8 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor, vandaag ook te stemmen over de aangehouden motie-Dijkgraaf (21501-32, nr. 741).

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Agema.

Mevrouw Agema (PVV):

Voorzitter. Ik sta hier nu voor de derde keer met hetzelfde verzoek. Dat gaat over de nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning, die de staatssecretaris van VWS, de heer Van Rijn, op dit moment met het veld aan het bespreken is. Dat veld zijn onder andere de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de Raad voor de rechtspraak. Het vervelende is dat die organisaties terwijl wij de wet nog niet hebben, daar in de media al een oordeel over vellen. Ik vraag hier nu voor de derde keer om de wet per ommegaande naar de Kamer te zenden. Ik doe dit met name omdat de staatssecretaris op mijn vorige twee verzoeken heeft gereageerd met een brief. In die brief schrijft hij dat we de Wmo in het najaar tegemoet kunnen zien. Maar dat was niet mijn verzoek. Mijn verzoek was om die wet per ommegaande naar de Kamer te sturen. Wij moeten toch op de hoogte zijn van wat hij met het veld bespreekt. En als het veld in de media reageert, moet de wet helemaal per direct naar ons komen. Dit is dus ook een verzoek aan de Voorzitter.

Mevrouw Leijten (SP):

Ik heb deze verzoeken altijd gesteund, maar het wordt nu nog belangrijker voor ons dat de Wmo ook publiek bekend wordt. Volgende week moeten we namelijk van de Partij van de Arbeid en de VVD met stoom en kokend water de Jeugdwet gaan behandelen en die heeft ontzettend veel samenhang met onder andere de Wmo. Eigenlijk vind ik ook dat als het gaat over de samenhang …

De voorzitter:

Mevrouw Leijten, ik moet even ingrijpen. Steunt u het verzoek of steunt u het niet?

Mevrouw Leijten (SP):

Ik wil graag mijn zin afmaken, voorzitter.

De voorzitter:

Nee, we voeren hier geen inhoudelijke discussie. Graag alleen aangeven of u het verzoek steunt of niet.

Mevrouw Leijten (SP):

Ik ga mijn zin afmaken. Eigenlijk vind ik dat de Participatiewet net zo goed naar de Kamer zou moeten komen, want de samenhang tussen de Jeugdwet, de Wmo en de Participatiewet wordt overal besproken, maar dat mogen wij in de Kamer niet doen. Dus steun voor het verzoek, maar ook een verbreding van het verzoek.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Dit laat maar weer eens zien hoe raar het eigenlijk is dat een wet op een gegeven moment weer van de radar verdwijnt. Het is terecht dat die wet wordt besproken met veel partijen, maar het is inderdaad wel raar dat de Kamer daar dan geen kennis van zou kunnen nemen. Dat kan uiteindelijk natuurlijk wel op allerlei manieren, maar zo hoort het niet. Dus steun voor het verzoek en ook steun voor het verzoek van mevrouw Leijten. Deze wetten moeten in samenhang met elkaar bekeken worden. Dit geldt dus ook voor de tekst van de Participatiewet.

De heer Otwin van Dijk (PvdA):

Ik begrijp het ongeduld van mevrouw Agema, maar het lijkt mij toch verstandig dat we de partijen die er in consultatieronde mee moeten werken, de tijd geven om dat te kunnen doen.

De voorzitter:

Dus geen steun voor het verzoek.

Mevrouw Agema (PVV):

Het heeft niets te maken met geduld.

De voorzitter:

Mevrouw Agema, ik wacht eerst even af of anderen nog iets willen zeggen. Daarna krijgt u de gelegenheid om daarop te reageren. Ik moet aftasten of er een meerderheid is voor het verzoek of niet. Ik kijk even richting VVD, D66 ...

Mevrouw Agema (PVV):

Als mensen niet reageren, stemmen ze toch in? Hadden we dat niet afgesproken?

De voorzitter:

Nee, zo simpel is het niet.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

De ChristenUnie steunt het verzoek niet.

De heer Van 't Wout (VVD):

De staatssecretaris is onder meer bij wet verplicht om met gemeenten over deze wet te praten. Zodra die gesprekken zijn afgerond, komt die wet gewoon hier naartoe. Ik snap de zin van mevrouw Agema om die snel te behandelen, maar laten wij dat nog even afwachten.

De voorzitter:

Dus geen steun.

Mevrouw Bergkamp (D66):

Steun om de wet zo snel mogelijk te krijgen. Het is één zorgsysteem en het hangt allemaal met elkaar samen. Dus steun voor het voorstel.

Mevrouw Bruins Slot (CDA):

Inderdaad, zo snel als het kan. Dus steun voor het verzoek.

De heer Krol (50PLUS):

Ook van 50PLUS steun voor het verzoek.

De voorzitter:

Mevrouw Agema, er is geen meerderheid voor uw verzoek.

Mevrouw Agema (PVV):

Nee, maar ik deed geen voorstel voor het houden van een debat. Ik kom hier voor de derde keer met het verzoek, dat ik ook aan de Voorzitter deed, om een wet die besproken wordt in het veld, ook naar de Kamer te zenden, temeer daar het veld reageert in de media. Natuurlijk vind ik het heel opmerkelijk dat VVD en PvdA denken dat je daar dan op moet reageren, maar volgens mij moeten we echt het kabinet verzoeken om de wet zo snel mogelijk naar de Kamer te zenden, als we hier tenminste nog een gevoel voor democratie hebben.

De voorzitter:

Ik zal dit deel van het stenogram van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet.

U had nog een verzoek, mevrouw Agema.

Mevrouw Agema (PVV):

Voorzitter. Op 5 september hadden wij hier het debat over de onterechte bijbetalingen in de langdurige zorg. Afgelopen week kwam er een reactie van de Consumentenbond, die zelf onderzoek had gedaan. Daaruit bleek dat er in de helft van de gevallen nog steeds sprake was van onterechte bijbetalingen. Wij noemen dat hier in de Kamer "pikken". Ouderen worden al bestolen nog voordat zij in de instelling zijn. Ik lees in de brief van de staatssecretaris niet alleen dat hij het treurig vindt, maar ook dat hij onlangs de uitkomsten van de Consumentenbond heeft gekregen. Ik wil graag weten wanneer "onlangs" was, omdat wij op 5 september, wat ook onlangs was, dat rapport hebben gekregen. Natuurlijk wil ik graag opnieuw een debat met de staatssecretaris, want kennelijk hebben de acties die wij tot nu toe hebben ondernomen, geen enkele zin gehad. Dit in tegenstelling tot de indruk die de staatssecretaris in het debat heeft willen wekken dat het aantal meldingen fors teruggelopen was en dat het daarom wel mee zou vallen.

Mevrouw Leijten (SP):

Juist op grond van die laatste opmerking steun ik het verzoek. De staatssecretaris heeft vandaag al een brief gestuurd, maar heeft ook gezegd dat hij de vragen van mevrouw Agema nader wil beantwoorden. Daardoor zou het verzoek voor een debat kunnen vervallen. Het is waar dat hij heeft gezegd dat het probleem eigenlijk ten einde is. Dat vond de hele Kamer op dat moment een goede uitleg, maar nu blijkt dat dat niet zo is, moeten wij hier weer over spreken.

De voorzitter:

Steun voor het verzoek.

De heer Van 't Wout (VVD):

De staatssecretaris heeft vanochtend een brief gestuurd aan de Kamer over deze casuïstiek. Daar zitten nog een paar punten in waarover ik graag meer zou willen weten. Gaat de Consumentenbond zijn gegevens overdragen aan de NZa, zodat wij precies weten welke gevallen al dan niet terecht zijn? Mijn suggestie zou zijn om te proberen die gegevens binnen een week te hebben. Wij hebben volgende week immers een AO over de AWBZ staan. We kunnen er dus heel snel over spreken.

De voorzitter:

Steunt u het verzoek?

De heer Van 't Wout (VVD):

Vooralsnog geen steun voor een debat, maar wel voor een brief voor het AO over de AWBZ.

De voorzitter:

Geen steun voor het verzoek, wel voor een brief.

