6 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik deel aan de Kamer mee dat de fractie van het CDA bij de stemmingen op 4 juni jongstleden over de motie-Verhoeven c.s. (26643, nr. 611) geacht wenst te worden vóór deze motie te hebben gestemd.

Ik stel voor de volgende wetsvoorstellen toe te voegen aan de agenda van de Kamer:

  • -het wetsvoorstel Regels voor het produceren van elektriciteit met behulp van kolen (Wet verbod op kolen bij elektriciteitsproductie) (35167);

  • -het wetsvoorstel Wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering tot intrekking van de verplichting om elektronisch te procederen bij de rechtbanken Gelderland en Midden-Nederland en tot verruiming van de mogelijkheden van de mondelinge behandeling in het civiele procesrecht (35175);

  • -het wetsvoorstel Wijziging van Boek 8 en Boek 10 van het Burgerlijk Wetboek, het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en het Wetboek van Strafrecht in verband met de uitvoering van het Verdrag van de Verenigde Naties inzake de overeenkomsten voor het internationaal vervoer van goederen geheel of gedeeltelijk over zee (Trb. 2011, 222 en 2013, 42) (Uitvoeringswet Rotterdam Rules) (34991);

  • -het wetsvoorstel Goedkeuring van het op 11 december 2008 te New York tot stand gekomen Verdrag van de Verenigde Naties inzake de overeenkomsten voor het internationaal vervoer van goederen geheel of gedeeltelijk over zee (Trb. 2011, 222 en Trb. 2013, 42) (34992 (R2106));

  • -het wetsvoorstel Wijziging van de Penitentiaire beginselenwet, het Wetboek van Strafrecht en enige andere wetten in verband met de wijziging van de regeling inzake detentiefasering en voorwaardelijke invrijheidstelling (Wet straffen en beschermen) (35122);

  • -het wetsvoorstel Implementatie van de richtlijn (EU) 2017/1371 van het Europees parlement en de Raad van 5 juli 2017 betreffende de strafrechtelijke bestrijding van fraude die de financiële belangen van de Unie schaadt (PbEU 2017, L 198) (35160);

  • -het wetsvoorstel Wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 en het Wetboek van Strafrecht in verband met strafbaarstelling van zeer gevaarlijk rijgedrag en verhoging van de strafmaxima van enkele ernstige verkeersdelicten met het oog op versterking van de verkeershandhaving (aanscherping strafrechtelijke aansprakelijkheid ernstige verkeersdelicten) (35086).

Op verzoek van de aanvrager stel ik voor het debat over de uitkomsten van de Europese top in Salzburg inzake de brexit van de agenda af te voeren.

Aangezien zich geen sprekers meer hebben gemeld, stel ik voor het VSO inzake het ontwerpbesluit experiment gesloten coffeeshopketen van de agenda af te voeren.

Op verzoek van de fractie van de D66 benoem ik in de commissie voor de Verzoekschriften en de Burgerinitiatieven het lid Den Boer tot plaatsvervangend lid in de bestaande vacature.

Ik stel voor de volgende stukken van de stand van werkzaamheden af te voeren: 26991-550; 26991-522; 31793-183; 34952-63; 34952-44; 34952-40; 34892-16; 29282-355; 29282-354; 35087-6; 29282-359; 29282-358; 29689-967; 29282-356; 29282-357; 29282-351; 31016-211; 29282-350; 29282-344; 29282-346; 29282-347; 29282-348; 29282-343; 33578-53; 23235-176; 29282-342; 29282-313; 29282-304; 29282-301; 29282-302; 29282-305; 31839-653; 31839-614; 31839-612; 31839-635; 32847-470; 21501-32-1179; 30821-69; 29282-352; 33529-606; 25087-237; 25087-223; 25087-229; 35000-A-83; 35000-XII-74; 29385-97; 22112-2803; 32813-326; 32813-324; 31239-298; 32861-47; 32861-46; 33529-611; 2019Z10611; 29385-100; 35000-A-92; 35000-A-96; 35000-A-93; 35209-1; 35000-VI-119; 35080-22; 28684-562; 35209-2; 19637-2499; 19637-2498.

