5 Vragenuur

Vragen van het lid Van Nieuwenhuizen-Wijbenga aan de minister voor Immigratie, Integratie en Asiel over het bericht dat EU-Commissaris Malmström heeft aangekondigd dat de EU-gezinsherenigingsregels voorlopig ongewijzigd blijven.

Mevrouw Van Nieuwenhuizen-Wijbenga (VVD):

Voorzitter. Vorige week donderdag werd bekendgemaakt dat de Europese Commissie voorlopig niet van plan is om de Europese richtlijn voor gezinshereniging te herzien. De VVD betreurt het ontzettend dat deze missie van minister Leers is mislukt. Wij vonden en vinden het van groot belang dat fraude en misbruik van deze regeling worden aangepakt. Dat doel kunnen we alleen bereiken als een aantal aanpassingen van de regels wordt gerealiseerd, bijvoorbeeld het verhogen van de inkomenseis en het verhogen van de leeftijd van de partner. Zo is er een heel rijtje van aanscherpingen in het regeer- en gedoogakkoord opgenomen.

De reactie van de minister was: "Soms moet je je verlies nemen." Hij heeft hier een paar dagen op kunnen reflecteren. Dat brengt mij tot de volgende drie vragen. Wat is er precies misgegaan? Welke lessen trekt de minister hier voor zichzelf uit? Hoe gaat hij nu verder met dit dossier?

Minister Leers:

Voorzitter. Ik dank mevrouw Van Nieuwenhuizen. Ik heb mij niet voor niets anderhalf jaar lang ingezet om de problematiek rond gezinshereniging op de agenda te krijgen. Daar heb ik mij met 100% overtuigingskracht en ook uit eigen overtuiging voor willen inzetten. Die inzet heeft wel degelijk resultaat opgeleverd. Het probleem is namelijk op de agenda is gezet en ondanks de scepsis, die bij velen bestond, dat er in Europa geen belangstelling voor was, hebben we wel degelijk bereikt dat steeds meer lidstaten het standpunt delen dat op dit terrein het nodige moet gebeuren. Er is bijval gekomen van zeven landen, die niet de kleinste zijn. Ik noem bijvoorbeeld het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, Spanje en Duitsland. Die grote landen hebben gezegd: op het terrein van integratie is het nodige mis en er is sprake van misbruik.

Het klopt dat mevrouw Malmström naar aanleiding van een brief van de zeven landen over deze zaak heeft gezegd dat de Commissie niet de intentie heeft om de richtlijn open te breken. Zij kijkt echter wel positief aan tegen de instelling van een expertteam waarin dit probleem aan de orde kan worden gesteld.

Het onderwerp gezinshereniging en de maatregelen uit het regeerakkoord waren, zijn en blijven belangrijke aandachtspunten. Ik heb dat ook in de Kamer gezegd tijdens het algemeen overleg over de JBZ-Raad. Ik zal mij ook op dat punt blijven inzetten, maar ik vind dat je soms moet accepteren wat de situatie is. De Commissie, die het recht heeft om het voorstel te wijzigen en het groenboek aan te pakken, heeft namelijk gezegd dat zij daar niet de intentie toe heeft. Dit kabinet is nu demissionair. Het is aan de nieuwe formatie om te besluiten hoe zij daarmee verdergaat. Het onderwerp is en blijft echter van belang. Wij zullen ervoor knokken om integratie en misbruik aan de orde te stellen.

Mevrouw Van Nieuwenhuizen-Wijbenga (VVD):

De minister heeft het kennelijk erg met zichzelf getroffen. Daar zit de VVD toch wel wat genuanceerder in. Je kunt toch niet volhouden dat je alles goed hebt gedaan als je missie is mislukt? Enige zelfreflectie lijkt ons wel op zijn plaats. Een expertgroep die de problemen en de oplossingen van de Europese landen aangaande gezinsmigratie met elkaar gaat vergelijken, is natuurlijk prima. Daar zijn we ook blij mee, maar om daar nu de conclusie aan te verbinden dat "de Europese rots iets is verschoven" – ik citeer de minister – gaat ons te ver. Dit mag toch niet het enige resultaat zijn? Ik herhaal daarom mijn vraag: wat is hier verkeerd gegaan? Anders geformuleerd: wat kan de minister voortaan anders en beter doen om toch tot het gewenste resultaat te komen?