Mevrouw Bergkamp (D66):

Ik sluit mij aan bij het voorstel van de VVD: geen steun voor een debat, maar wel voor een brief met antwoord op de aanvullende vragen.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Het lijkt mij volstrekt logisch dat de Consumentenbond die gegevens aan de NZa overdraagt, als dat al niet gebeurd is. Het onderwerp komt sneller aan de orde als wij het tijdens het AO bespreken. Voor nu steunen wij het verzoek voor een debat dus niet.

De heer Otwin van Dijk (PvdA):

Daar sluit ik mij bij aan.

De voorzitter:

Ook geen steun voor het verzoek.

Mevrouw Bruins Slot (CDA):

Geen steun voor het verzoek, maar wel voor een brief. Die brief zouden wij het liefst voor de regeling van volgende week dinsdag ontvangen, zodat wij tijdig kunnen zien of een deel van de vragen is beantwoord, want dit is natuurlijk onbestaanbaar.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Steun voor de brief, nu geen steun voor een debat.

De voorzitter:

Mevrouw Agema, u krijgt wel steun voor een brief, maar er is geen meerderheid voor het houden van een debat.

Mevrouw Agema (PVV):

Het debat stond al elf maanden op de agenda. Vervolgens zegt de staatssecretaris hier dat er eigenlijk niets aan de hand is. In de tussentijd doet de Consumentenbond onderzoek. Dat had het ministerie van VWS natuurlijk in die elf maanden moeten doen. En dan horen wij dat er in de helft van de gevallen wel degelijk iets aan de hand is. Ik wil in ieder geval het debat op de rol laten zetten en laten wij hopen dat de staatssecretaris in de tussentijd met een betere verklaring komt dan deze.

De voorzitter:

U bedoelt een dertigledendebat?

Mevrouw Agema (PVV):

Ja.

De voorzitter:

Dan zal dat ook op de lijst worden gezet met spreektijden van drie minuten en er zal ook om een brief worden gevraagd. Ik zal dit deel van het stenogram van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan mevrouw Siderius van de SP-fractie.

Mevrouw Siderius (SP):

Voorzitter. Uit onderzoek van de Universiteit van Amsterdam blijkt dat de kloof tussen arm en rijk fors is gegroeid. De laagste inkomens zijn er 30% op achteruitgegaan, terwijl de hoogste inkomens er 23% op vooruit zijn gegaan. Wij willen graag een reactie van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, graag voor de algemene financiële beschouwingen.

De voorzitter:

Ik zal dit deel van het stenogram van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan mevrouw Dik-Faber van de ChristenUnie.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Voorzitter. Afgelopen weekend werd via een rapport van Abvakabo FNV en het rapport van Marcel van Silfhout bekend dat de NVWA niet naar behoren functioneert. Er is ook discussie over de aansturing van de NVWA. Zojuist hebben we daarover in een kort debatje al met elkaar van gedachten gewisseld. We hebben ook geconstateerd dat het goed is dat we hier niet keer op keer incidenteel een debat voeren, maar dat we nu tot één groot structureel debat komen. Dat is het voorstel van de ChristenUnie. Wij willen graag een brief van de staatssecretaris. Hij heeft zojuist een brief met een plan van aanpak toegezegd. Daarna willen wij heel graag een plenair debat, omdat deze zaak ons zeer ter harte gaat.

De voorzitter:

Voordat ik mevrouw Thieme het woord geef, verzoek ik iedereen om in de zaal rustige gesprekken te voeren, want het is vanaf het katheder erg rumoerig.

Mevrouw Thieme (PvdD):

De problemen met betrekking tot de NVWA zijn groot. Dat verdient een groot debat, met ruime spreektijden. Ik steun dus het verzoek van mevrouw Dik-Faber. Daarbij teken ik aan dat de spreektijden ruim moeten zijn, omdat het gaat om een structureel probleem.

Mevrouw Lodders (VVD):

Geen steun voor het verzoek. Het lijkt mij eigenlijk ook een overbodig verzoek, gelet op de toezeggingen die wij zojuist tijdens het vragenuur hebben gekregen van de staatssecretaris. Er staat een algemeen overleg gepland waarin de verschillende stukken besproken worden. Dus geen steun voor het verzoek om een debat.

De heer Graus (PVV):

Steun voor het verzoek van mevrouw Dik-Faber in het belang van de voedselveiligheid en de dieren.

