Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor, hedenmiddag ook te stemmen over de moties ingediend bij het notaoverleg over de Nota voeding en gezondheid van maandag 23 maart jongstleden en over de aangehouden motie-Roemer (31888, nr. 2).

Het woord is aan de heer Van der Ham.

De heer Van der Ham (D66):

Voorzitter. Afgelopen vrijdag verscheen een rapport van PricewaterhouseCoopers over de klimaatdoelstellingen van het kabinet. Daarin wordt beweerd dat die niet worden gehaald met de huidige regelingen. Vandaag stond in de Volkskrant een groot debat tussen de woordvoerders van CDA en PvdA over de vraag of de investering van het crisispakket voldoende zal opleveren en om welke bedragen het gaat. De komende weken verschijnen nog veel andere rapporten die een groot debat over de klimaatdoelstellingen van het kabinet zouden moeten opleveren.

Wat mij betreft zou er na de paasvakantie of na Pasen – een paasvakantie hebben wij niet – een groot debat moeten plaatsvinden over de klimaatdoelstellingen en alle rapporten die daarover verschijnen, inclusief een brief van het kabinet over de twee zaken die ik aan het begin noemde.

De voorzitter:

Ik neem aan dat u het meireces bedoelt.

De heer Van der Ham (D66):

Nee, na Pasen.

De voorzitter:

Dat is dan twee dagen.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Voorzitter. Ik heb ooit een verzoek ingediend voor een algemeen debat over de klimaatcrisis. Ik bewaar daar niet zulke goede herinneringen aan vanwege het gebrek aan belangstelling toen. Wellicht is het nu anders. Dit verzoek heeft vanzelfsprekend mijn steun. Mijn fractie heeft gevraagd om een kabinetsreactie op de nieuwste wetenschappelijke gegevens over de ernst van de klimaatcrisis. Die reactie is gekomen, maar was weinigzeggend. Ik zie die graag toegevoegd. Er ligt een rapport van het algemeen planbureau over het niet halen van de milieudoelstellingen op het gebied van verkeer. Graag zie ik dat rapport ook toegevoegd.

Ik vraag verder om een groot debat na de paasvakantie, mogelijk te houden door de fractievoorzitters.

De voorzitter:

Er is dus geen paasvakantie. Na Pasen, daar houden wij het op.

Mevrouw Spies (CDA):

Voorzitter. Een groot deel van de zaken die mevrouw Halsema noemt, is geagendeerd voor de procedurevergadering morgen van de vaste commissie voor VROM. De minister van VROM heeft toegezegd dat er in de loop van mei een voortgangsverslag komt van de uitvoering van Schoon en Zuinig. Ik stel voor om vast te houden aan die volgorde. Daarna een groot debat, door wie dan ook en in deze zaal, prima. Laten wij echter wel de lopende afspraken eerbiedigen.

Mevrouw Neppérus (VVD):

Voorzitter. De VVD-fractie heeft behoefte aan een debat, ook gezien de uiteenlopende wetenschappelijke standpunten. Dat is dus een ruimer opgezet debat en in ieder geval na Pasen. Als er eerder een brief kan komen waarop de CDA-fractie wil wachten, is dat ook prima. Dat grote debat, ruim opgezet en dus ook met tegengeluiden, voeren wij graag.

De heer Samsom (PvdA):

Voorzitter. U weet, de stapel rapporten kan mij niet hoog genoeg zijn en de zaal niet groot genoeg om over dit soort zaken te debatteren. Ik sluit mij kortheidshalve toch aan bij de woorden van mevrouw Spies. Het is wel het verstandigst om te wachten op de voortgangsrapportage over Schoon en Zuinig. Dan heb je alles, ook alles wat de heer Van der Ham en mevrouw Halsema hebben gevraagd. Daarna kan er in deze zaal een plenair debat worden gehouden.

Mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink (ChristenUnie):

Voorzitter. Ik sluit mij aan bij de woorden van de heer Samsom.

De heer Jansen (SP):

Voorzitter. De SP-fractie steunt het verzoek van de heer Van der Ham.

De voorzitter:

Mijnheer Van der Ham, u hebt de steun voor een debat met een brede opzet.

De heer Van der Ham (D66):

Dat is goed, maar ik wil wel iets zeggen over de twee eerste dingen die ik noemde. Over het rapport van PricewaterhouseCoopers moet echt een brief komen en ook over de onenigheid die er misschien is tussen de coalitiepartners PvdA en CDA over de middelen die beschikbaar worden gesteld voor het halen van de klimaatdoelstellingen. Die onenigheid bleek althans uit een bericht in de Volkskrant van vandaag. Die brief wil ik eerst hebben, zodat wij in overweging kunnen nemen om daarover een apart debat te voeren. Om die brief verzoek ik dus.

De voorzitter:

Wij zullen het stenogram doorgeleiden naar het kabinet. Conform het voorstel van mevrouw Spies laat u mij weten wanneer u toe bent aan dat brede debat.

De heer Van der Ham (D66):

Het debat zal dus worden gehouden, maar de datum wordt nog vastgesteld.

De voorzitter:

Het debat neem ik op op mijn lijst.

Het woord is aan de heer Ten Broeke. Ik zie nu dat in plaats van de heer Ten Broeke mevrouw Neppérus het woord voert.

Mevrouw Neppérus (VVD):

Voorzitter. De heer Ten Broeke is, evenals enkele andere collega's uit deze Kamer, bij de conferentie over Afghanistan. Daarom doe ik namens hem het verzoek om het verslag van het algemeen overleg over bibliotheekvernieuwing op de agenda te plaatsen.

Mevrouw Van Vroonhoven-Kok (CDA):

Ik heb geen probleem met dit verzoek, maar dit VAO wordt toch niet deze week gehouden?

Mevrouw Neppérus (VVD):

De voorzitter kan er de tijd voor nemen. Eventueel komt de heer Ten Broeke hier morgen op terug.

De voorzitter:

De planning kan ik heel goed zelf. Conform uw verzoek is besloten.

Het woord is aan de heer De Krom.

De heer De Krom (VVD):

Mevrouw de voorzitter. Tot verbijstering van de VVD-fractie blijkt de gemeente Tilburg – wellicht geldt dit ook voor andere gemeenten – op zoek te gaan naar kinderen van Marokkaanse moeders, zodat zij die kinderen ambtshalve in de gemeentelijke basisadministratie als Marokkaan kan inschrijven, zelfs als die moeders of de ouders er niet voor kiezen om hun kind bij het Marokkaanse consulaat in te schrijven. De Nederlandse overheid opereert hierdoor feitelijk als een verlengstuk van de Marokkaanse overheid en gaat geheel voorbij aan de wens van de ouders. Dit is voor mijn fractie totaal onaanvaardbaar en wij krijgen daarom graag zo spoedig mogelijk van de regering opheldering over deze zaak. Wij stellen een spoeddebat met de regering voor, om precies te zijn: met de minister voor WWI en de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Voorzitter. Opheldering is precies datgene wat ook wij wensen. Wij willen wel eerst een brief van het kabinet, waarin wordt aangegeven hoe wordt omgegaan met de keuzevrijheid van ouders en hoe een en ander zich verhoudt tot de wijziging van de Rijkswet op het Nederlanderschap.

Mevrouw Karabulut (SP):

Voorzitter. De koning van Marokko bepaalt al heel lang heel veel in dit land. Wat dit kabinet doet, is op bezoek gaan en nieuwe handelsverdragen sluiten. Het lijkt mij heel zinvol en noodzakelijk om hierover een debat te voeren. Alleen vraag ik om hierover een gewoon debat te kunnen voeren, in plaats van een spoeddebat.

De heer Dijsselbloem (PvdA):

Voorzitter. Ik wil graag meer zicht op wat zich hier afspeelt en bij welke gemeenten wat plaatsvindt. Ik krijg dus graag eerst een brief. Misschien is het goed dat de minister van Justitie bij het debat aanwezig is, gelet op het aspect van de nationaliteitswetgeving.

De heer Fritsma (PVV):

Voorzitter. De PVV-fractie steunt het verzoek om het houden van een spoeddebat. Als er eerst een brief kan komen, is dat natuurlijk prima.

Mevrouw Verdonk (Verdonk):

Voorzitter. Ik steun dit verzoek. Ik wijs er nog op dat wij eenzelfde discussie hebben gevoerd met de minister van Buitenlandse Zaken, maar als wij hem ook uitnodigen, zullen wel veel ministers bij het debat aanwezig zijn.

De voorzitter:

De bezetting in vak-K moet overzichtelijk blijven.

De heer Van der Ham (D66):

Voorzitter. Ik steun het verzoek van de heer De Krom, maar ook het verzoek van de heer Dijsselbloem.

De heer Dibi (GroenLinks):

Voorzitter. Ik steun het verzoek ook. Onze ambtenaren staan natuurlijk niet in dienst van de Marokkaanse overheid.

Mevrouw Ortega-Martijn (ChristenUnie):

Voorzitter. Ik sluit mij aan bij het voorstel van mevrouw Van Toorenburg.

De voorzitter:

Mijnheer De Krom, volgens mij hebt u de steun voor het houden van een spoeddebat, maar er is ook steun voor het verzoek om een brief en het voeren van een debat daarna. U moet maar kiezen.

De heer De Krom (VVD):

Voorzitter. Ik wil ook graag een brief van de regering, maar ik vraag u wel om het debat snel te agenderen, liefst deze week.

De voorzitter:

Dan houden wij het debat deze week. Het wordt dan wel een spoeddebat en daarbij geldt beperkte spreektijd, maar dat realiseert u zich. Deze week zullen wij dus een spoeddebat agenderen. Het stenogram zullen wij doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan mevrouw Halsema.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Voorzitter. Afgelopen weekend berichtte De Telegraaf dat de AIVD in de aanloop naar de oorlog tegen Irak het kabinet op het verkeerde been zou hebben gezet. De geheime dienst zou klakkeloos buitenlandse inlichtingenrapporten hebben overgenomen. Het kabinet heeft altijd gezegd dat het zich baseerde op eigen informatie en die goed checkte. Ik wil graag een brief van het kabinet in de aanloop naar het debat van morgenochtend over de Irakoorlog en de commissie-Davids, waarin het ingaat op dit verwijt in De Telegraaf en zijn verweer daartegenover plaatst.

De voorzitter:

Wilt u de brief voor het debat?

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Ik wil de brief graag voor het eind van de avond. Dat zou mooi zijn.

De voorzitter:

Voor het eind van de avond, prima. Wij zullen het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan mevrouw Kant.

Mevrouw Kant (SP):

Voorzitter. Ik heb twee verzoeken. Het eerste gaat over de pensioenen. Morgen moeten de pensioenfondsen hun herstelplannen indienen. De eerste berichten over de gevolgen zijn al binnen. Daaruit blijkt dat langdurige pensioenen niet verhoogd zullen worden. Pensioenfondsen geven aan dat zij nog steeds vinden dat zij niet genoeg ruimte en tijd hebben voor de herstelplannen. Aangezien het morgen voor alle pensioenfondsen duidelijk is, vraag ik om een debat met de minister van Sociale Zaken over de gevolgen van de crisis voor de pensioenen, het liefst volgende week.

De voorzitter:

Wenst een van de leden het woord? Dat is niet het geval.

Mevrouw Kant (SP):

Voorzitter. Ik wil graag van de andere fracties weten of zij mijn verzoek om dat debat steunen.

De voorzitter:

Gebruikelijk is dat men opstaat om steun te geven. Ik kan daar niemand toe verplichten.

