Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij (XIV) voor het jaar 1999 (26200 XIV).

(Zie vergadering van 8 oktober 1998.)

De voorzitter:

De heer Passtoors vraagt heropening van de beraadslaging voor het stellen van een vraag. Ik stel voor, hem daartoe de gelegenheid te geven.

Daartoe wordt besloten.

De heer Passtoors (VVD):

Mevrouw de voorzitter! De VVD verzoekt om óf een kleine heropening, óf uitstel van de stemming over de begroting 1999 van LNV. Wij willen namelijk de regering eerst om een reactie vragen op het amendement-Stellingwerf, op stuk nr. 29, en op de gewijzigde motie-Van Ardenne-van der Hoeven op stuk nr. 31.

De voorzitter:

Ik neem aan dat de staatssecretaris en de minister daarop kunnen reageren. Dan begin ik met het amendement-Stellingwerf. Kan de staatssecretaris daar kort op reageren, aangevende wat zij daarvan vindt?

Staatssecretaris Faber:

Mevrouw de voorzitter! Ik kan er heel kort over zijn. De bewindslieden van LNV, en daarmee de regering, hebben geen moeite met dit amendement.

De voorzitter:

Kan de minister op de gewijzigde motie-Van Ardenne-van der Hoeven, een korte reactie geven?

Minister Apotheker:

Mevrouw de voorzitter! De afgelopen weken is duidelijk geworden dat er ook in andere delen van het land dan de nu via de schaderegeling vastgestelde gebieden, sprake is van een zodanig grote wateroverlast dat grote bedrijfsschade aan het ontstaan is op dit moment. Dat is ten gevolge van de extreme regenval van de afgelopen weken in die gebieden en niet ten gevolge van de extreme regenval op de twee dagen, 13 en 14 september, waar het bij de Wet tegemoetkoming schade om is gegaan. Op dit moment wordt in mijn opdracht nagegaan in hoeverre het borgstellingsfonds voor de landbouw een speciale regeling zou kunnen behelzen voor het continueren van bedrijven die nu toch in de moeilijkheden gaan komen. Kortom, een speciale regeling om het omvallen van bedrijven ten gevolge van deze mogelijke grote bedrijfsschade – de omvang kennen wij op dit moment niet – te voorkomen.

De gewijzigde motie spreekt van een verzoek aan de regering om na te gaan of en op welke wijze een vorm van schadebeheersing, zo zou ik liever willen zeggen, aan de orde zou kunnen komen. Ik leid daaruit af dat om twee redenen aanzienlijke afzwakking van de eerste versie aan de orde is, toen werd gesproken over een bevredigende regeling, die ook een verwijzing in zich had naar de Wet tegemoetkoming schade. Dat is nu niet het geval. Ik zou de Kamer willen voorhouden dat op dit moment in mijn opdracht de speciale regeling borgstellingsfonds-plus aan de orde is om de continuïteit van bedrijven waar nu gevaren dreigen te ontstaan, te verzekeren. Als de motie zo wordt gelezen dat in die richting de uitwerking kan worden gezocht, wil ik de Kamer voorhouden dat dit ook de richting zal zijn.

De algemene beraadslaging wordt gesloten.

De artikelen 1 t/m 6 worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Stellingwerf (stuk nr. 29, I).

De voorzitter:

Ik constateer, dat het amendement met algemene stemmen is aangenomen.

Ik stel vast, dat door de aanneming van dit amendement het andere op stuk nr. 29 voorkomende amendement als aangenomen kan worden beschouwd.

De begrotingsstaat, Voorzitteronderdeel uitgaven en verplichtingen, zoals die is gewijzigd door de aanneming van de amendementen-Stellingwerf (stuk nr. 29, I en II), wordt zonder stemming aangenomen.

De begrotingsstaat, onderdeel ontvangsten, de begrotingsstaat, onderdeel Agentschap LASER, de begrotingsstaat, onderdeel Agentschap Bureau Heffingen, de begrotingsstaat, onderdeel Agentschap Plantenziektekundige Dienst, en de beweegreden worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:

Ik constateer, dat het wetsvoorstel met algemene stemmen is aangenomen.

Naar boven