Lijst van ingekomen stukken, met de door de voorzitter terzake gedane voorstellen:

1. een koninklijke boodschap, ten geleide van het voorstel van wet Wijziging van de Wet op de accijns (25349).

Deze koninklijke boodschap, met de erbij behorende stukken, is al gedrukt en rondgedeeld;

2. de volgende brieven:

vier, van de minister van Buitenlandse Zaken, te weten:

  • een, over het voornemen tot het sluiten van uitvoeringsverdragen (23908, R1519, nr. 25);

  • een, ten geleide van de notitie "Stand van zaken IGC" (24609, nr. 18);

  • een, ten geleide van het Protocol tot wijziging van de Overeenkomst tussen de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van Maleisië tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen (25345);

  • een, inzake het Verdrag tussen de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van de Russische Federatie tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en naar het vermogen (25347);

een, van de staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, over de toetredingsverdragen van Griekenland tot Schengen (23584, nr. 8);

een, van de ministers van Justitie en van Binnenlandse Zaken en van de staatssecretaris van Justitie, ten geleide van Ontwerpbesluiten Unieverdrag (23490, nr. 74);

een, van de staatssecretaris van Justitie, de minister van Binnenlandse Zaken en de staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, ten geleide van de halfjaarlijkse rapportage Asielketen (19637, nr. 254);

twee, van de minister van Binnenlandse Zaken, te weten:

  • een, ten geleide van een notitie over de stappen die door de verschillende ministeries zijn en worden gezet in de richting van de vorming van bestuurskernen (21427, nr. 165);

  • een, over Veiligheidsbeleid 1995-1998 (24225, nr. 13);

een, van de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken, over Wijziging van de Kieswet, houdende verlaging van de voorkeurdrempel, en houdende verlenging van de duur van de stemmen tot acht uur 's avonds alsmede diverse andere onderwerpen (25221 en 25227, nr. 9);

twee, van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, te weten:

  • een, inzake het VWO-profiel C en M in relatie tot wiskunde (25168, nr. 11);

  • een, over Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek en de Wet educatie en beroepsonderwijs in verband met verbetering van de aansluiting van het voorbereidend wetenschappelijk onderwijs en het hoger algemeen voortgezet onderwijs op het hoger onderwijs (profielen voortgezet onderwijs) (25168, nr. 13);

drie, van de minister van Financiën, te weten:

  • een, ten geleide van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Financiën met antwoorden op vragen van enkele leden gesteld tijdens het ordedebat van 15 april jl. (25000-IXB, nr. 26);

  • een, over de normeringssystematiek (25000-C, nr. 8);

  • een, over de financiële relaties met grote ondernemingen (25080, nr. 13);

twee, van de staatssecretaris van Financiën, te weten:

  • een, over de motie-Giskes c.s. over de rente op leningen t.b.v. milieuvriendelijke bestedingen (24761, nr. 27);

  • een, over de fiscale positie van fractieverzekeringen (25000-IXB, nr. 25);

een, van de ministers van Defensie en van Buitenlandse Zaken, over het besluit deel te nemen aan het "Multinational Advisory Police Element" van de WEU in Albanië (25267, nr. 6);

een, van de minister van Verkeer en Waterstaat, over de veiligheid Westerschelde-oeververbinding (17741, nr. 21);

twee, van de minister van Economische Zaken, te weten:

  • een, ten geleide van de agenda voor de Energieraad van 27 mei 1997 (21501-14, nr. 37);

  • een, over de ontwikkeling en invoering van HDTV/breedbeeldtelevisie (23563, nr. 2);

een, van de minister en de staatssecretaris van Economische Zaken, over de laatste stand van zaken in de discussie omtrent de regeling van de uitputting van rechten van intellectuele eigendom (25156, nr. 4);

een, van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, ten geleide van het verslag van de Sociale Raad (21501-18, nr. 66);

vier, van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, te weten:

  • een, ten geleide van de voorlopige agenda van de EU-Raad van ministers van volksgezondheid (21501-19, nr. 21);

  • een, over het preventiebeleid voor de volksgezondheid (22894, nr. 13);

  • een, over de eigen bijdrage ZFW (25310, nr. 2);

  • een, inzake financiële informatievoorziening zorgsector (25348);

een, van de minister en de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, over Thuiszorg en zorg thuis, kansen voor de toekomst, Verkenningen Ouderenzorg 1995-2010 (25351);

een, van de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, over aanpak voetbalvandalisme (25232, nr. 4);

een, van de delegatie van de commissie voor de Rijksuitgaven, de vaste commissies voor Financiën en voor Economische Zaken, inzake de uitvoering van het technoleaseonderzoek (25080, nr. 14).

Deze brieven zijn al gedrukt en rondgedeeld;

3. de volgende brieven:

drie, van de minister van Buitenlandse Zaken, te weten:

  • een, ten geleide van administratieve akkoorden met Mali inzake technische samenwerking;

  • een, ten geleide van administratieve akkoorden met Kenia inzake technische samenwerking;

  • een, inzake internationale burgerluchtvaart;

een, van de minister voor Ontwikkelingssamenwerking, inzake de raadsvergadering van het International Institute for Democracy and Electoral Assistance;

een, van de minister van Justitie, inzake uitvoering van de motie-Van Oven/Vos inzake wetsvoorstel 24834;

een, van de staatssecretaris van Justitie, ten geleide van een afschrift van een brief aan de voorzitters van de fracties van de Kamer over de wijze waarop leden zich in individuele gevallen tot mij kunnen richten (de zogenaamde interventies);

een, van de minister en de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, ten geleide van het advies "Samenwerking in dynamisch perspectief";

een, van de staatssecretaris van Welzijn, Volksgezondheid en Sport, inzake onderzoek Modernisering ouderenzorg.

De voorzitter stelt voor, deze brieven door te zenden aan de betrokken commissies ter afdoening en niet te drukken;

4. een brief van de minister van Binnenlandse Zaken, over het conflict Rotterdam-Rijnmond.

De voorzitter stelt voor, deze brief door te zenden aan de betrokken commissie ter vertrouwelijke kennisneming door de leden.

Naar boven