5 Vragenuur: Vragen Kooiman

Vragen van het lid Kooiman aan de minister van Veiligheid en Justitie over het bericht dat de politie te langzaam is in noodgevallen. 

Mevrouw Kooiman (SP):

Voorzitter. Niet heel lang geleden mocht ik op werkbezoek bij de politie in Winterswijk. Dat was een nooddienst in de nacht. Als ik bij de politie ben, mag ik altijd heel veel meemaken, zoals fietsers in een greppel en drugscontroles, dus van alles. Ik schrok het meest toen er een Prio-1-melding kwam. Zo'n melding houdt in dat er acute haast is en dat je met spoed ergens heen moet. In dit geval was er een heel groot gevecht in een dorp aan de andere kant van Winterswijk. Iedereen die ooit een politieauto met zwaailichten voorbij heeft zien komen, weet dat dat heel snel gaat. We zijn er dus met zwaailichten naartoe gereden, maar het duurde echt ruim een kwartier voordat we daar waren. Ik dacht alleen maar: het zal je maar overkomen dat je slachtoffer bent van een gevecht midden in de binnenstad en je zo lang moet wachten, of dat je een surveillerende politieagent bent in die stad en dat je vijftien minuten moet wachten voordat je assistentie krijgt van je collega's. 

Dit gebeurt niet alleen in Winterswijk. Dit gebeurt in heel veel gebieden. Zes op de tien eenheden van de politie komt namelijk vaak te laat. Het grootste probleem zit hem inderdaad in de situatie op het platteland. De aanrijtijden zijn daar enorm lang. 

Dit is niet de eerste keer dat we dit probleem bespreken in de Tweede Kamer. De SP heeft al vaker geopperd dat dit moet verbeteren. Ik heb daarom maar één simpele vraag aan de minister, namelijk: we hebben niet voor niets normtijden opgesteld voor de hele Nationale Politie; kan de minister garanderen dat in ieder geval, laten we zeggen, voor het einde van het jaar overal die normtijden worden gehaald, zodat de minister daarmee staat voor de veiligheid van de burgers in Nederland en ook voor de veiligheid van zijn en onze politieagenten? 

Minister Opstelten:

Voorzitter. Dank aan mevrouw Kooiman voor de gestelde vragen. Laat ik het zo zeggen: ik kan natuurlijk nooit iets garanderen, maar ik constateer wel wat er aan de orde is. We hebben namelijk sinds het aantreden van de Nationale Politie de normen bijgesteld. We zijn van aanrijtijden naar reactietijden gegaan. We opereren nu vanuit de burger. Wanneer de burger aan bod is, gaat de klok tikken. Vroeger ging de tijd in wanneer de politieman ging rijden. 

Aan de orde is nu het volgende. We hebben in het Inrichtingsplan Nationale Politie de norm gesteld dat we het overal hetzelfde zouden doen zonder verschillen, namelijk 80% in 2013, 85% in 2014 en 90% in 2015. Ik kan zeggen dat de norm die de Nationale Politie zich had gesteld, in 2013 is gehaald. Het is zelfs meer; het is 85% geworden. Dat betekent dat alle eenheden op een na — dat is Noord-Nederland — aan die norm voldoen. Nu al. Ik zal met de Nationale Politie natuurlijk ook extra aandacht schenken aan het punt van de plattelandsgemeenten, want het gaat om een gemiddelde van de eenheden. 

Het tweede punt waarop ik wil wijzen, is dat het natuurlijk niet alleen de Nationale Politie is. Dat is ongeveer 30% van de meldingen. Het gaat ook om de brandweer en de GHOR, die 70% van de Prio-1-meldingen vormen. 

Als laatste wil ik zeggen dat bij de politie geldt: Prio 1 is voor iedereen! Dat betekent dat niet alleen degene die erop afgaat er is, maar dat iedereen die in de buurt is de melding krijgt en erop afgaat. De meldkamer houdt op dat moment direct contact met de degene die de melding heeft gedaan. Dat zou ik graag willen antwoorden. 

Mevrouw Kooiman (SP):

Ik vind het toch knap. De minister strooit met cijfers, maar laten we kijken naar wat er nu verbeterd is ten opzichte van vorig jaar. Ik heb het even uitgerekend. Het is maar een verbetering van 0,78%. Ja, dat is niet iets waarop je trots moet zijn. En laten we wel wezen: als je in Bellingwedde woont en er een inbreker aan je deur staat te rammelen, dan wil je gewoon dat de politie op tijd is. Dat is in Bellingwedde echter helemaal niet het geval, want daar komt zij maar in 61% van de gevallen op tijd. In Millingen aan de Rijn is dat maar 36%. In Noord-Beveland is het maar 32%. Je zal maar inwoner zijn van die gemeente. Daarom vraag ik om een oplossing. Ik heb de minister echter een heleboel cijfers horen noemen, maar geen enkele oplossing. Ik wil dus oplossingen van deze minister. Kan hij ook garanderen dat er geen posten meer verdwijnen? Want dat wil de minister. Hij wil posten sluiten na 2015, en dan worden die aanrijtijden alleen maar langer. 

Minister Opstelten:

Ik kan zeggen dat ook het aantal gemeenten dat aan de norm voldoet, is gestegen. Dat weet mevrouw Kooiman ook. We zitten dus op koers. Dat betekent niet dat ik tevreden ben, maar als zodanig is dat de koers die wij onszelf hebben gesteld. 

Een aantal maatregelen volgt nog. Die zal ik noemen. Ten eerste worden, nogmaals, alle op dat moment aanwezige politieagenten benaderd, dus ook de eenmanssurveillance, agenten uit andere eenheden en recherchemedewerkers. Ten tweede zal samenvoeging van de meldkamers leiden tot optimalisatie en uniformiteit. Ten derde houden de meldkamer en de betrokken politieman in de tussentijd indien nodig contact met de melder om hulp op afstand te bieden voordat de politieman ter plaatse is. Dat zei ik net al. Ik denk, en dat heb ik ook gezegd, dat we echt structureel koersen op 85% in 2014 en 90% in 2015. Dat gaat dan om de op de burger gerichte reactietijd, die overal in Nederland hetzelfde is. Dat is iets anders dan de aanrijtijden, die in het oude politiebestel verschillend waren. 

Mevrouw Kooiman (SP):

Ik probeer echt goed te luisteren, maar ik hoor weer geen oplossingen, behalve dan het samenvoegen van meldkamers. Maar dat maakt niet dat de politie sneller ter plekke is. Ik zei al dat het in bijvoorbeeld Bellingwedde echt een groot probleem is. Je zult daar maar wonen en slachtoffer zijn van een gevecht. Daarom sta ik hier vandaag. Deze minister heeft nog aangegeven dat hij na 2015 alleen maar politieposten gaat sluiten. Als ik dit bericht lees, denk ik alleen maar dat er eerder politieposten bij moeten dan af. Kan de minister in elk geval garanderen dat hij geen posten sluit, dat hij de aanrijtijden verbetert en hij niet komt met mooie cijfertjes alleen, maar met daadwerkelijke oplossingen? 

Minister Opstelten:

Het gaat natuurlijk wel om de cijfers, want die geven aan hoe het loopt en of de Nationale Politie zich aan de met de Kamer afgesproken norm houdt. Het antwoord is dus: ja. Het tweede punt is dat er natuurlijk geen garantie komt dat er geen posten zullen sluiten. Mevrouw Kooiman weet dat als geen ander. Daar hebben we ook afspraken over gemaakt. Natuurlijk zullen we dat ook bekijken in het kader van het dienstverleningsconcept dat bij de Nationale Politie aan de orde is. Ik denk dat het nu beter gaat dan vroeger. Dat is natuurlijk belangrijk, net als dat er vanuit de burger wordt gereageerd en niet vanuit de politieman of -vrouw. De term is gewoon "Prio 1 is er voor iedereen". Dat is belangrijk. Verder zullen we dit nauwgezet volgen; daar kan mevrouw Kooiman van op aan. 

Mevrouw Kooiman (SP):

Met nauwgezet volgen, komen we dus blijkbaar helemaal nergens. Vorig jaar stond ik hier ook en nu moeten we weer concluderen dat iemand in Bellingwedde helaas helemaal niets heeft aan deze minister. Hij geeft zelf ook toe dat er eerder posten weggaan dan bijkomen, en de aanrijtijden voor de politie dus alleen maar langer worden. Ik had wat meer verwacht van deze minister; dat hij staat voor de burgers en voor zijn en onze agenten. Dit valt me vies tegen. 

Minister Opstelten:

Het is inderdaad zoals mevrouw Kooiman zegt: deze minister staat voor de burger en de agenten. Als zij doen wat we hebben afgesproken is het terecht om dat ook een keer te zeggen. Het heeft niets te maken met het sluiten van posten, maar we zullen natuurlijk altijd naar de situatie kijken; ook naar Bellingwedde, dat nu in het parlement veel aandacht krijgt. Ik heb ook gezegd dat de eenheid Noord-Nederland nog een tandje moet bij schakelen. Dat zullen we natuurlijk ook in de gaten houden. Ik ontken natuurlijk ook niet dat er altijd een probleem is wat betreft de plattelandsgemeenten; dat heb ik ook gezegd. Ook dat zal scherp in de gaten worden gehouden door de korpsleiding van onze Nationale Politie. 

De voorzitter:

Dank voor uw uitgebreide antwoorden en voor uw komst naar de Kamer. 

Naar boven