10 Regeling van werkzaamheden

Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Op verzoek van mevrouw Thieme stel ik voor, haar motie op stuk 21501-32, nr. 523 opnieuw aan te houden. Dit betekent dat de in artikel 69, tweede lid genoemde termijn van twee maanden voor deze motie opnieuw gaat lopen.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda het VAO jeugdmondzorg, met als eerste spreker het lid Arib van de PvdA.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Ulenbelt.

De heer Ulenbelt (SP):

Voorzitter. Het verzoek dat ik nu ga doen, doe ik mede namens de heer Klaver van GroenLinks. Hij had namelijk ook over ditzelfde onderwerp een debat aangevraagd. Het verzoek is dus een debat over de aankondiging van de Nederlandsche Bank dat mogelijk 125 pensioenfondsen pensioenen moeten gaan korten en over de berichtgeving over de wijze waarop de Nederlandsche Bank omgaat met de rekenrente, zoals dat in het vakjargon heet.

De heer Van den Besselaar (PVV):

Steun voor dit debat. Ik zou wel graag van de minister vooraf nog een brief ontvangen, want het is toch wel heel merkwaardig dat de minister de motie heeft ontraden die ik op 14 december bij het VAO pensioenonderwerpen heb ingediend en waarin ik heb gevraagd om bij de rekenrente rekening te houden met de voorafgaande twaalf maanden en dat vervolgens de Nederlandsche Bank zelfstandig veertien dagen later een beslissing neemt om dat voor drie maanden te doen. Dus ik krijg graag een brief van de minister.

De heer Koolmees (D66):

Ik ga akkoord met het voorstel van de heer Ulenbelt en met het verzoek van de heer Van den Besselaar.

De heer Klaver (GroenLinks):

Ook akkoord met het voorstel en de gevraagde brief. Ik zou graag willen dat de minister in de brief ingaat op de wettelijke basis om maximaal 7% te korten en op de argumentatie waarom is gekozen voor het driemaandsgemiddelde.

Mevrouw Lodders (VVD):

De vraag is duidelijk, maar wij hebben op naar ik meen 29 februari een AO over pensioenonderwerpen, juist over deze onderwerpen. Die brief van de minister is dus prima, maar ik wil wel verwijzen naar het AO.

Mevrouw Vermeij (PvdA):

Ik steun het verzoek om een debat te houden. Maar mocht die 29ste februari eerder vallen dan de datum waarop dit debat gepland zal worden, dan wil ik er in het AO over spreken. Het moet zo snel mogelijk lijkt mij. Ik ben ook akkoord met de brief.

De heer Van Hijum (CDA):

De CDA-fractie steunt in elk geval het verzoek om een brief, met de vraag zoals deze door de heer Klaver is verwoord. Wat ons betreft volstaat het algemeen overleg op 29 februari. Ik denk namelijk dat dit algemeen overleg eerder zal plaatsvinden dan een debat.

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):

Ik ben akkoord met het aangevraagde debat, net als met de brief en de aanvullingen waar de heer Klaver zojuist om gevraagd heeft.

De heer Dijkgraaf (SGP):

Akkoord met het verzoek. Wat ons betreft moet het betrokken worden bij het algemeen overleg.

De voorzitter:

Een aantal zaken is duidelijk. Ten eerste is er de wens om een brief over dit onderwerp te ontvangen. Ten tweede is er ruime steun voor het houden van een debat. Overigens is wel opgemerkt dat als de datum voor dit debat na de 29ste valt, een en ander gecombineerd kan worden. Als u het eens bent met die conclusie, dan geleiden wij het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door naar het kabinet.

De heer Ulenbelt (SP):

Als al mijn voorstellen het komend jaar zo behandeld worden als dit, ben ik nu al een gelukkig man.

De voorzitter:

De spreektijd zal drie minuten per fractie zijn.

Het woord is aan mevrouw Leijten.

Mevrouw Leijten (SP):

Voorzitter. Tijdens het reces is een conceptadvies van het College voor zorgverzekeringen openbaar geworden. Hierin geeft men te kennen dat de bezuiniging op de lage ziektelasten niet haalbaar is en doet men de suggestie om alles wat met ouderdom te maken heeft maar uit het verzekeringspakket te halen. Het lijkt mij belangrijk dat wij hierover een debat voeren.

Mevrouw Smilde (CDA):

Wij willen eerst graag een reactie van de minister. Daarna kunnen wij besluiten of wij daar een debat over willen voeren.

De heer Van der Veen (PvdA):

Bij de begrotingsbehandeling 2011 hebben wij een motie ingediend waarin wij de minister vragen om in maart met een verhaal te komen over de haalbaarheid en onhaalbaarheid van de lage ziektelast. In zoverre steunen wij het verzoek, dat wij graag ook het verhaal van de minister over de mogelijkheden van de lage ziektelast willen hebben. De motie is destijds aangenomen. Ik neem aan dat de minister nog steeds van plan is om in februari dat rapport te leveren.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Verschillende fracties hebben al hun mening over dit rapport gegeven. De tijd lijkt ons rijp om er meteen een debat over te voeren.

De heer Mulder (VVD):

Collega Leijten zei dat het debat openbaar is. Dat klopt niet. Het rapport is nog helemaal niet uit. Het is een conceptrapport. De verwachting is dat het pas eind februari verschijnt. Een debat nu is dan ook veel te voorbarig.

Mevrouw Gerbrands (PVV):

Daar sluit ik mij graag bij aan: eerst wachten op het rapport.

Mevrouw Dijkstra (D66):

Wat mij betreft, kunnen wij al eerder een debat voeren. Wij steunen het verzoek van mevrouw Leijten.

Mevrouw Leijten (SP):

Voorzitter. Ik tel mijn knopen. Ik wil mijn voorgestelde debat graag omzetten in een dertigledendebat. Ik zal ook uitleggen waarom. Het conceptrapport is wel degelijk openbaar. Het is in de media geweest. Er wordt over gediscussieerd. Ik vind dat het parlement duidelijk moet laten weten waar het staat. Ik vraag u dan ook om een dertigledendebat over dit onderwerp te agenderen.

De voorzitter:

Dan zetten wij dat op de lijst. Die som hadden wij namelijk ook gemaakt. De spreektijd is drie minuten per fractie.

Het woord is aan mevrouw Arib.

Mevrouw Arib (PvdA):

Voorzitter. De afgelopen week bereikten ons verschillende berichten over de omstreden borstimplantaten en de gevaren ervan. Ik heb hierover schriftelijke vragen gesteld. Ook andere collega's hebben dat gedaan. Er is veel onrust en onduidelijkheid, vooral onder de vrouwen die een implantatie hebben ondergaan. Ik wil hierover graag een dertigledendebat hebben. Daaraan voorafgaand wil ik de schriftelijke vragen graag beantwoord zien.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Dat geldt ook voor de schriftelijke vragen die de GroenLinks-fractie heeft ingediend. Dan kunnen wij daarna het debat voeren.

De heer Mulder (VVD):

De vragen van mevrouw Arib zijn 35 minuten geleden beantwoord.

Mevrouw Arib (PvdA):

Heel goed.

De heer Mulder (VVD):

Wellicht kan zij dus even kijken of dat nog steeds aanleiding geeft tot een debat.

De voorzitter:

Wat vindt u daarvan, mevrouw Gerbrands?

Mevrouw Gerbrands (PVV):

Ik zou eerst een brief van de minister willen hebben en daarna willen kijken of een debat nog nodig is.

De heer Van Gerven (SP):

De SP-fractie steunt het verzoek om een debat, maar zou ook graag een allesomvattende brief van de minister willen hebben over alle borstimplantaten. Ik wil het onderwerp heel breed trekken, want er is veel onrust ontstaan door de berichtgeving in de media.

Mevrouw Dijkstra (D66):

Ik zou graag een brief zien en op grond daarvan beslissen of wij het debat dienen te voeren.

Mevrouw Arib (PvdA):

Natuurlijk ben ik ook voor een brief en voor duidelijkheid voorafgaand aan dat debat, maar gezien de ernst van het onderwerp en het feit dat er heel veel onrust is bij vrouwen, wil ik vasthouden aan het verzoek om een dertigledendebat. Voorafgaand aan dat debat moet dan maar de informatie van de minister komen, want het heeft haast.

De voorzitter:

Het heeft haast. Wij zullen het op de lijst zetten en dit deel van het stenogram doorgeleiden naar de minister met het verzoek om informatie.

Mevrouw Arib (PvdA):

Maar het is een dertigledendebat, hè?

De voorzitter:

Ja, het is een dertigledendebat met drie minuten spreektijd per fractie.

Het woord is aan de heer Van Gerven.

De heer Van Gerven (SP):

Voorzitter. Allereerst verzoek ik om een debat met de minister van Financiën en de staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie over de voedselspeculatie en de rol van de Nederlandse banken en pensioenfondsen daarin. ZEMBLA heeft daar een indrukwekkende reportage over gemaakt. Die riep allerlei associaties op bijvoorbeeld met het standpunt over clustermunitie dat wij hebben, namelijk dat je daar niet in moet investeren. Nu wordt er geïnvesteerd in honger. Dat moeten wij niet willen. Vandaar dit verzoek om een debat met beide bewindslieden.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Van harte steun van de Partij voor de Dieren voor het verzoek om een debat te voeren over voedselspeculatie.

De heer Koopmans (CDA):

Wij voeren morgen nog een prachtig debat over de verduurzaming van de voedselproductie. Dit zou daar heel goed bij passen. Dan hebben wij het ook het snelste behandeld.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

De GroenLinks-fractie steunt het verzoek van de heer Van Gerven.

Mevrouw Snijder-Hazelhoff (VVD):

De VVD-fractie ziet op zich geen aanleiding om daar direct over te debatteren, maar sluit zich aan bij wat de heer Koopmans zegt: neem het mee bij het grote debat dat wij morgen voeren.

De heer Dijsselbloem (PvdA):

De Partij van de Arbeidfractie steunt graag het verzoek om een debat.

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):

De ChristenUnie-fractie wil daar wel graag een debat over voeren, maar dat kan wat haar betreft morgen tijdens het AO.

De heer Van Gerven (SP):

Ik begrijp dat er geen steun is voor een debat maar wel voor een dertigledendebat. Ik wil dit onderwerp niet betrekken bij de discussie over de verduurzaming, omdat wij ook nadrukkelijk de minister van Financiën daarbij willen hebben. Dat valt niet goed te combineren. Wij willen wel graag voorafgaand aan dat debat van beide bewindslieden een reactie en voorstellen krijgen voor de door ZEMBLA weer opgevoerde problematiek.

De voorzitter:

Nu verandert u uw verzoek op twee punten. Er is geen steun voor een debat. Er is eventueel wel steun voor een dertigledendebat, eventueel voorafgegaan door een brief. Dat laat onverlet dat anderen dan wel de gelegenheid hebben om dit voor die tijd al aan de orde te stellen. Dat moet u zich dan wel realiseren. U komt op een lange lijst te staan.

De heer Van Gerven (SP):

Dat weet ik, maar ik heb dit debat niet voor niks aangevraagd. Het is immers een op zichzelf staand groot probleem dat gewoon op zichzelf bediscussieerd moet worden en niet moet worden betrokken bij de verduurzaming van de voedselproductie. Dat gaat namelijk over heel andere zaken. Dat is een andere discussie.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Daar wil ik graag een opmerking over maken. Het debat dat morgen gepland staat, is naar aanleiding van de uitkomsten van een commissie van de Kamer: de klankbordgroep Economische dimensie verduurzaming voedselproductie. Ik zou het niet zo chic vinden als het debat morgen over een procedure die vanuit de Kamer is gestart, over een onderzoek dat daar is gedaan en waarin de voedselspeculatie geen onderwerp van discussie was, gebruikt wordt om deze problematiek te bespreken. Ik denk dat de heer Van Gerven een goed punt heeft als hij zegt dat we dat apart moeten agenderen, met de minister van Financiën erbij. Het staat iedereen vrij om tijdens een debat onderwerpen aan de orde te stellen die hijzelf belangrijk vindt, maar ik zou het in de richting van de klankbordgroep niet zo chic vinden als dat morgen gebeurt.

De voorzitter:

Wij sluiten dit onderdeel af. Wij zullen het stenogram doorgeleiden naar de minister, met het verzoek om een brief. Wij zullen dit debat op de lijst zetten met een spreektijd van drie minuten per fractie. Mocht er na het debat, dat binnenkort al gehouden wordt, aanleiding zijn om daarop terug te komen, dan horen wij dat graag van u. Wij willen namelijk graag zien dat de lijst zo kort mogelijk blijft.

