Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda van één van de volgende weken:

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet op de huurtoeslag (uitvoeringstechnische wijzigingen) (31446);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet schadeloosstelling, uitkering en pensioen leden Europees Parlement in verband met de totstandkoming van het Statuut van de leden van het Europees Parlement (31561);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens in verband met het mogelijk maken van het systematisch verstrekken van gegevens aan instellingen voor schulden- en kredietregistratie (31563);

  • - het wetsvoorstel Aanpassing van enige wetten in verband met de invoering van het burgerservicenummer (Aanpassingswet burgerservicenummer) (30907);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Waterschapswet, de Wet verontreiniging oppervlaktewateren en de Wet modernisering waterschapsbestel, tot aanbrenging van verbetering van wetstechnische en inhoudelijk ondergeschikte aard (31515).

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw De Pater-van der Meer.

Mevrouw De Pater-van der Meer (CDA):

Voorzitter. De vaste commissie voor Justitie heeft gisteren een algemeen overleg gehouden over mensenhandel. Ik verzoek u, in dit geval ook als woordvoerder, het verslag van het algemeen overleg op de plenaire agenda te plaatsen.

De voorzitter:

Wij zullen het VAO toevoegen aan de agenda van een van de volgende weken.

Het woord is aan de heer Bosma.

De heer Bosma (PVV):

Voorzitter. Ik begrijp dat u nog wat ruimte in uw agenda hebt. Vandaag is een schokkend nieuw onderzoek uitgekomen over het islamitisch onderwijs in Nederland. Daarin staan alarmerende zaken over de kwaliteit van het onderwijs en het financieel wanbeheer op een aantal van die scholen. Ik zou daar graag een spoeddebat over willen houden.

Mevrouw Kraneveldt-van der Veen (PvdA):

Ik zie de ernst van de situatie. Ik denk echter dat een spoeddebat geen recht doet aan de ernst van het onderwerp. Ik stel voor, het verzoek van de heer Bosma om te zetten in een verzoek om een spoed-AO. Op die manier hebben wij meer spreektijd en kunnen wij veel meer recht doen aan wat er aan de hand is.

Mevrouw Dezentjé Hamming-Bluemink (VVD):

Het gaat hier om een rapport waar de Kamer zelf om heeft gevraagd. Ik snap daarom het spoedeisende karakter niet. Wij hebben vanmiddag een AO over de kwaliteit in het basisonderwijs. Daar kunnen prangende vragen worden gesteld. Vanmorgen hebben wij in de procedurevergadering besloten om zo snel mogelijk een AO over dit onderwerp te houden. Ik kan dus geen steun geven aan het verzoek van de heer Bosma.

De heer Van der Vlies (SGP):

Ook de SGP-fractie heeft zorg over het aangevoerde punt. Er wordt vanmiddag om 14.30 uur echter een AO gehouden over de kwaliteit in het primair onderwijs. Niets verhindert de heer Bosma om ook daar dit punt aan de orde te stellen. Bovendien wordt er volgende week al een spoed-AO gehouden, zoals de vorige spreker opmerkte.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Ik vind het ook een ernstige kwestie waarover zeker gedebatteerd moet worden. Dat dient echter op een goede en inhoudelijke manier te gebeuren. Een spoed-AO lijkt mij dan ook beter dan een spoeddebat. Ik zou dit punt niet willen onderbrengen bij het AO van vanmiddag, zoals de heer Van der Vlies voorstelt. Ik wil er een apart overleg over houden.

De heer Jan Jacob van Dijk (CDA):

Gezien het feit dat dit onderwerp een breder terrein bestrijkt dan alleen het primair onderwijs – waarover vanmiddag een AO wordt gehouden – zou ik het daarbij niet willen betrekken. Ik verzoek de heer Bosma, zijn verzoek om een spoeddebat om te zetten in een verzoek om een spoed-AO. Het liefst heb ik dat dit al volgende week plaatsvindt.

De voorzitter:

Dat kan de heer Bosma natuurlijk niet zonder uw hulp doen.

De heer Jan Jacob van Dijk (CDA):

De heer Bosma kan nu al op mijn steun voor dat voorstel rekenen.

De heer Jasper van Dijk (SP):

Ik ben het eens met de vorige spreker.

De heer Bosma (PVV):

Dan kom ik niet verder dan de negen bescheiden zeteltjes die mijn fractie vooralsnog heeft in deze Kamer. Die leveren geen spoeddebat op. Ik zou blij zijn met een spoed-AO. Daartoe is nog niet besloten, maar, gezien de grote meerderheid, denk ik dat wij dat in de besloten kring van de commissie voor OCW wel moeten doen.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Fritsma.

De heer Fritsma (PVV):

Voorzitter. Ik wil graag een brief over de enorme toestroom van Polen, die voor de komende weken is voorspeld. Ik wil graag van de minister van Sociale Zaken weten, hoe hij die extra toestroom wil opvangen, gelet op alle bestaande problemen ten aanzien van arbeidsmarkt, huisvesting en overlast. Verder wil ik van de staatssecretaris van Justitie weten hoe zij van alle Polen de verblijfscriteria toetst en wat zij doet om het verblijfsrecht in te trekken als niet aan die criteria wordt voldaan.

De heer Ulenbelt (SP):

Voorzitter. De laatste vraag is een open deur. Ik snap niet waarom die vraag aan de staatssecretaris van Justitie gesteld wordt. Ligt het niet veel meer voor de hand om aan de minister van Buitenlandse Zaken te vragen wat precies de situatie in Polen is?

De heer Fritsma (PVV):

Tegen deze toevoeging heb ik geen bezwaar, maar ik blijf erbij dat ik ook de staatssecretaris van Justitie om inlichtingen wil vragen. De wijze waarop met het verblijfsrecht wordt omgegaan, is bepaald geen open deur.

De voorzitter:

Wij zullen het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan mevrouw Kant.

Mevrouw Kant (SP):

Voorzitter. Vanochtend voor 12.00 uur kwam het briefje van de minister-president over de gevolgen van de kredietcrisis op de economie en de eventueel te nemen maatregelen van het kabinet. Zoals te verwachten, stond er niets in. Wij moeten maar wachten op het akkoord dat op dit moment in de maak is. Over de brief en eigenlijk vooral over de gevolgen van de kredietcrisis op de economie wil ik een debat met de minister-president. Dat zal een spoeddebat worden. Het kan niet zo zijn dat de Kamer buitenspel wordt gezet. Het kan ook niet zo zijn dat bewindspersonen van het kabinet buiten deze Kamer in de media allerlei uitspraken doen en daarover in de Kamer geen verantwoording afleggen.

De heer Weekers (VVD):

Voorzitter. Ik steun mevrouw Kant in haar verzoek om een debat. Wat mij betreft, wordt dat debat aanstaande dinsdag gehouden. De Kamer mag niet buitenspel worden gezet. Ook wij storen ons eraan dat wij van alles in de krant lezen, maar niets in brieven aan de Kamer. Wij hebben het liefst een gewoon debat, maar als het vanwege het Reglement van Orde noodzakelijk is, mag het ook een spoeddebat worden.

De voorzitter:

Ik ga over de planning van een spoeddebat, dus dat helpt niet.

De heer Van Hijum (CDA):

Voorzitter. De CDA-fractie is op zichzelf voorstander van een debat. Wij hebben er geen bezwaar tegen als dat volgende week wordt gehouden. De minister-president heeft ons laten weten dat er in de loop van volgende week overleg zal plaatsvinden en dat de Kamer daarover geïnformeerd zal worden. Het heeft onze voorkeur om ook daarover te debatteren. Als het kabinet iets eerder met de brief komt dan aangekondigd, bijvoorbeeld woensdag, dan kunnen wij er donderdag een ordentelijk debat over voeren.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Voorzitter. Wij steunen het verzoek om een spoeddebat, maar wij hebben ook liever een gewoon debat waarin wij deze zaken goed kunnen bespreken. Ik heb begrepen dat het overleg tussen kabinet en sociale partners aanstaande dinsdag plaatsvindt. Wil mevrouw Kant mosterd na de maaltijd of wil zij de smaak van de maaltijd nog kunnen bepalen?

De heer Pechtold (D66):

Voorzitter. Het kabinet laat het parlement weer tv kijken. Daar moeten wij ons nieuws vandaan halen. Ik snap werkelijk niet de kramp waarin de coalitie zit. Zij strijdt altijd zo tegen hypegedrag. Wij willen een normaal debat op dinsdag met een gewone spreektijd. Het telt al aardig op: als één coalitiepartij zich uit deze wurggreep ontrukt, hebben wij een normaal debat.

De heer Cramer (ChristenUnie):

Voorzitter. Kortheidshalve sluit ik mij aan bij collega Van Hijum.

De heer Tang (PvdA):

Voorzitter. Wij vinden het prima om een debat te hebben. Wij kunnen ons goed vinden in het voorstel van de heer Van Hijum.

De heer Tony van Dijck (PVV):

Voorzitter. Wij zien ook niet in waarom er om een spoeddebat wordt gevraagd. Het is een veel te belangrijk thema om als een spoedje af te doen. Het debat moet ergens volgende week worden gehouden, het liefst na het overleg met de top.

Mevrouw Verdonk (Verdonk):

Voorzitter. Het is inderdaad een nietszeggende brief. Ik ben voor een debat vóór het overleg.

De voorzitter:

Mevrouw Kant, voordat u reageert, geef ik u twee dingen mee. Vannacht was het weer 2.00 uur. De heer Cramer en de heer Tang weten het nog precies. Volgende week heb ik ook weer een heel drukke agenda. Of het nu een blokjesdemocratie is of niet, mijnheer Pechtold, die volle agenda is een probleem. Als u vasthoudt aan een spoeddebat – u hebt 30 leden – dan zie ik geen andere mogelijkheid dan het laten vervallen van het mondelinge vragenuur. Als u kiest voor een gewoon debat op donderdag, zou het volstaan om op woensdag en op donderdag om 9.00 uur te beginnen. Ik heb dus twee smaken.

Mevrouw Kant (SP):

Voorzitter. Allereerst wil ik een omissie mijnerzijds wegnemen. Ik ben namelijk vergeten te melden dat ik het verzoek mede namens de D66-fractie heb gedaan. Overigens heeft deze fractie inmiddels al haar steun uitgesproken voor een spoeddebat. Mijn voorkeur gaat uit naar een gewoon debat, maar dan wel op het juiste moment. En daar zit mijns inziens tevens het probleem en het verschil van mening met de coalitiefracties. Zij zeggen: kom eerst met een akkoord en dan hebben wij wel een debat. In dat geval heeft de Kamer echter niets te zeggen, terwijl inderdaad ministers in de media al van alles uiten en allerlei uitspraken doen.

De voorzitter:

Ik heb u een voorstel gedaan. Dus als u daar nu eens op reageert.

Mevrouw Kant (SP):

Ik wil gewoon duidelijk aangeven dat wij niet kiezen voor een spoeddebat aanstaande dinsdag maar dat wij ertoe gedwongen worden. Wij hebben ook liever dat de coalitiepartijen zeggen: wij vinden het ook verstandig om dinsdag een gewoon debat te houden. Maar helaas onttrekken zij zich daaraan en vinden zij het normaal dat de Kamer buitenspel staat. Dat vinden wij niet normaal. Vandaar dat wij gedwongen zijn om een spoeddebat aan te vragen. Daar hebben wij voldoende steun voor. En dat zou dan inderdaad dinsdag moeten. Elke creatieve oplossing die u daarvoor aandraagt, steun ik.

De heer Weekers (VVD):

Voorzitter. Ik steun zeer uw suggestie om dan aanstaande dinsdag het vragenuurtje te skippen. Ik vind dit debat belangrijk genoeg om het dinsdag goed met elkaar te kunnen voeren.

De heer Pechtold (D66):

Voorzitter. De coalitie dwingt ons om een stuk van de democratie uit te hollen waar het gaat om de actualiteit. Wat betreft uw voorstel zeg ik: prima, vragenuurtje eraf, wij zetten gewoon door, want dit onderwerp is belangrijk genoeg. Ik baal er zo langzamerhand ook van dat ik naar de televisie moet kijken voor informatie en dat de coalitie hier een normaal debat tegenhoudt.

De voorzitter:

Ik ga mij niet in het debat mengen, maar het voorstel om het mondelinge vragenuur te laten vervallen, komt van mij en van mij alleen. En dat is omdat wij volgende week een aantal begrotingen, het Belastingplan 2009 en nog vier wetsvoorstellen moeten afdoen, waarbij ik de VAO's nog niet eens heb meegeteld.

De heer Pechtold (D66):

Dan gaan wij 's avonds door.

De voorzitter:

Dat doen wij al.

De heer Pechtold (D66):

Dan gaan wij langer door; dan gaan wij een keer tot 2.00 uur door.

De voorzitter:

Dat doen wij ook al. Dus echt, mijnheer Pechtold, het ligt niet aan wie dan ook, behalve aan de planning.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Voorzitter. Wij steunen het spoeddebat: het kan inderdaad niet anders. Ik ben echter niet blij met het skippen van het vragenuurtje, want er spelen nog meer dingen in de wereld. Ik wil dan wel de zekerheid dat als het spoeddebat plaatsvindt, het kabinet dan niet al dinsdagochtend om 8.30 of in ieder geval voor 14.00 uur een deal heeft gesloten. Anders is het alsnog mosterd na de maaltijd. Dus, mevrouw Kant, u moet wel blijven opletten.

Mevrouw Verdonk (Verdonk):

Voorzitter. Jammer dat het vragenuur ervoor opgegeven moet worden, maar het is niet anders. Dus het debat in plaats van het vragenuur.

De voorzitter:

Dan gaan wij het zo doen. Ik heb 30 leden, dus besluiten wij aldus.

De heer Tony van Dijck (PVV):

Voorzitter. Ik heb nog een suggestie. Kunnen wij niet aan het kabinet vragen om die bespreking met de top een dag te later te houden, zodat wij een normaal debat kunnen voeren? Waarom moet het nu in een spoeddebat worden afgedaan? Daar is het onderwerp veel te belangrijk voor.

De voorzitter:

Dank u voor de suggestie, maar wij hebben het besluit al genomen.

Mevrouw Kant (SP):

Voorzitter. Naar aanleiding van de laatste opmerking van mevrouw Van Gent wil ik nog iets zeggen. Natuurlijk is het de bedoeling dat de Kamer nog invloed uitoefent op wat het kabinet in de onderhandelingen naar voren brengt. Vanzelfsprekend. Als het kabinet dan zelf zo brutaal is om die onderhandelingen al af te ronden, dan moet het wellicht opnieuw onderhandelen als de Kamer er anders over denkt.

De voorzitter:

Wij zullen het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet. Het spoeddebat zal dinsdag aanstaande worden gehouden, met spreektijden van vier minuten per fractie. Dan beginnen wij de vergadering dinsdag om 13.30 uur met de stemmingen.

Het woord is aan de heer Jansen.

De heer Jansen (SP):

Voorzitter. Mede namens mijn collega's Poppe, Ulenbelt en Van Leeuwen zou ik via u de regering willen verzoeken om vijf series vragen te beantwoorden, te weten:

  • - 2008Z04553, schriftelijke vragen d.d. 20 oktober 2008 van het lid Poppe over een woningcorporatie die de gemeentelijke rioolheffing doorberekent aan haar huurders;

  • - 2008Z04957, schriftelijke vragen d.d. 23 oktober 2008 van het lid Jansen over een proef met inkomensafhankelijk huren in Amsterdam;

  • - 2008Z03348, schriftelijke vragen d.d. 29 september 2008 van het lid Poppe over de ontsnapping van stof bij Shell;

  • - 2008Z04953, schriftelijke vragen d.d. 23 oktober 2008 van het lid Poppe over kunststofinzameling en -verwerking;

  • - 2008Z03667, schriftelijke vragen d.d. 2 oktober 2008 van het lid Van Leeuwen over de uitspraak van de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer over buitenlandse werknemers op recreatieparken.

De voorzitter:

Wij zullen het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

De heer Jansen (SP):

Dank u wel.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Polderman.

De heer Polderman (SP):

Voorzitter. Wij hebben zojuist een AO gehad over de Landbouwraad. Ik zou graag het VAO daarover op de agenda geplaatst willen zien. Ik heb begrip voor uw en onze agendaproblemen, maar het moet toch vandaag omdat aanstaande dinsdag de Landbouwraad wordt gehouden. Wij moeten dus ook voor dinsdag hierover gestemd hebben.

De voorzitter:

Maar dan wordt het dus alleen voor het indienen van moties.

De heer Polderman (SP):

Dat begrijp ik.

De voorzitter:

Dan zullen wij dat VAO meteen aansluitend aan deze regeling van werkzaamheden houden met direct daarna stemmingen.

Het woord is aan de heer Cramer.

De heer Cramer (ChristenUnie):

Voorzitter. Ik zou een vooraankondiging willen doen voor een eventueel VAO naar aanleiding van het vanmiddag te houden AO over de btw-heffing op medische diensten. Ik zou er dan ook vandaag stemmingen over willen hebben, aangezien wij verzoeken om een nota van wijziging die behandeld moet worden voor de behandeling van het Belastingplan 2009, die plenair aangemeld is voor de volgende week.

De voorzitter:

Het Belastingplan staat op mijn conceptagenda op woensdagavond gepland. Dus dan kunnen wij toch gewoon dinsdag stemmen?

De heer Cramer (ChristenUnie):

Als wij dinsdag pas stemmen over het VAO en de regering gaat dan pas aan de slag met het opstellen van een nota van wijziging...

De voorzitter:

Zij hebben u wel gehoord, hoor. Zij gaan fijn aan het werk. Wij gaan vandaag echt niet twee keer stemmen, als het niet strikt noodzakelijk is.

De heer Cramer (ChristenUnie):

Ik vroeg ook niet om twee keer te stemmen. Ik heb alleen mijn wens aangemeld.

De heer Remkes (VVD):

Volgens mij is het ook niet nodig. Wij behandelen volgende week plenair het Belastingplan en dan kan er...

De voorzitter:

Dat zei ik ook al. Dank voor uw steun. Als het nodig is, doen wij het VAO vandaag. De stemmingen vinden vervolgens gewoon op dinsdag plaats.

Het woord is aan mevrouw Agema.

Mevrouw Agema (PVV):

Voorzitter. Ik heb een rappel op schriftelijke vragen waarvoor de termijn verstreken is. Het zijn vragen over een verpleeghuis in Zandvoort waar in krap anderhalf jaar tijd 26 bewoners zijn overleden.

De voorzitter:

Wij zullen het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Naar boven