Op verzoek van een aantal leden stel ik voor, enkele door hen ingediende moties opnieuw aan te houden: 31936-549; 31936-567; 35036-24; 35000-XII-44; 31015-170; 31936-554; 33037-340; 31305-284; 32849-165 en 28089-103.

Ik stel voor toe te voegen aan de agenda:

  • -het VAO Onderhoud wegen en bruggen (AO d.d. 4/06), met als eerste spreker de heer Van Aalst (PVV);

  • -het VAO Vernieuwde rulingpraktijk (AO d.d. 4/06), met als eerste spreker mevrouw Leijten (SP);

  • -het VAO Erfgoed en monumenten (AO d.d. 05/06, met als eerste spreker mevrouw Beckerman (SP).

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Dan geef ik nu het woord aan mevrouw Van Kooten-Arissen namens de Partij voor de Dieren.

Mevrouw Van Kooten-Arissen (PvdD):

Voorzitter. Inlichtingendiensten werven op intimiderende wijze infiltranten onder activisten, die met open vizier protesteren voor een betere, leefbare wereld, zoals jongeren, die staken voor het klimaat. Dan staat opeens de inlichtingendienst in je achtertuin. De Partij voor de Dieren is tegen de afluistersamenleving. Dit is ongehoord en daarom wil ik graag een debat aanvragen met de minister van Binnenlandse Zaken en de minister van Justitie en Veiligheid, voorafgegaan door een reactie van het kabinet, met daarin antwoord op de vraag hoelang dit al gaande is en welke soorten activisten door de inlichtingendienst voor infiltratie worden getarget.

Mevrouw Den Boer (D66):

Vanochtend tijdens de procedurevergadering hebben we ook al een reactie gevraagd aan de minister op de inzet van informanten en eventueel infiltranten. Dat lijkt mij voorlopig afdoende. Dan zien we daarna wel of het nog nodig is om een debat te voeren. Dus geen steun voor een debat op dit moment.

De heer Öztürk (DENK):

Dat is voor ons voorlopig niet voldoende. Wat daar gebeurt, kan niet. Zo gaan we niet met onze samenleving om. Dus graag steun voor een debat en een brief voor het debat.

De heer Van der Molen (CDA):

Als je de radicalisering in de hoek van het milieu en de dierenrechten ziet, is het denk ik ook begrijpelijk dat de inlichtingendiensten om de hoek willen kijken. Maar ik sluit mij aan bij wat mevrouw Den Boer zei: er is al een brief gevraagd; laten we die afwachten en laten we dan kijken of er nog een debat nodig is.

De voorzitter:

Dus geen steun.

De heer Markuszower (PVV):

Het lijkt me heel goed dat die vrienden van Volkert van der Graaf een beetje gevolgd worden. Het lijkt me verstandig dat de Partij voor de Dieren zich verre houdt van dit onderzoek.

De voorzitter:

Ik weet nog steeds niet of u het steunt of niet.

De heer Markuszower (PVV):

Geen steun.

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):

Ik had juist gedacht dat hij dat zou willen bespreken in een debat. Ik wil graag wel een brief. Ook steun voor het debat. Dan zien we wel wat legitiem was en wat niet.

Mevrouw Kuiken (PvdA):

Voorzitter. Ik wil nu eerst de brief en dan bepalen of we een debat gaan voeren en, zo ja, wanneer. Dus op dit moment geen steun.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Eerst een brief en dan kijken of we een debat moeten voeren.

De heer Van Raak (SP):

Ja, ik wil hier opheldering over. Daarom is vanochtend besloten om een brief te vragen. Nu opnieuw een brief vragen, kan niet, want dan hebben we er twee. Ik wil wel goed kijken naar wat er in die brief staat, wat de uitleg is. Daarna wil ik graag kijken of een debat nodig is.

De heer Geleijnse (50PLUS):

Geen steun, voorzitter.

De voorzitter:

Mevrouw Van Kooten-Arissen.

Mevrouw Van Kooten-Arissen (PvdD):

Ik zie geen steun. Wel voor een dertigledendebat?

De voorzitter:

Ook niet.

Mevrouw Van Kooten-Arissen (PvdD):

Ik had het debat al aangevraagd voordat de brief in de procedurevergadering werd aangevraagd. Ik wacht de brief dan ook af, met de vragen die ik eraan heb toegevoegd.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan geef ik nu het woord aan mevrouw Kuiken namens de PvdA.

Mevrouw Kuiken (PvdA):

Voorzitter. Vanochtend bereikte ons het bericht dat het afgelopen weekend een gevaarlijk persoon is ontsnapt; levensgevaarlijk volgens de eigen familie. Wederom is iemand ontsnapt uit de kliniek Den Dolder. Als al deze feiten waar blijken te zijn, hebben we echt een levensgroot probleem dat niet valt uit te leggen. Ik snap de onrust van de familie, van de omwonenden en ook van de burgemeester die niet was geïnformeerd, heel erg goed. Er is inmiddels een brief gevraagd. Toch wil ik ook een debat vragen over de forensische zorg en over de wijze waarop omwonenden worden meegenomen. Ik wil het debat ook omdat de minister voortdurend beloftes doet, maar niet ingrijpt. Ik wil een vinger aan de pols houden en vraag dus ook alsnog een debat aan.

De heer Markuszower (PVV):

Steun, maar ik denk wel dat we het debat snel moeten voeren. Ik wil eigenlijk aan mevrouw Kuiken vragen wanneer ze het wil voeren.

De voorzitter:

Dat heeft mevrouw Kuiken er niet bij gezegd.

Mevrouw Kuiken (PvdA):

Ik wil het snel. Op donderdag 28 juni hebben we het AO Tbs staan. Mijn voorstel zou zijn om het dan in ieder geval te bespreken. Vervolgens stel ik voor om het debat heel snel daarna opnieuw in te plannen. Dat zal dan na het zomerreces zijn. Dan kunnen we namelijk ook alle voortgangsrapportages meenemen over de forensische zorg, ook naar aanleiding van Michael P. Dat is echt nodig.

De heer Markuszower (PVV):

Steun voor het verzoek, maar ik zou heel graag veel sneller hierover willen debatteren. Die psychopaat loopt vrij rond en Nederland loopt dus gevaar.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Voorzitter. Het is een ingewikkeld verzoek dat mevrouw Kuiken nu doet. Inderdaad hebben wij vanmorgen in de procedurevergadering besloten dat wij zo snel mogelijk een brief willen hebben die wij in het aanstaande AO Tbs zullen behandelen, dus dat doen we al. Vervolgens hebben we ook een aantal debatten staan over de gevaren van psychiatrische patiënten. Ik wil dat dan liever daarbij betrekken. We hebben nog een aantal vreselijke situaties te bespreken, zoals de vreselijke dood van Joost. Daarbij hebben we als Kamer ook al gezegd dat we de voortgang aan de orde zullen stellen. Er komt dus nog een aantal debatten en daar willen we het bij betrekken.

De voorzitter:

Er staan inderdaad twee debatten op de lijst. Eentje van uzelf, mevrouw Van Toorenburg, en een van de heer Markuszower. Ja, dat was u vergeten; dat dacht ik al.

Dan ga ik naar mevrouw Buitenweg namens GroenLinks.

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):

Dank u wel. Een heel belangrijk onderwerp, dus goed dat in ieder geval die brief is gevraagd. Ik weet dat de omwonenden zich inderdaad grote zorgen maken. Ik denk dat het voldoende is om het te betrekken bij de zaken die al gepland zijn. Dan kunnen we altijd nog kijken of er een apart debat nodig is. Ik waardeer wel de breedte die mevrouw Kuiken zoekt. Ik denk dat het goed is om op dit moment een brief te vragen en het dan te betrekken bij al geplande debatten. Dan kunnen we ook snel met het onderwerp aan de slag.

Mevrouw Van Kooten-Arissen (PvdD):

Voorzitter. Het lijkt me heel belangrijk dat er snel over gesproken wordt. Als het in een AO kan, lijkt me dat goed. Ik wil ook het verzoek steunen om daar nog apart een debat over te voeren.

De heer Baudet (FvD):

Ik steun dit verzoek, en ook de opmerking van ambtsgenoot Markuszower dat het snel moet. Het brede van deze debataanvraag is ook ontzettend belangrijk, want eigenlijk moet het hele stelsel opnieuw tegen het licht gehouden worden. Willen wij keer op keer mensen opnieuw een kans geven, keer op keer de veiligheid van de samenleving in gevaar brengen omdat wij altijd maar bezig zijn met dat re-integratieproces?

De voorzitter:

Dank u wel.

De heer Baudet (FvD):

Of moeten wij daar op een gegeven moment toch heel anders over gaan nadenken? Deze mensen hebben keer op keer bewezen dat ze gewoon bereid zijn de meest vreselijke gewelddaden te plegen, en zij komen gewoon niet meer vrij. Punt.

De voorzitter:

Ja, dank u wel.

De heer Baudet (FvD):

En dat moet betrokken worden bij dat debat.

De voorzitter:

Ja, helder meneer Baudet.

De heer Baudet (FvD):

Mooi.

De voorzitter:

Uw standpunt is duidelijk. Dank u wel.

De heer Van Wijngaarden (VVD):

Ik ben het eens met de vorige spreker dat we hier snel over moeten spreken. Maar het mooie is dat we dat dus ook gaan doen, want er staan debatten gepland. Het is dus niet nodig om daar nu nóg een debat bij te gaan plannen op zo'n korte termijn.

De heer Azarkan (DENK):

Voorzitter. Ik heb ook een voorkeur om het te betrekken bij een te plannen debat, maar ik steun ook het verzoek.

De heer Groothuizen (D66):

Ik sluit mij aan bij het voorstel van mevrouw Van Toorenburg.

De heer Stoffer (SGP):

Steun.

De heer Geleijnse (50PLUS):

Steun.

De heer Van Raak (SP):

Ik wil hier ook zo snel mogelijk over spreken. Er staat nu een debat gepland, dus laten we dat debat voeren.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Ik krijg graag eerst duidelijkheid over de brief. Daarna wil ik graag zo snel mogelijk in een AO duidelijkheid krijgen.

De voorzitter:

Mevrouw Kuiken, u heeft geen meerderheid voor het houden van een debat. Misschien is het wel een idee om dit met de heer Markuszower en met mevrouw Van Toorenburg onderling even af te stemmen. Er staan debatten op de lijst. U zou dan gezamenlijk een voorstel kunnen doen.

Mevrouw Kuiken (PvdA):

Dat moet inderdaad even in zo'n proces. Daarom zou ik u willen verzoeken om nu een dertigledendebat te noteren. Maar ik pak de handschoen op. Waar het hier om gaat, is feitelijk geen tbs. Ik zal, ook naar aanleiding van het geplande algemeen overleg over tbs, bekijken of dit afdoende behandeld is en, zo niet, op welke manier we het debat dan gaan voortzetten. Dank u wel.

De voorzitter:

Dan voegen we dit debat toe aan de lijst van dertigledendebatten. Dank u wel.

U loopt al weg, mevrouw Kuiken, maar u had nog een verzoek.

Mevrouw Kuiken (PvdA):

Och, ja. Ik pak even mijn aantekeningen.

Sorry, voorzitter. Op sommige dagen ben je wat scherper, en op sommige dagen wat minder scherp.

Voorzitter. Ik sta hier nu even in mijn rol van voorzitter van de commissie LNV. De leden van die commissie verzoeken het debat over de uitspraak van de Raad van State over het Programma Aanpak Stikstof nog voor het zomerreces in te plannen, en daarbij ook de minister van Binnenlandse Zaken uit te nodigen. De staatssecretaris van IenW was al uitgenodigd, maar gelet op de grote gevolgen en het karakter van spoed, vragen wij ook de minister erbij.

De voorzitter:

Wij gaan daar in de planning rekening mee houden. Ik wil jullie wel even meegeven dat wij hier 5 juli voor het laatst zijn. De plenaire agenda is tot die tijd bijna vol. Dat geef ik gewoon mee. Ja, bijna. Ik zie nog wat mensen aanstalten maken om een aanvraag te doen, dus dat "bijna" had ik niet moeten zeggen. Dank jullie wel.

Het woord is aan de heer Kerstens.

De heer Kerstens (PvdA):

Voorzitter. De onderhandelingen voor nieuwe cao's voor meer dan een miljoen mensen in de zorg lopen erg moeizaam. In de jeugdzorg, in de ziekenhuizen komt het binnenkort tot acties. Dat is, zeg ik maar, omdat het kabinet er te weinig geld voor heeft uitgetrokken. Maar vanochtend lazen we in een bericht van de Nederlandse Zorgautoriteit dat er ook te weinig geld beschikbaar is voor het uitbetalen van loonsverhogingen in de wijkverpleging die vorig jaar al zijn afgesproken.

De voorzitter:

U gaat toch niet alles samenvatten, meneer Kerstens?

De heer Kerstens (PvdA):

Nee hoor. Dit gebeurt, terwijl de zorgverzekeraars 290 miljoen overhadden. Ik zou daarover graag in debat willen met de minister van VWS.

Mevrouw Van den Berg (CDA):

Voorzitter. Geen steun voor het debat. Ik vind het wel prima als daar even een brief over komt. Ten eerste dienen de onderhandelingen plaats te vinden tussen werkgevers en vakbonden. Ten tweede hebben wij nog een vervolg van het overleg over de arbeidsmarkt.

De heer De Lange (VVD):

Kortheidshalve sluit ik me daarbij aan.

Mevrouw Bergkamp (D66):

Ik sluit me aan bij de woorden van mevrouw Van den Berg van het CDA.

De heer Hijink (SP):

Ja, het klopt: we hebben nog een vervolg. Dat duurt nog even, maar als we het debat nu plenair gaan inplannen, wordt het ook pas tegen de kerst. Dus ik zou zeggen: laten we kijken of we het in die commissievergadering kunnen doen. Dat is nog voor de zomer. Ik ga het in ieder geval daar aan de orde stellen.

Mevrouw Agema (PVV):

De minister houdt de hele tijd mooie praatjes, met een loonruimte van 1,7 miljard die er zou zijn. Natuurlijk is dat niet zoveel op 1,2 miljoen medewerkers in de zorg. Maar ik denk inderdaad dat de tweede termijn van het AO Arbeidsmarktbeleid daarvoor de geëigende plek is, want dan kunnen we de minister nog voor de zomer hiermee om de oren slaan.

De heer Geleijnse (50PLUS):

Ik zou voor willen stellen dat we de minister om een brief, dus niet om een briefje, vragen en dat we dit vervolgens betrekken bij de commissievergadering nog voor de zomer. Dat is gewoon de snelste methode. Dus geen steun voor een plenair debat.

De heer Öztürk (DENK):

Dat geldt ook voor DENK.

De heer Renkema (GroenLinks):

Loonontwikkeling in de zorg is belangrijk. Wel steun voor een debat hierover.

De heer Stoffer (SGP):

Geen steun, ook betrekken bij het al eerder genoemde AO.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Dat geldt ook voor de ChristenUnie.

De voorzitter:

Meneer Kerstens.

