Vragen van het lid De Wit aan de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de berichtgeving inzake ontoelaatbare praktijken van uitzendbureaus met Portugese werknemers.

De heer De Wit (SP):

Voorzitter. Enkele weken geleden waren er berichten over een uitzendbureau dat met behulp van vervalste documenten Poolse werknemers naar Nederland haalde om hier te komen werken. Zij verbleven hier onder erbarmelijke omstandigheden en zwaar onderbetaald. Afgelopen weekeinde kwamen berichten aan het licht over twee Nederlandse uitzendbureaus die in Portugal werknemers ronselen en naar Nederland laten komen om hier te werken. Zij worden onder de mooiste voorwendsels naar Nederland gehaald. Er wordt een fantastisch loon beloofd en riante huisvesting, maar de praktijk is buitengewoon schokkend. Er worden wurgcontracten voorgelegd die men moet tekenen, er moeten lange werkdagen worden gemaakt, overwerk wordt niet uitbetaald, men werkt soms wekenlang onder het toeziend oog van een paar potige bewakers en het loon valt veel en veel lager uit dan beloofd en in het vooruitzicht gesteld. Dat is nog niet alles. Er worden sancties opgelegd, er worden boetes opgelegd, het loon wordt gekort en bij een van de uitzendbureaus heeft men zelfs een machtiging moeten tekenen zodat het uitzendbureau aan het geld kan komen dat de werknemer op de bank heeft staan. Dat zijn de praktijken waar wij hier in Nederland mee te maken hebben: koppelbazen die werknemers beschouwen als een soort lijfeigenen.

Wat vindt de staatssecretaris hier nou van? Wat is dit voor toestand in een land dat zich zo graag erop beroept een beschaafd land te zijn? Vindt hij dit nog normaal? Meent hij niet dat wij ons zo langzamerhand dienen te schamen voor dit soort praktijken? Wat gaat de staatssecretaris doen om dit soort mensonterende praktijken eindelijk te stoppen?

Staatssecretaris Rutte:

Ik heb de uitzending ook gezien en de artikelen gelezen die daarover geschreven zijn. Ik heb ook uw collega Kamerlid de heer Bruls over deze kwestie aan het woord gehoord. Het is natuurlijk vreselijk om te zien hoe deze Portugezen daar behandeld zijn. Dat kan gewoon niet, daar hebt u volkomen gelijk in. Toch moet ik ook precies aangeven wat de rol kan zijn van de Arbeidsinspectie en wat de rol kan zijn van bijvoorbeeld de politie. Het is belangrijk – ik hecht eraan om dat op te merken – hier niet de indruk te wekken dat dit soort overheidsorganisatie elke misstand onmiddellijk kan voorkomen.

Ik wil kort toelichten wat de Arbeidsinspectie doet. Zij is belast met de handhaving van de Wet op de arbeidsomstandigheden en de Wet arbeid vreemdelingen. Dat zijn wetten die in dit kader niet onmiddellijk aan de orde lijken. Op verzoek van mensen of organisaties die menen dat het wettelijk minimumloon niet wordt gehandhaafd, doet de Arbeidsinspectie onderzoek naar de handhaving van het wettelijk minimumloon. Ik heb mij nog verdiept in de bedrijven waarom het hier gaat. Deze zijn in de uitzending en in krantenartikelen bij naam genoemd, het betreft de uitzendbureaus Columbus en Idel. Deze zijn bekend bij de Arbeidsinspectie. Er zijn zowel in het jaar 2000 als 2002 controles geweest. Ik kan mij er niet over uitlaten of er op dit moment ook onderzoek plaatsvindt, omdat wij over lopende onderzoeken geen uitspraken doen, maar deze uitzendbureaus zijn in beeld. Deze algemene opmerkingen wilde ik maken over de handhaving van de Wet arbeid vreemdelingen en over de algemene kwestie van de handhaving van het wettelijk minimumloon.