Mevrouw Kant (SP):

Als je even geduld hebt, gebeurt er altijd wat.

De heer Pechtold (D66):

Voorzitter. Wij weten dat u dan nog niet het vereiste aantal hebt, maar wij steunen het verzoek.

Mevrouw Kant (SP):

Voorzitter. Ik vind dit bijzonder spijtig. Wij hebben vorige week een uitvoerig debat gevoerd over het crisisplan van het kabinet. Wij hebben hier ook al twee keer een debat gevoerd over de pensioenen. Maar nu de werkelijkheid voor de mensen die recht hebben op een pensioen duidelijk wordt, vindt de Kamer het niet nodig om daarover te debatteren. Ik vind het onbegrijpelijk.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Voorzitter. Ik wil mevrouw Kant hier ook niet in de kou laten staan. Wij waren even terughoudend, omdat wij enigszins somber zijn over datgene waarmee het kabinet op de proppen zal komen; ik denk nietszeggendheid. Dat mag het kabinet niet al bij voorbaat vrijpleiten. Het neemt niet weg dat het initiatief van mevrouw Kant steun verdient.

De heer Omtzigt (CDA):

Voorzitter. Wij hebben de minister bij het laatste algemeen overleg gevraagd – de pensioenwoordvoerder van de SP-fractie was daar bij – om informatie over de herstelplannen aan de Kamer te sturen op het moment dat die plannen worden ingediend. De herstelplannen worden pas morgen ingediend. Laten wij dat afwachten. Dan kunnen wij in de commissie bepalen wat wij met die informatie doen. Op deze manier hoeven wij geen debat in de commissie meer te voeren.

De heer Tang (PvdA):

Voorzitter. Ik sluit mij aan bij de woorden van de heer Omtzigt. Ik zou ook graag de reactie van bijvoorbeeld De Nederlandsche Bank weten; die komt dan ook.

De voorzitter:

Dank u wel. Mevrouw Kant, u kunt altijd na ommekomst van de brief opnieuw een voorstel doen.

Mevrouw Kant (SP):

Dat ben ik ook van plan. Wij wachten de herstelplannen af en ook de reactie van De Nederlandsche Bank. Als die snel naar de Kamer kan komen, kunnen wij afhankelijk van de uitkomsten er volgende week alsnog een debat over vragen. Dan kan ik er eventueel ook een andere vorm voor kiezen, als de urgentie bij de rest van de Kamerfracties afwezig blijft ...

De voorzitter:

Uw tweede verzoek, mevrouw Kant.

Mevrouw Kant (SP):

... die niet het woord hebben gevoerd, mevrouw Halsema!

De voorzitter:

Uw tweede verzoek, mevrouw Kant. Dit is een regeling van werkzaamheden, zakelijk.

Mevrouw Kant (SP):

Zeker is dit een regeling van werkzaamheden, maar regelingen van werkzaamheden zijn tegenwoordig ook politiek. Het gaat over het wel of niet toestaan van een debat over iets ernstigs. Als mensen gedupeerd raken door de crisis doordat hun pensioenen bevroren worden, vind ik dat ernstig genoeg om om een debat te vragen. Dan mag ik ook van repliek dienen als andere fracties dat niet nodig vinden.

De voorzitter:

Dat hebt u ook ruimschoots gedaan.

Mevrouw Kant (SP):

Ik wil graag ook een debat vragen over de brandbrief die het onderwijs vandaag gestuurd heeft over de dreigende bezuinigingen door de crisis in het onderwijs. De minister van Financiën heeft in het vragenuur al gereageerd en gezegd dat de cijfers onzin zijn en dat het onzinargumenten zijn. Ik vind het heel raar dat de minister van Financiën dat zegt. Hij zegt dat het onzin is, terwijl hijzelf eigenlijk al de lucifer heeft aangestoken.

De voorzitter:

Wat is uw verzoek, mevrouw Kant?

Mevrouw Kant (SP):

Hij heeft ook gezegd dat de tekorten op Onderwijs op de eigen begroting opgevangen moeten worden. Dat kan niet anders dan tot bezuinigingen leiden. Daarom vraag ik mede namens de fracties van D66 en de PVV een debat aan met de minister van OCW over de dreigende bezuinigingen op het onderwijs.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Voorzitter. Namens de GroenLinks-fractie heeft de heer Dibi vorige week al om deze brief gevraagd vanwege de geruchten over de bezuinigingen. Inmiddels heeft GroenLinks ook het voorstel gedaan om een hoorzitting te beleggen met de organisaties uit het veld. Het lijkt mij heel goed om die hoorzitting te houden. Daarna zullen wij vanzelfsprekend steun verlenen aan het verzoek van mevrouw Kant.

De voorzitter:

Mijnheer Bosma, u steunde het verzoek toch al? Het werd namens u aangevraagd.

De heer Bosma (PVV):

Ja, voorzitter. Maar ik ben zo geïntimideerd door mevrouw Kant dat ik niet durf te blijven zitten; dus ik dacht: ik loop even naar de microfoon.

De voorzitter:

Als dat u oplucht ...

De heer Bosma (PVV):

Ik zat te trillen in mijn bankje.

De heer Jan Jacob van Dijk (CDA):

Voorzitter. Ik heb het gevoel dat vanmiddag tijdens het vragenuur al een groot deel van het debat is gevoerd. Ik kan ook tellen en er is een meerderheid om dat spoeddebat in ieder geval te hebben ...

De voorzitter:

Mevrouw Kant vraagt een debat.

De heer Jan Jacob van Dijk (CDA):

Als het gaat om een debat sluit ik mij aan bij hetgeen door mevrouw Halsema naar voren is gebracht. Voor de procedurevergadering van komende donderdag is gevraagd om een hoorzitting en daarna een AO. Aangezien ook om een brief van het kabinet is gevraagd over de materie zoals die op tafel ligt, lijkt het mij veel zorgvuldiger om eerst die weg te bewandelen en pas daarna te besluiten of er definitief een debat moet komen.

Mevrouw Dezentjé Hamming-Bluemink (VVD):

De VVD heeft geen bezwaar tegen een debat, voorzitter.

Mevrouw Besselink (PvdA):

Voorzitter. Wij hebben ook geen problemen met een debat. Wel vinden wij het heel belangrijk, de goede informatie op tafel te hebben. Wij sluiten ons dan ook aan bij de route van mevrouw Halsema en de heer Jan Jacob van Dijk.

De heer Pechtold (D66):

Voorzitter. Wij hadden het verzoek om een debat al gesteund, maar wij vinden het idee van de hoorzitting, als die valt te plannen, wel erg belangrijk voor de kwaliteit van het debat.

De voorzitter:

Mevrouw Kant, ik ga u helpen met het trekken van een conclusie. U hebt geen meerderheid voor een debat op dit moment want er zijn al hoorzittingen gepland en andere activiteiten worden in de commissie ondernomen. Er is ook een brief gevraagd. Ik zou u aanraden om dat af te wachten en dan te zien wat u verder aan mogelijkheden heeft.

Mevrouw Kant (SP):

Voorzitter. Ik ben het bijna helemaal met u eens. Op één punt niet, want ik zie wel een meerderheid voor een debat. Alleen in de volgorde dat eerst een hoorzitting wordt gehouden en dat daarna het debat komt. Ik zou het op prijs stellen, dat debat wel te gaan plannen. Anders blijven wij met de onduidelijkheid zitten of de begroting van Onderwijs nu wel of niet zelf de rekening moet gaan betalen. Ik vind eigenlijk dat de minister van Financiën ook aanleiding heeft gegeven om het debat snel te willen voeren.

De voorzitter:

Nee, zo gaan wij dat niet doen. Wij wachten echt eerst die twee dingen af en dan komen wij terug en nemen een besluit. Ik doe dat niet op dit moment.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Voorzitter. Aangezien het voorstel voor een hoorzitting van de kant van GroenLinks kwam – dit voorstel wordt inmiddels gesteund door de Partij van de Arbeid – zou ik mevrouw Kant willen bijvallen. Ik denk dat wij voor volgende week heel goed een debat kunnen plannen en ervoor kunnen zorgen dat de hoorzitting daaraan voorafgaand plaatsvindt.

De voorzitter:

Ja, maar wij gaan echt "first things first" doen. Dus ik wacht even totdat die hoorzitting geweest is en dan gaan wij het debat plannen. Aldus besloten.

Het woord is aan mevrouw Agema.

Mevrouw Agema (PVV):

Voorzitter. Regelmatig komen er misstanden aan het licht met betrekking tot de zorginstellingen alleen maar omdat medewerkers of verpleeghuisartsen hierover iets durven te zeggen. Vandaag kwam het bericht dat het personeel van Winnersway een levenslang spreekverbod krijgt. Het personeel moet een contract tekenen en hangt een boete van € 10.000 boven het hoofd omdat het moet zwijgen over de misstanden. Mijn fractie heeft daar heel veel vragen over en vindt dat dit absoluut niet door de beugel kan. Wij moeten het namelijk juist hebben van de mensen die durven te spreken over misstanden in instellingen. Daarom zou ik een interpellatie willen aanvragen.

Mevrouw Leijten (SP):

Voorzitter. Wij steunen het verzoek van mevrouw Agema.

De voorzitter:

Dan zullen wij het debat plannen.

Het woord is aan mevrouw Gesthuizen.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Voorzitter. In de film Il Postino komen mooie metaforen voor over de post, maar hier in de Kamer heb ik vaker de neiging om Ice-T te citeren over hoe dom, doof en blind de politiek wenst te zijn. Vorige week was er het bericht dat TNT werk dreigt uit te besteden aan bedrijven ...

De voorzitter:

Uw voorstel, mevrouw Gesthuizen ...

Mevrouw Gesthuizen (SP):

... die met stukloon het minimumloon wensen te ontduiken.

De voorzitter:

Uw voorstel ...

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Voorzitter. Dit is chantage om te zorgen dat werknemers akkoord gaan met 15% minder loon. Het kabinet besloot te liberaliseren ...

De voorzitter:

Uw voorstel ...

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Ik wens daarom de minister van Sociale Zaken en de staatssecretaris van Economische Zaken hierover te interpelleren.

Mevrouw Ortega-Martijn (ChristenUnie):

Voorzitter. Ik heb hierover verleden week samen met de collega's Van Vroonhoven en Vos schriftelijke vragen gesteld. Ik heb het verzoek aan mevrouw Gesthuizen of wij er niet op kunnen aandringen dat het antwoord op die vragen uiterlijk volgende week dinsdag komt, waarna wij dan kunnen bekijken of er aanvullend een interpellatie nodig is.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Ik sluit mij aan bij het voorstel van mevrouw Ortega.

Mevrouw Vos (PvdA):

Ook wij vinden dit een belangrijke zaak. Wij zouden graag eerst de brief willen ontvangen met daarin de antwoorden op de vragen. Ik neem aan dat mevrouw Gesthuizen dan genoeg steun heeft voor een interpellatiedebat.

Mevrouw Van Vroonhoven-Kok (CDA):

Ik wil mevrouw Gesthuizen dan meteen vragen of zij er een gewoon debat van wil maken.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Het vereist spoed omdat op dit moment al kan worden gestemd over de cao die bij TNT voorligt. Daarin wordt gesproken over een loonsvermindering van 15%. In mijn ogen kan daarom niet gewacht worden met een debat. Ik wil het daarom nog deze week voeren.

Ik begrijp dat de ChristenUnie, de Partij van de Arbeid en het CDA zorgen hebben over de situatie op de postmarkt. Ik vraag hun om mij te steunen in mijn verzoek om de antwoorden op de vragen voor donderdag 12.00 uur te mogen ontvangen. Dan kunnen wij deze week nog debatteren over de situatie op de postmarkt.

De heer Graus (PVV):

De Partij voor de Vrijheid steunt het verzoek om een spoeddebat over deze kwestie.

Mevrouw Van Vroonhoven-Kok (CDA):

Even voor de helderheid: ik heb mevrouw Gesthuizen net gevraagd of zij het interpellatiedebat wil omzetten in een gewoon debat.

De voorzitter:

Het punt is dat u ervan uitgaat dat de Kameragenda eindeloos veel tijd biedt. Ik kan u niet beloven dat ik dat donderdag kan organiseren.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Ik heb heel duidelijk aangegeven waarom ik denk dat dit met grote spoed in de Kamer moet worden besproken. Er wordt nu al gesproken over de cao. Er wordt nu al gestemd door de werknemers bij TNT. Het lijkt mij dat wij dit debat nog deze week moeten voeren. Ik begrijp dat mevrouw Van Vroonhoven behoefte heeft aan een breder debat, zodat de spreektijden wat langer zijn, maar ik stel dan toch voor om dat debat nog deze week te voeren.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Ik wil de antwoorden op de schriftelijke vragen ook spoedig ontvangen. Naar aanleiding van die antwoorden kunnen wij bezien of wij volgende week een spoed-AO kunnen houden. Ik wil die antwoorden eerst zien. Laten wij dan wel doorgeven dat deze antwoorden er deze week moeten zijn.

De voorzitter:

Mevrouw Gesthuizen, ik ga een voorstel doen en ik hoop dat u dit als een positief voorstel zult beschouwen.

Wacht de antwoorden op die vragen af. Zorg ervoor dat die er donderdag voor 12.00 uur zijn. Steekt u dan de koppen bij elkaar om te bepalen wat u wilt.

Dit is echt goed bedoeld.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Ik wens een debat te voeren met de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de staatssecretaris van Economische Zaken. Als wij donderdag bij de regeling van werkzaamheden of in een spoedprocedurevergadering nog moeten besluiten of wij daarover nog die dag met de beide bewindspersonen willen debatteren, dan lijkt mij een debat uitgesloten. Dat gaan wij dan gewoon niet redden. Ik wil daarom de uitgestoken hand van de heer Graus aannemen. Ik hoop dat wij deze week nog een spoeddebat zullen houden over de post ...

De voorzitter:

Een spoeddebat stuit op hetzelfde probleem.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

... en dan hoop ik dat de antwoorden op de vragen van de Kamerleden Vos, Van Vroonhoven en Ortega-Martijn voor die tijd binnen zijn.

De voorzitter:

Ik begrijp dat wij een spoeddebat gaan organiseren. Ik ga mijn best doen om dit te plannen. Het stenogram van dit gedeelte van de vergadering zal worden doorgeleid naar het kabinet.

Het woord is aan de heer Anker.

De heer Anker (ChristenUnie):

Voorzitter. Wij willen graag uitstel aanvragen van de stemming over het wetsvoorstel over maatregelen inzake de bestrijding van voetbalvandalisme en ernstige overlast (31467). Hierop is een aantal zware amendementen ingediend. Wij hebben nog een weekje nodig om ons daarop te beraden.

De voorzitter:

Wij zullen de stemming over dit wetsvoorstel uitstellen.

Het woord is aan mevrouw Halsema.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Voorzitter. Namens de heer Vendrik wil ik u verzoeken om het verslag van het algemeen overleg over het Basisnet vervoer gevaarlijke stoffen toe te voegen aan de plenaire agenda.

De voorzitter:

Wij zullen dit VAO toevoegen aan de agenda van volgende week.

Volgens mij zijn wij gekomen aan het eind van de regeling van werkzaamheden en kunnen wij gaan stemmen.

Naar boven