De heer Van Gerven (SP):

Voorzitter. Ik heb nog een tweede verzoek. Ik wil graag een debat voeren met de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de boete die de Nederlandse Mededingingsautoriteit aan de Landelijke Huisartsen Vereniging heeft opgelegd. Dat is een boete van bijna 8 mln. Dat is extreem. De handelwijze van de NMa slaat nergens op. Ook de dagelijkse praktijk gericht op samenwerking van de huisarts met andere partijen is volledig in het slop geraakt en volledig gefrustreerd door de opstelling van de NMa. Daarom doe ik dit verzoek om een debat met de minister van VWS.

Mevrouw Smilde (CDA):

Ik zou hier graag een reactie van de minister op willen, met name ook op het bericht dat de zorgverzekeraars vaak aan de huisartsen vragen om met een mogelijk toekomstige collega gesprekken te voeren. Ik zou die reactie eerst willen hebben. Daarna wil ik bekijken of ik het verzoek om een debat steun.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Het staat het kabinet natuurlijk vrij om een reactie te sturen op het moment dat wij een debat gaan voeren. Wij steunen het verzoek.

Mevrouw Kuiken (PvdA):

Steun voor het verzoek.

De heer Mulder (VVD):

Volgens mij gaat de Landelijke Huisartsen Vereniging in bezwaar en beroep tegen de boete. Als we dan toch een brief vragen, wil de VVD graag ook een reactie op de opmerking van de voorzitter van de NMa, die heeft gezegd dat hij ook een boete had kunnen opleggen van 200 mln. Waarom is dat dan niet gebeurd?

De voorzitter:

Er is in ieder geval steun om een brief te vragen.

De heer Van Gerven (SP):

Ja, er is steun voor een brief en voor een dertigledendebat. Wij laten het dertigledendebat dus in ieder geval op de agenda zetten. Wat de SP betreft debatteren wij zo spoedig mogelijk met de minister over dit onderwerp.

De voorzitter:

Wij zullen dit deel van het stenogram doorgeleiden naar de minister. Voor het debat geldt een spreektijd van drie minuten per fractie. Het debat komt op de lijst.

De heer Van Gerven (SP):

Voorzitter. Tot slot verzoek ik wederom om een debat met de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en wel over het kleinste en volgens sommigen, zeker volgens de mensen uit Noordoost-Friesland en Dokkum, beste ziekenhuis van Nederland. De zorgverzekeraars zijn samen met de inspectie bezig dit af te breken, terwijl de minister langs de zijlijn toekijkt. Mij lijkt dat de Kamer de minister tot de orde moet roepen. Zij kan hier niet van wegkijken. Duizenden mensen hebben de afgelopen weken gedemonstreerd. Dat ziekenhuis moet volwaardig behouden blijven. Daarom willen wij een debat hierover met de minister van VWS.

De heer Van der Veen (PvdA):

Steun voor het verzoek. Ik teken daarbij aan dat wij in februari ook een debat hebben over het zorglandschap. Daarin zal het dus zeker ook aan de orde komen.

Mevrouw Smilde (CDA):

Ik steun het verzoek niet, want het ziekenhuis komt deze week zelf met zijn beleidsplan. Voordat wij daarover debatteren, zullen wij dat eerst moeten afwachten. Daarna willen wij graag een reactie van de minister. Dan kunnen wij dat debat gaan voeren, maar ik sluit me in die zin aan bij de heer Van der Veen dat het dan ongeveer half februari is en we dan het algemeen overleg over het zorglandschap hebben. Daarin kan het ook zeker aan de orde komen.

De heer Mulder (VVD):

Ik sluit me aan bij collega Smilde.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

GroenLinks sluit zich aan bij de heer Van der Veen.

Mevrouw Dijkstra (D66):

D66 sluit zich aan bij mevrouw Smilde.

De voorzitter:

Dan is er geen meerderheid voor een debat.

De heer Van Gerven (SP):

Ik moet ook in dit geval weer constateren dat een meerderheid van de Kamer duikt. Het valt me tegen dat ook mevrouw Agema en de PVV op dit punt duiken, terwijl zij vroeger toch altijd waren voor het behoud van kleine ziekenhuizen. Ik stel het maar even vast.

De voorzitter:

Nee, dit is een proceduredebat, geen politiek debat.

