20 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Op verzoek van de aanvragers stel ik voor, het debat over de afvalwaterinjectie door NAM en het debat over onderhandse zorgcontracten bij thuiszorgaanbieder Alliade van de agenda af te voeren.

Op verzoek van een aantal leden stel ik voor, de volgende door hen ingediende moties opnieuw aan te houden: 28286-876; 34346-4; 28286-875; 34346-3; 28286-870; 28286-871; 33043-55; 34228-13; 30196-324.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Sjoerdsma namens D66.

De heer Sjoerdsma (D66):

Voorzitter. Bijna negen dagen sloot de coalitie zich in het Torentje op om te onderhandelen over bed-bad-brood en bijna viel het kabinet, maar nu, ruim een jaar later, is er nog steeds geen akkoord. Sterker nog: de burgemeester van Amsterdam, de heer Van der Laan, zegt dat er geen akkoord meer gaat komen en dat de coalitie dit voor zich uit schuift naar de nieuwe verkiezingen. De winter komt er echter aan en ik vind dat onze gemeenten duidelijkheid moeten hebben over hoe deze bed-bad-broodregeling precies in haar werk gaat. Daarom verzoek ik u, voorzitter, om het al door mevrouw Voortman aangevraagde debat over dit onderwerp naar voren te halen en zo snel mogelijk in te plannen. Dat verzoek wijkt iets af van het verzoek op schrift.

De voorzitter:

Ja, ik dacht al: het staat al op de lijst.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Ik vind dit een ontzettend goed voorstel. Ik denk dat gemeenten en de mensen om wie dit gaat, inderdaad ruim voor de winter moeten weten waar zij aan toe zijn. GroenLinks steunt dus van harte het verzoek om dit debat zo snel mogelijk in te plannen.

De heer Kuzu (Groep Kuzu/Öztürk):

Steun voor het verzoek.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Steun voor het verzoek, maar ik kan mij voorstellen dat er zelfs nog meer debataanvragen op de rol staan over dit onderwerp. Als dat zo is, lijkt het mij prima om die allemaal samen te voegen.

De heer Sjoerdsma (D66):

Prima.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Steun voor het voorstel.

De heer Azmani (VVD):

Ik vind een brief prima. Geen steun voor het debat, want er staat al een debat ingepland. Dat debat is aangevraagd door mevrouw Voortman. Dus geen steun voor een apart debat.

De voorzitter:

Dat was niet het verzoek. Het verzoek was om dat debat snel te plannen.

De heer Azmani (VVD):

Als hierover meer duidelijkheid kan worden gegeven, dan eerst de brief. Als die duidelijkheid er is, kan ik mij voorstellen dat wij dan pas het debat voeren.

De voorzitter:

Dus voorlopig geen steun voor het snel inplannen.

De heer Azmani (VVD):

Laten we eerst in een brief zien wat de resultaten zijn. Als die resultaten er zijn, kunnen we het debat voeren. Dus vooralsnog geen steun voor met spoed een debat.

De heer Sjoerdsma (D66):

U bent wel met spoed hiernaartoe gekomen.

De voorzitter:

Ja, de heer Azmani heeft gerend; dat hoorde ik. Mijnheer Voordewind.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Zo brengen wij even lucht in de zaak. Ik steun het verzoek om een brief en ook het verzoek om het debat, hoewel ik daarbij zeg dat er ook nu, met de structurele 25 miljoen, zaken zijn geregeld. Het lijkt mij echter goed om met de minister of staatssecretaris hierover te spreken om dit helder te krijgen.

De voorzitter:

Dus wel steun voor het snel inplannen.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Ja, en voor de brief.

De voorzitter:

Oké.

De heer Van der Staaij (SGP):

Steun voor het naar voren halen van het debat.

De voorzitter:

Mijnheer Sjoerdsma, ik zit te kijken.

De heer Sjoerdsma (D66):

Ik kijk met u mee. Met u mis ik nog één partij. Die zou zich wellicht kunnen uitspreken om een meerderheid te verlenen aan het verzoek om dat debat snel in te plannen. Het zou natuurlijk zeer welkom zijn als die partij dat zou doen.