Minister Leers:

Voorzitter. Soms luister je met verbazing naar de opmerkingen van de geachte afgevaardigden. Ik herinner mevrouw Van Nieuwenhuizen eraan dat in het regeerakkoord een heldere lijn stond voor de richtlijn gezinshereniging. Die heldere lijn was dat wij een inspanning zouden doen om die richtlijn te wijzigen. In het regeerakkoord staat niet dat de regering gehouden zou worden aan het resultaat. Iedereen weet dat Europa langzaam is in het maken van afwegingen en dat wij te maken hebben met 27 lidstaten die allemaal een andere achtergrond en geschiedenis hebben. In die situatie kan Nederland niet dicteren wat er moet gebeuren. Nederland moet dan overtuigen. Misschien is mevrouw Van Nieuwenhuizen eraan gewend om alleen maar aan een touw te trekken om iedereen achter zich aan te krijgen. In Europa moeten mensen echter op basis van argumenten zo ver gekregen worden dat zij meegaan. Die argumenten zijn gegeven en zeven lidstaten – en niet de kleinste – zijn daarin meegegaan. Ik beschouw dat als zeer hoopvol. Ik verwacht dat dat in de toekomst verder uitgewerkt wordt

Mevrouw Van Nieuwenhuizen-Wijbenga (VVD):

Voorzitter. Ik kan alleen maar herhalen wat ik heb gezegd. De minister ziet kennelijk voor zichzelf geen enkele verbeteringsmogelijkheid, geen opties om iets anders te doen. Ik kan mij niet voorstellen dat als een missie niet heeft opgeleverd wat beoogd was – de minister is niet verder gekomen dan die expertgroep van zeven landen – de minister niet zegt: had ik het misschien anders kunnen doen, met een tandje erbij? De minister blijft volhouden dat hij helemaal niets anders of beter had kunnen doen.

Minister Leers:

In de gremia waarin ik heb kunnen opereren en in de momenten waarop ik heb kunnen interveniëren, heb ik dat met 100% energie en na afstemming met deze Kamer gedaan. Nogmaals, het debat in Europa was er niet gemakkelijker op vanwege de toon die is ontstaan. Dat is zeer te betreuren. Daarnaast herhaal ik dat ik niet insta voor het afdwingen van maatregelen waarvoor een inspanningsverplichting geldt en waarvoor ik afhankelijk ben van de bereidheid van andere. Andere lidstaten moeten de bereidheid hebben om ons die te gunnen en daarover mee te denken. Wij zijn daarin ver gekomen, maar kennelijk is mevrouw Van Nieuwenhuizen toch teleurgesteld over het resultaat. Ik ben dat ook, maar ik vind het te ver gaan om te zeggen dat deze minister op dat punt gefaald heeft. Dergelijke woorden zou ik zelf niet gebruiken. Die zijn niet terecht.

Mevrouw Van Nieuwenhuizen-Wijbenga (VVD):

Ik heb die woorden ook niet gebruikt. Ik heb aangegeven dat de missie is mislukt en ik heb de minister gevraagd of hij verbeterpunten ziet en enige zelfreflectie kan betrachten in relatie tot wat er anders en beter had gekund. Ik geloof echter niet dat wij dat te horen krijgen, helaas.

De heer Fritsma (PVV):

Voorzitter. Het is natuurlijk verschrikkelijk dat Brussel het niet eens toestaat dat Nederland immigratieregels aanscherpt. Zo kunnen wij bijvoorbeeld niet eens een rem zetten op het aantal partners dat iemand vanuit het buitenland naar Nederland haalt. De PVV-fractie vindt dat ook hieruit de noodzaak blijkt om uit de EU te stappen zodat Nederland weer baas wordt in eigen land, baas wordt over de eigen grenzen en baas wordt over het eigen immigratiebeleid. Ik hoor hierop graag een reactie van de minister.

Minister Leers:

Voorzitter. Ik heb eerder gezegd dat het uit Europa stappen geen oplossing biedt en bovendien niet iets is wat een, twee, drie te regelen is. De Europese besluitvorming kent inderdaad grote nadelen. Ik deel die conclusie. Het gaat langzaam, je moet overtuigen en er spelen altijd belangen mee van andere landen. In deze procedure speelt bovendien het Europees Parlement een rol. Dat maakt lidstaten een beetje afhoudend; zij weten niet wat zij krijgen en houden zich daarom vast aan wat zij hebben. Dat alles bij elkaar maakt dat wij binnen de bestaande kaders moeten proberen te knokken en te volharden, want dat is de moeite waard.

De heer Schouw (D66):

De fractie van de VVD heeft deze minister altijd op handen gedragen, tot vorige week nog over hetzelfde onderwerp, zo moet ik vaststellen. Het is dus een beetje jammer dat in het zicht van de verkiezingen de VVD-fractie deze CDA-minister laat vallen als een baksteen. Mijn fractie zou hem willen prijzen voor het feit dat hij realistisch is over zijn Europese ambitie. Mijn vraag is: kan de minister een zakelijke evaluatie naar de Kamer sturen waarin staat wat die onzinnige ambitie om de Europese richtlijnen te veranderen heeft gekost?

Minister Leers:

Ik dank de heer Schouw voor zijn vriendelijke woorden, maar één ding wil ik al meteen wegnemen: dit was geen onzinnige missie. Als ik deze missie morgen opnieuw zou moeten beginnen, zou ik dat op dezelfde wijze doen, omdat het de moeite waard is. Wij knokken namelijk om te voorkomen dat mensen in een kansloze keten van migratie naar Nederland komen. Wij moeten ervoor zorgen dat mensen een rol kunnen spelen in ons land. Wij hebben de Europese richtlijn nodig, omdat die richtlijn ons nu eenmaal wordt opgelegd. Wij moeten dus proberen die richtlijn aan te passen.

Ik wil de Kamer graag een evaluatie sturen. Ik heb overigens een overzicht gestuurd van de kosten die met deze missie samenhingen. De Kamer is daarvan dus op de hoogte. Als je kijkt naar de inzet van middelen en menskracht, dan denk ik dat het resultaat nog steeds zeer de moeite waard is.

De heer Timmermans (PvdA):

In deze sportzomertijd vraag ik de minister: hoe voelt dat nu om anderhalf jaar lang zo hard te hollen voor de agenda van de PVV en de VVD? Het is een agenda die ik bij burgemeester Leers nooit heb gezien. Het is ook een agenda waarvan veel mensen die burgemeester Leers nog hebben gekend, denken: wij kennen hem niet meer terug. Hoe voelt het nu, na anderhalf jaar dit gedaan te hebben, om zo snoeihard te worden afgeserveerd door de VVD, voor wie u dit allemaal hebt gedaan?

Minister Leers:

Wat die gevoelens betreft, kunnen wij samen heel wat delen. U hebt ook wat van die gevoelens gehad in uw tijd als staatssecretaris, heb ik begrepen. Los daarvan, ik heb dit niet gedaan omdat de fractie van de PVV, de VVD of het CDA mij dat opdroeg, maar omdat ik ervan overtuigd was en ben dat er op dit terrein iets moet gebeuren. Ik ben ervan overtuigd dat wij op het terrein van integratie en het voorkomen van misbruik, fraude en huwelijkszwendel in Europa een keer een punt moeten gaan maken. Ik ben gemotiveerd om daarvoor te knokken en daarom was ik ook gemotiveerd om energie in dit onderwerp te stoppen. Ander was het mij nooit gelukt en had ik nooit de overtuigingskracht kunnen hebben tegen alle sfeerbeelden in. Want die sfeerbeelden hebben natuurlijk ook een rol gespeeld in Europa. Ik heb zojuist de uitdrukking "het moet je gegund worden" gebruikt. Dat heeft het zonder meer lastig gemaakt, maar ik heb wel weten te overtuigen en in iedere geval zeven landen achter mij gekregen, die samen met mij op dit punt optrekken.

Naar boven