Eveneens aan de orde kwamen in de uitzending strafbare feiten zoals mishandeling, bedreiging en geweld. Dat is natuurlijk geen zaak van de Arbeidsinspectie, maar van de politie. Het is wel zo dat als een inspecteur van de Arbeidsinspectie dat soort zaken constateert, dan wordt de politie onmiddellijk ingeschakeld door de Arbeidsinspectie. Het is gebruikelijk dat men dat doet. De Arbeidsinspectie heeft dus een heel duidelijke en afgebakende taak. Ik denk dat wij er belang bij hebben om die taken heel duidelijk te houden en heel duidelijk afgebakend te houden. De taken houden verband met de naleving van de Arbeidstijdenwet, de Arbeidsomstandighedenwet en de Wet arbeid vreemdelingen. De Arbeidsinspectie heeft daarnaast de taak om op verzoek van partijen toe te zien op de handhaving van het wettelijk minimumloon.

De genoemde bedrijven zijn in beeld. Ik laat mij er niet over uit of er op dit moment onderzoeken gaande zijn. Ik ben het ermee eens dat de situatie die daar is aangetroffen volstrekt onacceptabel is.

De heer De Wit (SP):

Voorzitter. De Arbeidsinspectie is maar één kant van de zaak. Ik ontken niet dat zij een belangrijke rol speelt, maar wordt het geen tijd dat de Arbeidsinspectie een project begint om stelselmatig een aantal uitzendbureaus te controleren?

Mijn vraag ging echter niet alleen om de Arbeidsinspectie. Elke keer lopen wij tegen incidenten aan waarvan wij vaststellen dat de oorzaak ervan ligt bij uitzendbureaus. U en ik kunnen vandaag nog een uitzendbureau beginnen omdat er geen enkele controle is van de overheid. Het oude systeem met vergunningen is afgeschaft. Zo'n systeem biedt bij uitstek de mogelijkheid om zicht te hebben op wie er in Nederland een uitzendbureau begint. Daarnaast kunnen er voorwaarden worden gesteld. Er kunnen eisen worden gesteld aan de boekhouding, aan de loonadministratie en aan het registreren van gemaakte afspraken. Dat laatste ontbreekt juist bij deze louche praktijken.

Wanneer komt de staatssecretaris tot de conclusie dat deze situatie niet langer te tolereren is en deze alleen maar kan worden ondervangen door invoering van een vergunningensysteem waardoor voorwaarden kunnen worden gesteld en waardoor kan worden opgetreden door het intrekken van de vergunning en het sluiten van het arbeidsbureau?

Staatssecretaris Rutte:

Op het eerste punt kan ik u geruststellen. In de onderzoeken van de Arbeidsinspectie die gepland en ongepland plaatsvinden, dus van te voren aangekondigd en onaangekondigd, spelen de uitzendbureaus altijd een belangrijke rol. De uitzendbureaus zijn dus in beeld en zijn onderdeel van de normale inspecties van de Arbeidsinspectie.

Het is inmiddels de derde keer dat u en ik in het vragenuur een debat hebben over de wenselijkheid of onwenselijkheid van het herinvoeren van het oude vergunningenstelsel. Ik ben een beetje door de argumenten heen. Ik heb al heel vaak uitgelegd waarom ik tegen een vergunningenstelsel ben. Ik ben daar tegen omdat daarmee niet wordt bereikt wat u wilt, namelijk dat de malafide uitzendbureaus kunnen worden aangepakt. Bij een vergunningenstelsel wordt namelijk onderzocht of uitzendbureaus die een vergunning hebben zich aan de wet houden. Dan komt men natuurlijk terecht bij de grote bekende uitzendorganisaties die in het leeuwendeel van de gevallen bonafide zijn.

Wij moeten juist de malafide uitzendbureaus aanpakken. Daarvoor moeten wij een tweesporenbeleid volgen. Dat doen wij ook op dit moment. Het ene spoor is een buitengewoon stevige repressie. De handhaving wordt uitgevoerd door de Arbeidsinspectie en de Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst, de SIOD. Daarbij wordt ook regelmatig samengewerkt met UWV en de Belastingdienst. De Arbeidsinspectie voert in het kader van het project inzake arbeidsmarktfraude bij uitzendbureaus administratieve controles uit.

De heer De Wit (SP):

Ik geloof al die punten die u opsomt wel. Uw uitgangspunt is echter verkeerd. U zegt dat een vergunningenstelsel alleen maar invloed heeft op de grote organisaties en dat wij daarmee de louche uitzendbureaus niet pakken. Als men Nederland niet zomaar uitzendbureau op de hoek van de straat mag beginnen omdat men daarvoor eerst moet aantonen dat men daar verstand van heeft, dat men de papieren heeft en dat de administratie en de boekhouding deugen, is er een aanzienlijke drempel. Vervolgens bestaat de mogelijkheid om in te grijpen. Die hebt u nu niet. U kunt hoogstens achteraf een boete opleggen. In veel gevallen zijn de uitzendbureaus dan pleite en kan de boete niet eens worden betaald.

Staatssecretaris Rutte:

Dat is toch een herhaling van zetten. Ik denk dat wij deze discussie, met de begrotingsbehandeling meegerekend, al vijf keer hebben gevoerd. Zoals u net schetst, werkt het niet. Uitzendbureaus die een vergunning willen hebben, vragen er een aan. Uitzendbureaus die onder de roos werken, die dus in strijd met de wet werken, vragen natuurlijk geen vergunning aan. Dat betekent dat er nog steeds allerlei vormen van illegale arbeid blijven bestaan. Daarnaast moet de Arbeidsinspectie ook nog eens het vergunningenstelsel gaan controleren. Dat vraagt heel veel capaciteit. Er zal sprake zijn van heel veel onderzoek bij uitzendbureaus, terwijl het de vraag is of daar misstanden zullen worden aangetroffen.

Het gaat om twee sporen. Het eerste is om ervoor te zorgen dat de repressie maximaal wordt opgevoerd. Dat gebeurt ook. Dit soort praktijken vind ik in Nederland namelijk niet langer acceptabel. Met behulp van het CDA is er extra geld gekomen voor de arbeidsinspectie. Bovendien is de SIOD opgericht. Ook zijn de regionale inspectieteams omgevormd tot een landelijk dekkend netwerk van interventieteams. Die kunnen zeer snel interveniëren in situaties waarin dat gewenst is. Dat is geschoeid op de goede ervaringen die wij hebben opgedaan met het Westland-interventieteam. Dat heeft veel successen geboekt. Wij zijn ook bezig met de voorbereidingen voor het introduceren van de bestuurlijke boete. Een boete die een bedrijf per illegale werknemer kan krijgen, stijgt hiermee naar € 3000. Tevens kan die boete onmiddellijk worden afgedwongen.

Het tweede spoor is dat er in de land- en tuinbouw hard gewerkt wordt aan vormen van zelfcertificering. Die proberen wij ook van alle kanten te stimuleren en te ondersteu nen. Ik heb onlangs het 200ste certificaat uitgereikt aan een handmatig agrarisch loonbedrijf. Dat betreft een LTO-project. Ook is dit in andere sectoren waar te nemen. Wij onderzoeken of dit soort aanpakken op een bredere schaal mogelijk zijn.

De heer Bruls (CDA):

Voorzitter. Ik hoop dat wij met het oog op het debat van gisteren met z'n allen niet al te hijgerig overkomen.

Wat doet de staatssecretaris aan deze situatie en aan het geval dat verleden week donderdag in de pers is geweest? Hij kan niet langer alleen maar zeggen dat de repressie wordt opgevoerd. Dat hebben wij al vijf keer gehoord. Wat gaat de staatssecretaris dus concreet doen aan die twee situaties? Wat heeft hij al gedaan? Als de arbeidsinspectie er niet op wordt afgestuurd, wie dan wél? De voorbeelden zijn toch klip en klaar?

Staatssecretaris Rutte:

Voorzitter. Met het noemen van de zaak die verleden week in het nieuws was, refereert de heer Bruls blijkbaar aan de kwestie in Noord-Limburg. Die kreeg prominent de aandacht in de Telegraaf van afgelopen donderdag. Ik heb daarop onmiddellijk verklaard dat de arbeidsinspectie de afgelopen anderhalf jaar bij de onderliggende ondernemingen tien invallen heeft gedaan. Dat betrof dus de ondernemingen onder de bestaande constructie. De constructie zelf is onder de rechter.

Tevens heb ik uitgelegd dat de arbeidsinspectie in dezen ietwat gehandicapt is, omdat de eerder genoemde bestuurlijke boete er nog niet is. Als er dus illegalen worden aangetroffen, kan die boete alleen maar met veel vertraging worden opgelegd. Daarbij komt dat die boete slechts € 900 is. Vandaar de urgentie van het wetsvoorstel dat wij in voorbereiding hebben om de bestuurlijke boete te verhogen naar € 3000, inclusief lik-op-stuk-beleid, dus onmiddellijk innen. Als er 50 illegale Polen worden aangetroffen, moet de onderneming dan € 150.000 afrekenen. Daarmee worden de mensen echt in hun portemonnee geraakt. Dat is er in die kwestie concreet aan de gang.

Ik heb nog genoemd dat deze uitzendbureaus ook in beeld zijn. In 2000 en in 2002 zijn er controles geweest. Ik kan hierover verder geen mededelingen doen, omdat dit actueel is. Dat zou ook onverstandig zijn. Ik kan dus ook geen mededelingen doen over de onderzoeken die op dit moment lopen. Verleden week heb ik in verband met Noord-Limburg ook verklaard dat ik niets wil zeggen over de actuele situatie, omdat ik dan de onderzoeken in de weg zou lopen. Ik denk dat wij dat geen van allen willen.

De heer Bakker (D66):

Voorzitter. De staatssecretaris zei al dat er in 2000 en in 2002 onderzoeken zijn geweest. Kennelijk zijn die onvoldoende effectief geweest in die zin dat die onvoldoende hebben afgeschrokken. Immers, de praktijken gingen gewoon door. Wij zijn het er allemaal over eens dat de louche zaken niet geduld kunnen worden.

Ik heb nog een vraag over de onderzoeken van de arbeidsinspectie. Hoe effectief zijn die en hoeveel afschrikking sorteren die? De staatssecretaris zei zojuist dat er een bestuurlijke boete aankomt. Verdient het niet de voorkeur om het potentiële voordeel van bedrijven bij dit soort praktijken door het niet-afdragen van premies en niet-betalen van lonen, volledig af te romen? Ik denk aan een vergelijking met de pluk-ze-wetgeving voor de maffia.

Staatssecretaris Rutte:

Voorzitter. Wat dit laatste betreft, kan ik zeggen dat dit voor een deel al mogelijk is. Als het mogelijk is, gebeurt het ook. Wij gaan na of er een verruiming mogelijk is van de bestuurlijke boete, als die ingevoerd wordt in die zin dat bijvoorbeeld ook niet-betaalde premies en belastingen worden teruggevorderd. Ik neem aan dat daaraan wordt gerefereerd door de heer Bakker.

In dit concrete geval zijn er lokaal bezoeken afgelegd in 2000 en in 2002. Daarbij zijn er overigens geen overtredingen vastgesteld van de Wet arbeid vreemdelingen. Laten wij aannemen dat de Portugezen die afgelopen zondag op de televisie waren, de waarheid spraken. Natuurlijk moet er sprake zijn van hoor en wederhoor. In ieder geval kwam in de uitzending heel duidelijk over dat zij de waarheid spraken. Als Portugezen vallen zij onder het vrije verkeer van werknemers in de Europese Unie.

Er kunnen zich wel twee strafbare feiten hebben voorgedaan. Het ene is dat zij daadwerkelijk bedreigd zijn. Dat gaat de politie dan aan. Het kan ook zijn dat zij beneden het wettelijk minimumloon zijn betaald. In dat geval is een verzoek van hen zelf of van de vakbond aan de Arbeidsinspectie voldoende om er onderzoek naar te doen. Een dergelijk verzoek hebben wij niet gekregen. Uitzendbureaus zijn wel in beeld.

Mevrouw Bussemaker (PvdA):

Ik constateer met alle respect dat het wel de achtste keer in korte tijd is dat wij over dit thema met de staatssecretaris praten. Ik vind dat het nog steeds niet opschiet. Hij spreekt vol lof over de Arbeidsinspectie, maar er moet meer gebeuren. Andere fracties vinden dat ook. Wat wil hij concreet doen aan de vergunningen en aan artikel 12 van de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs? Waarom wil hij voor deze sector geen tijdelijke uitzondering maken? Waarom wil hij niet meer doen aan de detacheringsconstructies? Wij hebben het er uitgebreid over gehad tijdens het debat over het vrije verkeer van werknemers in Europa. Op dat vlak kan hij ook iets doen. Hij komt echter met geen ander alternatief dan de uitspraak dat hij zijn best doet. Als het waar is dat aan die Portugese werknemers minder dan het minimumloon is betaald, kan het resterende bedrag tot de hoogte van het minimumloon krachtens de Wet arbeid vreemdelingen alsnog worden gevorderd. Dit lijkt mij in dit geval buitengewoon nuttig. Waarom wacht de staatssecretaris op anderen in plaats van zelf iets te doen?

Anderhalf jaar geleden hebben werkgevers en werknemers samen opgeroepen tot het aanpakken van dit probleem. Zij hebben daarbij steun gezocht bij de overheid. De staatssecretaris heeft het nu over de LTO. Hoe denkt hij samen met die organisatie binnen afzienbare tijd een concreet plan van aanpak op te kunnen stellen?

Staatssecretaris Rutte:

Mevrouw Bussemaker daagt mij uit door de indruk te wekken dat wij met plannen en onderzoeken bezig zijn en de zaken op hun beloop laten. Dat is gewoon niet waar. Ik erger mij hier aan. Ik wil de kans krijgen om duidelijk te maken wat wij wel doen. Het is ten eerste onaanvaardbaar dat mensen hier minder dan het wettelijk minimumloon krijgen. Het is voorts onaanvaardbaar dat mensen hier illegaal verblijven. Dat is onaanvaardbaar voor die mensen zelf omdat zij zich in erbarmelijke omstandigheden bevinden, maar het is ook onaanvaardbaar voor de sector omdat er oneerlijke concurrentie door ontstaat. Het is ook onaanvaardbaar voor de sociale zekerheid, want het tast het draagvlak daarvoor aan. De Kamer mag mij eraan houden dat wij er alles aan doen om dit fenomeen te bestrijden. Dat doen wij ook. Kijkt u maar naar het zojuist verschenen jaarverslag van de Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst dat ook in de kranten aandacht heeft gekregen. Ik dacht dat dit ook naar de Kamer was gestuurd, maar als dit niet het geval is, dan doen wij dat alsnog. Ach, het zal al wel in de Kamer liggen. In ieder geval blijkt uit dit verslag dat grootschalige fraudestructuren worden blootgelegd en aangepakt. De Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst opereert succesvol. Ook heb ik aan de Kamer bericht over de successen die de Arbeidsinspectie boekt en over het aantal onderzoeken dat zij opvoert. Ik heb de Kamer voorts geïnformeerd over de succesvolle start van het Landelijk netwerk van interventieteams naar analogie van het Westland interventieteam. Wij doen er dus echt alles aan repressie.

Een andere vraag is hoe je de sectoren zelf kan bewegen tot certificering en regulering. Er worden goede dingen gedaan in de land- en tuinbouwsector. Tijdens het debat over de toetreding van de Midden- en Oost-Europese landen en het vrije verkeer van werknemers heb ik ook gezegd dat wij daarvan belangrijke lessen kunnen leren en wij dat kunnen uitbreiden. Wij moeten er alleen geen wonderen van verwachten. Wij doen alles aan wat het belangrijkste blijft: maximale inzet op repressie door de Arbeidsinspectie, de SIOD en het landelijk dekkende netwerk van interventieteams waarin de UWV en de Belastingdienst allemaal in vertegenwoordigd zijn. Dat werkt op dit moment. Ik heb van mijn bezoeken geleerd dat sectoren die kwaad willen, zich hiervan bewust zijn en dat het hun begint te dagen. Wij zitten dus niet in een fase van studie en laten het dus niet op zijn beloop. Dat is niet aan de orde.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Ik hoor de staatssecretaris nu al een keer of tien het woord onaanvaardbaar in de mond nemen. Dat lijkt natuurlijk prachtig en klinkt zeer strijdbaar, maar in mijn ogen is het onaanvaardbaar en onacceptabel dat deze louche praktijken en deze walgelijke eigentijdse vormen van slavernij ondanks de ingezette acties nog steeds plaatsvinden in Nederland. Kan de staatssecretaris glashelder toezeggen dat op zeer korte termijn deze onaanvaardbare – ik wil het ook wel tien keer zeggen – praktijken per ommegaande afgelopen zijn, dat hij versterkte acties voert en dat hij de Kamer een heldere notitie presenteert waaruit dat blijkt? Als het onvoldoende is, lijkt mij dat de Kamer kan zeggen dat het onaanvaardbaar is en dat zij zelf extra acties kan ondernemen. De staatssecretaris heeft veel woorden nodig, maar deze onacceptabele praktijken vinden nog steeds plaats en de tot nu toe ingezette acties zijn blijkens de berichten van vorige week onvoldoende. Wat gaat hij doen?

Staatssecretaris Rutte:

Als u werkelijk denkt dat overheidsinstanties in Nederland in alle gevallen iedere vorm van misstand kunnen uitsluiten, dan bent u bezig met illusiepolitiek en dat is dan weer een voedingsbodem voor het bedrijven van politiek door anderen. Wij moeten de burgers van Nederland duidelijk maken dat wij er alles aan doen om dit soort afschuwelijke situaties tegen te gaan. In dit concrete geval heeft de Arbeidsinspectie geen directe betrokkenheid, want het gaat om het vrije verkeer van werknemers. Deze mensen kunnen hierheen komen en zij kunnen gewoon een baan accepteren. En als zij bedreigd worden zoals zij in de televisie-uitzending beweerden, moeten zij daarvan bij de politie aangifte doen. De Arbeidsinspectie gaat hier niet over. Als u wilt dat zij zich ook hiermee gaat bezighouden, dan kan zij zich niet meer bezighouden met de taken waarvoor zij is opgericht, namelijk het handhaven van de Arbo-wetgeving en de Wet arbeid vreemdelingen, wat wij allen zo belangrijk vinden. Ik houd dus staande dat wij met het pakket waarover wij nu beschikken, voor maximale repressie kunnen zorgen. Het effect daarvan blijkt ook uit signalen uit het circuit, men vindt dat het nu echt begint te dagen, dat het niet meer mogelijk is om deze praktijken voort te zetten. De SIOD, de Arbeidsinspectie en het landelijk dekkende netwerk van interventieteams vormen hierbij belangrijke schakels. Ik ga er dus geen tijd in steken om weer een nota aan de Kamer toe te sturen om haar precies te melden wat zij allang weet, namelijk hoe wij dit aanpakken.

De heer Van As (LPF):

Voorzitter. Het "vrijheid, blijheid"-beleid van de staatssecretaris heeft ertoe geleid dat hij zijn eigen monster heeft gecreëerd en dat hij nu achter zichzelf aan loopt met allerlei inspecties die de boel in de gaten moeten houden. Ik zou weleens van hem willen horen hoeveel mensen betrokken zijn bij het toezicht en hoe dit zich verhoudt tot de administratieve lasten. Ik krijg echt de indruk dat door dit beleid en het ontbreken van criteria iedereen op de hoek van de straat een uitzendbureau kan beginnen. Het gelag zullen wij allen moeten betalen, want tegen de tijd dat de staatssecretaris ingrijpt, is de tent failliet en is de vogel gevlogen. Wil de staatssecretaris er in een notitie nu eens openheid van zaken over geven hoeveel medewerkers van de inspectie hierbij betrokken zijn en welke perceptiekosten hiermee gemoeid zijn, om die dingen een keer te kunnen afwegen? Volgens mij is de staatssecretaris een heilloze weg ingeslagen.

Staatssecretaris Rutte:

Als dat al zo is, dan toch met een ruime parlementaire meerderheid.

De heer Van As (LPF):

Tot nu toe ...

Staatssecretaris Rutte:

Het kabinet heeft natuurlijk niet zo maar het vergunningenstelsel opgeheven, ik denk dat daar heel goede redenen voor waren. Zoals ik al zei, leiden vergunningenstelsels ertoe dat erop wordt toegezien of uitzendbureaus een vergunning hebben. Malafide uitzendbureaus duiken natuurlijk onder en die gaan nog steeds door. Daar moeten de Arbeidsinspectie, de SIOD en het landelijk dekkende netwerk van interventieteams toezicht op houden. Ik begrijp wel dat u de Nederlandse burger graag schijnzekerheid geeft door het vergunningenstelsel terug te halen, maar dat geeft niet alleen schijnzekerheid, er gaat ook nog een heleboel inspectiecapaciteit mee verloren. Wij moeten het beleid bestendigen waarmee wij zijn begonnen, wij moeten ervoor zorgen dat de uitvoerende diensten, die hier verschrikkelijk hard aan werken, zich bij deze belangrijke taak gesteund weten door regering en parlement. Deze aanpak begint al succes op te leveren. Daarnaast moeten wij alle initiatieven tot zelfregulering in de sector stevig ondersteunen; dat doen wij ook.

