4 Vragenuur

Vragen van het lid Harbers aan de minister van Financiën over het bericht dat de bevolking van IJsland de overeenkomst met Nederland inzake de Icesave-tegoeden in een referendum heeft afgewezen.

De heerHarbers (VVD):

Voorzitter. Dit weekend verwierp de IJslandse bevolking voor de tweede keer een overeenkomst met Nederland over de Icesave-tegoeden. Ik heb dat meteen koppig en dom genoemd. Koppig, omdat de IJslanders denken dat ze blijkbaar echt niet terug hoeven te betalen, maar het was het IJslandse toezicht dat destijds onder de maat was. Daar hoeven de Nederlandse belastingbetalers niet voor op te draaien. Dom, want het was een heel gunstige deal voor de IJslanders. Nederland was IJsland ruimhartig tegemoetgekomen. Vanochtend stuurde de minister van Financiën ons reeds een brief met zijn reactie. Dank daarvoor, ook voor de stevige stellingname tegen IJsland. Ik en mijn fractie zijn blij dat de minister stelt dat de tijd van onderhandelen echt voorbij is en dat nu de gang naar de rechter rest, naar het Hof van de Europese Vrijhandelsorganisatie. Ik heb mede naar aanleiding van de brief van de minister nog wel een aantal vragen.

De president van IJsland, die de totaal onmogelijke positie van IJsland wel inziet, vindt dat Nederland en Engeland nog even moeten wachten met het nemen van verdere stappen. Hij zegt dat deze landen een bepaald bedrag terugkrijgen. Vanochtend zei de president ook dat het niet tot een rechtszaak hoeft te komen. Ziet de minister dat ook zo? Heeft hij al een aanbod van IJsland gehad, of houdt hij, wat ik heel graag zou willen, toch vast aan een rechtszaak?

IJsland wil lid worden van de Europese Unie. De Europese Commissie stelt dat deze kwestie daar geen gevolgen voor heeft, maar wat is het standpunt van de Nederlandse regering in dezen? Is de minister bereid om toetreding van IJsland tot de EU te blokkeren? Immers, wij zitten niet te wachten op een lidstaat die op voorhand internationale verplichtingen niet nakomt.

IJsland heeft ook steun van het IMF. Onderdeel van het IMF-plan voor het herstel van de IJslandse economie is dat IJsland een afbetalingsregeling treft. Welke mogelijkheden ziet de minister om in IMF-verband druk uit te oefenen op IJsland?

Dan het bedrag in verband met de rechtszaak. De overeenkomst was voor 1,3 mld., maar Nederland heeft grotere schade geleden. Niet alleen de bedragen boven € 100.000, maar ook de bedragen boven de € 20.000 van spaarders heeft Nederland voor eigen rekening genomen. Welk bedrag neemt de minister als inzet voor te voeren rechtszaak? Gaat hij weer helemaal terug naar het begin, vergeet hij het laatste heel gunstige resultaat voor de IJslandse bevolking, en gaat hij proberen om er voor Nederland alles uit slepen?

MinisterDe Jager:

Voorzitter. In de brief heb ik duidelijk aangegeven dat de verwachting van de curatoren is dat de recovery rate in deze zaak vrij hoog zal zijn, rond de 90%. Dat betekent dat het probleem, ook voor de IJslandse bevolking, door een aantal lieden wel eens wordt overdreven, omdat uit de boedel al heel veel kan worden betaald. De restschuld van IJsland richting Nederland zou heel klein kunnen zijn.

Ik ga inderdaad uit van een rechtszaak. Ik heb nog geen interessant bod gezien. Het IJslandse volk heeft zich uitgesproken. Daarmee heeft het volk ons laatste zeer interessante voorstel afgewezen. Ik ga nu dus van een gang naar de rechter uit. Nederland heeft geen zelfstandige rechtsgang. Het gaat via de ESA, de Efta Surveillance Authority. Die zal de kwestie naar verwachting bij het EFTA-Hof aanbrengen. De insteek zal zijn dat wij het bedrag terugkrijgen waar wij recht op hebben op grond van de DGS-richtlijn – die is hier im Frage – en dat is de 1,3 mld. met rente. Dat is iets anders dan de kwestie van de eventuele private schulden. Daar kijken wij nog naar. Wij zijn overigens ook prioritair schuldeiser als het gaat om de boedel.

Dan de EU en het lidmaatschap. Het vorige kabinet heeft al aangegeven – wij delen dat standpunt – dat het nakomen van de verplichtingen door IJsland een voorwaarde moet zijn voor het afsluiten van de onderhandelingen over Hoofdstuk 9 (financiële diensten). Premier Balkenende heeft dat in juni 2010 al gemeld. Wij zijn het daar nog steeds mee eens.

De heerHarbers (VVD):

Mijn vervolgvraag is heel eenvoudig: ik wil van de minister nog een uitspraak hebben over de mogelijkheden die hij ziet in IMF-verband. Verder wil ik weten hoe Nederland opereert als het gaat om het lidmaatschap van de Europese Unie. Waarom zegt de Europese Commissie bij voortduring, ook nog na het weekend, dat dit geen gevolgen hoeft te hebben voor de toetredingsonderhandelingen? Ik denk dat de boodschap aan IJsland maar beter heel duidelijk kan zijn: op deze manier kom je niet in de Europese Unie. Wij zitten immers niet te wachten op een lidstaat die verplichtingen niet nakomt.

MinisterDe Jager:

Ten aanzien van het laatste punt: Nederland vindt dat er een bevredigende oplossing moet zijn voor dit probleem alvorens wij tot afsluiting van hoofdstuk 9 over kunnen gaan. Dat is een voorwaarde voor toetreding. Ik ben het op dat punt eens met de heer Harbers. Enigszins pikant is wel dat voor de grootste tegenstanders van het akkoord bij het referendum het Nederlandse standpunt koren op de molen is. Zij zijn immers ook de grootste tegenstanders van toetreding tot de Europese Unie. Voor hen is dit argument alleen maar extra voeding om nog meer tegen het akkoord met de Nederlandse overheid te zijn. Dat neemt niet weg dat ik het eens ben met de inzet van het vorige kabinet en van dit kabinet.

In tegenstelling tot de Europese Unie hebben wij geen blokkerende stem wat het IMF betreft, zelfs niet met het VK erbij. Wij proberen zo veel mogelijk binnen te halen en het IMF op de lijn te krijgen dat er in dit geval onlosmakelijk een juridische verplichting ligt voor IJsland en dat deze moet worden nagekomen.

De heerHarbers (VVD):

Ik dank de minister voor zijn antwoorden. Ik wens hem in de eerste plaats heel veel succes om er voor Nederland uit te slepen wat wij eruit moeten slepen.

Wat het IMF betreft: ik denk dat er alles aan gelegen is dat Nederland niet nalaat om in IMF-verband samen met het Verenigd Koninkrijk aandacht te vragen voor zijn positie. Immers, ook voor het IMF staat de geloofwaardigheid op het spel als men zelf al vond dat voor herstel van de IJslandse economie er een overeenkomst met Nederland gesloten moet worden.

MinisterDe Jager:

Daar ben ik het mee eens. Ook de crediteurenstatus van IJsland zelf staat op het spel. IJsland zal er terdege rekenschap van moeten geven dat het veel verstandiger is om te zeggen: wij betalen alles terug.

MevrouwBlanksma-van den Heuvel (CDA):

Wordt er nu contractbreuk gepleegd door IJsland? Wordt nu de gang naar de rechter ingezet? Overheidsorganisaties als provincies en gemeenten, maar ook andere spaarders hebben allemaal nog geld te goed van IJsland. Wil de minister proberen om deze bedragen inclusief het bedrag dat wij zelf te goed hebben via de rechter aan de orde te stellen om te bezien of wij maximaal kunnen terugvorderen wat Nederland in het totaal te goed heeft?

MinisterDe Jager:

Wij hebben dit al eens besproken. De Kamer was het ermee eens dat het € 100.000+-probleem niet het probleem van de Nederlandse belastingbetaler moest worden en dat de rechtspositie in dit geval anders was, omdat het bedrag niet door het depositogarantiestelsel van IJsland was afgedekt. Het IJslandse deel betreft dus het depositogarantiestelsel dat in de juridische kwestie is afgedekt en dat wij voor het EFTA-Hof kunnen brengen. Er is nog iets anders. IJsland heeft namelijk kennelijk al zijn eigen spaarders voor de volle honderd procent vergoed. Dat biedt mogelijk ook aanknopingspunten voor anderen. In ieder geval heeft een IJslandse rechter al gezegd dat iedereen die in dezen spaartegoeden had prioritair is, dus ook gemeenten en provincies die geld te goed hebben, en dat is goed nieuws.

Naar boven