3 Vragenuur: Vragen De Graaf

Vragen van het lid De Graaf aan de minister van Veiligheid en Justitie over het bericht dat de laatste twee jaar minstens tien Syriëgangers bij het Nederlandse consulaat in het Turkse Istanbul een tijdelijk reisdocument kregen en het bericht "Jihadist ontsnapt aan celstraf en zit bij IS" . 

De heer De Graaf (PVV):

Voorzitter. Hoeveel onveiliger wil deze minister van Veiligheid Nederland maken? Het staat als een paal boven water: deze minister zorgt voor onveiligheid in de straten, op de stations, in de winkels, ja op iedere plek waar mensen in dit land samenkomen. Een feit: moslimterroristen komen hier terug onder een valse naam. Nog een feit: Het Nederlandse consulaat in Istanbul heeft tien moslimterroristen die vanuit de zogenoemde Islamitische Staat terugkwamen, een laissez passer gegeven. Het paspoort is daar ingenomen en zij konden gewoon via het Nederlandse consulaat in Istanbul terug naar huis. Een veroordeelde moslimterrorist, zo stond vanochtend in de krant, loopt vrolijk rond in Syrië, terwijl hier door het OM juichend werd bericht over zijn veroordeling. En dat terwijl de vogel al maanden gevlogen was! Een farce. Is de minister zelf actief op de hoogte gebracht van deze feiten? Ziet de minister de cirkel, die ik net noemde, van toenemende onveiligheid? 

Moslimterroristen lachen Nederland uit, ook al zijn sommigen van hen zelfs hier geboren. Ze haten Nederland, ze haten onze waarden en normen, ze haten het vrije Westen. Vooral lachen ze de minister uit, midden in zijn gezicht. En we hebben het niet over watjes. Nee, we hebben het hier over knalharde, keiharde terroristen, die in de Champions League van de islam spelen. Terrorismedeskundige Edwin Bakker zegt daarover: "Nederland wordt niet veiliger als zij hier blijven". En dat is precies wat de PVV altijd al heeft gezegd: houd ze niet hier. 

Die hele integrale aanpak jihadisme van dit kabinet — ik heb het stuk bij me, maar zal het niet laten zien — is een wassen neus. Daarover heb ik nog een aantal vragen. Heeft deze minister nog wel de regie in handen waar het de veiligheid van Nederland betreft, of wordt het hem allemaal een beetje te veel? Ziet hij nu eindelijk in, en dat is de belangrijkste vraag, dat moslimterroristen niet in Nederland thuishoren en is hij bereid om zijn beleid om te draaien? Het moet zijn: moslimterroristen eruit en nooit meer terug, in plaats van wat de minister nu doet, namelijk moslimterroristen hier houden en nooit meer eruit laten. Dat maakt Nederland onveiliger. Is de minister bereid om veroordeelde moslimterroristen na het uitzitten van hun straf voorgoed het land uit te knikkeren en onze eigen grenzen te bewaken? En zo nee, waarom wil hij dat niet? 

Minister Opstelten:

Voorzitter. Dank aan de heer De Graaf voor de door hem gestelde vragen. Ik kan op zijn vragen kort antwoord geven. Hij vroeg naar de regie die wij voeren in verband met de veiligheid van Nederland. Het antwoord daarop is ja, dat doen wij met een stevig beleid dat goed aangegeven is, onder andere in het integrale actieprogramma jihadisme. De tweede vraag was of ik bereid ben om het beleid bij te stellen. Het antwoord daarop is nee. We zijn bereid om het beleid continu van dag tot dag te versterken op de uitgangspunten die we hebben geformuleerd. Dat zijn de punten waar het om gaat in de vragen die de heer De Graaf heeft gesteld. Dat betekent dus de radicalisering verminderen, de voedingsbodem voor radicalisering laten afnemen, verhinderen dat er uitgereisd wordt en terugkeerders aanpakken. Dat zit ook in de kaders die wij hebben aangegeven. 

Over de casuïstiek die de heer De Graaf aanleiding gaf om deze vragen te stellen, kan ik verder nog zeggen dat er inderdaad laissez-passers zijn uitgereikt, conform het normale beleid. Ik herken mij niet in het aantal dat genoemd is. Een snelle inventarisatie levert een aantal op dat minder is dan het in de pers genoemde tiental. Het is ook juist dat er een laissez-passer wordt gegeven, omdat dit een korte verplichting meegeeft aan degene die het krijgt om inderdaad terug te reizen naar Nederland. Daar vindt dan een staandehouding plaats op basis waarvan er de maatregelen worden genomen die zinvol zijn. Dat wil ik er nog als toelichting bij geven. 