De heer Kerstens (PvdA):

Ik heb het gehoord, voorzitter. Ik heb ook gehoord dat er behoefte is aan een brief. Die behoefte bestaat bij mij ook. Dan zou ik willen verzoeken om de minister expliciet te vragen om een reactie op een eerder ingediende motie van mijn hand. Ik heb het nummer hier bij de hand, als dat behulpzaam is. In die motie hebben wij de minister aangesproken op zijn verantwoordelijkheid op dit terrein.

De voorzitter:

U mag het nummer even noemen. We zijn toch bezig.

De heer Kerstens (PvdA):

Precies. Het gaat om 29689, nr. 953.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Tot slot mevrouw Özütok namens GroenLinks.

Mevrouw Özütok (GroenLinks):

Voorzitter. ICT en overheid is een risicovolle relatie. Dat blijkt al uit de praktijk en het verleden. Nu blijkt uit een artikel in het Algemeen Dagblad dat er vooral heel dure externen worden ingehuurd om ICT-klussen uit te voeren. Ik vind dit zorgelijk en wil daarover graag een debat met de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

De heer Van Raak (SP):

Ik heb goed nieuws voor mevrouw Özütok. Zoals ze in het artikel kon lezen, ben ik bezig met een initiatiefwet. We hebben de Roemernorm, die de inhuur van externen moet beperken. Die gaat nu weer door het dak. Nou, die initiatiefwet, die komt eraan. Ik ga het debat daarover met mevrouw Özütok van harte aan.

De voorzitter:

Maar is dat steun of geen steun?

De heer Van Raak (SP):

Laat ik eerst de wet maken. Dat is misschien handig. Dan kunnen we daarna het debat voeren.

De voorzitter:

Dus voorlopig geen steun.

De heer Van der Molen (CDA):

Voorzitter. Ik heb ook goed nieuws voor mevrouw Özütok. We hebben binnenkort een algemeen overleg over de rijksdienst, waarbij we ook gaan praten over externe inhuur. Ik kan me best voorstellen dat we dit artikel daar ook bij betrekken. Dus geen steun voor een apart debat.

De heer Middendorp (VVD):

Ik vraag me nog even af of de aankondiging van de heer Van Raak goed nieuws is, maar ik kijk daar in ieder geval naar uit. Ik sluit me ook aan bij de heer Van der Molen dat er ook ander goed nieuws is: we kunnen dit bespreken in het AO Rijksdienst. Ik heb nóg beter nieuws, want we gaan namelijk ook een WGO doen over het jaarverslag BZK. Daar lijkt me dit ook een heel mooi onderwerp voor. Dat is al op 20 juni. Dus geen steun voor nu, maar daarna gaan we het bespreken.

De voorzitter:

Een WGO is een wetgevingsoverleg.

Mevrouw Den Boer (D66):

Voorzitter. Ik begrijp de verwondering van mevrouw Özütok over de externe inhuur. Ik had morgen ook al een brief willen aanvragen, maar ik vind een brief op dit moment voldoende. Die kan dan later worden geagendeerd voor dat AO Rijksdienst of eventueel het wetgevingsoverleg. Dat lijkt me voor dit moment afdoende. Dank u wel, voorzitter.

De heer Öztürk (DENK):

Voorzitter, een heel belangrijk punt. Maar ik heb net zo veel goed nieuws gehoord, ik denk dat dat misschien iets sneller is dan het voorstel van mevrouw Özütok, dus geen steun.

Mevrouw Agema (PVV):

Steun.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Eerst een brief lijkt me de juiste route.

De voorzitter:

Mevrouw Özütok, u heeft geen ...

Mevrouw Özütok (GroenLinks):

Dan wacht ik graag de brief af. Met zo veel goed nieuws kan ik het nog wel even volhouden. Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Özütok. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. Waarmee we zijn gekomen aan het eind van de regeling van werkzaamheden. Ik schors de vergadering voor enkele ogenblikken.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Voorzitter: Martin Bosma

Naar boven