Mevrouw Maij (PvdA):

Ik zou willen voorstellen dat we eerst een brief krijgen en daarna nog eens kijken of we het debat snel zouden moeten inplannen.

De voorzitter:

Mijnheer Sjoerdsma, er is geen meerderheid voor het snel inplannen van het debat, wel voor een brief. Dan wordt bekeken wanneer het debat aan de beurt is.

De heer Sjoerdsma (D66):

Na ommekomst van de brief zal ik hier weer staan, want ik bemerkte een welwillende houding van de heer Azmani: als er een brief zou komen, zou hij daarna een debat kunnen steunen. Dat waardeer ik.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Het woord is aan mevrouw Kooiman namens de SP.

Mevrouw Kooiman (SP):

Voorzitter. Er worden via de Rotterdamse haven steeds meer drugs ingevoerd; daarover is tijdens het mondelinge vragenuur ook gesproken. Maar de douane gaat er sterk op achteruit wat capaciteit betreft, en de douane moet zich niet meer bezighouden met cocaïnetoevoer, maar zij moet zich bezighouden met accijns. De SP maakt zich daar grote zorgen over, dus wij vragen een debat aan met in ieder geval de minister van Veiligheid en Justitie.

Mevrouw Helder (PVV):

Een team dat goed bezig is moet je niet halveren, dus steun voor het verzoek.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Steun. Wij hebben bij de mondelinge vragen al de toezegging gekregen dat we een brief krijgen. Het CDA wil namelijk een groot onderzoek naar de cocaïnetransporten. Misschien is het verstandig dat we die brief dan ook hebben.

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

Steun voor het verzoek van GroenLinks.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

De ChristenUnie steunt het verzoek.

De heer Van der Staaij (SGP):

Van harte steun.

De voorzitter:

Er is nog geen meerderheid, mevrouw Kooiman.

Mevrouw Kooiman (SP):

Voorzitter, ik zie wel coalitiepartners in de zaal zitten, maar ze komen helaas niet naar voren. De VVD en de Partij van de Arbeid waren hier best actief in, dus ik mis hun stem in dezen.

De voorzitter:

Kijk, de heer Van Oosten.

De heer Van Oosten (VVD):

Neem mij niet kwalijk, voorzitter ...

(Hilariteit)

De voorzitter:

Dit is heel goed voor uw conditie!

De heer Van Oosten (VVD):

Het zal u niet verbazen dat ik vind dat het een actueel thema is dat aandacht behoeft. Ik heb daarover vanmiddag niet voor niets vragen gesteld. Mijn voorstel is de brief af te wachten. Die is toegezegd. Aan de hand daarvan kunnen we een debat voeren.

De voorzitter:

Voorlopig dus geen steun.

De heer Marcouch (PvdA):

Wat ons betreft ook eerst een brief en dan is er misschien een debat nodig.

De voorzitter:

De heer Van der Staaij.

De heer Van der Staaij (SGP):

Een klein woord van beterschap aan de VVD-fractie, want dit is het tweede Kamerlid met ademnood.

De voorzitter:

Mevrouw Kooiman, u hebt geen meerderheid voor het houden van een debat. Er is wel steun voor het vragen van een brief.

Mevrouw Kooiman (SP):

Voorzitter, ik heb genoeg steun voor een dertigledendebat, dus ik zet het om in een dertigledendebat. De brief komt er natuurlijk aan. We nemen die dus mee.

De voorzitter:

We voegen dit debat toe als dertigledendebat. Ik stel voor, het stenogram van dit deel van het verslag door te geleiden naar het kabinet.

Mevrouw Helder namens de PVV.

Mevrouw Helder (PVV):

Voorzitter. Ik had tijd genoeg, dus ik kan het in één keer zeggen, heel ontspannen en uit het hoofd. Ik zou graag een debat willen met de minister ... nee, het is de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie ...

(Hilariteit)

Mevrouw Helder (PVV):

Maar ik doe het wel uit het hoofd. Dat dan weer wel!

Ik wil een debat met de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over het bericht dat een kwart van de taakstraffen niet wordt uitgevoerd. Mensen komen niet of ze zijn agressief en worden weggestuurd. Dat is al jaren zo. Helaas, zeg ik dan maar. Er is dus alle reden voor een debat.

De heer Van Vliet (Van Vliet):

Mevrouw Helder heeft een heel leuke blouse aan. Dat maakt haar wat minder formeel, dus vooral zo doen!

Die taakstraf is totale quatsch, dus weg daarmee. Steun dus voor het debat.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Onder bijna alle omstandigheden zou ik het debat willen steunen, maar we hebben vanavond een debat over de tenuitvoerlegging en daarvoor hebben we feitelijk onbeperkte spreektijd, want het is een wet. Ik denk dus dat ik het vanavond meteen inbreng. Dan kunnen we het vanavond ook afhandelen. Dat scheelt misschien. Het debat moet worden gevoerd. Inhoudelijk steun dus, maar ik doe het vanavond al.

De voorzitter:

Dus voorlopig geen steun.

Mevrouw Helder (PVV):

Dat is de tweede termijn vanavond. Dat maakt niet uit, maar dat rechtvaardigt niet dat we het er heel uitgebreid over gaan hebben. We gaan het er dan wel over hebben, maar liever dubbel, zeg ik dan maar weer.

De heer Krol (50PLUS):

Het is belangrijk genoeg voor een apart debat. Steun dus.

De heer Van Oosten (VVD):

Mevrouw Van Toorenburg heeft volstrekt gelijk. We hebben vanavond een debat. Daar past dit onderwerp in. Ik was ook zelf van plan om dat te doen. Mocht mevrouw Helder nadien nog aanleiding hebben om de discussie voort te zetten, dan kan dat volgens mij ook in een AO.

Mevrouw Swinkels (D66):

D66 sluit zich aan bij mevrouw Van Toorenburg. Het gaat om de uitvoering van taakstraffen. Dat is precies het onderwerp van het plenaire debat van vanavond.

De heer Marcouch (PvdA):

Ook wat ons betreft betrekken we het gewoon bij het debat van vanavond.

De heer Van der Staaij (SGP):

Ik ben het eens met wat vorige sprekers hebben gezegd: laten we het er wel over hebben, maar dan in het debat van vanavond.

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

Ik sluit me daar ook bij aan.

Mevrouw Kooiman (SP):

Ik vind het lastig. Een tweede termijn is een tweede termijn. Daarin is meestal maar heel weinig mogelijk, omdat je niet nog eens een reactiemogelijkheid hebt. Laten we het dus wel vanavond benoemen. Als er dan nog vragen open blijven staan, als er dan nog vragen zijn die de minister niet beantwoordt, kunnen we hier nog eens terugkomen.

De voorzitter:

De heer Van Oosten had nog de suggestie gedaan om het in een AO aan de orde te stellen, als het niet helemaal lukt.

Mevrouw Helder (PVV):

Er is geen AO daarover gepland.

De voorzitter:

Of was het geen algemeen overleg? Heb ik u misschien verkeerd begrepen, mijnheer Van Oosten?

De heer Van Oosten (VVD):

Ik kan me voorstellen dat we vanavond doen wat we kunnen. Dan kijken we hoever we met de discussie komen. Mevrouw Helder inschattende denk ik echter dat ze na vanavond nog niet genoeg zal hebben gezegd over dit thema. Ik doe daarom maar een suggestie. Een algemeen overleg kan vaak sneller worden gepland. We hebben ook meer onderwerpen ter bespreking. Ik weet nu niet ogenblikkelijk een AO waar het in past, maar we kunnen daar morgen in de procedurevergadering met elkaar over praten.

De voorzitter:

Mevrouw Helder.

Mevrouw Helder (PVV):

Als we slim waren geweest, hadden we gewoon een verzoek om een dertigledendebat of een meerderheidsdebat gesteund. Dan had ik het eraf gehaald als we dan voldoende mogelijkheid hadden gehad. Dat is dus wel een gemiste kans.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Omdat zo veel leden er vanavond wel aandacht aan willen besteden, doe ik toch de suggestie om een aanvullende brief te vragen voor vanavond. Ik denk dat dat best kan. Daarin kunnen nog even wat punten aan de Kamer worden gegeven, zodat we het er goed over kunnen hebben.

Mevrouw Kooiman (SP):

In aanvulling hierop: het lijkt me heel prettig als de minister dan ook gelijk reageert op het bericht hierover van het Openbaar Ministerie, dat feitelijk best wel andere informatie geeft dan het Algemeen Dagblad. Ik vind het fijn als de minister dat erin meeneemt.

De voorzitter:

Ik stel voor om het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Het woord is aan de heer Merkies namens de SP.

De heer Merkies (SP):

Voorzitter. Uit berichtgeving van Bloomberg en Het Financieele Dagblad blijkt dat de ECB een geheime werkgroep heeft opgericht: de Task Force On Economic Reforms. We weten daar eigenlijk maar heel weinig van. Ons is niet gemeld wat die werkgroep precies gaat doen. Gezegd wordt dat die werkgroep de druk op overheden moet opvoeren om hervormingen en bezuinigingen door te voeren. Ik krijg graag een brief van de minister waarin hij uitlegt wat deze taskforce gaat doen en wat zijn appreciatie daarvan is. Ik doe verder nog het volgende verzoek. We krijgen vrij vaak veel informatie over nieuw beleid van de ECB. We hebben al een lange tijd geleden een debat aangevraagd over de effecten van het beleid van de ECB. Mijn verzoek is om dat debat naar voren te halen en om dat spoedig in te plannen.

De heer Van Vliet (Van Vliet):

Ik steun het verzoek.

De heer Krol (50PLUS):

Van harte steun.

De heer Omtzigt (CDA):

Ik steun het verzoek om een uitgebreide brief over wat er precies aan de hand is, over de status van de gesprekken en over wat er met de Nederlandse regering is besproken. Dat kan de Nederlandse regering gewoon vertellen. Verder wil ik die brief graag voor volgende week hebben, want volgende week hebben we hier de Algemene Financiële Beschouwingen. Ik was wel van plan om het daarbij over het monetaire beleid te hebben. Het zou fijn zijn als dit debat op een redelijke termijn wordt ingepland, bijvoorbeeld vlak na het herfstreces; het hoeft niet op stel en sprong.

De voorzitter:

U steunt dus het verzoek.

De heer Omtzigt (CDA):

Ja, maar het hoeft niet morgen of zo.

De heer Tony van Dijck (PVV):

Ik steun het verzoek. Ik sluit me aan bij wat de heer Omtzigt zei over de brief.

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):

Ik ben altijd dol op geheime clubjes, dus ik wil heel graag weten wat daar besproken wordt. Ik steun dus het verzoek om een brief. Ook steun ik de wens om het debat naar voren te halen.

De heer Harbers (VVD):

Ik steun het verzoek om een brief. Ik zeg daarbij dat uitgerekend dit thema misschien niet in het aangevraagde plenaire debat past. Ik had me namelijk al voorgenomen om er donderdag in het AO Ecofin-Raad vragen over te stellen. Alle andere aspecten die in het debat aan de orde moeten komen, betrek ik bij de Algemene Financiële Beschouwingen van volgende week. Dan zal daarna wel een keer het door de heer Merkies aangevraagde debat komen. Dat laat ik aan de planning van de Voorzitter.

De heer Nijboer (PvdA):

Ik vind het prima als er een brief komt. Maar u gaat over de agenda, voorzitter. De begrotingen moeten immers ook op tijd behandeld worden. Als zelfs de heer Omtzigt niet aandringt op stoom en kokend water, laat ik het aan uw wijsheid over om te beslissen wanneer het moment daar is.

De voorzitter:

Mijnheer Omtzigt, u bent een referentiepunt.

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

Daar kan ik natuurlijk niet overheen. Ook ik sluit mij aan bij het verzoek om een brief en bij het door de heer Omtzigt aangegeven gewenste tempo.

De heer Merkies (SP):

Ik doe nog één verzoek. Het is duidelijk dat iedereen wil dat die brief er snel komt. Kunnen we vaststellen dat we die in ieder geval voor de Algemene Financiële Beschouwingen ontvangen?

De voorzitter:

U bedoelt de brief?

De heer Merkies (SP):

Ja.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Ik geef het woord aan mevrouw Leijten.

Mevrouw Leijten (SP):

Voorzitter. We zouden een algemeen overleg hebben over de informele Gezondheidsraad van volgende week, maar dat is omgezet in een schriftelijk overleg. Ik wil echter wel de mogelijkheid hebben om een motie in te dienen, ook al is dat wellicht niet nodig. We gaan vandaag onze schriftelijke inbreng inleveren en als uit de antwoorden blijkt dat het niet nodig is, geef ik dat direct door. Maar ik doe hier toch een vooraankondiging van een VSO, want het zou eventueel donderdag of wellicht morgen al moeten plaatsvinden. We weten immers niet wanneer de antwoorden binnen zullen komen. Er zal dan ook over gestemd moeten worden, want de Gezondheidsraad is volgende week al.

De voorzitter:

We zullen daarmee rekening houden in de planning.

Ik geef het woord aan mevrouw Gesthuizen.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Kan ik de interruptiemicrofoon gebruiken, voorzitter?

De voorzitter:

Ja, dat is prima.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Voorzitter. Ik doe een vooraankondiging voor een VSO over de Raad Concurrentievermogen. Als dat plaats dient te vinden, moeten we daar nog deze week over kunnen stemmen.

De voorzitter:

Ook daarmee zullen we rekening houden in de planning.

Ik geef het woord aan mevrouw Koşer Kaya namens D66.

Mevrouw Koşer Kaya (D66):

Voorzitter. Ik trek mijn debataanvraag over gesjoemel met voedsel in, omdat ik straks samen met Sjoera Dikkers een algemeen overleg zal aanvragen tijdens de procedurevergadering. Het onderwerp blijft namelijk wel belangrijk.

De voorzitter:

We zullen het debat van de lijst afvoeren.

Ik geef het woord aan de heer Omtzigt.

De heer Omtzigt (CDA):

Voorzitter, een momentje alstublieft, anders raak ik buiten adem!

De voorzitter:

Iedereen is vandaag buiten adem.

De heer Omtzigt (CDA):

Voorzitter. Aanstaande donderdag hebben wij een debat over zzp'ers en over de opvolging van de VAR. De staatssecretaris heeft vorige week aangekondigd dat er een meldpunt is voor de problemen met zijn eigen wet. Het is op zichzelf een vrij groot novum dat je nadat je een wet hebt ingevoerd, aan mensen vraagt om te melden wat er mis mee is. Wij hebben dat meldpunt nog niet kunnen vinden, dus wij zouden graag het e-mailadres en het telefoonnummer waarlangs gedupeerde ondernemers contact kunnen opnemen, horen of zien. We zouden ook graag horen welke signalen de regering tot nu toe heeft gehad over zaken die nog niet goed lopen met de Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties (DBA), hetzij via dit meldpunt, hetzij via de reguliere Belastingtelefoon. We ontvangen die brief natuurlijk graag voor het debat van aanstaande donderdagmiddag.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

De heer Bashir (SP):

Ik word er niet zo blij van als die brief pas vijf minuten voor het debat wordt verstuurd.

De heer Omtzigt (CDA):

Diezelfde middag inderdaad.

De heer Bashir (SP):

Ik stel voor dat die brief morgenavond al naar de Kamer wordt gestuurd.

De voorzitter:

Ik stel voor, ook dit deel van het stenogram door te geleiden naar het kabinet.

We zijn hiermee aan het einde gekomen van de regeling van werkzaamheden.

De vergadering wordt van 15.45 uur tot 16.04 uur geschorst.

Voorzitter: Voordewind

Naar boven