De heer Van Gerven (SP):

Oké, dan concludeer ik dat er voldoende steun is voor een dertigledendebat. Waarom wil ik hier een apart debat over? Dat is omdat het gaat om een ziekenhuis in een krimpregio, dat een grote voorbeeldfunctie heeft voor andere ziekenhuizen die dreigen om te vallen door het kabinetsbeleid.

De voorzitter:

Nee, mijnheer Van Gerven, dit is een proceduredebat. U hebt genoeg steun voor een dertigledendebat. Dat komt op de lijst, met drie minuten spreektijd per fractie.

Het woord is aan mevrouw Karabulut.

Mevrouw Karabulut (SP):

Mede namens de PvdA vraag ik om een dertigledendebat met de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Vanwege de rijksbezuinigingen op de sociale werkplaatsen dreigen namelijk tientallen mensen ontslagen te worden bij de Risse Groep in Weert.

De voorzitter:

U hebt 30 leden achter u; we zetten dit debat dus op de lijst. Er gelden spreektijden van drie minuten per fractie.

Het woord is aan mevrouw Van Toorenburg.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Voorzitter. Nederlandse consumenten hebben de afgelopen jaren waarschijnlijk veel te veel rente betaald aan deurwaarders. Het gaat mogelijk om miljoenen euro's, zo berichtte het Algemeen Dagblad afgelopen zaterdag. Wij willen daar graag een dertigledendebat over.

De heer Van der Steur (VVD):

De berichtgeving was ernstig. Ook de VVD-fractie maakte zich grote zorgen. We hebben contact opgenomen met de deurwaardersorganisatie, die heeft aangegeven dat het Bureau Financieel Toezicht, dat hiertoe bevoegd is, een onderzoek instelt. Ik stel dan ook voor dat we het kabinet een brief vragen na afloop van het onderzoek, en dan bezien of er een debat of een algemeen overleg nodig is.

Mevrouw Berndsen (D66):

Ik sluit me aan bij de woorden van de heer Van der Steur.

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):

Het onderzoek loopt kennelijk, maar ik wil nu al een brief van het ministerie. We hoeven niet te wachten tot private partijen zelf iets gaan doen. Ik wil dus graag een brief, waarna we kunnen bezien of we daar een debat over willen voeren.

De heer Bontes (PVV):

Wij willen een brief en dan eventueel een debat.

De heer Dibi (GroenLinks):

Grote steun voor het verzoek van mevrouw Van Toorenburg. Elke euro telt, zeker in deze tijd en voor deze mensen.

Mevrouw Karabulut (SP):

Absoluut steun voor dit debat.

De voorzitter:

Mevrouw Van Toorenburg, u hebt steun voor een dertigledendebat, en ik heb begrepen dat men voorafgaand daaraan ook graag een brief wil en dat u daar geen bezwaar tegen hebt. Wij zullen dit deel van het stenogram dus doorgeleiden naar het kabinet en het dertigledendebat op de lijst zetten.

Het woord is aan de heer Verhoeven.

De heer Verhoeven (D66):

Onlangs heeft een rechtbank in Den Haag de uitspraak gedaan dat downloadsite The Pirate Bay door providers als XS4ALL en Ziggo geblokkeerd moet worden. Een paar weken daarvoor heeft de Kamer echter een motie aangenomen tegen het blokkeren van websites. Ik verzoek het kabinet alsnog om een reactie te geven op die aangenomen motie en aan te geven hoe het die motie zal uitvoeren.

De voorzitter:

Ik stel voor om dit verzoek om een brief door te geleiden naar het kabinet.

De heer Bontes (PVV):

Ik ben het geheel met de heer Verhoeven eens, maar ik heb over hetzelfde onderwerp schriftelijke vragen gesteld. Die zouden in één keer meegenomen kunnen worden om bureaucratie te voorkomen.

Mevrouw Peters (GroenLinks):

Dat klinkt als een heel goed dubbelvoorstel. Ik sluit me er graag bij aan. En als er dan toch geschreven wordt, kan het kabinet dan ook uitleggen hoe het instellen van hoger beroep zich verhoudt tot een uitspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens van november vorig jaar in de zaak-SABAM? Die uitspraak verbiedt namelijk dat wat het kabinet heeft gedaan.