De voorzitter:

Kan het wat rustiger worden in de zaal? De sprekers zijn echt niet te verstaan.

De heer Schouw (D66):

Een debat lijkt me prima, maar ik wil de staatssecretaris ook graag uitnodigen uit te leggen hoe het proces van de verschillende onderzoeken in elkaar zit. De staatssecretaris zegt vandaag weer een plan van aanpak toe, de Rekenkamer is bezig met een onderzoek naar de efficiency en de Onderzoeksraad Voor Veiligheid is ook bezig met een onderzoek. Graag zie ik dat dit wordt uitgelijnd, daarna wil ik conclusies van de regering en dan wil ik een plenair debat.

De voorzitter:

Dus u steunt het verzoek om een debat?

De heer Schouw (D66):

Ja.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Ook GroenLinks steunt het verzoek van de ChristenUnie. Ik zou bovendien graag de minister van VWS bij het debat willen hebben.

De heer Van Gerven (SP):

Gezien de hectiek en de discussies van de laatste weken, stel ik voor om maar gewoon een VAO te houden. Dat staat al op de agenda omdat we net een algemeen overleg hebben gehad over de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit. Laten we dus eerst maar eens dat VAO houden. Dan kunnen we ordentelijk door discussiëren waar we nu gestopt zijn.

De voorzitter:

Geen steun voor het verzoek dus?

De heer Van Gerven (SP):

Nee, ik steun natuurlijk de urgentie, maar ik houd liever eerst dat VAO.

De heer Van Dekken (PvdA):

Geen steun voor een debat, wel voor een brief. Er zijn binnenkort ook enkele momenten hier in de Kamer. Binnenkort is er bijvoorbeeld een debat over de NVWA. Er komt ook nog een behandeling van de begroting van Economische Zaken. Dat lijkt me afdoende om de zaak te spreken en ook om wat rust in de tent te brengen, want dat is ook belangrijk.

De heer Geurts (CDA):

Op dit moment steunen wij het verzoek om een debat niet. Ik wil graag alle zaken die de staatssecretaris net heeft toegezegd binnen hebben. Dan beoordelen we wat we ermee gaan doen.

De heer Dijkgraaf (SGP):

Dit is een belangrijke discussie die we graag voeren, maar we willen eerst graag alle stukken hebben. Dan beoordelen we wat er moet gebeuren.

De voorzitter:

Mevrouw Dik-Faber, er is geen meerderheid voor uw verzoek.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Ik ben het met iedereen eens die zegt eerst alle stukken te willen hebben en pas dan een plenair debat te willen voeren. Dat zou ook mijn intentie zijn. Ik ben wel teleurgesteld in de houding van de Partij van de Arbeid. Zij stelt hier ad hoc en incidenteel mondelinge vragen over dit majeure thema, maar houdt vervolgens wel een plenair debat over deze zaak tegen. Volgens mij is dat een tegenstrijdigheid; die stel ik maar even vast. Ik wacht de stukken van het kabinet af en zal daarna samen met de collega's bekijken hoe we verdergaan.

De voorzitter:

Ik zal dit deel van het stenogram van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet. U had nog een verzoek?

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Ja. Gisteren is bekend geworden dat er een onderzoeksrapport ligt van het Erasmus MC en het AMC. De onderzoekers spreken over het oprekken van de abortusgrens. Zij willen de 24 wekengrens die nu bestaat, loslaten. De ChristenUnie is daar erg van geschrokken. Wij zouden daar heel graag nog dit jaar een debat over willen voeren met de minister. De minister heeft via de media al toegezegd dat er een brief zal komen. Ik hoop dat die brief heel snel naar de Tweede Kamer toegestuurd zal worden. In die brief zouden wij graag het standpunt zien van de minister ten aanzien van het loslaten van de 24 wekengrens. Ook zouden we heel graag een reactie van de minister willen krijgen op het volgende. In verschillende media wordt geconstateerd dat er tientallen late zwangerschappen worden afgebroken zonder dat die worden gemeld bij de centrale deskundigencommissie. Concluderend: graag een brief en daarna zo snel mogelijk een debat, bij voorkeur nog dit jaar.

Mevrouw Pia Dijkstra (D66):

Ik ben er erg voor om de minister om een reactie te vragen op die abortusgrens. We hebben echter binnenkort een algemeen overleg over de afbreking van zwangerschappen en daar lijkt me dit heel goed in passen. Dat is mijn reactie op de vraag om een debat.

De voorzitter:

Geen steun voor een debat dus.

De heer Van der Staaij (SGP):

Steun voor het verzoek van mevrouw Dik-Faber. Ik ben het met haar eens dat het belangrijk is om een brief te krijgen en er ook een debat over te voeren, vooral over de gevallen waarin de meldingsprocedure niet wordt gevolgd.

De voorzitter:

U steunt dus het verzoek om zowel de brief als het debat.

Mevrouw Tellegen (VVD):

Dit heeft alles te maken met het rapport van de commissie-Hubben. Daar heeft de minister al een beleidsreactie op toegezegd en daar wachten we nu op. Het lijkt me zinvol om de vraag van mevrouw Dik te betrekken bij het AO dat daarvoor gepland gaat worden. Geen steun voor dit verzoek dus.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

GroenLinks wil hierop ook graag een reactie van het kabinet hebben. Ik denk wel dat het slimmer is om dit te behandelen in het AO over de Wet afbreking zwangerschap, omdat het dan sneller behandeld zal worden. Steun voor het verzoek om een brief, niet om een debat.

De heer Van Gerven (SP):

Steun voor de brief en die betrekken bij een algemeen overleg dat snel gepland wordt. Een debat lijkt mij overbodig.

Mevrouw Keijzer (CDA):

Steun voor de brief en graag spoedig in het algemeen overleg hierover spreken.

Mevrouw Bouwmeester (PvdA):

Namens onze woordvoerder mevrouw Arib merk ik op dat er een AO is gepland. Daarbij kan dit prima betrokken worden.

De voorzitter:

Dus geen steun?

Mevrouw Bouwmeester (PvdA):

Excuus, nee, geen steun.

De voorzitter:

Mevrouw Dik-Faber, er is wel steun voor een brief maar niet voor een debat.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Ik ben heel blij met de steun voor de brief. De punten die wat mijn fractie betreft in de brief aan de orde zouden moeten komen, heb ik benoemd. Ik heb gehoord dat velen snel een debat willen voeren. Daarmee ben ik ook blij. Dat debat is dan niet in de plenaire zaal, maar in een AO. Ik vind het belangrijk dat we hierover op heel korte termijn met de minister in gesprek gaan. Het is prima dat dit in een AO gebeurt.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Omtzigt.

De heer Omtzigt (CDA):

Voorzitter. Vandaag is er een actuarieel rapport uitgekomen over de beleggingskosten die pensioenfondsen maken. De uitvoeringskosten waren gedaald, maar de beleggingskosten waren gestegen, vooral voor de twee grootste pensioenfondsen van dit land. Waar gepensioneerden met gekorte pensioenen zitten en de premies omhoog moeten, zoals de collega van D66 al zei, wil ik graag dat ook pensioenfondsen zo zuinig mogelijk zijn. Ik krijg graag een brief van de staatssecretaris met haar appreciatie van de vraag of pensioenfondsen nog op de beleggingskosten kunnen bezuinigen en of zij de motie over totale transparantie die ik samen met de heren Van Weyenberg en Krol heb ingediend, kan uitvoeren. Wil de staatssecretaris ook met de pensioenfondsen over een gezamenlijk op te stellen plan overleggen om die kosten substantieel naar beneden te krijgen, zodat het geld ten goede komt aan de gepensioneerden en de werkenden? Na ommekomst van de brief voer ik daarover graag een debat in deze Tweede Kamer.

De voorzitter:

Dus verzoek om een brief en daarna een debat.

De heer Van Weyenberg (D66):

Gegeven mijn inbreng in het vragenuurtje, is het vast geen verrassing dat D66 zowel de brief als het debat steunt.

De heer Krol (50PLUS):

Vanzelfsprekend steun voor zowel de brief als het debat.

De heer Madlener (PVV):

Ook de PVV steunt het debat en de brief.