De heer De Graaf (PVV):

Wat de minister net gedaan heeft, is tegen heel Nederland zeggen: we gaan lekker door met slapen, we gaan door met het theedrinkbeleid van Cohen, ehm sorry, van minister Asscher, maar dat is eigenlijk bijna hetzelfde. Wat de minister net als laatste zei, over het uitdelen van laissez-passers en het in Nederland staande houden: ja, dat hebben we gemerkt! Dat hebben we gemerkt, en dan word je voor anderhalf jaar veroordeeld en het OM juicht, terwijl de vogel is gevlogen naar Syrië! Het werkt niet, dat beleid. Dit pakket is theedrinken, theedrinken en nog een keer theedrinken, maar er staat niet concreet in wat het harde beleid is om Nederland veiliger te maken. 

Wij hebben ook internationaal gezien wat dit soort beleid, namelijk paspoorten innemen en mensen hier houden, doet. Zo zijn er in Australië twee antiterrorismeagenten doodgeschoten door iemand wiens paspoort werd afgepakt zodat die persoon daar bleef. In Canada hebben wij twee aanslagen gehad: een keer op agenten en een keer bij een parlementsgebouw, waar zelfs een symbolische agent werd doodgeschoten. Wij hebben het over Nathan Cirillo, die nooit meer thuis kwam. Wij hebben Groot-Brittannië gehad met een geplande aanslag op Remembrance Day. 

Dat doet het beleid van deze minister van Veiligheid en Justitie. Wij kunnen er in Nederland op wachten als wij dit beleid doorzetten. In regel twaalf van de Integrale Aanpak Jihadisme staat bijvoorbeeld dat je hernieuwd contact met de familie moet kunnen hebben. Daar staat ook bij vijftien dat wij scherp zijn op reisdocumenten. Wij hebben het gezien: je wordt voor anderhalf jaar veroordeeld en dan ga je terug naar Syrië. Het ergste van alles is dat heel Nederland vol zit met dit soort Champions Leaguespelers van de islam, dankzij deze minister. 

Minister Opstelten:

Er is geen vraag gesteld maar er is wel een reden voor mij om antwoord te geven. Het beleid is stevig en juist. In een tijd waarin het dreigingsniveau substantieel is en er dus een kans is op een aanslag in Nederland, is het belangrijk dat wij zowel in Frankrijk, België, Duitsland, Engeland, Nederland als in de Scandinavische landen hetzelfde beleid voeren. Dat doen wij dus ook. Dat betekent dat wij uitreizen trachten te voorkomen en dat wij terugkeerders staande houden en maatwerk plegen. Dat betekent dat het Openbaar Ministerie optreedt als daar aanleiding voor is. Als er geen aanleiding is, is er een multifunctioneel casusoverleg, waar de noodzakelijke maatregelen worden genomen. 

Ik kan niet bevestigen noch ontkennen dat de berichten in de media over de betrokkene over wie de heer De Graaf sprak, juist zijn. De betrokkene was eerst veroordeeld door de rechtbank. Het Openbaar Ministerie nam daar geen genoegen mee. Het is in hoger beroep gegaan en heeft dat gewonnen. In de tussentijd had de betrokkene zijn straf uitgezeten. Hij was dus vrij om te gaan en te staan waar hij wilde. Dat zijn de feiten op dit moment. Ik kan niet bevestigen noch ontkennen wat er in de krant staat. 

De heer Van Raak (SP):

De minister-president zei onlangs in de Kamer: de AIVD heeft genoeg mensen en middelen om jihadisten in de gaten te houden. Nu hebben wij Omar H. Dat is niet zomaar een jihadist, maar iemand van wie de rechter heeft gezegd dat hij levensgevaarlijk is. Het Openbaar Ministerie probeert alles om hem in de gevangenis te krijgen. De vogel is nu gevlogen naar Syrië of Irak. Hij is in ieder geval verdwenen. Ik heb twee vragen aan de minister. Ten eerste, wat zijn de woorden van de minister-president waard? Heeft hij hier gewoon een verhaaltje gehouden? Heeft hij geprobeerd ons iets op de mouw te spelden en zijn er helemaal niet genoeg mensen en middelen om jihadisten in de gaten te houden? Ten tweede, wat gaat de regering nu doen? De premier zei ook: als blijkt dat er niet genoeg mensen en middelen zijn bij de AIVD, dan gaan wij investeren. Omar H., een heel belangrijke jihadist, is nu gevlogen. 

De voorzitter:

U moet echt een vraag stellen. 

De heer Van Raak (SP):

De AIVD heeft hem niet tegen kunnen houden. 

De voorzitter:

U moet echt een vraag stellen, mijnheer Van Raak. 

De heer Van Raak (SP):

Dus hoeveel geld gaan wij nu extra investeren in de AIVD? 

Minister Opstelten:

Ten eerste zijn het Openbaar Ministerie, de politie, de gemeenten en de diensten nu in staat om hun werk te doen. Ten tweede volgen wij dat van dag tot dag. Wij staan geen wijzigingen in het beleid voor. Dat hebben wij ook internationaal afgesproken. Wij zijn ervan overtuigd dat dat van belang is voor de veiligheid van ons land. 

Mevrouw Helder (PVV):

We hebben de minister horen zeggen: ik herken mij niet in het beeld dat in de media is geschetst dat er tien paspoorten zijn verstrekt; het zijn er minder. Dat heeft hij letterlijk gezegd. En als mensen terugkomen — dat zijn er volgens de minister blijkbaar minder dan tien — worden er staandehoudingen verricht. Ik wil dus heel graag van de minister weten hoeveel mensen er zijn staande gehouden of aangehouden. 

Minister Opstelten:

Wij doen nooit mededelingen over individuele situaties zoals die waarvan hier sprake is. Ik heb gezegd dat we natuurlijk even een korte inventarisatie hebben gedaan bij het betreffende consulaat in Istanbul en het is duidelijk minder. Daarnaast is het beleid en de actie van de diensten dat iedere terugkeerder wordt staande gehouden. Dan wordt bepaald wat er met de betrokkene gebeurt en hoe het vervolg zal zijn. Er kan aanleiding zijn voor het Openbaar Ministerie om strafrechtelijk op te treden. Het kan ook anderszins maatwerk met zich meebrengen. 

De heer Segers (ChristenUnie):

De minister heeft een statement gemaakt: er is voldoende capaciteit bij de politie, het Openbaar Ministerie en de diensten. Er zijn herhaaldelijk vanuit de Kamer zorgen geuit over de capaciteit bij de AIVD. Collega Van Raak stelde een heel specifieke vraag. Dan volstaat zo'n algemeen antwoord niet. Bij de eerste de beste testcase voor de diensten blijkt dat mensen die echt een gevaar zijn voor onze veiligheid, zomaar kunnen ontsnappen en niet in de gaten worden gehouden. Wat zegt dit over de capaciteit van de diensten? Wat zegt het over hun capaciteit als straks veel meer mensen terugkomen vanuit Syrië en nog veel meer mensen in de gaten moeten worden gehouden? 

Minister Opstelten:

Als zodanig hoeft dat niet veel te zeggen. Ik bevestig nog een keer wat het Openbaar Ministerie zegt: wij kunnen bevestigen noch ontkennen dat wat in de krant staat juist is. Dat vind ik belangrijk om te zeggen. Daarnaast is er naar onze mening nu wel degelijk voldoende capaciteit voor de diensten. Het zijn niet alleen de diensten die daarin hun werk doen. Ook het Openbaar Ministerie, de politie en de gemeenten pakken met elkaar deze zaken van jihadisme aan. Daar hebben we dagelijks met elkaar contact over. Dat is wat ik naar eer en geweten tegen de heer Segers kan zeggen. 

De heer Recourt (PvdA):

Ik wil de minister een extra vraag stellen over het ontnemen van paspoorten. Dat gebeurt om te voorkomen dat jongeren uitreizen. Hoe effectief is dat? We hebben immers in het heel recente verleden gezien dat dat eigenlijk niet zo effectief lijkt. Betekent een signalering daadwerkelijk dat je niet van Schiphol kunt afreizen? Betekent een signalering van een paspoort of het afnemen van een paspoort dat je niet via Brussel of op een andere manier kunt afreizen? Op welke manier is nu nationaal en internationaal gegarandeerd dat het afnemen van reisdocumenten daadwerkelijk betekent dat je niet kunt reizen? 

Minister Opstelten:

Het is natuurlijk geen absolute garantie. Dat weet de heer Recourt ook. Het afnemen van paspoorten maakt het echter ingewikkelder om te reizen voor diegene die dat wil, zeker voor foreign fighters. Ze worden opgenomen in het opsporingsregister. Ze worden opgenomen in het paspoortsignaleringsregister, ook aan de buitengrenzen en verder. Het is natuurlijk niet waterdicht, want we weten ook dat de identiteitskaart het mogelijk maakt om tot en met Turkije te reizen. Wetgeving daarover heb ik in voorbereiding. Het is ook een mogelijkheid — daar hebben we ook wetgeving over in voorbereiding — om een en ander samen met de meldplicht en andere bestuurlijke maatregelen mogelijk te maken. Het kan natuurlijk ook met een illegaal of met een vals paspoort gebeuren. Je kunt ook illegaal de grenzen passeren. Dat is het. Maar het is een instrument dat als zodanig door ons effectief wordt gevonden. 

De voorzitter:

Dank u wel voor uw antwoorden en dank voor uw komst naar de Kamer. 

Naar boven