Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 18 juni 2020
Bij het debat over het wetsvoorstel Wet hardheidsaanpassing Awir op 17 juni jl. (Handelingen
II 2019/20, nr. 84, item 6)heb ik op een vraag van mevrouw Leijten aangegeven dat de aan u op 16 juni jl. verzonden
interne notitie van 5 november 2019 over Opzet/Grove Schuld (OGS) (Bijlage bij Kamerstuk
35 468, nr. 39), niet aan de Adviescommissie uitvoering toeslagen (AUT) is gestuurd maar dat er
wel vragen over dit onderwerp beantwoord zijn. Graag ga ik hier kort nader op in.
De informatievoorziening aan de Adviescommissie vond plaats aan de hand van gerichte
vraagstelling door de Adviescommissie. De AUT heeft veelvuldig vragen gesteld over
opzet/grove schuld en bredere invorderingsproblematiek welke ook beantwoord zijn.
Al in het interim-rapport heeft de AUT op basis van de verstrekte informatie ook een
uitwerking gemaakt van de gehanteerde werkwijze bij opzet/grove schuld binnen Toeslagen
en de doelmatigheidsgrens. Voor het eindadvies heeft de Auditdienst Rijk (ADR) op
verzoek van de AUT beoordeeld in hoeverre er in de CAF-zaken sprake was van het ontbreken
van de mogelijkheid voor een persoonlijke betalingsregeling (kwalificatie «opzet/grove
schuld»). De notitie is aan de ADR ter beschikking gesteld en maakt onderdeel uit
van de op 28 april jl. aan uw Kamer verstrekte tijdlijn die is gevalideerd door de
ADR (Bijlage bij Kamerstuk 31 066, nr. 629). Zowel de ADR als de AUT gaan in hun (eind)rapport in op opzet/grove schuld, waarbij
in de ADR ook het gebrek van een vierogenprincipe aan de orde komt. In het eindrapport
beveelt de AUT een heroverweging van opzet/grove schuld aan:
«Het terug- en invorderingsbeleid behoeft een nadere invulling en uitwerking in het
licht van de uitspraken van de Afdeling bestuursrechtspraak. In dat kader zullen ook
het beleid inzake OGS en het verdere invorderingsregime moeten worden heroverwogen.
Beide houden thans onvoldoende rekening met het bijzondere karakter van toeslagen.»
Uw Kamer is in 2019 geïnformeerd over de knelpunten bij OGS middels brieven van onder
meer 28 juni, 20 september, 25 oktober, 14, 15, 22 en 29 november en 3 en 17 december
(Kamerstuk 31 066, nrs. 516, 517, 529, 530, 542, 546, 536, 537, 538, 544, 549, 550, 572 en 574). In de notitie van 23 augustus 2019 «Scenario's inning overige CAF-posten» die deze
week ook openbaar is geworden als bijlage bij de voornoemde notitie over OGS is een
ambtelijk advies gegeven vanuit Belastingdienst/Toeslagen en het Ministerie van Financiën
om de invordering bij CAF-overig zaken niet in algemene zin op te schorten in afwachting
van de bevindingen van de AUT. Ik wil graag benadrukken dat ik er in dit geval uitdrukkelijk
voor gekozen heb om de ambtelijke beleidsopvattingen in deze notities met uw Kamer
te delen om zo transparant mogelijk te zijn. Op 4 november 2019 is bij de behandeling
van het Belastingplan 2020 een toezegging gedaan voor het hanteren van de pauzeknop
voor ouders die getroffen waren door opzet/grove schuld. Ik ben blij dat mede door
de inspanningen van uw Kamer in aanvulling hierop wij nu de ouders met een onterechte
OGS-kwalificatie bij een terugvordering in de kinderopvangtoeslag een OGS-tegemoetkoming
kunnen bieden zoals opgenomen in het wetsvoorstel Hardheidsaanpassing Awir dat vandaag
met algemene stemmen door uw Kamer is aanvaard.
Tot slot wil ik benadrukken dat mijn ambtsvoorganger en ik veel waarde en belang hebben
gehecht aan het verstrekken van kloppende en volledige informatie aan de AUT zodat
zij een zo volledig mogelijk beeld heeft kunnen scheppen voor haar advies. Dit is
gebeurd door gerichte informatie te delen, zowel uit eigen beweging als op verzoek
van de AUT of uw Kamer. Geen enkel verzoek van de AUT om informatie is geweigerd.
Ik ben de AUT zeer erkentelijk voor hun werk wat een cruciale bouwsteen is geweest
om te komen tot de benodigde contouren om getroffen ouders recht te kunnen doen
De Staatssecretaris van Financiën,
A.C. van Huffelen