De heer Ulenbelt (SP):

Het goede nieuws is dat de dekkingsgraden van de pensioenfondsen vandaag naar 107% zijn gegaan, dus ik steun een brief, maar ik zou die willen betrekken bij het algemeen overleg dat wij op 6 november aanstaande hebben. Dat is vele malen eerder dan het debat dat u zult plannen naar aanleiding van dit verzoek.

De voorzitter:

Dus geen steun voor het debat, wel voor de brief.

Mevrouw Vermeij (PvdA):

De PvdA-fractie is het met de vorige spreker eens. Zij steunt de brief en ziet die graag betrokken bij het algemeen overleg.

Mevrouw Lodders (VVD):

Daarbij sluit ik mij kortheidshalve aan.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Steun voor de brief en steun voor het verzoek om een debat.

De heer Dijkgraaf (SGP):

Voor beide steun, voorzitter.

De voorzitter:

Mijnheer Omtzigt, er is geen meerderheid voor een debat, wel voor een brief.

De heer Omtzigt (CDA):

Ik had geen datum bij de brief genoemd, maar de meerderheid zegt hem te willen betrekken bij het AO. Dat vind ik jammer, maar dan vraag ik om de brief hier voor 25 oktober aanstaande te hebben.

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit deel van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan de heer De Graaf.

De heer De Graaf (PVV):

Voorzitter. Wij wisten het al: 81% van de Nederlanders is tegen de openstelling van de grenzen voor Roemeense en Bulgaarse werknemers, die vanaf vandaag reeds over drie maanden plaatsvindt. Ook lokale overheden zien nu de bui hangen. Overheid in Nederland heeft onderzoek gedaan waaruit blijkt dat 58% van de wethouders, Statenleden, gedeputeerden en raadsleden in Nederland de komst van de Roemenen en de Bulgaren vreest. 53% van de bestuurders staat negatief tegenover hun vestiging en verwacht een daling van de werkgelegenheid voor de huidige inwoners van Nederland. 52% verwacht dat de leefbaarheid achteruitgaat. De heer Asscher zegt: ik doe een onderzoek. Dat is de normale reflex die wij verwachten van dit kabinet en van de Partij van de Arbeid. Wij geven minister Asscher gewoon alsnog de kans om hier wederom een debat over te voeren om de grenzen alsnog dicht te gooien. Daarom vraag ik ook de volmondige steun van de Kamer.

De heer Kerstens (PvdA):

We spreken in dit huis regelmatig over de komst van mensen uit Bulgarije en Roemenië. Dat doen we ook volgende week. Dat is hard nodig, want het komt niet allemaal vanzelf goed. Daarom heeft de Partij van de Arbeid ook om een plan van aanpak gevraagd. Dat is er nu.

De voorzitter:

Wel of geen steun?

De heer Kerstens (PvdA):

Het zou misschien fijn zijn als de heer De Graaf volgende week zijn gezicht liet zien in het gesprek met de minister. Geen steun voor een extra debat.

De heer Ulenbelt (SP):

Ik heb over hetzelfde onderwerp nog een dertigledendebat staan, dus het lijkt mij het slimst om dit onderwerp daaraan toe te voegen. Dan is het in ieder geval iets eerder dan in het geval van uw verzoek. Geen steun dus, maar wel voor een discussie hierover in dat dertigledendebat.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Het lijkt mij heel verstandig om dit verzoek samen te voegen met het verzoek van de heer Ulenbelt, dus om het dertigledendebat af te wachten. Voor nu geen steun.

De heer Azmani (VVD):

Dit is natuurlijk een belangrijk onderwerp om met elkaar over in debat te gaan, maar volgens mij staat op het schema al een serie debatten over dit onderwerp. De VVD heeft ook nog een debat daarover staan. Bovendien is binnenkort in een algemeen overleg het onderwerp arbeidsmigratie weer aan de orde. Geen steun dus voor dit aparte debat.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Een belangrijk onderwerp, maar het lijkt ook mij veel logischer om dit bij het dertigledendebat te voegen.

De heer Van Weyenberg (D66):

Het belang is evident, maar wat mij betreft doen we dit in een AO. Ik denk dat dit de snelste manier is om dit te doen. Het AO over arbeidsmigratie lijkt mij daarvoor een uitstekende gelegenheid.

De heer Heerma (CDA):

Ook wat ons betreft betrekken we dit bij de debatten die al staan.