De voorzitter:

We zullen dit deel van het stenogram doorgeleiden naar het kabinet en vragen om in de brief alle openstaande zaken direct mee te nemen.

Het woord is aan mevrouw Ouwehand.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Morgenochtend voert de Kamer een algemeen overleg over de Landbouw- en Visserijraad begin volgende week in Brussel. Het zou kunnen dat daar moties uit voortvloeien. Onder voorbehoud vraag ik daarom voor deze week een VAO met stemmingen aan. Van collega's heb ik begrepen dat het prettig zou zijn als dat morgen aan het begin van de middagvergadering kan, inclusief de stemmingen. Ik doe dit verzoek omdat de Grüne Woche plaatsvindt en enkele collega's daarheen zullen gaan.

De voorzitter:

Dank voor uw vooraankondiging. Ik begrijp het tweede deel van uw verzoek. We zullen kijken of we dit in de planning van de Kamer kunnen meenemen. U had nog een tweede verzoek.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Voorzitter. Staatssecretaris Bleker heeft tijdens de behandeling van de initiatiefwet van mevrouw Thieme in de Eerste Kamer een beleidsmatig konijn uit de hoge hoed getoverd. Hij heeft aangekondigd te komen met een convenant over onverdoofd ritueel slachten. Daarmee is een aantal rare dingen aan de hand. De Tweede Kamer gaat over beleid, maar is nog niet geïnformeerd over die plannen. Wel heeft de staatssecretaris de pers een brief gestuurd over het convenant en heeft hij een andere versie van die brief naar de Eerste Kamer gestuurd. Wij willen dat staatssecretaris Bleker de Tweede Kamer netjes per brief informeert over wat hij van plan is met dat convenant. Ik vind dat hij daarbij de twee versies van de brief, die aan de Eerste Kamer en die aan de pers, mee moet sturen. Ook zou ik graag uitgelegd krijgen waarom hij in de ene versie nog spreekt over het opnieuw invoeren van de behoefteverklaring en in de andere versie niet meer.

Mijn tweede voorstel is dat we een debat voeren over deze manoeuvres van de staatssecretaris rond het initiatiefwetsvoorstel van een van de leden van deze Kamer voor een verbod op onverdoofd slachten.

De voorzitter:

Dit verzoek zal worden doorgeleid naar het kabinet. Afhankelijk van de inhoud van de brief kan dan besloten worden of er een debat moet komen.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Ik zie verschillende collega's bij de interruptiemicrofoons staan. Misschien hebben zij behoefte om te reageren of willen zij nu al hun steun uitspreken voor een debat. Dat zou mooi zijn.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Het is erg verleidelijk om een proceduredebat te beginnen, maar dat doe ik uiteraard niet. Het verzoek om een brief steun ik natuurlijk. Een debat lijkt mij op zich logisch, maar laten we eerst even de brief afwachten.

De voorzitter:

U bent het gewoon eens met de voorzitter, begrijp ik!

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Ik begrijp dat u daarvan schrikt!

Mevrouw Van Veldhoven (D66):

Het lijkt mij een logische weg om eerst een brief te vragen. Ik moet zeggen dat mijn fractie de voorkeur heeft om eerst het debat in de Eerste Kamer zijn verloop te laten hebben voordat de Tweede Kamer haar rol oppakt. Anders kan het procedureel gezien ook ingewikkeld worden.

Mevrouw Snijder-Hazelhoff (VVD):

Op een brief heb ik niet zoveel tegen, maar laten we eerst de procedure in de Eerste Kamer afwachten.

De heer Van Gerven (SP):

Dat lijkt mij niet zo'n goed idee. De Tweede Kamer heeft het wetsvoorstel aangenomen, vervolgens wordt dat in de Eerste Kamer behandeld en opeens verschijnt er een convenant. Wij zouden het chic vinden als de staatssecretaris ons uitvoerig informeert hoe dat precies zit en als we dat in de Tweede Kamer bediscussiëren. Dat lijkt mij toch de ordentelijke volgorde der dingen. Steun voor het verzoek van de Partij voor de Dieren.

Mevrouw Gerbrands (PVV):

Steun voor een brief.

De heer Koopmans (CDA):

De heer Van Gerven had het over een fatsoenlijke gang van zaken, maar er is maar één fatsoenlijke procedure: dat wij in dit huis afwachten wat er in de Eerste Kamer gebeurt en hoe de afronding daar plaatsvindt.

