Aan de orde zijn de stemmingen over twee moties, ingediend bij de behandeling van de brief inzake opheffing van de dienstplicht, te weten:

- de motie-Sipkes over de totaalweigeraars (24400 X, nr. 64);

- de motie-Zijlstra over de wedde van de laatste groep dienstplichtigen (24400 X, nr. 65).

(Zie vergadering van 6 februari 1996.)

De voorzitter:

Mij is gevraagd om heropening van de beraadslaging. Ik stel voor, aan dit verzoek te voldoen.

Daartoe wordt besloten.

De heer Zijlstra (PvdA):

Voorzitter! Na het indienen van de motie heeft de staatssecretaris ons een brief gestuurd waarin aangekondigd wordt dat de dienstplichtigen die vanaf 1 februari zullen dienen, ƒ 650 per maand extra krijgen. Ik heb de afgelopen week veel overleg gevoerd met de organisaties van dienstplichtigen. Alles afwegende, kiezen de bonden van dienstplichtigen voor het voorstel van de staatssecretaris. Dat feestje wil ik niet verpesten en daarom trek ik mijn motie in.

De voorzitter:

Aangezien de motie-Zijlstra (24400-X, nr. 65) is ingetrokken, maakt zij geen onderwerp van beraadslaging meer uit.

De beraadslaging wordt gesloten.

In stemming komt de motie-Sipkes (24400-X, nr. 64).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van GroenLinks, de SP, de PvdA, de groep-Nijpels en het lid Hendriks voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

Naar boven