4 Herziening Richtlijn industriële emissies en de Richtlijn storten van afvalstoffen

Aan de orde is het tweeminutendebat Herziening Richtlijn industriële emissies en de Richtlijn storten van afvalstoffen (22112, nr. 3435).

De voorzitter:

Aan de orde is het tweeminutendebat Herziening Richtlijn industriële emissies en de Richtlijn storten van afvalstoffen. Het woord is aan mevrouw Van Esch van de Partij voor de Dieren.

Mevrouw Van Esch (PvdD):

Dank u, voorzitter. Ik heb drie moties, dus ik ga snel van start.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat er nieuwe "beste beschikbare technieken"-conclusies komen voor de veehouderij, waarbij er mogelijk sprake zal zijn van nieuwe eisen voor emissiearme stallen;

verzoekt de regering, indien hiervoor aanpassingen in veestallen nodig zijn, te allen tijde te voorkomen dat deze in strijd zijn met de kaders van de Wet dieren, waarin het perspectief van het dier centraal staat, en te allen tijde te voorkomen dat deze brandgevaarlijk zijn,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Van Esch, Vestering en Beckerman.

Zij krijgt nr. 3444 (22112).

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat er een uitzondering mogelijk is op de strengste Europese normen voor de uitstoot van schadelijke stoffen, waardoor verouderde installaties een hogere norm mogen aanhouden;

constaterende dat er in Nederland twee keer gebruik wordt gemaakt van deze mogelijkheid tot uitzondering, waaronder Kooksfabriek 1 van Tata Steel;

constaterende dat hierdoor Kooksfabriek 1 van Tata Steel bijna drie keer zoveel stikstof mag uitstoten als de strengste norm;

overwegende dat in het Schone Lucht Akkoord is afgesproken dat in nieuwe of geactualiseerde vergunningen emissie-eisen moeten staan die zo streng mogelijk zijn;

verzoekt de regering er in Europa voor te pleiten om de uitzonderingsmogelijkheid op de strengste Europese normen voor de uitstoot van schadelijke stoffen op te heffen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Van Esch en Beckerman.

Zij krijgt nr. 3445 (22112).

Mevrouw Van Esch (PvdD):

Dan de laatste.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat er een motie is aangenomen waarin wordt uitgesproken dat elke sector zijn aandeel stikstofemissies in gelijke mate reduceert;

constaterende dat de kooksfabrieken van Tata Steel niet hoeven te voldoen aan de strengste Europese normen voor de uitstoot van stikstof en stof;

constaterende dat Tata Steel hiermee een uitzonderingspositie krijgt ten koste van de gezondheid van omwonenden;

verzoekt de regering ervoor te zorgen dat, zolang er nog een uitzonderingsmogelijkheid is op de strengste Europese normen voor de uitstoot van schadelijke stoffen, in Nederland geen gebruik wordt gemaakt van deze uitzonderingsmogelijkheid en in vergunningen dus altijd de strengste Europese normen worden opgenomen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Van Esch en Beckerman.

Zij krijgt nr. 3446 (22112).

Dank u wel. Dan kijk ik even naar de andere twee leden op de sprekerslijst, de heer Haverkort en mevrouw Hagen. Klopt het dat u beiden afziet van een inbreng? Ja. Dan zijn we alweer zover. We gaan even drie minuten schorsen en dan komt de staatssecretaris terug voor de beantwoording.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

De voorzitter:

Het woord is aan de staatssecretaris.

Staatssecretaris Heijnen:

Dank u wel, voorzitter. Er zijn drie moties. De motie op stuk nr. 3444 zou ik graag oordeel Kamer willen geven, als ik de vraag daarin zo kan interpreteren dat bij de onderhandeling over de totstandkoming van de BBT-technieken de kaders van de Wet dieren en het aspect brandveiligheid als uitgangspunt worden meegenomen. Op dat moment kan ik de motie oordeel Kamer geven.

De voorzitter:

Ik zie mevrouw Van Esch instemmend knikken.

Staatssecretaris Heijnen:

De motie op stuk nr. 3445 van mevrouw Van Esch wil ik ook graag oordeel Kamer geven.

De motie op stuk nr. 3446 zou ik graag willen ontraden. Het gebruik van een uitzonderingsmogelijkheid vindt plaats door het bevoegd gezag bij de vergunningprocedure. Daarbij kan per keer een afweging worden gemaakt. Daar kan ik niet in treden. In het Schone Lucht Akkoord heb ik wel al met provincies en gemeenten afgesproken om zo streng mogelijk te vergunnen. Dat is ook de reden waarom ik de motie wil ontraden. Uiteraard ben ik wel bereid om daar ook in Europees verband, zoals de andere motie ook oproept, voor te pleiten.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel. Ik dank de staatssecretaris en haar ambtenaren voor hun komst. Ook dank ik de leden.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

We gaan de vergadering enkele momenten schorsen. Om 11.15 uur gaan we verder met een extra regeling van werkzaamheden.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven