5 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Op verzoek van een aantal leden stel ik voor, enkele door hen ingediende moties opnieuw aan te houden. Dit betekent dat de in artikel 69, tweede lid, van het Reglement van Orde genoemde termijn van twee maanden voor de volgende moties opnieuw gaat lopen: 31066, nr. 238 en 34199, nr. 62.

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda:

  • -het VAO Decentralisatie jeugdhulp naar aanleiding van een algemeen overleg gehouden op 6 oktober met als eerste spreker mevrouw Kooiman van de fractie van de SP;

  • -het VAO Ouderenmishandeling naar aanleiding van een algemeen overleg gehouden op 7 oktober met als eerste spreker de heer Krol van de fractie van 50PLUS.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Gesthuizen van de fractie van de SP.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Ik sta in dubio, want ik wilde eigenlijk een debat aanvragen met de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie. Ik heb echter gelezen dat er een reshuffle komt van de portefeuilles en dat voortaan de minister van Veiligheid en Justitie degene is die over privacy gaat.

De rechter heeft een streep gehaald door het Safe Harbor-verdrag en daarom zou ik graag een debat met de minister van Veiligheid en Justitie aanvragen. Ik denk dat het verstandig is om ook de minister van Buitenlandse Zaken uit te nodigen, omdat het iets is wat niet alleen te maken heeft met de verhoudingen in Nederland, maar juist ook met de mondiale verhoudingen tussen Europa en de VS.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Van harte steun.

De heer Verhoeven (D66):

D66 steunt dit voorstel.

Mevrouw Oosenbrug (PvdA):

Ik heb begrepen dat er een brief onze kant op zal komen. Wij willen zelf nog een voorstel doen voor een rondetafelgesprek om ons wat meer te informeren. Als het debat daarna kan worden gehouden, heeft het de volle steun van de Partij van de Arbeid.

De heer Van Wijngaarden (VVD):

Steun voor het verzoek. Ik wil wel eerst de brief afwachten. Verder heb ik, vanwege de gevolgen voor het bedrijfsleven, het verzoek om bij die brief ook de minister van Economische Zaken te betrekken. En na de hoorzitting en de brief een debat plannen.

De voorzitter:

Wilt u ook de minister van Economische Zaken uitnodigen voor dit debat als hij die brief heeft ondertekend?

De heer Van Wijngaarden (VVD):

Ik kijk even naar mevrouw Gesthuizen, want het wordt zo wel een beetje een Poolse landdag.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

The more the merrier!

De voorzitter:

Ik vraag dit expliciet, omdat meestal degenen die de brief ondertekenen, ook zelf hun punt ... Misschien kunt u er later nog over besluiten, afhankelijk van de brief. Er moet in ieder geval aandacht worden besteed aan Economische Zaken. Als daar aanleiding voor is, kan de minister van Economische Zaken altijd later nog worden uitgenodigd.

De heer Segers (ChristenUnie):

Ik kan het eenvoudig houden: steun voor het voorstel.

De heer Oskam (CDA):

Steun, en ook de minister van Buitenlandse Zaken erbij.

De heer Van der Staaij (SGP):

Steun voor verzoek, maar wel eerst een brief.

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet en het debat met een spreektijd van vier minuten per fractie toevoegen aan de lijst.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Heel fijn. Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Gesthuizen.

Het woord is aan de heer Klaver van de fractie van GroenLinks.

De heer Klaver (GroenLinks):

We staan voor een grote opgave om de mensen die vluchten voor oorlog en geweld, zo goed mogelijk in Nederland op te vangen. We zien dat dit steeds vaker tot spanningen leidt in de samenleving. Ik vind dat het hoog tijd is dat de minister-president hier de leiding in neemt. Ik wil dan ook op de kortst mogelijk termijn met de minister-president in debat om te bekijken welke extra stappen we moeten zetten om de opvang van mensen die vluchten voor oorlog en geweld, hier in Nederland zo goed mogelijk te regelen, op zo'n manier dat de samenleving dat ook goed kan dragen.

De heer Wilders (PVV):

Steun voor een snel debat, maar dan meer met de invalshoek om er zo snel mogelijk voor te zorgen dat de grenzen dichtgaan. Wat gisteren is gebeurd in Oranje, is eigenlijk het opzijzetten van de democratie door per decreet asielzoekers op te dringen. Dus steun voor een debat met de premier, deze of volgende week.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Steun.

De heer Krol (50PLUS):

Steun voor een debat met de minister-president. Het stoort ons enorm dat het in Duitsland bij Merkel zit en hier wordt overgelaten aan een staatssecretaris.

De heer Pechtold (D66):

Nederland blijkt slecht voorbereid te zijn op de komst van vluchtelingen, terwijl het kabinet zelf vorig jaar met alarmerende cijfers kwam. In Duitsland neemt mevrouw Merkel het op zich, in Nederland is er zelfs een portefeuillewisseling nodig. Afspraken met gemeenten worden geschonden, wat het draagvlak in heel Nederland onderuithaalt. Wat ons betreft, voeren we snel een debat.

De heer Oskam (CDA):

Het verzoek is alleszins begrijpelijk; steun daarvoor. Ik vind wel dat het ook om de inhoud moet gaan en dat de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie erbij aanwezig moet zijn.

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):

Wij steunen het verzoek. Er is meer dan genoeg reden om nu snel het debat hierover aan te gaan, wat ons betreft ook met de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie.

De heer Roemer (SP):

Steun voor een debat. De premier is inderdaad zichtbaar afwezig op het moment dat hij er had moeten staan.

De heer Van der Staaij (SGP):

Steun voor een debat. Het is een onderwerp dat iedereen nog langdurig zal bezighouden. Het lijkt mij goed dat wij er een fundamenteel debat over voeren en dat de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie daarbij aanwezig is.

Voorafgaand aan het debat zou ik nog wel een brief willen hebben waarin de vraag wordt beantwoord hoe wordt teruggekeken op de ontwikkeling van de capaciteit voor opvang. In het verleden is die drastisch afgebouwd. Nu kost het weer heel veel moeite om die locaties opnieuw gereed te maken.

De heer Kuzu (Groep Kuzu/Öztürk):

Het is inderdaad een belangrijk onderwerp. We komen uit een AO waarin we de inzet voor Europa bepalen. Komende week is er een Europese top, waarbij ook de minister-president aanwezig is. Wat ons betreft, hoeft het niet per se. Wij steunen het verzoek om een debat niet, maar het is natuurlijk wel een belangrijk onderwerp om te bespreken.

De voorzitter:

Volgende week woensdag is er inderdaad een debat over de Europese top.

De heer Azmani (VVD):

Steun voor een debat. Ik denk dat het goed is om hierover te spreken met de minister-president. We hebben volgende week inderdaad dat debat ter voorbereiding van de Europese top. Migratie is een prangend onderwerp voor de Europese top, dus ik stel voor dat het wordt gecombineerd.

De voorzitter:

Ik wil het goed kunnen concluderen. Wilt u dat het daarbij wordt betrokken, wilt u dat het een apart debat wordt of laat u het aan de Kamer over om daarover een besluit te nemen? Of eigenlijk aan mij, want het is een beetje lastig.

De heer Azmani (VVD):

Volgens mij moeten we het samenvoegen in plaats van twee keer met de minister-president te spreken over migratie, maar ik kijk ook even naar degene die het verzoek heeft gedaan.

De voorzitter:

Ik maak het heel even af.

Mevrouw Kuiken (PvdA):

Steun voor een debat. Buitenlandpolitiek en binnenlandse politiek kunnen we niet van elkaar scheiden op dit belangrijke onderwerp, dus het lijkt mij de meest pragmatische oplossing om het samen te voegen. Uiteindelijk is het echter aan u om dat goed en verstandig te regelen.

De heer Klaver (GroenLinks):

Als woensdag de eerst mogelijke dag is waarop we dat debat kunnen voeren, vind ik het prima om het samen te voegen. Als het mogelijk is om het debat bijvoorbeeld morgen te voeren, zou dat mijn voorkeur hebben. Ik laat dat graag aan u over.

De voorzitter:

Ik hecht eraan om hier eerlijk over te zijn. Ik hoor eigenlijk dat u een apart debat wilt. Wij hebben al even bekeken wat de mogelijkheden zijn. Morgen is agendatechnisch echt niet mogelijk. Volgende week is de minister-president de hele woensdag hier voor het debat over de Europese top en daarna de begroting van Algemene Zaken. Ik heb begrepen dat hij dinsdag in de Eerste Kamer en donderdag bij de Europese top is. Het meest praktische, als u daarmee kunt leven, is om dit te betrekken bij het debat over de Europese top en het kabinet te verzoeken om de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie daarbij aanwezig te laten zijn vanwege het bijzondere karakter van dat debat.

De heer Klaver (GroenLinks):

Prima.

De heer Roemer (SP):

Misschien is het handig om alvast rekening te houden met een uitbreiding van de spreektijd. Als zulke grote onderwerpen gelijktijdig worden besproken, gaat dat echt niet binnen vijf minuten gebeuren.

De voorzitter:

We zullen daarvoor een voorstel doen binnen de beperkte mogelijkheden, maar ik snap heel goed dat u dat vraagt. Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet, omdat er een brief is gevraagd door de heer Van der Staaij.

Ik geef het woord aan de heer Servaes in verband met een rappel.

De heer Servaes (PvdA):

Voorzitter. Het betreft Kamervragen over berichten uit Marokko en de situatie in gevangenissen naar aanleiding van een rapport van Amnesty, die ik op 21 mei van dit jaar heb gesteld. De termijn is dus rijkelijk verstreken. Ik kan mij voorstellen dat er de afgelopen periode iets heeft gespeeld rondom een verdrag met Marokko. Zeker nu dat is gesloten, zou ik toch wel heel spoedig antwoord op mijn vragen willen ontvangen.

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan mevrouw Agema.

Mevrouw Agema (PVV):

Voorzitter. De jammerende Sociale Verzekeringsbank haalde het in zijn hoofd om in beroep te gaan tegen de uitspraak over de schadevergoeding die hij aan pgb-zorgverleners moest betalen, en kreeg nog gelijk ook. De zaak is nu niet meer onder de rechter. Ik zou graag een debat willen in de Tweede Kamer, want ik wil graag weten hoe het zit met de overige schade-uitbetalingen en noem maar op. Ik spoor de staatssecretaris aan om vooral ruimhartig wel een schadevergoedingsregeling te handhaven.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Steun.

Mevrouw Keijzer (CDA):

Dit gaat over de uitspraak van het hof, dat bepaald heeft dat de Sociale Verzekeringsbank niet aangesproken kan worden voor te laat betaald loon. Meteen toen ik dat hoorde, heb ik via de commissie gevraagd om een brief van de staatssecretaris met een antwoord op de vraag of hij vindt dat hiermee eigenlijk een omissie in die wet zit. Nu moeten de budgethouders worden aangesproken, maar die hebben het geld niet, dus die kunnen niets. Ik vind het van belang om eerst antwoord op die vraag te krijgen en dan met elkaar te bepalen of een debat nodig is. Op dit moment dus geen steun voor het verzoek.

Mevrouw Agema (PVV):

Mag ik wat zeggen, voorzitter?

De voorzitter:

Nee, want wij doen nu even rondje.

Mevrouw Agema (PVV):

De suggestie wordt gewekt dat ik voorgekropen ben en dat klopt niet. Ik was drie uur eerder. Ik wil die suggestie niet laten bestaan.

De voorzitter:

Volgens mij was de suggestie dat u beiden een ander instrument hebt gekozen.

