- de motie-Vos/De
Wit over het afzien van uitzetting van Somaliërs naar Noord-Somalië
(19637, nr. 817);
- de motie-Klaas de Vries
over het gevolg geven aan rechterlijke uitspraken en het overgaan tot het
voeren van beschermingsbeleid (19637, nr. 818);
- de motie-Klaas de Vries over een plan van aanpak voor de achterstandenproblematiek
bij de IND (19637, nr. 819).
De voorzitter:
Aangezien de motie-Klaas de Vries (19637, nr. 818) is ingetrokken, maakt
zij geen onderwerp van behandeling meer uit.
De motie-Vos/De Wit (19637, nr. 817) is in die zin gewijzigd dat zij thans
luidt:
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat het EHRM sinds januari van dit jaar interim measures treft
voor Somaliërs die dreigen te worden uitgezet naar Noord-Somalië,
die behoren tot een minderheid en geen familie of clanbanden hebben in Noord-Somalië;
overwegende dat de Raad van State op 28 mei jl. heeft
bepaald dat, gelet op het algemene karakter van de getroffen interim measures
van de president van het EHRM op 3 mei jl., moet worden geoordeeld dat
de getroffen interim measures aan uitzetting van deze groep Somaliërs
vooralsnog in de weg staan;
overwegende dat de minister bij brief van 11 juni jl. voor deze groep
Somaliërs een vertrekmoratorium heeft ingesteld, maar geen maatregelen
heeft getroffen voor de Somaliërs die voor 11 juni jl. uit de opvangvoorzieningen
zijn gezet en waarvoor het EHRM geen interim measures heeft getroffen;
overwegende dat de Rechtbank Amsterdam op 13 mei jl. heeft bepaald
dat de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie heldere argumenten moet
geven waarom uit een interim measure geen grond voor toelating tot opvangvoorzieningen
zou voortvloeien en tot die tijd opvang moet bieden;
verzoekt de regering om Somaliërs die voldoen aan de criteria waarvoor
thans een vertrekmoratorium geldt, maar tussen 20 januari en 11 juni
van dit jaar uit de opvangvoorzieningen zijn gezet, wederom in de opvang op
te nemen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Naar mij blijkt, wordt deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.
Zij krijgt nr. 821 (19637).
Op verzoek van mevrouw Vos stel ik vervolgens voor, deze motie van de
agenda af te voeren.