Mevrouw Gerkens (SP):

Begrijp ik het nu goed dat u deze praktijken liever laat doorgaan, zoals die van het uitzendbureau dat al verschillende jaren in beeld is vanwege dit soort praktijken, omdat het u te veel moeite kost om een vergunningenstelsel op te zetten en de zaak te controleren? Als er een vergunningenstelsel is, kunt u toch gewoon de vergunning van een uitzendbureau intrekken, als het niet goed functioneert? Dan heeft u toch mogelijkheden om dit soort praktijken aan te pakken?

Staatssecretaris Rutte:

U trekt conclusies op grond van de uitzending van afgelopen zaterdag die nog niet getrokken kunnen worden. Deze Portugezen maken gewoon gebruik van het vrije verkeer van werknemers, dus de Wet arbeid vreemdelingen is op hen niet van toepassing. Of zij onder het wettelijk minimumloon betaald zijn, kunnen wij niet vaststellen, want zij hebben geen verzoek gedaan om dit te onderzoeken. De bedreigingen waaraan zij blootgesteld zijn, vormen geen zaak van de Arbeidsinspectie, daarmee moeten zij gewoon naar de politie. Zelfs als er een vergunningenstelsel was, zou het nog niet mogelijk zijn om op grond van wat er zaterdag in de uitzending vastgesteld is, een vergunning in te trekken. Nogmaals, met een vergunningenstelsel geven wij elkaar alleen de illusie dat wij er iets aan doen, terwijl wij er pas echt iets aan doen als wij doorgaan met onze beleidslijn. De Arbeidsinspectie is uitgebreid en wij moeten de repressie ongelooflijk stevig aanpakken, hopelijk ook met uw steun.

De heer Weekers (VVD):

Voorzitter. De verontwaardiging in de Kamer is groot en ze wordt volledig door de VVD-fractie gedeeld. Wat er in de berichtgeving naar voren is gekomen, kan gewoon niet. Ik heb er vertrouwen in dat de staatssecretaris dit soort uitwassen met harde hand bestrijdt. Ik vraag mij wel af of er geen hiaten zitten in de bevoegdheden van de Arbeidsinspectie. Kan de Arbeidsinspectie bijvoorbeeld ambtshalve toetsen of conform het wettelijk minimumloon en de Nederlandse arbeidsvoorwaarden wordt gehandeld? Ik vind dat een belangrijk punt, want niet altijd wordt aangifte gedaan. Men is daar vaak bang voor. Ik vind dat de Arbeidsinspectie op dit punt toch moet kunnen opereren. Het gaat dus over repressie.

Ik steun de collega's die hebben gevraagd om een notitie waarin de problematiek breder in kaart wordt gebracht. Ik ben het met de staatssecretaris eens dat je niet moet afgaan op een incident, maar dit soort malafide bureaus schieten als paddestoelen uit de grond. Elke week is er weer een incident. Op een gegeven moment moet het afgelopen zijn. Daarom wil ik van de staatssecretarissen een notitie, waarin hij aangeeft welke mogelijkheden er zijn en wat de voor- en nadelen van een vergunningenstelsel zijn.

Staatssecretaris Rutte:

Voorzitter. Ik weet niet zeker of ambtshalve kan worden getoetst aan het wettelijk minimumloon. Het antwoord op de vraag daarover laat ik dus even open. Daarover wil ik mij eerst laten informeren.

Mijn antwoord op de tweede vraag is dat ik al heb toegezegd, de Kamer begin april te informeren over de mogelijkheden voor de opzet van bijvoorbeeld een keurmerk en de voor- en nadelen ervan. Daarbij zal ik ook de punten die de heer Weekers heeft genoemd, betrekken.

Naar boven