4 Stemmingen moties Federatie Armeense Organisaties in Nederland

Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het VSO inzake het gesprek met de Federatie Armeense Organisaties in Nederland,

te weten:

  • -de motie-Omtzigt c.s. over de vertegenwoordiging bij de herdenking van de Armeense genocide (34000-V, nr. 58);

  • -de motie-Voordewind c.s. over gebruiken van de term "Armeense genocide" (34000-V, nr. 59);

  • -de motie-Beertema c.s. over gebruiken van de term "genocide" (34000-V, nr. 60);

  • -de motie-Beertema/Wilders over vertegenwoordiging door de minister-president en de Koning (34000-V, nr. 61).

(Zie vergadering van 1 april 2015.)

De voorzitter:

De motie-Voordewind (34000-V, nr. 59) is in die zin gewijzigd dat zij thans is ondertekend door de leden Voordewind, Omtzigt, Ten Broeke, Servaes, Sjoerdsma, Van Bommel, Van Ojik, Van der Staaij, Bontes, Thieme en Klein, en luidt:

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de motie-Rouvoet c.s. (21501-20, nr. 270) aangaande het bespreekbaar maken van de erkenning van de Armeense genocide in de dialoog met Turkije (voor de volledigheid gaat het hier ook over de Assyriërs, de Pontische Grieken en Arameeërs die ook het slachtoffer zijn geworden van deze genocide) in 2004 Kamerbreed is aangenomen;

van mening dat het van groot belang is dat Turkije en Armenië tot een gezamenlijk vergelijk over hun geschiedenis komen;

van mening dat acceptatie van wederzijds inzicht ten aanzien van de gebeurtenissen van 1915 noodzakelijk is om in de betrekkingen tussen beide landen een stap vooruit te zetten;

spreekt de wens uit dat aankomende herdenkingsbijeenkomsten van 100 jaar Armeense genocide, in Nederland en elders, bijdragen aan respect en acceptatie tussen betrokken gemeenschappen;

verzoekt de regering, in het verlengde van de aangenomen motie-Rouvoet c.s., bilateraal en in EU-verband, de Turkse regering op te blijven roepen de toenadering tot Armenië een nieuwe impuls te geven en met de Armeense regering te streven naar verzoening,

en gaat over tot de orde van de dag.

Zij krijgt nr. 64, was nr. 59 (34000-V).

Ik stel vast dat wij hier nu over kunnen stemmen.

De heer Beertema verzoekt om hoofdelijke stemming over de motie op stuk nr. 60 (34000-V).

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van stemverklaringen vooraf.

De heer Kuzu (Groep Kuzu/Öztürk):

Voorzitter. Ten tijde van de Eerste Wereldoorlog hebben zich niet alleen op het Europese continent maar ook vlak over de Europese grens in Anatolië verschrikkelijke gebeurtenissen voltrokken waarbij aan beide kanten veel mensen zijn omgekomen. Laat er geen misverstand over bestaan dat wij alle slachtoffers betreuren en medeleven betuigen aan de nakomelingen daarvan.

In de geschiedschrijving van dit conflict dat tot op de dag van vandaag na-ijlt, is de rol van de Nederlandse politiek dubieus. Wat de indieners van deze motie over de Armeense kwestie betrachten, zorgt ervoor dat gemeenschappen die naast elkaar en vreedzaam met elkaar samenleven uit elkaar worden gedreven. Wat er nu echter moet gebeuren, is verzoening en toenadering tot elkaar zoeken.

De voorzitter:

Beperkt u zich tot het verklaren van uw stem.

De heer Kuzu (Groep Kuzu/Öztürk):

Voorzitter, ik ben bezig met mijn stemverklaring.

De voorzitter:

U moet uw stem verklaren. Het debat is geweest. Daar hebt u uw inbreng kunnen leveren. Ik wil dus graag dat u een toelichting geeft op uw stem.

De heer Kuzu (Groep Kuzu/Öztürk):

Ik ben bezig met het uiteenzetten van mijn overwegingen ten aanzien van mijn stem.

Dat staat dan misschien wel in de motie van de heer Voordewind, maar in deze motie wordt ook de motie-Rouvoet c.s. aangehaald. Die motie wordt misbruikt om via een omweg de Armeense kwestie te bestempelen als een genocide.

De heer Zijlstra (VVD):

De heer Kuzu heeft niet deelgenomen aan het debat. Hij wil dat kennelijk nog even inhalen met een stemverklaring. Ik stel voor dat we gewoon gaan stemmen en dat hij met nog een paar woorden zijn stemverklaring afsluit.

(Geroffel op de bankjes)

De voorzitter:

In het Reglement van Orde zijn geen voorwaarden gesteld aan het afleggen van een stemverklaring in de zin dat je al dan niet moet hebben meegedaan aan het debat. Het gaat om het afleggen van een verklaring over je stem. Ik verzoek de heer Kuzu voor de derde keer om zich daartoe te beperken en niet op te roepen tot debat zoals hij zojuist evident wel deed.

De heer Kuzu (Groep Kuzu/Öztürk):

Ik ben bezig met een stemverklaring. Mijnheer Kuzu kan overigens veel, maar mijnheer Kuzu kan niet op twee plaatsen tegelijk aanwezig zijn voor een debat. Dat punt wilde ik toch even maken.

Ik begrijp dat de Kamer het niet met mij eens is.

De voorzitter:

Mijnheer Kuzu, twee zinnen nog.

De heer Kuzu (Groep Kuzu/Öztürk):

Ik heb er nog drie, voorzitter. En ik heb mijn twee minuten nog lang niet volgemaakt. Ik wil die toch volmaken.

Het gaat in deze kwestie voor de indieners van de motie helaas niet om waarheidsvinding en om wat zich precies heeft afgespeeld in 1915 in Anatolië, maar om politiek gewin in 2015. Iets wat zich 100 jaar geleden ruim 4.000 kilometer verderop heeft afgespeeld, kan niet op deze manier in dit parlement worden opgelost.

De voorzitter:

Mijnheer Kuzu, u moet nu afronden.

De heer Kuzu (Groep Kuzu/Öztürk):

Daarom, voorzitter, doen wij niet mee aan dit spelletje. Wij zijn tegen de moties …

De voorzitter:

Dank u wel, mijnheer Kuzu.

De heer Kuzu (Groep Kuzu/Öztürk):

… waarin wordt gevraagd om …

De voorzitter:

Dank u wel, mijnheer Kuzu. Dank u wel, mijnheer Kuzu. Jammer dat we het op deze manier moeten doen.

De heer Beertema (PVV):

Voorzitter. Over de motie op stuk nr. 59 van de ChristenUnie is zwaar en lang onderhandeld. Niet met ons, zeg ik er even bij. Aanvankelijk tekenden wij graag mee, omdat de oorspronkelijke motie opriep tot erkenning van de Armeense genocide. Maar het dictum dat nu is overgebleven is een oproep tot toenadering van en verzoening met Turkije. De oproep tot erkenning van de genocide is geheel verdwenen. Voor ons is dat reden om tegen die motie te stemmen, want wat er is overgebleven, is een nietszeggende flutmotie.

De voorzitter:

Ik zie dat de heer Kuzu nog iets wil zeggen.

De heer Kuzu (Groep Kuzu/Öztürk):

Ik wil ook hoofdelijke stemming over de motie van de heer Voordewind, ter vervanging van die gedrukt op stuk nr. 59.

De voorzitter:

Toch gaan we eerst stemmen over de motie op stuk nr. 58.

In stemming komt de motie-Omtzigt c.s. (34000-V, nr. 58).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de PVV, de Groep Bontes/Van Klaveren, het CDA, de ChristenUnie, de SGP, Klein, 50PLUS, D66, GroenLinks, de PvdD en de SP voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

Ik verzoek de leden om bij de hoofdelijke stemmingen zo stil mogelijk te zijn als hun het woord niet is gegeven. Als u om een reactie wordt gevraagd, verzoek ik u om die zo luid en duidelijk mogelijk te geven.

In stemming komt de gewijzigde motie-Voordewind c.s. (34000-V, nr. 64, was nr. 59).

Vóór stemmen de leden: Van Weyenberg, Van Wijngaarden, Wolbert, Van 't Wout, Ypma, Yücel, Ziengs, Zijlstra, Arib, Azmani, Bashir, Berckmoes-Duindam, Bergkamp, Berndsen-Jansen, Bisschop, De Boer, Van Bommel, Bontes, Bosman, Bouwmeester, Ten Broeke, Bruins Slot, Van der Burg, De Caluwé, Cegerek, Jasper van Dijk, Otwin van Dijk, Dijkgraaf, Pia Dijkstra, Remco Dijkstra, Dik-Faber, Dikkers, Duisenberg, Eijsink, Elias, Fokke, Van Gerven, Gesthuizen, Geurts, Groot, Günal-Gezer, Hachchi, Van Haersma Buma, Harbers, Rudmer Heerema, Pieter Heerma, Van Helvert, Hoogland, Houwers, Jacobi, Jadnanansing, Karabulut, Keijzer, Kerstens, Klaver, Van Klaveren, Klein, Knops, Kooiman, Koolmees, Krol, Kuiken, Van Laar, De Lange, Leenders, Leijten, De Liefde, Van der Linde, Lodders, Lucas, Maij, Marcouch, Van Meenen, Merkies, Van Miltenburg, Mohandis, Monasch, Moors, Agnes Mulder, Anne Mulder, Neppérus, Nijboer, Nijkerken-de Haan, Van Nispen, Van Ojik, Omtzigt, Oosenbrug, Van Oosten, Oskam, Potters, Van Raak, Rebel, Recourt, Roemer, Rog, Rutte, Samsom, Schouten, Schut-Welkzijn, Segers, Servaes, Sjoerdsma, Slob, Smaling, Van der Staaij, Straus, Tanamal, Taverne, Teeven, Tellegen, Thieme, Van Tongeren, Van Toorenburg, Ulenbelt, Van Veen, Van Veldhoven, Veldman, Vermeij, Visser, Van Vliet, Voordewind, Voortman, Jan Vos, Mei Li Vos, Albert de Vries, Aukje de Vries en Vuijk.

Tegen stemmen de leden: Wilders, Beertema, Bosma, Tony van Dijck, Fritsma, Gerbrands, Graus, Helder, Klever, Kuzu, Madlener, Öztürk en De Roon.

De voorzitter:

Ik constateer dat deze gewijzigde motie met 127 tegen 13 stemmen is aangenomen.

Ook over de volgende motie gaan wij hoofdelijk stemmen. Ik vraag de leden opnieuw om niet te praten tijdens de stemming en alleen iets te zeggen als hun gevraagd wordt of zij voor of tegen de motie zijn. Ik vraag hun om dat laatste zo luid en duidelijk mogelijk te doen.

In stemming komt de motie-Beertema c.s. (34000-V, nr. 60).

Vóór stemmen de leden: Bruins Slot, Tony van Dijck, Jasper van Dijk, Dijkgraaf, Pia Dijkstra, Dik-Faber, Fritsma, Gerbrands, Van Gerven, Gesthuizen, Geurts, Graus, Hachchi, Van Haersma Buma, Pieter Heerma, Helder, Van Helvert, Karabulut, Keijzer, Klaver, Van Klaveren, Klein, Klever, Knops, Kooiman, Koolmees, Krol, Leijten, Madlener, Van Meenen, Merkies, Agnes Mulder, Van Nispen, Van Ojik, Omtzigt, Oskam, Van Raak, Roemer, Rog, De Roon, Schouten, Segers, Sjoerdsma, Slob, Smaling, Van der Staaij, Thieme, Van Tongeren, Van Toorenburg, Ulenbelt, Van Veldhoven, Voordewind, Voortman, Van Weyenberg, Wilders, Bashir, Beertema, Bergkamp, Berndsen-Jansen, Bisschop, Van Bommel, Bontes en Bosma.

Tegen stemmen de leden: Ten Broeke, Van der Burg, De Caluwé, Cegerek, Van Dam, Otwin van Dijk, Remco Dijkstra, Dikkers, Duisenberg, Eijsink, Elias, Fokke, Groot, Günal-Gezer, Harbers, Rudmer Heerema, Hoogland, Houwers, Jacobi, Jadnanansing, Kerstens, Kuiken, Kuzu, Van Laar, De Lange, Leenders, De Liefde, Van der Linde, Lodders, Lucas, Maij, Marcouch, Van Miltenburg, Mohandis, Monasch, Moors, Anne Mulder, Neppérus, Nijboer, Nijkerken-de Haan, Oosenbrug, Van Oosten, Öztürk, Potters, Rebel, Recourt, Rutte, Samsom, Schut-Welkzijn, Servaes, Straus, Tanamal, Taverne, Teeven, Tellegen, Van Veen, Veldman, Vermeij, Visser, Van Vliet, Jan Vos, Mei Li Vos, Albert de Vries, Aukje de Vries, Vuijk, Van Wijngaarden, Wolbert, Van 't Wout, Ypma, Yücel, Ziengs, Zijlstra, Arib, Azmani, Berckmoes-Duindam, De Boer, Bosman en Bouwmeester.

De voorzitter:

Ik constateer dat deze motie met 63 tegen 78 stemmen is verworpen.

In stemming komt de motie-Beertema/Wilders (34000-V, nr. 61).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de PVV, de Groep Bontes/Van Klaveren, de ChristenUnie en de SGP voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

Daarmee is er een einde gekomen aan de stemmingen.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven