28 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Dan is nu aan de orde de regeling van werkzaamheden.

Aangezien alle ingeschreven sprekers zich hebben teruggetrokken, zal het VAO Formele Raad Werkgelegenheid en sociaal beleid van 19 maart 2020 van de agenda worden afgevoerd.

Op verzoek van een aantal leden stel ik voor de volgende door hen ingediende moties opnieuw aan te houden: 32670-156; 35006-8; 33835-100; 28973-203; 21501-32-1188; 35300-XII-41; 35000-VII-30; 31532-244; 32670-156; 24077-443; 35250-31; 21501-07-1633.

Ik stel voor toe te voegen aan de agenda:

  • -het VAO Externe veiligheid, met als eerste spreker de heer Laçin namens de SP;

  • -het VSO Sponsorconvenant 2020-2022, met als eerste spreker de heer Van Raan namens de Partij voor de Dieren;

  • -het VAO Telecommunicatie, met als eerste spreker mevrouw Van den Berg namens het CDA.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

Ik geef nu het woord aan de heer Van Gerven namens de SP. U mag uw verzoek ook aan de interruptiemicrofoon doen. Het gaat toch om een uitstel?

De heer Van Gerven (SP):

Ja, voorzitter. Het gaat om het voorstel nummer 2 op de agenda, van het lid Hijink, namelijk het verzoek tot uitstel van de plenaire behandeling van de Wet vereenvoudiging grondslagen bekostiging vo-scholen (35354). Het verzoek is om die uit te stellen. We hebben net een nota van wijziging binnen en die vergt toch nog even nadere studie.

De voorzitter:

Het staat vanavond inderdaad op de agenda. Heeft iemand bezwaar tegen uitstel?

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Wij zouden geen behoefte hebben aan uitstel, voorzitter.

De voorzitter:

Oké. Zijn er nog anderen die bezwaar willen maken? Nee. Dan heeft behalve het CDA niemand bezwaar gemaakt. Dan wordt het uitgesteld.

Dan gaan we naar de heer Van der Graaf. Nee, sorry, mevrouw Van der Graaf. De heer De Graaf is er niet, gelukkig. Hij heeft het niet gehoord. Mevrouw Van der Graaf namens de ChristenUnie.

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):

Mevrouw de voorzitter. Pro-anorexiacoaches maken ongelofelijk veel misbruik van heel kwetsbare, vaak minderjarige meisjes. Hun werkwijze is er echt op gericht om hen zelfs seksueel te misbruiken. Dat is zó laag en zó kwalijk. Op 3 maart steunde de Kamer mijn verzoek om hierover nog op korte termijn te debatteren. Dat kwam helaas door corona op de lange lijst. We zien dat het probleem door deze coronatijd alleen maar erger is geworden voor deze meisjes. Dus het verzoek is om nog voor de zomer hierover als Kamer te debatteren.

Mevrouw Ploumen (PvdA):

Voorzitter, van harte steun. Mevrouw Van der Graaf heeft gelijk: het probleem is alleen maar groter geworden.

De heer Bisschop (SGP):

Voorzitter, van harte steun.

De heer Van der Lee (GroenLinks):

Het verzoek is, geloof ik, mede namens ons gedaan. Dat hoorde ik niet. Maar ik wou toch nog benadrukken dat wij naast de heer Grapperhaus graag ook de minister van VWS graag bij dit debat willen hebben.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Voorzitter. Wij hebben een ongemakkelijke situatie, omdat wij als commissies hebben afgesproken welke debatten we heel graag voor de zomer wilden voeren. Daar hebben we een lijst van gemaakt. Wij hebben begrepen dat vanuit de Griffie is aangegeven dat hier geen ruimte voor is. Dan kan ik het niet steunen. We hebben immers met elkaar een organisatie opgezet en daar hebben we ons allemaal aan verbonden, hoe graag ik dit ook inhoudelijk zou willen steunen. Ik vind ook niet dat het kabinet op z'n handen moet blijven zitten als deze ellende voortgaat, maar we hebben volgens mij een afspraak met elkaar gemaakt en daar moet ik mij aan houden.

Mevrouw Tellegen (VVD):

Ik sluit mij aan bij de woorden van mevrouw Van Toorenburg, dus geen steun.

Mevrouw Bergkamp (D66):

Voorzitter, ik vind dat mevrouw Van Toorenburg het goed heeft geformuleerd, dus helaas geen steun.

De heer Azarkan (DENK):

Voorzitter. Regels zijn belangrijk, maar we moeten ook nog blijven nadenken. Bij misstanden moeten we gewoon kunnen reageren, dus steun voor het verzoek.

Mevrouw Agema (PVV):

Steun.

De voorzitter:

Dan heeft u geen meerderheid, mevrouw Van der Graaf. Ook met de PVV niet. O, daar is de heer Van Gerven.

De heer Van Gerven (SP):

Voorzitter, steun voor het verzoek, inclusief de aanwezigheid van de minister van VWS.

De voorzitter:

De heer Van Raan, deze microfoon.

De heer Van Raan (PvdD):

U heeft helemaal gelijk, voorzitter. Steun voor het verzoek.

De voorzitter:

Dan heeft u geen meerderheid, mevrouw Van der Graaf. Er zijn 72 stemmen voor, dus ...

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):

Helaas. We hebben in ieder geval wel een poging gedaan. Dan zal ik ieder geval de zorgen in Kamervragen onder de aandacht van de minister brengen, want op dit punt is echt actie nodig.

De voorzitter:

Dank u wel. O, mevrouw Van Brenk!

Mevrouw Van Brenk (50PLUS):

Ja, sorry, voorzitter, ik had niet geteld. Ik wilde wel steunen, eigenlijk.

De voorzitter:

Ja, maar ik heb de conclusie al getrokken. Het spijt me. Dan nog heeft u geen meerderheid, mevrouw Van der Graaf. Het is 75-75, dus sowieso is het niet genoeg, maar als de conclusie is getrokken, moeten we dit niet opnieuw doen.

Dank u wel. De heer Azarkan namens DENK.

De heer Azarkan (DENK):

Dank, voorzitter. De door de politie gevoerde argumentatie om het stroomstootwapen in te voeren, klopt niet, zo bleek uit een uitzending vorige week van Medialogica, waarin onderzoekers maar ook de politie zelf aangaven dat dit niet volgens de werkelijkheid was. De negatieve effecten van het stroomstootwapen zijn weggemoffeld. Dit zijn ernstige feiten die doen denken aan het verspreiden van verkeerd nieuws. Daarom het verzoek om een brief van de regering met een reactie en om een debat met de minister van Justitie en Veiligheid.

De heer Van der Lee (GroenLinks):

Steun voor beide.

Mevrouw Tellegen (VVD):

Altijd steun voor een brief maar geen steun voor het debat.

Mevrouw Bergkamp (D66):

Voorzitter, steun voor een brief maar geen steun voor een debat.

De voorzitter:

Voor een brief is geen meerderheid nodig maar voor een debat wel.

De heer Bisschop (SGP):

Op dit moment is een brief voldoende. Geen steun voor een debat.

De voorzitter:

De heer Van Raan namens de Partij voor de Dieren en daarna mevrouw Van Toorenburg.

De heer Van Raan (PvdD):

Steun voor het debat.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Geen steun, voorzitter.

De heer Van Gerven (SP):

Steun voor een brief, maar geen steun voor het debat.

De voorzitter:

Er is geen meerderheid, meneer Azarkan. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

U heeft nog een verzoek.

De heer Azarkan (DENK):

Dat klopt, voorzitter. Een tweede en laatste verzoek. Op 1 juli staan we in Nederland met elkaar stil bij de afschaffing van de slavernij, een gitzwarte periode uit onze geschiedenis, waarvan heel veel nakomelingen van tot slaaf gemaakten nog dagelijks de pijn ervaren. Pijn over hoe er met hun voorouders is omgegaan maar ook pijn over het gebrek aan inleving en erkenning in dit land. Het is tijd dat de regering onomwonden excuses maakt voor het slavernijverleden en het koloniale verleden om in het reine te komen met de geschiedenis en om recht te doen aan de pijn. Ik verzoek daarom om een brief van de regering en zo spoedig mogelijk een debat met de minister-president.

De voorzitter:

En wat is zo spoedig mogelijk?

De heer Azarkan (DENK):

Uiteraard nog voor 1 juli.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Geen steun.

Mevrouw Bergkamp (D66):

Van harte steun, voorzitter.

De heer Van der Lee (GroenLinks):

Van harte steun. Dit past goed bij de oproep van mijn fractievoorzitter dit weekend.

De heer Azarkan (DENK):

Dat klopt. Die was een aantal jaren na die van ons.

De voorzitter:

Nee, nee, nee, niet reageren.

De heer Bisschop (SGP):

Voorzitter, ik blijf mij altijd verbazen over dit soort oproepen om historische zonden te belijden, te biecht te gaan en dat soort dingen. Vooral geen steun, voorzitter.

De heer Azarkan (DENK):

Ja, het is ook lastig. Sorry, voorzitter.

De voorzitter:

Mevrouw Tellegen, dan mevrouw Ploumen en vervolgens de heer Van Raan.

Mevrouw Tellegen (VVD):

Geen steun.

Mevrouw Ploumen (PvdA):

Voorzitter. Volgende week hebben we een plenair debat over antiracisme. Ik kan me voorstellen dat we het vraagstuk daarbij betrekken.

De voorzitter:

Dus geen apart debat?

Mevrouw Ploumen (PvdA):

Nou, ik ben ook niet tegen een apart debat.

De voorzitter:

Oké, dan tel ik dat gewoon als "plus".

De heer Azarkan (DENK):

Voorzitter ...

De voorzitter:

Nee, u mag niet reageren. Nee, nee, nee, geen vragen.

De heer Azarkan (DENK):

Over ...

De voorzitter:

Nee. Ik ga naar de heer Van Raan. Nee, nee, nee, dat weten we ook niet.

De heer Van Raan (PvdD):

Voorzitter, steun.

De heer Van Gerven (SP):

Voorzitter, steun voor het debat.

Mevrouw Van Brenk (50PLUS):

Voorzitter, steun.

De voorzitter:

Dan kijk ik even. U heeft geen meerderheid, meneer Azarkan.

De heer Azarkan (DENK):

Maar wel ongeveer 66, hoor ik u fluisteren, dus een dertigledendebat zit er wel in?

De voorzitter:

Ja hoor. Dan zetten we dit dertigledendebat op de lijst.

De heer Azarkan (DENK):

Zeker. Ik heb toch nog een punt van orde, voorzitter. Collega Ploumen zei dat er volgende week een plenair debat gepland staat, maar ik kan me dat niet herinneren. Ik heb de agenda nog niet. Er is wel een algemeen overleg.

Mevrouw Ploumen (PvdA):

Voorzitter. Ik had begrepen dat er vorige week een debat is aangevraagd over racisme, een plenair debat. Ik meen begrepen te hebben dat dat voor het reces zou zijn, dus misschien niet volgende week, maar de week daarna. Dat kan, maar binnen afzienbare tijd.

De voorzitter:

Ja. Als dit punt daar meegenomen wordt, zie ik u graag terug om het debat af te voeren.

De heer Azarkan (DENK):

Uiteraard, voorzitter. Zo kent u mij: altijd constructief.

De voorzitter:

Nou, dat laatste ... Daar reageer ik niet op. Dat houd ik voor me.

Mevrouw Ploumen namens de PvdA.

Mevrouw Ploumen (PvdA):

Voorzitter, dank u wel. Ik wil verzoeken om nog deze week een debat te voeren over de coronacrisis naar aanleiding van een onderzoek dat is uitgevoerd door KPMG en de VU. Dat onderzoek constateert onder andere dat er met een actievere bestrijding van het virus — ik citeer de krantenkop — 123 miljard te besparen is. Ik zeg erbij: ook heel veel menselijk leed. Mij lijkt dat urgent genoeg om er deze week nog over te willen debatteren.

Mevrouw Agema (PVV):

Ik zou wel voor de bühne "steun" kunnen zeggen, maar dat redden we toch niet, want het debat van deze week is van de agenda afgehaald en verplaatst naar 25 ...

De voorzitter:

Naar volgende week.

Mevrouw Agema (PVV):

Naar volgende week, dus dan betrekken we het daar maar bij.

Mevrouw Bergkamp (D66):

Voorzitter, geen steun. Volgende week is er een debat en daar willen we het bij betrekken.

De heer Van der Lee (GroenLinks):

Steun. Ik geloof dat er vanavond wat ruimte is ontstaan.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Voorzitter. Volgens mij hadden we juist bedacht dat we dat volgende week gingen doen.

De heer Van Gerven (SP):

Voorzitter, steun voor het debat. Ik vrees echter dat dat geen meerderheid gaat halen. Maar ik denk dan wel de conclusie te mogen trekken dat we de minister-president volgende week mogen verwachten bij het coronadebat. Dat is dan in ieder geval wel de conclusie.

De voorzitter:

Van wie? Van u, die conclusie?

De heer Van Gerven (SP):

Nee, heel veel partijen zeggen: betrek het bij het debat volgende week. Het is gericht aan de minister-president, dus het lijkt mij dat die conclusie in ieder geval getrokken kan worden.

De voorzitter:

Goed. Mevrouw Tellegen namens de VVD.

Mevrouw Tellegen (VVD):

Geen steun.

De voorzitter:

Dan kijk ik even wie het wel steunt. De heer Bisschop? Nee. Mevrouw Van der Graaf?

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):

Ook namens de ChristenUnie: heel graag betrekken bij het debat van volgende week om het te kunnen bespreken.

Mevrouw Van Brenk (50PLUS):

Voorzitter. Wij waren er al geen voorstander van om het debat van deze week uit te stellen. Het blijkt ook maar weer dat dat best had gekund, dus wel steun.

De voorzitter:

Oké. U heeft geen meerderheid, mevrouw Ploumen.

Mevrouw Ploumen (PvdA):

Voorzitter, dan betrekken we het bij het debat van volgende week.

De voorzitter:

Dank u wel. U had nog een verzoek, zie ik.

Mevrouw Ploumen (PvdA):

Dat klopt, voorzitter. Ik heb nog een verzoek en dat doe ik mede namens de fracties van GroenLinks en de SP. Het is een verzoek om een debat te voeren met de minister-president. De cijfers van het CPB logen er niet om vanochtend. De coronacrisis en de keuzes die we gaan maken, zullen grote invloed hebben op ons leven, niet alleen nu maar ook in de komende jaren. Eerder hebben we een debat gevoerd over de economische gevolgen, op verzoek van de heer Klaver. Nu zouden wij heel graag een debat willen voeren over de maatschappelijke gevolgen hiervan, een hoofdlijnendebat met de premier over "wat is de weg uit de coronacrisis op de langere termijn", in te plannen voor het reces — excuus, voorzitter — omdat we dan het kabinet nog kunnen vragen om de uitkomsten van dat debat te betrekken bij de Prinsjesdagstukken.

Mevrouw Agema (PVV):

Het verwondert mij dat dit mede namens GroenLinks is, omdat GroenLinks vorige week volgens mij nog voorstelde dat de minister-president maar helemaal niet meer bij de coronadebatten aanwezig moest zijn. Maar goed, het lijkt me prima om deze onderwerpen te voegen bij het debat van volgende week.

De voorzitter:

Dus geen steun.

De heer Bisschop (SGP):

Voorzitter. Dit lijkt mij een prima thema om bij een van de periodieke debatten te voegen, dus geen apart debat hier nog eens een keer weer over.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Geen steun, voorzitter.

Mevrouw Bergkamp (D66):

Voorzitter, het lijkt me inderdaad goed om het bij een van de reguliere debatten te betrekken. Het is wel een belangrijk onderwerp.

Mevrouw Tellegen (VVD):

Geen steun.

De heer Van Raan (PvdD):

Voorzitter, steun.

De voorzitter:

Dan heeft u geen meerderheid, mevrouw Ploumen.

Mevrouw Ploumen (PvdA):

Nee, voorzitter. Ik zou wel willen opmerken dat we bij de coronadebatten al heel veel onderwerpen bespreken, omdat er veel gebeurt. Zeker als een debat een week wordt uitgesteld met steun van de coalitie, wordt het wel moeilijk om recht te doen aan de zorgen van de mensen over wat ons te wachten staat.

De voorzitter:

Dank u wel.

Dan ga ik naar de heer Krol namens de Groep Krol/van Kooten-Arissen. De heer Krol.

De heer Krol (GKVK):

Mevrouw de voorzitter. Er staat een debat gepland met de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, maar het gaat over de aanpak van wonen en zorg. Vandaar dat ik ook graag de minister van Binnenlandse Zaken daarbij zou willen uitnodigen.

De voorzitter:

En dat debat zou na het reces plaatsvinden, na het zomerreces?

De heer Krol (GKVK):

Ja.

Mevrouw Agema (PVV):

Dit gaat over het debat dat ik eerder heb aangevraagd en dat toen lopende de plenaire week zomaar door de coalitie van de lijst af werd gehaald. Ik weet niet of u zich dat nog kunt herinneren, voorzitter. Het zou heel snel daarna weer ingepland gaan worden. Dat is al die tijd niet gebeurd, dus nu moeten we maar weer wachten tot na het reces, geloof ik.

De voorzitter:

Maar u steunt het verzoek?

Mevrouw Agema (PVV):

Volgens mij is allang gevraagd of de minister van BZK erbij zal zijn.

Mevrouw Bergkamp (D66):

Voorzitter. Ik sluit mij in die zin aan bij de woorden van mevrouw Agema. Volgens mij hadden we al gezegd dat het prima was dat de minister van Binnenlandse Zaken en Wonen erbij zou zijn, dus prima.

De voorzitter:

Als iedereen het daarover eens is, waarom vraagt u dat?

De heer Krol (GKVK):

Ik ga gauw weer zitten.

De voorzitter:

Wist u dat niet? Wist u niet dat al eerder is afgesproken dat de minister van Binnenlandse Zaken ...

De heer Krol (GKVK):

Dat wist ik niet, maar ...

De voorzitter:

Oké. Nou, dat onthouden we dan.

De heer Krol (GKVK):

Dank u.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Krol.

Mevrouw Agema namens de PVV.

Mevrouw Agema (PVV):

Dank u wel, voorzitter. Eén keer in de zoveel jaar doet de inspectie onderzoek bij alle verpleeghuizen. Ook nu weer zijn alle verpleeghuizen bezocht. Er is een rapport over uitgebracht en daar staan een aantal echt choquerende conclusies in, onder meer dat bijna de helft van de verpleeghuizen niet of grotendeels niet beschikt over voldoende deskundige medewerkers. Ja, het is nog altijd niet in orde, dus ik zou graag een meerderheidsdebat aanvragen. Ik denk niet dat ik de handen op elkaar krijg om dat voor het reces te organiseren, maar dan toch heel graag vlak erna.

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):

Steun namens de ChristenUnie.

Mevrouw Ploumen (PvdA):

Steun.

De heer Öztürk (DENK):

Steun.

Mevrouw Van Brenk (50PLUS):

Voorzitter, schokkend inderdaad, dus steun.

De heer Bisschop (SGP):

Steun, voorzitter.

De heer Krol (GKVK):

Steun.

Mevrouw Bergkamp (D66):

Voorzitter, steun voor het debat. Als een AO Verpleeghuizen na het reces sneller is, dan liever een AO, maar steun voor het debat.

De heer Van Raan (PvdD):

Ik hoor net mede namens Tom van der Lee: steun.

De voorzitter:

Dat is ook wel handig.

Mevrouw Tellegen (VVD):

Geen steun.

Mevrouw Agema (PVV):

Wow.

De heer Van Gerven (SP):

Steun.

De voorzitter:

U heeft gewoon een meerderheid, ook na het reces.

Mevrouw Agema (PVV):

Dank u wel, voorzitter. Behalve dan van de VVD.

De voorzitter:

Maar u heeft wel steun!

Mevrouw Van Brenk namens 50PLUS.

Mevrouw Van Brenk (50PLUS):

Voorzitter. Volgende week hebben wij een AO over pensioenen, maar ik denk dat de grootste en de meest essentiële transitie over pensioenen een plenair debat rechtvaardigt. Omdat het misschien dreigend de grootste onteigening van een heleboel burgers in Nederland is, denk ik dat het zaak is dat wij voor het reces hierover praten met elkaar.

De voorzitter:

Oké. Mevrouw Van Toorenburg van het CDA, dan de heer Öztürk en dan de heer Van der Lee.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Zoals mevrouw Van Brenk zelf zegt, is er een debat gepland, een algemeen overleg. Dat is ook een volwaardig debat over pensioenen, dus daar kunnen we deze thematiek bespreken. Wellicht volgt daar een VAO uit en dan komt het alsnog in deze zaal. Dan heeft mevrouw Van Brenk alsnog haar zin.

De voorzitter:

Dus geen steun voor een plenair debat.

De heer Öztürk (DENK):

Steun voor het verzoek.

De voorzitter:

Dan de heer Van der Lee namens GroenLinks. Ik zie de heer Bisschop kijken. Was u eerder? Nou ja, dat maakt niet uit. Als jullie zo naar elkaar blijven kijken, ga ik naar mevrouw Bergkamp.

De heer Bisschop (SGP):

Voorzitter. We blijven niet eindeloos op elkaar wachten. Ik heb de heer Van der Lee voldoende gelegenheid gegeven om voor te gaan.

De voorzitter:

Hij is heel bescheiden. Soms.

De heer Bisschop (SGP):

Daarom. Dat waarderen we zeer in deze collega. Het lijkt me het handigst om het aan het al staande algemeen overleg over pensioenen te koppelen en om inderdaad via dat kanaal naar deze zaal te gaan.

De heer Van der Lee (GroenLinks):

Geen steun. AO en VAO is de beste weg. Dan is er ook nog tijd voor de zomer.

De voorzitter:

Mevrouw Bergkamp? Of mevrouw Agema? Eerst mevrouw Agema.

Mevrouw Agema (PVV):

Steun.

De voorzitter:

Dan mevrouw Bergkamp.

Mevrouw Bergkamp (D66):

Dank u wel, voorzitter. Geen steun. Betrekken bij het AO, zoals mevrouw Van Toorenburg ook al aangaf.

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):

Geen steun voor een apart debat nu, maar het wel bespreken in het AO dat al gepland is.

De heer Krol (GKVK):

Steun.

Mevrouw Tellegen (VVD):

Geen steun.

De heer Van Gerven (SP):

Voorzitter, ongelofelijk dat de coalitie een debat over zo'n belangrijk onderwerp, dat zo veel mensen aangaat, niet wil steunen. Steun van de SP.

De voorzitter:

Het was niet alleen de coalitie die dit verzoek niet heeft gesteund, meneer Van Gerven. U heeft geen meerderheid, mevrouw Van Brenk.

Mevrouw Van Brenk (50PLUS):

Voorzitter. Ik kondig nu al aan dat ik bij een volgende regeling in ieder geval om een interpellatiedebat zal vragen, omdat ik dit zó belangrijk vind.

De voorzitter:

Dat staat u vrij, mevrouw Van Brenk. Dank u wel.

Mevrouw Buitenweg namens GroenLinks.

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):

Dank u wel, mevrouw de voorzitter. We zitten in een beetje merkwaardige situatie. Het kabinet heeft gezegd dat er voor 1 juli een nieuwe coronawet moet komen. Die is ook al ter consultatie aangeboden en heeft tot heel veel controverse geleid. Een aantal coalitiepartijen heeft al gezegd dat de wet er zo niet doorheen zal komen. Maar de Kamer heeft nog niks gezien. Ik wil graag weten wat nu het tijdpad gaat zijn. Ik wil dus graag een brief van het kabinet, want "voor 1 juli" nadert natuurlijk rap. En wij willen toch ook wel echt goed gaan bestuderen wat er in het voorstel staat en of we daar überhaupt wel mee akkoord kunnen gaan. Dus ik wil graag een brief waarin staat wat het tijdpad is en ook wat de gevolgen zullen zijn voor bijvoorbeeld de handhaving als we niet per 1 juli zo'n coronawet hebben, zoals door het kabinet wordt gewenst. Ik krijg dus graag deze opheldering, en nog deze week.

De voorzitter:

Mevrouw Van Toorenburg namens het CDA. Dan mevrouw Ploumen, mevrouw Agema en de heer Öztürk.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Ik spreek even namens mevrouw Tellegen van de VVD, anders wordt het zo druk hier bij de microfoon. Steun, voorzitter.

Mevrouw Ploumen (PvdA):

Voorzitter, ook steun. Ik zeg het mevrouw Buitenweg na: wij willen gewoon de kans krijgen om dit goed te behandelen.

De voorzitter:

O, waarom doe ik dit eigenlijk? Ik ben helemaal vergeten ...

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):

Dat is precies waarom ik het wil.

De voorzitter:

Nee, nee, nee. Dit verzoek heeft geen meerderheid nodig. Als iedereen het ermee eens is ... Nou ja, dat hoeft ook weer niet. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):

En ik wil ook ...

De voorzitter:

Ja, voor volgende week in verband met het coronadebat.

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):

Nee, ik wil het déze week hebben. Ik wil het eigenlijk voor morgenavond hebben. Want we moeten ons hier echt ook goed op kunnen voorbereiden. Ik wil dus voor morgenavond die brief waarin staat wat het tijdpad is.

De voorzitter:

Oké. Ik stel voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. Dank u wel, mevrouw Buitenweg.

Ik heb voor nu de heer Van Gent op mijn lijstje staan, maar ik zie hem niet. O ja, hij zit helemaal achterin. De heer Van Gent namens de VVD.

De heer Van Gent (VVD):

Mevrouw de voorzitter. Gisteren is er een ongevraagd advies verschenen van de Raad van State over de ministeriële verantwoordelijkheid. Maar als je het goed bekijkt, gaat het advies eigenlijk veel breder; het gaat over staatkundige verhoudingen. Ik citeer uit het rapport. Het gaat over "het hart van onze parlementaire democratie". Dus ik vind dat wij het aan onze stand verplicht zijn om daarover te gaan debatteren. Inmiddels heeft, enkele uren terug, overigens ook de minister gereageerd. Zij heeft ook gezegd dat er een kabinetsreactie komt en dat ze graag met ons hierover in debat gaat. Dus wat mij betreft wachten we op die reactie, maar ik wil graag gelijk daarna een debat hierover houden met de minister van Binnenlandse Zaken.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Steun, voorzitter.

Mevrouw Bergkamp (D66):

Voorzitter, als ik de heer Van Gent hoor, word ik helemaal enthousiast, dus steun.

De heer Bisschop (SGP):

Voorzitter, het lijkt me heel goed om hier een fundamenteel debat over te voeren. Steun.

Mevrouw Ploumen (PvdA):

Voorzitter, ik word helemaal niet enthousiast als ik de heer Van Gent hoor. Sorry, verder is hij best aardig, maar dit lijkt me een onderwerp dat prima te betrekken is bij een van de andere debatten die gevoerd worden. Het is een ongevraagd advies en het staat ons allen vrij om daarover te spreken, maar het lijkt me dat het niet nodig is om hier een apart debat over te houden.

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):

De ChristenUnie wil er wel graag over spreken, dus steun.

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):

Het is fijn dat er een reactie komt van het kabinet. Maar ik denk dat het gepast is als eerst in de procedurevergadering wordt besproken op welke wijze hier een vervolg aan gegeven wordt.

De heer Öztürk (DENK):

Voorzitter, ik denk dat het goed is als we een fundamenteel debat voeren, dus alle steun voor dit verzoek.

De heer Van Gerven (SP):

Voorzitter, dit is een ongehoord, ongevraagd advies. Dus volop steun voor dit debat.

De voorzitter:

U heeft een meerderheid, meneer Van Gent. Dank u wel.

De heer Omtzigt. Het mag ook bij de interruptiemicrofoon; wat u wilt.

De heer Omtzigt (CDA):

Dank u wel, voorzitter. Ik zou willen vragen om donderdag nog te stemmen over het wetsvoorstel over de compensatie voor de ouders, de Awir. Dan hebben we al een stemmingsmoment vanwege de Europese top.

De voorzitter:

Dus donderdag stemmingen. Heeft iemand daar bezwaar tegen? Niet? Dan gaan we donderdag stemmen. Dank jullie wel.

Daarmee zijn we ook aan het einde gekomen van de regeling van werkzaamheden. Ik schors de vergadering enkele ogenblikken. Daarna gaan we hoofdelijk stemmen.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven