Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik deel mee dat de tijdelijke commissie Onderzoek integratiebeleid het lid Blok heeft gekozen tot haar voorzitter.

De fractie van de SP heeft medegedeeld op 17 december bij vergissing vóór de motie 28600-VIII, nr. 74 (motie-Jan de Vries c.s., begroting OCW) te hebben gestemd. Zij had willen tegenstemmen.

De fractie van GroenLinks heeft tegen het amendement 28600-VIII, nr. 33 (amendement-Rijpstra, begroting OCW) gestemd. Zij had vóór dit amendement willen stemmen.

Het woord is aan de heer Geluk.

De heer Geluk (VVD):

Voorzitter. Vanmorgen las ik in het Agrarisch Dagblad een artikeltje waarin stond dat de lopende begroting, over het jaar 2002, van het ministerie van LNV een overschrijding zal kennen van ten minste 140 mln euro. Wij hebben dit bij de begroting ook aan de orde gesteld. Toen was de overschrijding volgens de minister 80 mln. Dat bleek ook uit stukken hierover die waren uitgelekt. Naar aanleiding van dit artikel vraag ik de minister om een brief waarin hij aangeeft hoe het tekort is ontstaan, waarom dit grote tekort nu pas bekend wordt, welke maatregelen hij denkt te treffen en hoe hij dit soort zaken denkt te voorkomen in de toekomst.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet, in het bijzonder naar de minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Halsema.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Voorzitter. Ik maak van de gelegenheid gebruik om te vragen of de motie die ik vanmiddag in stemming breng over de opvang van uitgeprocedeerde asielzoekers hoofdelijk in stemming mag worden gebracht.

De voorzitter:

Dank voor deze vooraankondiging. Er zal hoofdelijk over deze motie worden gestemd.

Het woord is aan mevrouw Albayrak.

Mevrouw Albayrak (PvdA):

Gisteravond is in de uitzending van het televisieprogramma NOVA melding gemaakt van twee interne notities van de IND, waaruit een dramatisch beeld naar voren komt van de terugkeer van uitgeprocedeerde en uitgewezen asielzoekers naar de landen van herkomst. Mijn oorspronkelijke verzoek was om de notities openbaar te maken en naar de Kamer te sturen. Ik wilde die vraag via u aan het kabinet richten. Een van de notities is een kwartier geleden bij de Kamer aangekomen, opgestuurd door de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratiebeleid. Dat is echter maar een van de notities. De andere notitie, die gaat over de interne, organisatorische problemen bij de IND en de terugkeerorganisatie, wil ik ook graag ontvangen. Ik doe dat verzoek aan het kabinet. Ik vraag tevens om beide notities van een degelijke reactie te voorzien. Er zit bij de gezonden notitie weliswaar een brief, maar die vormt naar mijn idee geen antwoord op het beeld dat bij de NOVA-uitzending is gerezen. Ik voeg tevens het verzoek toe om een overzicht aan de Kamer te sturen van alle concrete uitzettingen van de afgelopen vijf jaar, gedifferentieerd naar de herkomstlanden.

De heer Jense (Leefbaar Nederland):

Wij hebben vanochtend in het journaal een hoogleraar vreemdelingenrecht gezien die sprak over de problematiek van uitgeprocedeerde vluchtelingen die terug moeten naar het land van herkomst en die men niet meer kan vinden. Het is logisch dat dit gebeurt. Dat heeft een link met de motie die vanmiddag misschien aan de orde komt. Mijn vraag is of de regering ook op deze reactie kan ingaan.

De heer Van der Vlies (SGP):

Voorzitter. De nog ontbrekende notitie gaat over de organisatie van het departement. Ik vind eerlijk gezegd dat de Staten-Generaal zich als het gaat om een interne organisatie wat terughoudend moet opstellen, want het gaat niet om de wijze waarop, maar om de vraag hoe en met welk resultaat beleid wordt gevoerd. Omdat er al uitzendingen over zijn geweest in de media is het een beetje dubbel om te zeggen: ik hoef die notitie niet te kennen. De notitie is ons op onderdelen althans al geworden. Dan is het wellicht beter dat deze maar in de openbaarheid wordt gebracht door de minister die daarop de eerst aanspreekbare is. De SGP-fractie zal zich al mijn opmerkingen herinnerend, niet verzetten tegen het verzoek van mevrouw Albayrak.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Misschien kan ik de laatste twijfels bij de heer Van der Vlies wegnemen door hem eraan te herinneren dat de IND geen onderdeel is van het departement, maar een zelfstandige dienst waarnaar vaak onderzoek is gedaan door de Rekenkamer. Dit betekent volgens mij dat het de hoogste tijd is dat de Kamer inzicht geboden krijgt in wat er al jaren mis is.

Aan het verzoek van mevrouw Albayrak voeg ik toe dat het mij op z'n plaats lijkt dat die uitgebreide reactie de Kamer voor Kerstmis bereikt.

De heer Van der Vlies (SGP):

Ik wil graag op een plezierige manier en graag zo gauw mogelijk het kerstreces ingaan. Mij werd even de les gelezen door mevrouw Halsema. Prima natuurlijk. Ik wist heel goed hoe de IND in elkaar steekt en hoe die is ingebed in de publieke ruimte. Mevrouw Halsema zal zich evenwel blijven herinneren dat de minister ook op de IND politiek aanspreekbaar is.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Absoluut.

De heer Van der Vlies (SGP):

Daar ging mijn interventie over.

De heer Rijpstra (VVD):

Ik ben het eens met collega Albayrak. Als het kabinet toch met een reactie komt, dan wil de VVD-fractie ook graag weten wat de stand van zaken is met die aparte uitzetorganisatie die in het leven zou worden geroepen.

Mevrouw Albayrak (PvdA):

Misschien is de IND-organisatie feitelijk geen aangelegenheid van de Kamer, maar de belangrijkste vraag is natuurlijk of beleid en organisatie samen op dit moment voldoende kunnen waarborgen dat er echt werk wordt gemaakt van de terugkeer van uitgeprocedeerde asielzoekers. In dat verband is de suggestie dat het organisatorisch niet allemaal op orde zou zijn wel degelijk van groot belang voor de vragen die hier in deze Kamer worden behandeld. Volgens mij heb ik alle vragen al gesteld in mijn eerste verzoek.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet, in het bijzonder naar de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie.

Daartoe wordt besloten.