De voorzitter:

Ik blijf bij mijn voorstel. Zullen we eerst om een brief vragen?

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Ja, voorzitter. Ik druk de staatssecretaris op het hart dat hij het verschil uitlegt en ook waarom hij …

De voorzitter:

Dat verzoek hebt u al expliciet gedaan.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Precies. Tegen de collega's zou ik willen zeggen dat wij onze rol om beleid te controleren niet zomaar naar de Eerste Kamer zouden mogen delegeren. In tweede instantie reken ik daarom op steun voor een debat.

De voorzitter:

Dat zien we tegen die tijd. Voorlopig vragen we om een brief.

Het woord is aan de heer Hernandez van de PVV.

De heer Hernandez (PVV):

Voorzitter. Op 13 december jongstleden heb ik de regering verzocht om een brief naar aanleiding van mijn aangenomen motie over de beëindiging van de Regeling faciliteiten Turkse dienstplicht defensieambtenaren. Tot op heden is die brief er niet. Ik vraag u om de regering te verzoeken deze zo snel mogelijk te sturen.

De voorzitter:

Wij zullen dit deel van het stenogram doorgeleiden.

Het woord is aan mevrouw Gerbrands.

Mevrouw Gerbrands (PVV):

Voorzitter. Vanavond staat het debat over het Maasstad Ziekenhuis op de agenda. Er komt 25 januari nog een rapport van de inspectie. Ik doe mede namens mevrouw Arib van de PvdA het verzoek om dit debat uit te stellen tot na 25 januari.

De heer Mulder (VVD):

Dit is een zeer verstandig voorstel.

Mevrouw Smilde (CDA):

Steun voor het uitstel.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Ook steun van ons.

De voorzitter:

We zullen dit debat vanavond van de agenda afvoeren en het later opnieuw plannen. Ondertussen gaan we even zoeken of een ander onderwerp zich leent om dat gat op te vullen. Het zou namelijk heel zonde zijn als er op deze wijze een hele vergaderavond wegvalt. Er wordt aan gewerkt.

Het woord is aan de heer Van Klaveren.

De heer Van Klaveren (PVV):

Voorzitter. De PVV ziet graag dat ook de minister van Veiligheid en Justitie aanwezig is bij het debat over het wegpesten van homostellen. De minister heeft tijdens het AO over discriminatie gezegd dat hij met de burgemeesters in gesprek zal treden over de betreffende problematiek. Wij zouden graag zien dat dit debat plaatsvindt na dat gesprek, zodat we de resultaten daarvan erbij kunnen betrekken.

Mevrouw Hennis-Plasschaert (VVD):

Steun voor het verzoek.

De heer Çörüz (CDA):

Ook het CDA steunt dit verzoek.

De heer Dibi (GroenLinks):

Ook GroenLinks steunt het verzoek.

Mevrouw Berndsen (D66):

Ook steun van D66.

De voorzitter:

Mijnheer Van Klaveren, u hebt steun voor uw verzoek. Dat houdt overigens wel in dat het debat woensdag van de agenda moet worden afgevoerd, want de minister is dan niet beschikbaar. Het zal opnieuw moeten worden ingepland. Wij zullen bekijken in hoeverre de vrijgevallen ruimte nog kan worden benut.

Het woord is aan mevrouw Jacobi.

Mevrouw Jacobi (PvdA):

Voorzitter. Ik doe een rappel over de gang van zaken bij Reiderwolde. Ik doe dit mede namens de SP, GroenLinks en de Partij voor de Dieren. Wij hadden gevraagd om een brief van de minister-president, omdat dit een kabinetslid betreft. Wij hebben alles gekregen, maar geen brief van de minister-president. Daarom doe ik hierbij een rappel, zodat wij alsnog een brief ontvangen.

De voorzitter:

Ik zal dit deel van het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Hiermee zijn wij aan het eind van de regeling van werkzaamheden gekomen. Ik schors de vergadering, want ik hoop dat het mogelijk is om vanavond de vergadering toch voort te zetten. U zult daar zo snel mogelijk bericht over krijgen. Voorlopig schors ik de vergadering in ieder geval.

De vergadering wordt van 15.17 uur tot 19.45 uur geschorst.

Naar boven