De heer De Graaf (PVV):

Behalve bij de SP, die al een dertigledendebat heeft gevraagd waaraan ik dit onderwerp op uitnodiging van de heer Ulenbelt graag toevoeg, ontbreekt in de Kamer volstrekt het besef van urgentie. Over dertien weken is het zo ver, dus die grenzen moeten dicht. Desnoods komt er een rechtszaak tegen de EU. Iedereen noemt het hartstikke mooi en belangrijk, maar denkt ondertussen heel andere dingen. Dat is erg teleurstellend.

De voorzitter:

Dank u wel.

Het woord is aan mevrouw Van Tongeren van GroenLinks.

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

Voorzitter. Vreedzame demonstranten zitten in koude cellen in Rusland. Ik weet dat er op het ministerie en het consulaat achter de schermen hard aan wordt gewerkt, maar ik vind dit een onderwerp van dusdanig belang dat ik op korte termijn hierover in deze Kamer van gedachten wil wisselen. Ik wil dus graag op korte termijn een debat met de minister van Buitenlandse Zaken over onze onmiddellijke interventie in de zaak van Greenpeace. Er loopt een termijn van tien dagen om bij het Internationaal Zeerechttribunaal uit te komen, dus elke dag telt. Daarom zou ik graag zo spoedig mogelijk met de minister van Buitenlandse Zaken hierover van gedachten willen wisselen.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

De Partij voor de Dieren maakt zich grote zorgen over de manier waarop Rusland omgaat met mensenrechten en in dit geval met de activisten van Greenpeace. Nederlanders zitten daar vast. We moeten weten wat we kunnen doen om hen zo snel mogelijk los te krijgen, dus van harte steun voor dit verzoek.

De heer Van Bommel (SP):

Gisteren heeft de Kamer met minister Timmermans de mensenrechtennotitie besproken. Daarbij is ook dit onderwerp aan de orde geweest. De minister heeft toen duidelijk gemaakt dat hij alles doet wat binnen zijn vermogen ligt om zo snel mogelijk opheldering over deze zaak te krijgen. Ik zie niet in wat er zonder nieuws van de kant van de minister nog in een debat met de minister kan worden besproken. Alle vragen zijn immers gesteld en de minister heeft ...

De voorzitter:

Steun of geen steun?

De heer Van Bommel (SP):

Geen steun voor een debat nu.

De heer Sjoerdsma (D66):

Ook D66 maakt zich zorgen over deze ontwikkelingen, maar dan wel breder met betrekking tot Rusland. Het betreft natuurlijk niet alleen een Greenpeaceboot, maar ook de antihomowetgeving en de weigering van een visum aan een fotograaf. Als het debat breder, over het gehele Nederland-Ruslandjaar zou kunnen worden gevoerd, dan wel steun.

De voorzitter:

Dus concreet voor dit verzoek?

De heer Sjoerdsma (D66):

Voor dit verzoek geen steun.

De heer Servaes (PvdA):

We hebben dat brede debat gisteren uitgebreid met de minister gevoerd, zowel over Greenpeace als over de andere zorgelijke zaken die de heer Sjoerdsma net noemde. Het lijkt me inderdaad verstandiger om af te wachten wanneer de minister iets nieuws te melden heeft. Een brief is dan natuurlijk heel prettig. Een debat op dit moment lijkt mij niet aan de orde.

De voorzitter:

Dus geen steun.

De heer Ten Broeke (VVD):

Een brief akkoord, geen steun voor een debat.

De voorzitter:

Mevrouw Van Tongeren, wel steun voor een brief maar niet voor een debat.

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

Ik begrijp het. Het is verdrietig dat deze Kamer het voldoende vindt om wat geruststellende woorden van de minister te horen en niet aandringt op een spoedige stap richting het Internationaal Zeerechttribunaal. De termijn loopt binnenkort af en dan kunnen we achteraf constateren dat we het niet gedaan hebben, maar een brief is in elk geval een eerste stap.

De voorzitter:

Ik zal dit deel van het stenogram van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet. Hiermee zijn we aan het eind gekomen van de regeling van werkzaamheden. Ik schors voor enkele ogenblikken en daarna gaan we stemmen.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven