Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

De heer Rietkerk heeft het woord gevraagd, maar is niet aanwezig. Dat schiet op. Het woord is aan de heer Verhagen.

De heer Verhagen (CDA):

Namens de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken wil ik u vragen er rekening mee te houden dat er nog vanmiddag een verslag van een algemeen overleg op de agenda moet komen. Dat overleg gaat over de positie van Rusland in de Raad van Europa. Aangezien morgen de ministers van buitenlandse zaken van de Raad van Europa bij elkaar komen, sluit ik niet uit dat wij de Kamer een uitspraak willen voorleggen op basis van het gevoerde overleg van hedenmiddag.

De voorzitter:

Ik wacht dat maar af. Als het nodig is, zal ik de Kamer daarover nadere voorstellen doen.

De heer Verhagen (CDA):

Voorzitter! De minister zal morgen afreizen en...

De voorzitter:

U reageert verkeerd. Ik sluit niet uit dat wij doen wat u voorstelt, maar ik stel vast dat het algemeen overleg nog gehouden moet worden. Ik mag aannemen dat u niet uitsluit dat de minister nog kan worden overtuigd. Daarvoor houdt u toch een algemeen overleg? Anders stel ik voor, niet dat algemeen overleg te houden, de minister hier te laten komen en de Kamerleden twee minuten te geven om duidelijk te maken wat er in de motie moet staan.

De heer Verhagen (CDA):

Het feit dat ik als fungerend voorzitter van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken u dit verzoek voorleg, is gebaseerd op mijn inschatting dat er een verschil van mening bestaat. Wij hopen uiteraard dat dat verschil van mening tijdens het algemeen overleg zal worden weggenomen.

De voorzitter:

Procedureel zijn u en ik het in ieder geval helemaal eens.

Ik zie nog steeds de heer Rietkerk niet.

De heer Van der Staaij (SGP):

Voorzitter! Ik weet wat de heer Rietkerk had kunnen vragen.

De voorzitter:

Dit is echt een heel goede regeling van werkzaamheden. Een voorbeeld!

De heer Van der Staaij (SGP):

Er is een algemeen overleg gevoerd over de capaciteit van het gevangeniswezen en toen heeft de heer Rietkerk gemeld behoefte te hebben aan een plenaire behandeling van het verslag van dat overleg.

De voorzitter:

Moet dat nog deze week?

De heer Van der Staaij (SGP):

Hij heeft niet gezegd dat het nog deze week moet.

De voorzitter:

Betekent dit dat u zijn verzoek overneemt door aan te kondigen dat u vindt dat het verslag op de agenda moet? Anders heb ik niet zoveel aan uw opmerkingen.

De heer Van der Staaij (SGP):

Uitstekend!

De voorzitter:

Dan zijn wij het daar in ieder geval procedureel ook over eens. Ik zal de Kamer op een later moment een voorstel doen.

Naar boven