheid om TTO's aan te wijzen. Deze taxibedrijven mogen passagiers van standplaatsen op straat ophalen. Den Bosch en Maastricht hebben deze bevoegdheid nog niet. Er is een wetswijziging nodig om andere gemeenten toe te laten. Afscherming van de taximarkt is een vergaande maatregel. Er zijn ook andere mogelijkheden voor gemeentelijk beleid. Daarover praat ik nu actief met de gemeenten om te bezien wat nu al mogelijk is. Een wetswijziging heeft immers wel wat tijd nodig. Ik sta in principe welwillend tegenover de verruiming voor de gemeenten die dit nodig vinden. Uit de evaluatie van de zeven gemeenten die dit al doen, zullen ook de voor- en nadelen naar voren komen. Die wil ik graag laten meewegen bij de beslissing over de uitbreiding. Die weg wil ik dus gaan.

Het proces van de mobiliteitskaart heb ik al verwoord. De heer De Rouwe vroeg of de ACM overweegt om een onderzoek te gaan doen. De ACM is nauw betrokken bij het hele proces. Ik heb op dit moment geen onderzoeksvraag gehoord. Ik weet echter wel dat alle partijen zeer nauw met elkaar in gesprek gaan en dat de ACM daar zeer nauw bij betrokken is. Dat is mij vandaag toevallig weer bevestigd. Ik ga er dus van uit dat op het moment dat de ACM in dit proces overweegt een onderzoek te gaan doen, ze dat ook zal laten weten. Dat is echter een eigenstandige beslissing van de ACM.

De heer De Rouwe (CDA):

In de brief die de staatssecretaris hierover naar de Kamer heeft gestuurd, schreef ze dat ze verwacht dat de ACM begin december dit besluit neemt. Er is op z'n zachtst gezegd betrokkenheid vanuit de Kamer bij dit onderwerp. Ik vraag de staatssecretaris daarom, ook de Kamer dat besluit te laten weten.

Staatssecretaris Mansveld:

Ja. Het kan zijn dat het antwoord ook niet komt, omdat de ACM zodanig betrokken is dat men besluit om dat niet in een onderzoek te doen. Ik zal de vraag stellen en de Kamer het antwoord laten weten.

De voorzitter:

Dank u wel.

Staatssecretaris Mansveld:

Voorzitter, ik krijg nog een nagekomen bericht. De ACM heeft inderdaad gezegd dat men eerst wil bekijken hoe de markt het doet, alvorens te besluiten om een onderzoek te gaan doen. Men bekijkt nu inderdaad hoe de markt het doet, vanwege die betrokkenheid. Er komt dus later een besluit of de ACM wel of niet alsnog een onderzoek gaat doen.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Heel goed. Zo is dat ook weer opgelost. We stemmen aanstaande dinsdag over de acht moties die zijn ingediend.

Naar boven