2 Herdenking aanslag Nice

Aan de orde is de herdenking naar aanleiding van de aanslag in Nice. 

De voorzitter:

Ik heet alle Kamerleden en de mensen op de publieke tribune van harte welkom. Aan de orde is de herdenking van de aanslag in Nice, in de avond van 14 juli 2016. Ik wil de ambassadeur van Frankrijk, de heer Philippe Lalliot, en minister Henk Kamp namens het kabinet van harte welkom heten. Ik verzoek iedereen in de zaal en op de publieke tribune om, voor zover dat mogelijk is, te gaan staan. 

Quatorze juillet. De nationale feestdag van de Fransen. Een dag die traditioneel in het teken staat van vrijheid, gelijkheid en broederschap, maar waarover een zwarte schaduw is gevallen. Op 14 juli 2016 reed een man met een vrachtwagen in op een boulevard vol mensen. Ze waren bij elkaar om feest te vieren en naar het vuurwerk te kijken. Gezinnen met kinderen, soms met opa's en oma's, vriendengroepen, toeristen die in de buurt op de camping stonden. Wat een feestelijke, warme zomeravond had moeten worden, met de Middellandse Zee ruisend op de achtergrond, eindigde in chaos en paniek. 

Bij de aanslag kwamen 86 onschuldige mensen om het leven. Meer dan 400 mensen raakten gewond, velen van hen voor het leven getekend. Dat geldt ook voor de nabestaanden. Samen met de Voorzitter van de Eerste Kamer heb ik het Franse parlement veel sterkte en kracht toegewenst bij het verwerken van alle verliezen, nu Frankrijk opnieuw zo diep is getroffen. 

Het is bizar en triest om het parlementaire jaar te moeten openen met een herdenking. Het zegt veel over hoe onze wereld er op dit moment uit ziet. Want de aanslag in Nice was niet het enige geweldsincident deze zomer. Ook in Duitsland vielen doden en gewonden bij aanslagen in onder andere München en Ansbach. In het Franse Saint-Étienne-du-Rouvray werd de priester Jacques Hamel, die juist zijn hele leven heeft gewijd aan het verbinden van de verschillende groepen in de samenleving, koelbloedig vermoord. En in de Turkse stad Gaziantep kwamen bij een aanslag meer dan 50 mensen om het leven, onder wie meer dan 20 kinderen. 

Het zijn terreurdaden die ook hun impact hebben op onze samenleving. Ze tasten onze onbevangenheid aan; geven ons het gevoel dat we nergens echt veilig zijn; maken dat we misschien wat vaker om ons heen kijken, op nationale feestdagen, in grote mensenmassa's of in publieke ruimtes. Maar angst mag nooit overwinnen. Wij vertrouwen op onze parlementaire democratie, die is gebouwd op vrijheid, gelijkheid en broederschap. En op het debat, open en met respect voor de ander. Dat is ons fundament. Daar zullen wij altijd aan vasthouden. 

Dan geef ik nu het woord aan minister Kamp namens het kabinet. 

Minister Kamp:

Mevrouw de voorzitter, mijnheer de ambassadeur. Wat begon als een feestdag werd een dag van verdriet: de 14de juli. Juist op de dag waarop de Fransen hun vrijheid vierden, werd een aantal van hen de vrijheid voorgoed ontnomen door een man in een vrachtwagen die als doel had zo veel mogelijk feestvierende mensen te doden. 86 mensen verloren het leven, honderden raakten gewond en velen meer bleven in groot verdriet achter. 

Die aanslag schokte ook Nederland. Wij zijn opnieuw in rouw met Frankrijk, met de Fransen, die zich eerder dit jaar veerkrachtig en strijdbaar hadden getoond, die zich niet lieten verlammen door angst na de aanslagen in Parijs, maar de straten en terrassen bleven bezoeken. Na de aanslag in Nice moesten de Fransen opnieuw hun veerkracht tonen. Hoe moeilijk het ook was, de Promenade des Anglais bleef niet lang leeg. Dat is ook de enige manier: doorgaan, in de wetenschap en het vertrouwen dat onze kracht en verbondenheid groter zijn dan de haat en de waanzin van degenen die ons leven willen verstoren. 

Onze gedachten zijn bij de slachtoffers, de nabestaanden en het Franse volk. Direct na de aanslag heeft premier Rutte namens het kabinet zijn condoleances overgebracht aan de Franse regering. 

Onze gedachten zijn ook bij de slachtoffers en nabestaanden van andere geweldsincidenten en aanslagen deze zomer. U noemde ze al, mevrouw de voorzitter, de plaatsen waar mensen zich veilig voelden maar dat niet waren. De gruwelijkheden die er plaatsvonden, zijn nauwelijks in woorden te vatten. Daarom past nu een moment van stilte. 

De voorzitter:

Ik wil u verzoeken om een moment van stilte in acht te nemen. 

(De aanwezigen nemen enkele ogenblikken stilte in acht.) 

De voorzitter:

Ik schors de vergadering voor enkele ogenblikken, zodat u uw medeleven aan de ambassadeur kunt overbrengen. 

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst. 

Naar boven