Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda voor 30 en 31 oktober en 1 november:

  • - het wetsvoorstel Regeling van het conflictenrecht inzake de familierechtelijke betrekkingen uit hoofde van afstamming (Wet conflictenrecht afstamming) (26675);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van titel 8 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek (regels verrekenbedingen) (27554);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet geneesmiddelenprijzen (invoering euro en procedure om wijziging maximumprijs geregistreerd geneesmiddel te verzoeken) (27871);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet rechtspositie ministers en staatssecretarissen met betrekking tot de ordening en modernisering van voorzieningen (27507);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet schadeloosstelling leden Tweede Kamer en de Wet vergoedingen leden Eerste Kamer alsmede een regeling voor diverse politieke ambtsdragers met betrekking tot geheven WAZ-premie (aanpassing onkostenvergoedingen en compensatie WAZ-premie) (27827).

Ik stel voor, te behandelen in de vergaderingen van 6, 7 en 8 november:

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (voorwaardelijke machtiging) (27289) (re- en dupliek).

Ik stel voor, te behandelen in de vergaderingen van 13, 14 en 15 november:

  • - het wetsvoorstel Wijziging van enkele belastingwetten in verband met de vervanging van de gulden door de euro (Fiscale aanpassingswet euro) (27882);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van belastingwetten in verband met dividendstripping en het verlenen van optierechten aan werknemers (27896);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Belastingregeling voor het Koninkrijk 1964 (belastingheffing deelnemingsdividenden) (27910, R1695);

de gezamenlijke behandeling van:

  • - het wetsvoorstel Wijziging van belastingwetten c.a. (Belastingplan 2002 I - Arbeidsmarkt en inkomensbeleid) (28013);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van belastingwetten c.a. (Belastingplan 2002 III - Natuur, milieu en vervoer) (28014);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van belastingwetten c.a. (Belastingplan 2002 IV - Herziening successie- en schenkingsrecht, BTW-maatregelen, artiesten- en sportersregeling, alsmede overige aanpassingen) (28015);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van enkele socialezekerheidswetten (Belastingplan 2002 V - Socialezekerheidswetgeving) (28016);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van belastingwetten c.a. (Belastingplan 2002 II - Economische infrastructuur) (28034).

Ik stel voor, te behandelen in de vergaderingen van 20, 21 en 22 november:

  • - het wetsvoorstel Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (XI) voor het jaar 2002 (28000-XI).

Ik stel voor, de stukken 24095-73, 27400 XI-87, 27034-35, 25954-4, 24587-67, 26294-35, 27400 IV-23, 27400 VIII-88, 27414-23, 22452-20, 22112-204, 21563-11, 27400 XIII-62, 25682-10, 26482-5, 27400 XVI-95, 96 en 97, 25424-36, 19218-63, 27400 XII-84, 23645-46, 26472-28, 27400 VIII-92, 25640-4, 24587-70, 27700-92, 26482-6, 23207-26, 24668-68, 19637-605 en 607, 27080, 27470, 27545 en 27546 voor kennisgeving aan te nemen.

Ik deel mee dat ingevolge artikel 69, tweede lid, van het Reglement van Orde de aangehouden moties 27400-XI, nr. 70, 26472, nr. 18, en 27561, nr. 4, zijn vervallen.

Ik stel voor, te besluiten dat de motie-Hermann over de accijnsheffing op tabak (26472, nr. 23) opnieuw wordt aangehouden. Datzelfde voorstel doe ik met betrekking tot de motie-Passtoors c.s. over een wetsvoorstel toegankelijkheid en bereikbaarheid (24170, nr. 68). Dit betekent dat de in de artikel 69, tweede lid, genoemde termijn van 60 dagen voor de twee hiervoor genoemde moties opnieuw is gaan lopen.

Ik deel mee dat de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen het lid Van de Camp tot haar voorzitter heeft gekozen.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Ik heb eerst zelf een punt voor de regeling van werkzaamheden. Vanochtend bleek dat het voor de Kamerbodes erg moeilijk was om iedereen ertoe te bewegen om het register te tekenen, terwijl allen wisten dat er na de middagpauze zou worden gestemd. Ik hoop dat iedereen dat nu heeft gedaan. Het kan ook nog tijdens de regeling van werkzaamheden, voordat wij gaan stemmen. Als iemand later dan 10.15 uur in huis komt, kan hij zelf iemand opzoeken om het register te tekenen. Het kost ons een heleboel tijd en moeite en dat lijkt mij niet nodig. Ik zie dat allen het met mij eens zijn, dus dat komt wel goed.

Het woord is aan de heer Van Oven.

De heer Van Oven (PvdA):

Voorzitter. Gisteren is bekend geworden dat Portugal op het punt staat het statuut voor het Internationaal strafhof te ratificeren. Daarmee zal Portugal het 43ste land zijn dat dit heeft gedaan en naderen wij met rasse schreden het moment waarop het hof in werking kan treden. Dat is verheugend, maar ook verontrustend, want dat betekent dat de implementatiewetgeving voor dat hof voor die tijd gereed moet zijn. Ons is toegezegd dat een eerste onderdeel daarvan, de zogenaamde gastlandwetgeving, rond Prinsjesdag bij deze Kamer zou worden ingediend, maar wij hebben het nog steeds niet. De minister van Justitie heeft ons een- en andermaal laten weten dat het dezer dagen of deze week zou komen, maar wij staan nu voor de aanvang van het herfstreces en het is er nog niet. Het is een maand na Prinsjesdag en de minister van Justitie lijkt zijn jacquet nog niet te hebben afgelegd. Wij willen graag vandaag nog bericht over het exacte tijdstip van indiening van die wet. Ik teken hierbij aan dat de Kamer er ongetwijfeld naar streeft dat die wetgeving gereed is wanneer het hof in functie treedt, zodat iedere dag die het wetsvoorstel later wordt ingediend, afgaat van de behandeltermijn die de Kamer is gegund.

De heer Verhagen (CDA):

Voorzitter. Ik sluit mij daar geheel bij aan. Ik wil nog een kleine toevoeging maken met betrekking tot de huisvesting. Ook over de huisvesting is ons reeds lang informatie toegezegd. Wij hebben echter nog steeds onvoldoende duidelijkheid over de faciliteiten, die het gastland ook moet waarborgen op het moment dat het Strafhof in werking treedt. Het gaat dus niet alleen om de andere aspecten van de wet, maar met name ook om de locatie.

De heer Van Oven (PvdA):

Ik ben het eens met de heer Verhagen. Daarom heb ik dat punt zojuist in de procedurevergadering van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken aan de orde gesteld.

De voorzitter:

Ik stel voor, dit gedeelte van het stenogram door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Rosenmöller.

De heer Rosenmöller (GroenLinks):

Voorzitter. Wij zijn voornemens, straks te stemmen over de Wet luchtvaart, waarover wij vannacht en vorige week gesproken hebben. Ik heb daar wel een probleem bij. Wij hebben vanmorgen om half elf een nota van wijziging van de minister gekregen. Daarin gaat het voor een deel om een lastige juridische kwestie, namelijk om de vraag of je op een onderdeel van de wet, een wet moet laten volgen door een besluit of door een algemene maatregel van bestuur en welke implicaties dat allemaal heeft. Als je dat nog eens tot je wilt laten doordringen, dan zou je daar eigenlijk een advies van een deskundige over moeten hebben. Wij zouden daar in ieder geval zeer veel behoefte aan hebben.

Er speelt voor ons nog een ander probleem. Wij wilden naar aanleiding van de nota van wijziging een amendement indienen. Dat kon dan weer niet, omdat de stemmingslijsten al gereed waren. U weet tot welk tijdstip wij vannacht hebben vergaderd. Ik zeg namens mijn fractie dat dit bijna niet doenlijk is. Hoe denken de collega's daarover? Ik heb gisteravond een procedurevoorstel gedaan dat nauwelijks enig tijdverlies met zich brengt.

De heer Van Walsem (D66):

Voorzitter. Ik heb er uitdrukkelijk behoefte aan om de heer Rosenmöller in dezen van harte te steunen.

De heer Stellingwerf (ChristenUnie):

Dat wil ik ook doen. Ik merk wel op dat een amendement tot het moment waarop de stemmingen plaatsvinden, kan worden ingediend. Is dan niet onterecht geweigerd om het amendement rond te delen?

De voorzitter:

Ik heb begrepen dat dit ook gezegd is.

De heer Van den Berg (SGP):

Voorzitter. Er is vanmorgen een nota van wijziging ingediend die een oplossing moet bieden voor een juridisch probleem dat gisteren al aan de orde is geweest. De oplossing wordt echter gekozen op een manier die nog niet eerder aan de orde is geweest. Het gaat dus om een nieuwe constructie en het gaat waarschijnlijk ook om een unicum in ons staatsrecht. Voorgesteld wordt om een algemene maatregel van bestuur onder te brengen in de zogenaamde negatieve lijst van de Algemene wet bestuursrecht. Hier ligt een vrij ingrijpend probleem van rechtsbescherming tegen algemeen geldende regels achter. Mijn fractie heeft er behoefte aan om over deze nota van wijziging een spoedadvies aan de Raad van State te vragen. Het is juridisch gezien een ingrijpende nota van wijziging.

De heer Van Gijzel (PvdA):

Voorzitter. Er is gisteren en vorige week uitvoerig over dit onderwerp gediscussieerd. Mede op verzoek van de heer Van den Berg heeft de minister vanmorgen een nota van wijziging naar de Kamer gestuurd. Die is in lijn met datgene wat gisteren gewisseld is. Dat het ingrijpend is, is correct, maar daar hebben wij gisteren ook uitvoerig met elkaar over gedebatteerd. Ik zie op basis van datgene wat nu voorligt, dus eigenlijk geen reden om af te zien van stemmingen op dit moment.

De heer Te Veldhuis (VVD):

Voorzitter. Wat ik in de nota van wijziging heb aangetroffen, is datgene wat wij uitvoerig hebben besproken. Wij hebben vorige week twaalf uur lang gesproken en wij hebben vannacht tot kwart voor twee gedebatteerd. Er kan nauwelijks een verrassing in zitten. Je kunt misschien op een onderdeeltje nog wel een vraag hebben, maar ik vind het, eerlijk gezegd, een beetje raar om op grond daarvan de stemmingen uit te stellen. Degene die nog amendementen had willen indienen, heeft dat gisteravond aangekondigd. En degene die dat gisteravond had aangekondigd, heeft vanmorgen ook die amendementen ingediend. Iedereen heeft zich dus in beginsel goed kunnen voorbereiden. Als er nog een amendement op de nota van wijziging moet worden ingediend, dan kan dat door niemand verboden worden. Wij hebben immers nog niet gestemd. Ik stel voor, de stemmingen hoe dan ook vandaag te laten plaatsvinden. Als er nu nog niet kan worden gestemd, dan kan dat wellicht in de loop van de middag.

De heer Eurlings (CDA):

Voorzitter. Dit is de zoveelste keer dat wij hier over de planning discussiëren. Wij hebben in extenso over deze wet gesproken. Gisteren duurde het ook weer tot diep in de nacht. De amendementen die zijn ingediend na de nota van wijziging, zijn conform de verwachtingen. Het heeft derhalve ook mijn voorkeur om er vandaag gewoon over te stemmen, en dan na het reces over de wet als zodanig.

De heer Van Bommel (SP):

Voorzitter. De kwestie is juridisch niet zo eenduidig en eenvoudig. Het is gisteravond aangeroerd. Wanneer door fracties die daarover opmerkingen hebben gemaakt, wordt gevraagd om op dat punt uitstel te krijgen, dan is dat naar mijn mening alleen maar te honoreren.

De heer Van den Berg (SGP):

Ik wil naar aanleiding van de opmerking van de heer Van Gijzel zeggen dat ik, na zorgvuldige bestudering van wat er gisteravond en vannacht is gezegd, constateer dat de geciteerde oplossing, de keuze van een negatieve lijst van de Algemene wet bestuursrecht, in het debat niet aan de orde is geweest en juridisch vrij ingrijpend is.

Mevrouw Giskes (D66):

Voorzitter. Ziet u enig beletsel in het voorstel om op de dinsdag na het reces te stemmen over de gehele wet of eventueel op donderdag?

De voorzitter:

Er is nooit een beletsel. De Kamer bepaalt wanneer er wordt gestemd. Het is niet zo belangrijk wat ik ervan vind. Het is belangrijk dat de Kamer op een gegeven moment besluit wanneer er wordt gestemd. Er is door de commissie van Verkeer en Waterstaat, om haar moverende redenen, voorgesteld om te zeggen dat het een plenaire afronding is na een debat van 13 uur. Gisteren is er in plaats van een plenaire afronding eigenlijk een voldragen debat gevoerd. Ik heb een en ander ook nagelezen, net als de heer Van den Berg. Ik waag te zeggen dat het punt van de nota van wijziging, waarover de heer Van den Berg spreekt, vannacht misschien niet in de oplossingssfeer maar wel als zodanig in alle modaliteiten in bespreking is geweest. Toch vind ik dat de mensen die zeggen dat zij nog enige tijd nodig hebben, misschien het gelijk een stuk aan hun kant hebben. De heer Rosenmöller kan natuurlijk tot de stemmingen een amendement indienen. Om hem die gelegenheid te geven, stel ik voor om vanmiddag om vijf uur over de Wet luchtvaart te stemmen. Men kan echter een tegenvoorstel doen. Als niemand een tegenvoorstel doet, ga ik ervan uit dat iedereen deskundigen kan bellen tot vijf uur, amendementen kan indienen en met elkaar kan vergaderen. Vanmiddag om vijf uur stemmen wij over de Wet luchtvaart. Het kan ook tien over vijf worden. Dat ligt aan het debat dat op dat moment aan de orde is en de keuze van een moment dat zich hiervoor leent.

Naar boven