De heer Otwin van Dijk (PvdA):

Wie er ook precies eerder is: wij hebben met elkaar in de Kamer afgesproken dat er een schaderegeling komt voor pgb-houders die gedupeerd zijn. Die schaderegeling wordt uitgewerkt. In het laatste algemeen overleg hebben wij de staatssecretaris gevraagd om nog een aantal vragen die wij daarover hadden te beantwoorden. Hij werkt die regeling op dit moment uit. Volgens mij zegt de uitspraak over de Sociale Verzekeringsbank dus niets over de schaderegeling die wij met elkaar hebben afgesproken. Dat neemt niet weg dat ik het prima vind om om een brief te vragen over de betekenis hiervan. Wij hebben echter gewoon afgesproken dat de staatssecretaris een schaderegeling uitwerkt en die zien wij graag tegemoet.

De voorzitter:

Ik concludeer hieruit dat u het verzoek om een debat hierover te houden niet steunt.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Steun voor de brief, waar al om was gevraagd. Laten wij die brief even afwachten en daarna kijken hoe wij dit agenderen.

Mevrouw Bergkamp (D66):

Nu geen steun voor een debat. Ik sluit mij aan bij de woorden van de heer Van Dijk, namelijk dat het goed is om een brief te ontvangen zodat wij weten waar wij het over hebben en vervolgens afhankelijk daarvan een besluit te nemen over een debat. Ik ontvang graag eerst een brief.

De heer Potters (VVD):

Geen steun voor een debat. Ik verwacht zeker dat wij hier nog dit jaar over gaan discussiëren in een algemeen overleg. Laten wij daar dan alles bij betrekken. Dan zijn alle stukken binnen en dat is volgens mij veel efficiënter.

De heer Van Gerven (SP):

Ik wil graag weten wanneer de staatssecretaris komt met zijn schaderegeling en dan proberen om via de procedurevergadering van de commissie een algemeen overleg te regelen. Dit gaat, ook al zou het een debat worden, namelijk veel te lang duren. Ik zou dus deze route willen bewandelen: snel een antwoord van de staatssecretaris op de vraag hoe hij die schaderegeling gaat uitvoeren en dan via de commissie een algemeen overleg plannen.

De voorzitter:

Mevrouw Agema, u hebt geen steun van de meerderheid van de Kamer voor het houden van een debat. Er is behoefte aan een brief, bovenop de vragen die al gesteld zijn, zodat de Kamer daarna op basis daarvan kan beslissen hoe zij hier verder mee om wil gaan.

Mevrouw Agema (PVV):

Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:

Ik moet het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet, want anders komt die brief nog niet en die willen wij juist wel.

Ik geef het woord aan mevrouw Agema, voor een volgend verzoek.

Mevrouw Agema (PVV):

Voorzitter. Vorige week werd bekend dat 7.000 mensen nog een rekening moeten krijgen voor hun eigen bedrage voor de Wmo. Het is namelijk ook bij het CAK een grote puinhoop. Vorige week deed ik een verzoek om een debat. De Kamer wilde het toen niet direct steunen. Zij wilde eerst een brief. Die brief hebben wij tot vandaag niet ontvangen. Ik wil de Kamer daarom opnieuw voorstellen om een meerderheidsdebat in te plannen, en te verzoeken om voorafgaand daaraan die brief te ontvangen. Ik denk dat deze omvang, namelijk 7.000 mensen die in oktober hun rekening nog moeten krijgen voor het hele jaar, zo groot is dat wij hier echt in meerderheid over moeten spreken.

Mevrouw Bergkamp (D66):

Ik steun de aanvraag voor een debat door mevrouw Agema, want ook ik maak me zorgen. Ik krijg daar heel veel signalen over. We hebben de brief nog niet, dus het lijkt me heel goed als we die heel snel krijgen. Inderdaad een debat, want dit kan niet al te lang wachten. Dit is volgens mij een groot probleem aan het worden.

Mevrouw Keijzer (CDA):

Voorzitter. Steun voor het verzoek. Ik vind dat de regering moet reageren op onze verzoeken om informatie. Maar ik hecht er wel aan om te zeggen dat deze chaos veroorzaakt wordt door de te snelle invoering, waardoor gemeenten onvoldoende informatie kunnen aanleveren bij het CAK.

