Aan de orde zijn de stemmingen over vijf moties, ingediend tijdens het nota-overleg over de Evaluatienota water, te weten:

- de motie-Lilipaly over de bodemverdroging (21250, nr. 30);

- de motie-Esselink c.s. over het anti-verdrogingsbeleid (21250, nr. 31);

- de motie-Esselink c.s. over het milieurendement en de kosten effectiviteit van het integraal waterbeleid (21250, nr. 32);

- de motie-Esselink c.s. over de sanering van vervuilde waterbodems (21250, nr. 33);

- de motie-Stellingwerf over aanscherping van het verdrogingsbeleid (21250, nr. 34).

(Zie nota-overleg van 20 maart 1995.)

De voorzitter:

Mij is gevraagd om opening van de beraadslaging. Ik stel voor, aan dit verzoek te voldoen.

Daartoe wordt besloten.

De heer Esselink (CDA):

Voorzitter! Tot mijn genoegen kan ik de motie op stuk nr. 32 intrekken. Geholpen door adhesiebetuigingen van andere fracties heeft de minister in tweede termijn toegezegd het gevraagde in deze motie uit te voeren. In de motie wordt gevraagd, de kosteneffectiviteit en het rendement van voorgenomen milieumaatregelen nadrukkelijker in beeld te brengen op weg naar de nieuwe Vierde nota water. De motie heeft haar werk gedaan en is dus overbodig. Daarom kan ik haar intrekken.

De voorzitter:

Aangezien de motie-Esselink c.s. (21250, nr. 32) is ingetrokken, maakt zij geen onderwerp van beraadslaging meer uit.

Op verzoek van de heer Stellingwerf stel ik voor, zijn motie (21250, nr. 34) van de agenda af te voeren.

Daartoe wordt besloten.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van stemverklaringen vooraf.

De heer Kamp (VVD):

Voorzitter! Ik wil een stemverklaring vooraf afleggen over de motie van collega Lilipaly over de bestrijding van de verdroging. Wij delen de analyse van collega Lilipaly over het belang van de bestrijding van de verdroging, maar wij zullen zijn motie niet steunen. Wij hebben daar twee overwegingen voor.

De eerste overweging is dat de analyse van de heer Lilipaly gedeeld wordt door de minister van Verkeer en Waterstaat, zoals blijkt uit de Evaluatienota water. Zij heeft aangekondigd met oplossingsvoorstellen te komen in de Vierde nota water. Dit betekent dat deze motie naar onze overtuiging overbodig is.

De tweede overweging is dat in de motie wordt geconcludeerd dat er een aanmerkelijke bespoediging moet komen van de resultaten van de verdrogingsbestrijding. Dit betekent dat er aanmerkelijk meer geld voor moet komen dan de ruim 100 mln. die al tot en met 1998 in de rijksbegroting hiervoor is opgenomen. In de motie wordt niet aangegeven waar dat geld vandaan moet komen.

Voorzitter! Op grond van deze overwegingen kunnen wij deze motie niet steunen.

In stemming komt de motie-Lilipaly (21250, nr. 30).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA, GroenLinks, de SP, D66, de RPF, de SGP, het GPV, het CDA, het AOV en de Unie 55+ voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Esselink c.s. (21250, nr. 31).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van het CDA, het AOV, de Unie 55+, de CD, de RPF, de SGP, het GPV, de SP en GroenLinks tegen deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Esselink c.s. (21250, nr. 33).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van het CDA, het AOV, de Unie 55+, de CD, de RPF, de SGP, GroenLinks en de SP voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

Naar boven