De heer Otwin van Dijk (PvdA):

Voorzitter. Volgens mij hebben we vorige week afgesproken dat we om een brief vragen. Dat deel van het verzoek van mevrouw Agema wil ik dus steunen: een snelle brief van het kabinet. Maar laten we, net als vorige week, wel die brief eerst lezen en dan beoordelen hoe, wat of waar we daar het beste over kunnen spreken. Nog geen steun voor een debat, maar wel voor een brief. Daar heeft mevrouw Agema inderdaad vorige week om gevraagd, dus dat deel van het rappel steun ik.

De heer Potters (VVD):

Steun voor het rappel. De brief is inderdaad gevraagd en die moet er nu snel komen. Laten we die brief alsjeblieft even afwachten, voordat we weer een debat gaan inplannen.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Voorzitter. Steun voor de brief. Ik vind ook dat die er nu snel moet komen. Ik wil ook wel hierover debatteren. Laten we daarvoor de snelste route kiezen. Of dat in een plenair debat of in een AO gebeurt, maakt me niet veel uit. We moeten hierover debatteren.

De heer Van Gerven (SP):

Voorzitter. Steun voor een brief en voor een debat. Eens met de suggestie van de ChristenUnie.

De voorzitter:

Mevrouw Agema, u hebt opnieuw niet de steun van een meerderheid van de Kamer voor het houden van een debat op dit moment. U hebt brede steun voor uw irritatie dat die brief waar vorige week om gevraagd was, er nog niet is en u hebt ondersteuning van de Kamer voor uw rappel dat die brief er nu echt wel snel moet komen.

Mevrouw Agema (PVV):

Ja.

De voorzitter:

We geleiden dit deel van het stenogram, inclusief mijn conclusie, door naar het kabinet, zodat die brief er snel kan komen en u opnieuw kunt kijken of die brief aanleiding is voor het aanvragen van een debat.

Mevrouw Agema (PVV):

Een grote minderheid steunt op dit moment al een debat. Ik verzoek u om alvast een dertigledendebat op de lijst te zetten. Ik wil ook nog benadrukken dat deze berichtgeving van het CAK zelf komt en niet uit het roddelcircuit. De ernst en de grootte van het probleem wil ik meegeven aan PvdA en VVD. Hoe eerder dit debat plaatsvindt, hoe beter.

De voorzitter:

Ik neem aan dat daaraan in de brief aandacht wordt besteed. Ik zal het stenogram van dit deel van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet. Het dertigledendebat wordt toegevoegd aan de lijst, met drie minuten spreektijd per fractie.

Het woord is aan mevrouw Keijzer voor een verzoek tot uitstel van een VAO.

Mevrouw Keijzer (CDA):

Voorzitter. Ik wil het VAO kindermishandeling, dat vanmiddag op de agenda staat, van de agenda halen. Tijdens het AO heb ik een aantal vragen gesteld over strafrechtelijk onderzoek naar kindermishandeling. Die vragen kon de staatssecretaris toen niet beantwoorden. Ik heb ze schriftelijk ingediend, maar ik heb nog steeds geen antwoorden gezien. Die heb ik wel nodig. Het verzoek is daarom om dit VAO uit te stellen naar volgende week, want dan moet ik die antwoorden zeker kunnen hebben.

De voorzitter:

Ik hoop dat de Kamer het daarmee eens is. We hebben voor vanavond een debat met veel spreektijden staan, dus het is altijd fijn als er een beetje lucht in het programma komt. Maar mensen hebben natuurlijk het recht om het daar niet mee eens te zijn.

Mevrouw Bergkamp (D66):

Voorzitter. Misschien helpt dit: ik ben de aanvrager van het VAO. Ik steun het voorstel van het CDA.

Mevrouw Volp (PvdA):

Steun voor het verzoek om uitstel.

De heer Potters (VVD):

Steun.

Mevrouw Agema (PVV):

Voorzitter. Ik ben wel voor het clusteren van VAO's. Ik zou het andere VAO mee willen laten gaan.

De voorzitter:

Het VAO decentralisatie Wmo?

Mevrouw Agema (PVV):

Ja.

Mevrouw Keijzer (CDA):

Dat hoeft wat mij betreft niet. Ik vergat net te zeggen dat ik het verzoek mede namens de SP deed.

De voorzitter:

Er is al brede steun. Clusteren hoeft niet, maar mag het wel? Nee. Ik denk dat de mensen eraan hechten dat het VAO decentralisatie Wmo vandaag wordt gehouden. Dan laten we het voor vandaag op de agenda staan. Er komt een nieuw schema in verband met vervroeging van het debat van vanavond.

Het woord is aan de heer Omtzigt.

De heer Omtzigt (CDA):

Voorzitter. Hoe zou u zich voelen als u twaalf jaar in een gevangenis in Spanje zit, terwijl u weet dat u onschuldig bent en terwijl de Nederlandse regering al sinds 2007 weet dat de misdaad waarvoor de heer Van der Dussen veroordeeld is niet door hem begaan is, maar door een Britse moordenaar, die ondertussen bekend heeft? Die bekentenis is in het bezit van de Nederlandse regering. We vroegen de regering wat zij heeft gedaan. We kregen vervolgens een overzicht van telefoongesprekken met de heer Van der Dussen. Nu lijken acht kantjes veel, maar het aantal keren dat er gebeld is valt nogal mee als je dat spreidt over twaalf jaar.

De voorzitter:

En uw verzoek is?

De heer Omtzigt (CDA):

Er staat ook in dat de regering het in 2007 al wist. Mijn verzoek is om een debat te houden met de minister van Buitenlandse Zaken over wat er is gedaan om de heer Van der Dussen, evenals de heer Jaitsen Singh die in de VS gedetineerd is, terzijde te staan. Daarom zou ik graag een brief ontvangen waarin staat of er protest ingediend is en of er informatieverzoeken gedaan zijn. Ik wil niet zozeer weten op welke wijze de heer Van der Dussen bezocht is, maar wel wat er gedaan is om zijn zaak op te lossen. Wat betreft de heer Singh krijgen we graag antwoord op de vraag waarom er geen vertrouwensrapport is opgesteld en waarom er geen medewerking aan de WOTS is verleend. Die brief ontvangen we graag snel. Ik doe dit verzoek mede namens mijn collega van D66, die zojuist naar een algemeen overleg toe moest.

De heer Van Nispen (SP):

Het gaat om twee afzonderlijke, schrijnende kwesties die ieder voor zich bijna een debat zouden rechtvaardigen, maar ik steun toch het verzoek om dit te combineren. Steun van de SP dus voor dit verzoek.

De heer Ten Broeke (VVD):

In elk geval steun voor de brief. Op dit moment lijkt het me de beste weg om eerst een brief te vragen. Daarna kunnen we kijken of deze individuele kwestie een debat rechtvaardigt. Dat is immers altijd heel lastig. Een brief is in ieder geval opportuun.

Mevrouw Maij (PvdA):

Ook steun voor een brief. Daarna kunnen we kijken of we hierover moeten debatteren.

De voorzitter:

Op dit moment hebt u niet de steun van de meerderheid van de Kamer voor het nu al inplannen van een debat. U hebt wel brede steun van de Kamer voor een verduidelijkende brief op de punten die u zojuist hebt aangegeven.

De heer Omtzigt (CDA):

Dank voor de steun. Ik zou het op prijs stellen als u het debat op de lijst van dertigledendebatten wilt zetten.

De voorzitter:

Dat gaan we doen.

De heer Omtzigt (CDA):

Er zijn al meerdere brieven over gekomen, maar die waren van een dusdanig kwaliteit dat ik me daar helaas toe genoodzaakt zie.

De voorzitter:

Ik zal het debat toevoegen aan de lijst, met drie minuten spreektijd per fractie. Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven